gepubliceerd op 31 mei 2006
Besluit van de Vlaamse Regering betreffende het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, betreffende de inwerkingtreding van regelgeving tot oprichting van agentschappen in het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en betreffende de wijziging van regelgeving met betrekking tot dat beleidsdomein
31 MAART 2006. - Besluit van de Vlaamse Regering betreffende het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, betreffende de inwerkingtreding van regelgeving tot oprichting van agentschappen in het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en betreffende de wijziging van regelgeving met betrekking tot dat beleidsdomein
De Vlaamse Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen, inzonderheid op artikelen 20 en 87, § 1;
Gelet op het decreet van 29 mei 1984 houdende oprichting van de instelling Kind en Gezin, laatst gewijzigd bij de decreten van 3 mei 1989, 23 februari 1994, 24 juni 1997, 15 juli 1997, 7 juli 1998 en 9 maart 2001;
Gelet op de decreten inzake bijzondere jeugdbijstand, gecoördineerd op 4 april 1990, gewijzigd bij de decreten van 21 december 1990, 25 juni 1992, 15 juli 1997 en 7 mei 2004;
Gelet op het decreet van 27 juni 1990 tot oprichting van een Vlaams Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met een Handicap, het laatst gewijzigd bij het decreet van 8 mei 2002;
Gelet op het decreet van 26 juni 1991 betreffende de erkenning en subsidiëring van het maatschappelijk opbouwwerk, gewijzigd bij het decreet van 15 juli 1997;
Gelet op de decreten inzake voorzieningen voor bejaarden, gecoördineerd op 18 december 1991, gewijzigd bij de decreten van 23 februari 1994, 15 juli 1997 en 5 september 1998;
Gelet op het decreet van 23 februari 1994 inzake de infrastructuur voor persoonsgebonden aangelegenheden, gewijzigd bij de decreten van 20 december 1996 en 16 maart 1999;
Gelet op het decreet van 24 juli 1996 houdende regeling tot erkenning van de instellingen voor schuldbemiddeling in de Vlaamse Gemeenschap;
Gelet op het decreet van 25 februari 1997 betreffende de integrale kwaliteitszorg in de verzorgingsvoorzieningen;
Gelet op het decreet van 15 juli 1997 houdende oprichting van een Gezins- en Welzijnsraad en van een Adviserende Beroepscommissie inzake gezins- en welzijnsaangelegenheden, gewijzigd bij de decreten van 18 mei 1999;
Gelet op het decreet van 19 december 1997 betreffende het algemeen welzijnswerk;
Gelet op het decreet van 14 juli 1998 houdende de erkenning en de subsidiëring van verenigingen en welzijnsvoorzieningen in de thuiszorg, gewijzigd bij het decreet van 18 mei 1999;
Gelet op het decreet van 19 december 1998 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1999, inzonderheid op artikel 1;
Gelet op het decreet van 30 maart 1999 houdende de organisatie van de zorgverzekering, gewijzigd bij de decreten van 22 december 1999, 8 december 2000, 18 mei 2001, 20 december 2002, 30 april 2004, 24 juni 2005, 25 november 2005 en 23 december 2005;
Gelet op het decreet van 18 mei 1999 betreffende de geestelijke gezondheidszorg, gewijzigd bij de decreten van 22 december 1999, 6 juli 2001 en 25 november 2005;
Gelet op het decreet van 19 januari 2001 houdende de inrichting van activiteiten inzake opvoedingsondersteuning;
Gelet op het decreet van 21 maart 2003 betreffende de armoedebestrijding;
Gelet op het kaderdecreet Bestuurlijk Beleid van 18 juli 2003, gewijzigd bij de decreten van 7 mei 2004 en 15 juli 2005;
Gelet op het decreet van 17 oktober 2003 betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen;
Gelet op het decreet van 21 november 2003 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid;
Gelet op het decreet van 30 april 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind en Gezin;
Gelet op het decreet van 7 mei 2004 betreffende de integrale jeugdhulp;
Gelet op het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van een intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap;
Gelet op het decreet van 7 mei 2004 tot omvorming van het "Vlaams Zorgfonds" tot een intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid en tot wijziging van het decreet van 30 maart 1999 houdende de organisatie van de zorgverzekering, gewijzigd bij het decreet van 24 juni 2005;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 1985 tot vaststelling van de rechtspleging voor erkenning en sluiting van serviceflatgebouwen, woningcomplexen met dienstverlening en rusthuizen, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 17 april 1991, 18 december 1998, 28 januari 2000, 7 juni 2002, 9 januari 2004 en 14 juli 2004;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 27 februari 1991 tot reorganisatie van de wetenschappelijke inrichting Centrum voor Bevolkings- en Gezinsstudiën;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 17 juli 1991 houdende de organisatie en werkwijze van de sociale diensten van de Vlaamse Gemeenschap bij de jeugdrechtbanken, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 13 december 2002;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 31 juli 1991 inzake gezondheidspromotie, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 24 juni 1992, 21 december 1994, 19 december 1997, 18 december 1998 en 30 november 2001;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 6 juli 1994 tot regeling van de werking en het financieel beheer van het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 1999;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 6 juli 1994 tot vaststelling van de totale investeringssubsidie en de bouwtechnische normen voor de voorzieningen voor de sociale integratie van personen met een handicap, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 15 februari 1995, 1 juli 2001, 6 december 2002 en 12 december 2003;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 13 juli 1994 inzake de erkenningsvoorwaarden en de subsidienormen voor de voorzieningen van de bijzondere jeugdbijstand, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 19 november 1996, 8 december 1998, 7 april 2000, 8 december 2000, 30 maart 2001, 10 juli 2001 en 14 mei 2004;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 19 april 1995 tot uitvoering van het decreet van 5 april 1995 betreffende de profylaxe van besmettelijke ziekten, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 1 december 1998 en 8 december 2000;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 3 mei 1995 houdende erkenning en subsidiëring van palliatieve netwerken, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 8 december 1998 en 30 november 2001;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 3 mei 1995 betreffende de Centra voor menselijke erfelijkheid, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 17 december 1997, 23 juli 1998 en 30 november 2001;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 18 februari 1997 tot vaststelling van de procedure voor de erkenning en de sluiting van ziekenhuizen, ziekenhuisdiensten, onderdelen van ziekenhuizen en samenwerkingsvormen;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 18 februari 1997 tot vaststelling van de procedure voor de erkenning en de sluiting van rust- en verzorgingstehuizen, psychiatrische verzorgingstehuizen, initiatieven van beschut wonen en samenwerkingsverbanden van psychiatrische instellingen en diensten;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 18 februari 1997 tot vaststelling van de procedure voor het verkrijgen van een planningsvergunning en een exploitatievergunning voor intramurale en transmurale voorzieningen in de gezondheidszorg;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 25 maart 1997 tot uitvoering van het decreet van 24 juli 1996 houdende regeling tot erkenning van de instellingen voor schuldbemiddeling in de Vlaamse Gemeenschap;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 6 mei 1997 betreffende de centra voor opsporing van de aangeboren metabolische afwijkingen, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2001;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juli 1997 houdende uitvoering van het decreet van 25 februari 1997 betreffende de integrale kwaliteitszorg in de verzorgingsvoorzieningen, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 17 juli 2000 en 14 mei 2004;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 1997 tot regeling van de erkenning en de subsidiëring van de centra voor integrale gezinszorg, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 8 december 1998, 21 januari 2000, 17 juli 2000, 30 maart 2001, 10 juli 2001, 23 november 2001, 25 oktober 2002, 7 november 2003 en 22 juli 2005;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 1997 tot regeling van de erkenning en de subsidiëring van de diensten voor gezins- en bejaardenhulp, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 24 maart 1998, 10 november 1998 en 18 december 1998;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 17 maart 1998 tot vaststelling van de regels voor het verlenen van de voorafgaande vergunning, bedoeld in artikel 10 van de decreten inzake voorzieningen voor bejaarden, gecoördineerd op 18 december 1991, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 18 december 1998;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 17 maart 1998 houdende vaststelling van het programma voor serviceflatgebouwen, woningcomplexen met dienstverlening, rusthuizen en dagverzorgingscentra, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 18 december 1998;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juli 1998 betreffende het beheer en de werking van het fonds bijzondere jeugdbijstand;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 15 september 1998 betreffende de Adviserende Beroepscommissie inzake gezins- en welzijnsaangelegenheden, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 29 september 2000;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 8 december 1998 betreffende de organisatie en de werking van de comités voor bijzondere jeugdzorg, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 13 december 2002;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 18 december 1998 houdende de erkenning en de subsidiëring van verenigingen en welzijnsvoorzieningen in de thuiszorg, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 4 juni 2004;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 1999 tot vaststelling van de totale investeringssubsidie en de bouwtechnische normen voor de kinderopvangsector, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 2001;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 1999 houdende de procedureregels inzake de infrastructuur voor persoonsgebonden aangelegenheden, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 9 maart 2001, 19 april 2002 en 23 april 2004;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 1999 tot vaststelling van de totale investeringssubsidie en de bouwtechnische normen voor de preventieve en de ambulante gezondheidszorg, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 1 juni 2001 en 14 september 2001;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 17 december 1999 ter uitvoering van het decreet van 18 mei 1999 betreffende de geestelijke gezondheidszorg;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 28 januari 2000 tot regeling van de erkenning en de subsidiëring van opleidingscentra voor polyvalente verzorgenden;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 2000 houdende organisatie en regeling van het beheer en de werking van het Vlaams Zorgfonds, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 30 maart 2001, 19 oktober 2001 en 12 november 2004;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juni 2000 tot vaststelling van de procedure voor de bijzondere erkenning van een centrum voor dagverzorging, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2001;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van het decreet van 26 juni 1991 betreffende de erkenning en subsidiëring van het maatschappelijk opbouwwerk, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 10 juli 2001, 24 september 2001, 18 januari 2002 en 20 februari 2004;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 15 september 2000 betreffende het financiële en materiële beheer van de dienst met afzonderlijk beheer « Centrum voor Informatie, Communicatie en Vorming in de Welzijnssector »;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 2 februari 2001 betreffende de erkenning van mammografische eenheden en regionale screeningscentra voor borstkankeropsporing, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 18 mei 2001 tot regeling van de subsidiëring van de activiteiten inzake opvoedingsondersteuning;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 2001 tot regeling van de subsidiëring van de diensten voor logistieke hulp en aanvullende thuiszorg, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 10 juli 2001, 15 maart 2002, 21 juni 2002, 12 december 2003 en 25 februari 2005;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2001 ter uitvoering van het decreet van 19 december 1997 betreffende het algemeen welzijnswerk, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 9 januari 2004;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2001 houdende de toekenning van een subsidie aan openbare centra voor maatschappelijk welzijn en verenigingen zonder winstoogmerk als tegemoetkoming in de vergoeding voor de verwerving van de eigendom van de serviceflatgebouwen die op hun grond zijn opgericht in het kader van een onroerende leasingovereenkomst met de BEVAK;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2001 betreffende de aanwijzing van de ambtenaren voor het uitoefenen van het toezicht op de toepassing van de gecoördineerde wet op de ziekenhuizen en van de krachtens die gecoördineerde wet genomen uitvoeringsbesluiten;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 13 december 2002 houdende financiële bepalingen inzake uitgaven voor werkingskosten van de comités voor bijzondere jeugdzorg, de bemiddelingscommissies voor bijzondere jeugdbijstand, de sociale diensten van de Vlaamse Gemeenschap bij de jeugdrechtbanken en de regionale diensten van de afdeling Bijzondere Jeugdbijstand en inzake uitgaven voor de preventiewerking van de comités voor bijzondere jeugdzorg en de regionale preventiewerking van de afdeling Bijzondere Jeugdbijstand;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 4 april 2003 houdende de subsidiëring van de animatiewerking in de erkende rusthuizen en de erkende centra voor kortverblijf, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 27 januari 2006;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 10 oktober 2003 tot regeling van de delegatie van beslissingsbevoegdheden aan de hoofden van de departementen van de Vlaamse ministeries;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 10 oktober 2003 tot regeling van de delegatie van beslissingsbevoegdheden aan de hoofden van de intern verzelfstandigde agentschappen van de Vlaamse overheid;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 10 oktober 2003 tot uitvoering van het decreet van 21 maart 2003 betreffende de armoedebestrijding, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 25 februari 2005;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 26 maart 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn en Volksgezondheid, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 7 mei 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap « Zorg en Gezondheid », gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 7 mei 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap Jongerenwelzijn, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 14 mei 2004 houdende uitvoering van het decreet van 17 oktober 2003 betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen in de algemene, categorale en universitaire ziekenhuizen;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 11 juni 2004 tot afbakening van het toepassingsgebied van de integrale jeugdhulp en van de regio's integrale jeugdhulp en tot regeling van de beleidsafstemming integrale jeugdhulp;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 11 juni 2004 houdende maatregelen tot bestrijding van de gezondheidsrisico's door verontreiniging van het binnenmilieu;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 11 juni 2004 betreffende het voorkomen van de veteranenziekte of legionellose op voor het publiek toegankelijke plaatsen;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 2004 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 2000 houdende organisatie en regeling van het beheer en de werking van het Vlaams Zorgfonds en tot aanduiding van de leidend ambtenaar van het Vlaams Zorgfonds;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie;
Gelet op het advies van de raad van bestuur van het Vlaams Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met een Handicap, gegeven op 7 maart 2006;
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de Begroting, gegeven op 31 maart 2006;
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 14 maart 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;
Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Afdeling I. - Oprichting, missie en taakstelling van het departement
Artikel 1.Binnen het Vlaams Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin wordt het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin opgericht, hierna het departement te noemen.
Het departement wordt opgericht voor de ondersteuning van het beleid inzake welzijn, volksgezondheid en gezin.
Het departement behoort tot het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin.
Art. 2.Het departement heeft als missie het beleid van de Vlaamse minister, bevoegd voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, hierna de minister te noemen, te ondersteunen op een professionele en wetenschappelijk onderbouwde manier in een geest van samenwerking met de andere entiteiten van het beleidsdomein. Het departement doet dat als een organisatie van experts die elk binnen de eigen inhoudelijke of procesmatige deskundigheid hun kennis opbouwen, onderhouden en ter beschikking stellen van klanten en strategische partners.
Art. 3.Het departement heeft de volgende taken : 1° de taken waarmee het departement is belast overeenkomstig artikel 30 van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie;2° de taken van beleidsuitvoering betreffende materies die tot het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin behoren en die niet werden toevertrouwd aan een verzelfstandigd agentschap van dat beleidsdomein;3° het beheren van het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden;4° het organiseren van de managementondersteunende dienstverlening van het departement, het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid, het intern verzelfstandigd agentschap Jongerenwelzijn en het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin.
Art. 4.Bij het uitoefenen van zijn taken treedt het departement op namens de rechtspersoon Vlaamse Gemeenschap.
Art. 5.Onverminderd de behandeling van klachten over de eigen werking en dienstverlening zoals bepaald in het decreet van 1 juni 2004 houdende toekenning van een klachtrecht ten aanzien van bestuursinstellingen, gewijzigd bij het decreet van 20 februari 2004, moet het departement klachten, geuit ten aanzien van de door het departement erkende voorzieningen, opnemen en behandelen.
Art. 6.Het departement vervult zijn taken in samenhang met : 1° het door de Vlaamse Gemeenschap gevoerde beleid inzake welzijn, volksgezondheid en gezin;2° het door andere beleidsdomeinen en beleidsniveaus gevoerde beleid.
Art. 7.Het departement registreert en verwerkt alle gegevens die noodzakelijk zijn om : 1° de taken, vermeld in artikel 3, uit te voeren;2° de opdrachten te verwezenlijken die aan het departement zijn toevertrouwd overeenkomstig de regelgeving inzake openbare statistiek. De minister bepaalt de nadere regels voor de gegevensregistratie en -verwerking, met behoud van de toepassing van de regelgeving tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van de persoonsgegevens.
Art. 8.Het departement werkt voor de realisatie van zijn taken samen en sluit overeenkomsten met instanties, instellingen, diensten en verenigingen die op het vlak van de toegewezen taken actief zijn.
Art. 9.Het departement stelt met betrekking tot de taken, vermeld in artikel 3, 2°, alle noodzakelijke gegevens ter beschikking van het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin. Tussen beide entiteiten wordt een samenwerkingsovereenkomst gesloten.
De minister bepaalt de nadere regels met betrekking tot die samenwerkingsovereenkomst. Afdeling II. - Aansturing en leiding van het departement
Art. 10.Het departement ressorteert onder het hiërarchische gezag van de minister.
Art. 11.Het hoofd van het departement is belast met de algemene leiding, de werking en de vertegenwoordiging van het departement. Afdeling III. - Delegatie van beslissingsbevoegdheden
Art. 12.Het hoofd van het departement heeft delegatie van beslissingsbevoegdheid voor de aangelegenheden die zijn vastgesteld in het besluit van de Vlaamse Regering van 10 oktober 2003 tot regeling van de delegatie van beslissingsbevoegdheden aan de hoofden van de departementen van de Vlaamse ministeries.
Art. 13.Naast de delegaties betreffende de aangelegenheden, vermeld in artikel 12, krijgt het hoofd van het departement de volgende delegaties met betrekking tot de taken, vermeld in artikel 3, 2° : 1° de verwerving, de bouw, het beheer, de exploitatie, het onderhoud en de vervreemding van onroerende goederen en infrastructuren;2° het verlenen van gereglementeerde subsidies en andere vormen van financiële tegemoetkomingen met een gereglementeerd karakter;3° de invordering en inning van belastingen, heffingen, retributies en niet-fiscale schuldvorderingen;4° het verlenen en intrekken van vergunningen;5° het verlenen en intrekken van erkenningen;6° het uitreiken van attesten of verklaringen die betrekking hebben op de aanvragen tot erkenning of de erkenning van voorzieningen in de sectoren die onder zijn bevoegdheid ressorteren;7° het verlenen van gereglementeerde subsidies als de reglementering geen vast recht instelt voor de mogelijke begunstigden; 8° het verlenen van niet-gereglementeerde subsidies, die niet nominatim in de begroting zijn vermeld, tot een maximum van 150.000 euro; 9° het verlenen van subsidies die nominatim in de begroting zijn vermeld;10° het beheren van het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden.
Art. 14.Bij het gebruik van de delegaties gelden de algemene regelingen, voorwaarden en beperkingen, vermeld in het besluit van de Vlaamse Regering van 10 oktober 2003 tot regeling van de delegatie van beslissingsbevoegdheden aan de hoofden van de departementen van de Vlaamse ministeries, met inbegrip van de bepalingen inzake subdelegatie, de regeling bij vervanging en de verantwoording.
Bij het gebruik van de delegatie, vermeld in artikel 13, 8°, moet de minister vooraf zijn principiële goedkeuring verlenen. Afdeling IV. - Controle, voortgangscontrole en toezicht
Art. 15.Met behoud van de toepassing van artikelen 33 en 34 van het kaderdecreet bestuurlijk beleid van 18 juli 2003 met betrekking tot interne controle en interne audit, is de minister verantwoordelijk voor de voortgangscontrole van en het toezicht op het departement.
Art. 16.De minister kan, in het kader van de voortgangscontrole en de uitoefening van het toezicht, op ieder ogenblik aan het hoofd van het departement informatie, rapportering en verantwoording vragen over bepaalde aangelegenheden, zowel op geaggregeerd niveau als op niveau van individuele onderwerpen en dossiers. Afdeling V. - Wijziging van sectorale besluiten
Onderafdeling I. - Schuldbemiddeling
Art. 17.In het besluit van de Vlaamse Regering van 25 maart 1997 tot uitvoering van het decreet van 24 juli 1996 houdende regeling tot erkenning van de instellingen voor schuldbemiddeling in de Vlaamse Gemeenschap worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in artikel 1 wordt punt 4° vervangen door wat volgt : « 4° administratie : het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin.»; 2° in artikel 10 : a) wordt in het eerste lid het woord « Ambtenaren » vervangen door het woord « Personeelsleden »;b) wordt in het tweede lid het woord « ambtenaren » vervangen door het woord « personeelsleden ». Onderafdeling II. - Integrale gezinszorg
Art. 18.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 1997 tot regeling van de erkenning en de subsidiëring van de centra voor integrale gezinszorg wordt punt 2° vervangen door wat volgt : « 2° administratie : het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin; ».
Onderafdeling III. - Adviserende Beroepscommissie inzake gezins- en welzijnsaangelegenheden
Art. 19.In het besluit van de Vlaamse Regering van 15 september 1998 betreffende de Adviserende Beroepscommissie inzake gezins- en welzijnsaangelegenheden worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in artikel 1 worden punt 4° en 5° vervangen door wat volgt : « 4° administratie : het Vlaams Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;5° openbare instelling : het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind en Gezin of het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap;»; 2° in artikel 3 worden in punt 3° de woorden « of van lid van de raad van bestuur » geschrapt;3° in artikel 12, eerste lid, worden de woorden « De administratie » vervangen door de woorden « Het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin ». Onderafdeling IV. - Maatschappelijk opbouwwerk
Art. 20.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van het decreet van 26 juni 1991 betreffende de erkenning en subsidiëring van het maatschappelijk opbouwwerk, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 20 februari 2004, wordt punt 4° vervangen door wat volgt : « 4° administratie : het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin; ».
Onderafdeling V. - CICOV
Art. 21.In het besluit van de Vlaamse Regering van 15 september 2000 betreffende het financiële en materiële beheer van de dienst met afzonderlijk beheer « Centrum voor Informatie, Communicatie en Vorming in de Welzijnssector » worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in artikel 1, § 2, worden de woorden « voor het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » vervangen door de woorden « binnen de Vlaamse Gemeenschap »;2° in artikel 17 worden de woorden « van het departement Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » vervangen door de woorden « van het Vlaams Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin »;3° in artikel 22 worden de woorden « de administratie Budgettering, Accounting en Financieel Management van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » vervangen door de woorden « het Vlaams Ministerie van Financiën en Begroting ». Onderafdeling VI. - Gezinsondersteuning
Art. 22.In artikel 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 18 mei 2001 tot regeling van de subsidiëring van de activiteiten inzake opvoedingsondersteuning wordt punt 2° vervangen door wat volgt : « 2° administratie : het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin; ».
Onderafdeling VII. - Algemeen welzijnswerk
Art. 23.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2001 ter uitvoering van het decreet van 19 december 1997 betreffende het algemeen welzijnswerk wordt punt 5° vervangen door wat volgt : « 5° administratie : het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin; ».
Onderafdeling VIII. - Armoedebestrijding
Art. 24.In het besluit van de Vlaamse Regering van 10 oktober 2003 tot uitvoering van het decreet van 21 maart 2003 betreffende de armoedebestrijding worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in artikel 1 wordt punt 3° vervangen door wat volgt : « 3° administratie : het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;»; 2° in artikel 8, eerste lid, worden de woorden « van de verschillende administraties van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap en van de Vlaamse openbare instellingen » vervangen door de woorden « van de verschillende Vlaamse ministeries en van de verzelfstandigde agentschappen met rechtspersoonlijkheid »;3° in artikel 30 worden de woorden « De door de coördinerende minister aangestelde ambtenaren » vervangen door de woorden « Personeelsleden van de administratie ». Onderafdeling IX. - Integrale jeugdhulp
Art. 25.In het besluit van de Vlaamse Regering van 11 juni 2004 tot afbakening van het toepassingsgebied van de integrale jeugdhulp en van de regio's integrale jeugdhulp en tot regeling van de beleidsafstemming integrale jeugdhulp worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in artikel 18 worden de woorden « beleidsdomein welzijn en volksgezondheid » vervangen door de woorden « beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin »;2° in artikel 23 worden de woorden « departement Welzijn en Volksgezondheid » vervangen door de woorden « Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin »;3° in artikel 30 worden de woorden « beleidsdomein welzijn en volksgezondheid » vervangen door de woorden « beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin ». HOOFDSTUK II. - Het intern verzelfstandigd agentschap Jongerenwelzijn Afdeling I. - Wijziging van het oprichtingsbesluit
Art. 26.In het besluit van de Vlaamse Regering van 7 mei 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap Jongerenwelzijn, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in artikel 3 worden in 2° de woorden « decreet van 19 juli 2002 » vervangen door de woorden « decreet van 7 mei 2004 »;2° in artikel 10, eerste lid, en artikel 15, derde lid, worden de woorden « Inspectie Welzijn en Volksgezondheid » vervangen door de woorden « Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin »;3° artikel 22 wordt opgeheven;4° een artikel 23bis wordt ingevoegd, dat luidt als volgt : « Art.23bis. Tot aan de inwerkingtreding van het decreet van 7 mei 2004 tot omvorming van het « Fonds Bijzondere Jeugdbijstand » tot het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid « Fonds Jongerenwelzijn » en tot wijziging van de decreten inzake bijzondere jeugdbijstand, gecoördineerd op 4 april 1990 : 1° beheert het agentschap het Fonds Bijzondere Jeugdbijstand;2° treedt het agentschap bij het uitoefenen van de taak, vermeld in 1°, op namens de rechtspersoon Fonds Bijzondere Jeugdbijstand;3° wordt aan het hoofd van het agentschap specifieke delegatie verleend om het Fonds Bijzondere Jeugdbijstand te beheren.»; 5° in artikel 24 wordt de tweede zin geschrapt. Afdeling II. - Wijziging van sectorale besluiten betreffende de
bijzondere jeugdbijstand
Art. 27.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 juli 1991 houdende de organisatie en werkwijze van de sociale diensten van de Vlaamse Gemeenschap bij de jeugdrechtbanken worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° punt 3° wordt vervangen door wat volgt : « 3° het Bestuur : het intern verzelfstandigd agentschap Jongerenwelzijn of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;»; 2° punt 21° wordt vervangen door wat volgt : « 21° het Fonds : het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Fonds Jongerenwelzijn.»; 3° er wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt : « Tot aan de inwerkingtreding van het decreet van 7 mei 2004 tot omvorming van het « Fonds Bijzondere Jeugdbijstand » tot het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid « Fonds Jongerenwelzijn » en tot wijziging van de decreten inzake bijzondere jeugdbijstand, gecoördineerd op 4 april 1990, wordt onder het Fonds, vermeld in het eerste lid, 21°, verstaan : het Fonds Bijzondere Jeugdbijstand.»
Art. 28.In het besluit van de Vlaamse Regering van 13 juli 1994 inzake de erkenningsvoorwaarden en de subsidienormen voor de voorzieningen van de bijzondere jeugdbijstand worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in artikel 1, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 8 december 1990, 8 december 2000 en 30 maart 2001 : a) wordt punt 5° vervangen door wat volgt : « 5° de administratie : het intern verzelfstandigd agentschap Jongerenwelzijn of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;»; b) wordt punt 6° vervangen door wat volgt : « 6° het fonds : het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Fonds Jongerenwelzijn;»; c) wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt : « Tot aan de inwerkingtreding van het decreet van 7 mei 2004 tot omvorming van het « Fonds Bijzondere Jeugdbijstand » tot het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid « Fonds Jongerenwelzijn » en tot wijziging van de decreten inzake bijzondere jeugdbijstand, gecoördineerd op 4 april 1990, wordt onder het fonds, vermeld in het eerste lid, 6°, verstaan : het Fonds Bijzondere Jeugdbijstand.» 2° in artikel 54, § 1 : a) worden aan punt 1° de volgende woorden toegevoegd : « of van het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van een intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap »;b) worden aan punt 2° de volgende woorden toegevoegd : « of het decreet van 30 april 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind en Gezin ».
Art. 29.In het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juli 1998 betreffende het beheer en de werking van het fonds bijzondere jeugdbijstand worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in artikel 1 wordt punt 3° vervangen door wat volgt : « 3° de directeur-generaal : het hoofd van het intern verzelfstandigd agentschap Jongerenwelzijn;»; 2° in artikel 2 en artikel 5, § 1, wordt het woord « administratie » vervangen door het woord « agentschap ».
Art. 30.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 8 december 1998 betreffende de organisatie en de werking van de comités voor bijzondere jeugdzorg worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° punt 2° wordt vervangen door wat volgt : « 2° de administratie : het intern verzelfstandigd agentschap Jongerenwelzijn of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;»; 2° punt 21° wordt vervangen door wat volgt : « 21° het fonds : het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Fonds Jongerenwelzijn.»; 3° er wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt : « Tot aan de inwerkingtreding van het decreet van 7 mei 2004 tot omvorming van het « Fonds Bijzondere Jeugdbijstand » tot het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid « Fonds Jongerenwelzijn » en tot wijziging van de decreten inzake bijzondere jeugdbijstand, gecoördineerd op 4 april 1990, wordt onder het fonds, vermeld in het eerste lid, 21°, verstaan : het Fonds Bijzondere Jeugdbijstand.»
Art. 31.In het besluit van de Vlaamse Regering van 13 december 2002 houdende financiële bepalingen inzake uitgaven voor werkingskosten van de comités voor bijzondere jeugdzorg, de bemiddelingscommissies voor bijzondere jeugdbijstand, de sociale diensten van de Vlaamse Gemeenschap bij de jeugdrechtbanken en de regionale diensten van de afdeling Bijzondere Jeugdbijstand en inzake uitgaven voor de preventiewerking van de comités voor bijzondere jeugdzorg en de regionale preventiewerking van de afdeling Bijzondere Jeugdbijstand worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het opschrift worden de woorden « de afdeling Bijzondere Jeugdbijstand » telkens vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Jongerenwelzijn »;2° in artikel 1 : a) wordt punt 2° vervangen door wat volgt : « 2° het fonds : het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Fonds Jongerenwelzijn;»; b) wordt punt 4° vervangen door wat volgt : « 4° de afdeling : het intern verzelfstandigd agentschap Jongerenwelzijn of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;»; c) wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt : « Tot aan de inwerkingtreding van het decreet van 7 mei 2004 tot omvorming van het « Fonds Bijzondere Jeugdbijstand » tot het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid « Fonds Jongerenwelzijn » en tot wijziging van de decreten inzake bijzondere jeugdbijstand, gecoördineerd op 4 april 1990, wordt onder het fonds, vermeld in het eerste lid, 2°, verstaan : het Fonds Bijzondere Jeugdbijstand.»; 3° in artikel 2, § 3, en artikel 3, § 1, worden de woorden « van het ministerie » geschrapt. HOOFDSTUK III. - Het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid Afdeling I. - Wijziging van het oprichtingsbesluit
Art. 32.In het besluit van de Vlaamse Regering van 7 mei 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap « Zorg en Gezondheid » worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in artikel 3, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 : a) wordt in het eerste lid punt 5° vervangen door wat volgt : « 5° het ter beschikking stellen van personeel aan de zorgkas, vermeld in artikel 14, derde lid, van het decreet van 30 maart 1999 houdende de organisatie van de zorgverzekering.»; b) wordt tussen het eerste en het tweede lid een nieuw lid ingevoegd, dat luidt als volgt : « Het agentschap kan infrastructuur en uitrusting ter beschikking stellen van de zorgkas, vermeld in het eerste lid, 5°.»; 2° in artikel 5 worden de woorden « artikel 3, 4° » vervangen door de woorden « artikel 3, eerste lid, 4° »;3° in artikel 7, laatste lid, worden de woorden « bevoegd voor Welzijn en Volksgezondheid » vervangen door de woorden « bevoegd voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin »;4° in artikel 9, eerste lid, en artikel 13, derde lid, 2°, worden de woorden « Inspectie Welzijn en Volksgezondheid » vervangen door de woorden « Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin »;5° in artikel 14 wordt punt 6° opgeheven;6° artikel 20 wordt opgeheven. Afdeling II. - Wijziging van sectorale besluiten
Onderafdeling I. - Ouderenbeleid
Art. 33.In het besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 1985 tot vaststelling van de rechtspleging voor erkenning en sluiting van serviceflatgebouwen, woningcomplexen met dienstverlening en rusthuizen worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in artikel 1, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 18 december 1998 : a) worden de woorden « de Administratie Gezin en Maatschappelijk Welzijn » telkens vervangen door de woorden « het bevoegde agentschap »;b) wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt : « In dit besluit wordt onder « het bevoegde agentschap » verstaan : het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin.»; 2° in artikel 2, 3°, artikel 6, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 april 1991, artikel 7, § 1, artikel 8, § 2, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 april 1991, en artikel 14bis, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 juli 2004, worden de woorden « de Administratie Gezin en Maatschappelijk Welzijn » telkens vervangen door de woorden « het bevoegde agentschap »;3° in artikel 11, tweede en vierde lid, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 januari 2000, worden de woorden « de administratie » vervangen door de woorden « het bevoegde agentschap »;4° in artikel 15 worden de woorden « Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Administratie Gezin en Maatschappelijk Welzijn » vervangen door de woorden « bevoegde agentschap ».
Art. 34.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 maart 1998 tot vaststelling van de regels voor het verlenen van de voorafgaande vergunning, bedoeld in artikel 10 van de decreten inzake voorzieningen voor bejaarden, gecoördineerd op 18 december 1991 worden in punt 9° de woorden « de administratie Gezin en Maatschappelijk Welzijn » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin ».
Art. 35.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 maart 1998 houdende vaststelling van het programma voor serviceflatgebouwen, woningcomplexen met dienstverlening, rusthuizen en dagverzorgingscentra worden in punt 10° de woorden « de administratie Gezin en Maatschappelijk Welzijn » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin ».
Art. 36.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2001 houdende de toekenning van een subsidie aan openbare centra voor maatschappelijk welzijn en verenigingen zonder winstoogmerk als tegemoetkoming in de vergoeding voor de verwerving van de eigendom van de serviceflatgebouwen die op hun grond zijn opgericht in het kader van een onroerende leasingovereenkomst met de BEVAK worden in punt 1° de woorden « de administratie Gezin en Maatschappelijk Welzijn van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin ».
Art. 37.In artikel 12, eerste en tweede lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 4 april 2003 houdende de subsidiëring van de animatiewerking in de erkende rusthuizen en de erkende centra voor kortverblijf, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 27 januari 2006, worden na het woord « agentschap » de woorden « of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin » ingevoegd.
Onderafdeling II. - Thuiszorg
Art. 38.In de bijlage bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 1997 tot regeling van de erkenning en de subsidiëring van de diensten voor gezins- en bejaardenhulp, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 18 december 1998, wordt punt 1, a), vervangen door wat volgt : « a) De verzorgende in de thuiszorg beschikt over een inschrijvingsnummer bij het Vlaams Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin. »
Art. 39.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 18 december 1998 houdende de erkenning en de subsidiëring van verenigingen en welzijnsvoorzieningen in de thuiszorg worden in punt 5° de woorden « de administratie Gezin en Maatschappelijk Welzijn van het departement Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin ».
Art. 40.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 28 januari 2000 tot regeling van de erkenning en de subsidiëring van opleidingscentra voor polyvalente verzorgenden worden in punt 9° de woorden « de administratie Gezin en Maatschappelijk Welzijn van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin ».
Art. 41.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juni 2000 tot vaststelling van de procedure voor de bijzondere erkenning van een centrum voor dagverzorging worden in punt 2° de woorden « de administratie Gezin en Maatschappelijk Welzijn van het departement Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin ».
Art. 42.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 2001 tot regeling van de subsidiëring van de diensten voor logistieke hulp en aanvullende thuiszorg worden in punt 9° de woorden « de administratie Gezin en Maatschappelijk Welzijn van het departement Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin ».
Onderafdeling III. - Preventieve gezondheidszorg
Art. 43.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 31 juli 1991 inzake gezondheidspromotie worden in punt 3° de woorden « de administratie Gezondheidszorg van het departement Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin ».
Art. 44.In artikel 7, tweede lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 april 1995 tot uitvoering van het decreet van 5 april 1995 betreffende de profylaxe van besmettelijke ziekten worden de woorden « de administratie Gezondheidszorg van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid ».
Art. 45.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 mei 1995 betreffende de Centra voor menselijke erfelijkheid worden in punt 3° de woorden « de administratie Gezondheidszorg van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin ».
Art. 46.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 mei 1997 betreffende de centra voor opsporing van de aangeboren metabolische afwijkingen worden in punt 3° de woorden « de administratie Gezondheidszorg van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin ».
Art. 47.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 2 februari 2001 betreffende de erkenning van mammografische eenheden en regionale screeningscentra voor borstkankeropsporing worden in punt 2° de woorden « de administratie Gezondheidszorg van het departement Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin ».
Art. 48.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 11 juni 2004 houdende maatregelen tot bestrijding van de gezondheidsrisico's door verontreiniging van het binnenmilieu worden in punt 1° de woorden « de administratie van de diensten van de Vlaamse Regering, bevoegd voor de gezondheidszorg » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin ».
Art. 49.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 11 juni 2004 betreffende het voorkomen van de veteranenziekte of legionellose op voor het publiek toegankelijke plaatsen worden in punt 1° de woorden « de administratie van de diensten van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, bevoegd voor de gezondheidszorg » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin ». Onderafdeling IV. - Palliatieve netwerken
Art. 50.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 mei 1995 houdende erkenning en subsidiëring van palliatieve netwerken worden in punt 6° de woorden « de administratie Gezondheidszorg van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin ».
Onderafdeling V. - Verzorgingsvoorzieningen
Art. 51.In het besluit van de Vlaamse Regering van 18 februari 1997 tot vaststelling van de procedure voor de erkenning en de sluiting van ziekenhuizen, ziekenhuisdiensten, onderdelen van ziekenhuizen en samenwerkingsvormen worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in artikel 1 worden in punt 3° de woorden « de administratie Gezondheidszorg van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin »;2° in artikel 26, eerste lid, worden de woorden « de ambtenaren » vervangen door de woorden « de personeelsleden van de administratie ».
Art. 52.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 18 februari 1997 tot vaststelling van de procedure voor de erkenning en de sluiting van rust- en verzorgingstehuizen, psychiatrische verzorgingstehuizen, initiatieven van beschut wonen en samenwerkingsverbanden van psychiatrische instellingen en diensten worden in punt 3° de woorden « de administratie Gezondheidszorg van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin ».
Art. 53.In artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 18 februari 1997 tot vaststelling van de procedure voor het verkrijgen van een planningsvergunning en een exploitatievergunning voor intramurale en transmurale voorzieningen in de gezondheidszorg worden in punt 6° de woorden « de administratie Gezondheidszorg van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin ».
Art. 54.In het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juli 1997 houdende uitvoering van het decreet van 25 februari 1997 betreffende de integrale kwaliteitszorg in de verzorgingsvoorzieningen worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in artikel 1 worden in punt 3° de woorden « de administratie Gezondheidszorg van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin »;2° in artikel 7 : a) wordt het woord « ambtenaren » vervangen door het woord « personeelsleden »;b) wordt het woord « Gezondheidszorg » geschrapt.
Art. 55.In het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2001 betreffende de aanwijzing van de ambtenaren voor het uitoefenen van het toezicht op de toepassing van de gecoördineerde wet op de ziekenhuizen en van de krachtens die gecoördineerde wet genomen uitvoeringsbesluiten worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in artikel 1 : a) worden in het eerste lid de woorden « Gezondheidszorg van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » geschrapt;b) wordt in het tweede lid wordt het woord « Gezondheidszorg » geschrapt;c) wordt een derde lid toegevoegd, dat luidt als volgt : « Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder « administratie » : het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin »;2° aan artikel 2 wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt : « De Vlaamse minister, bevoegd voor het gezondheidsbeleid, brengt het model in overeenstemming met de wijzigingen die aan dit besluit worden aangebracht.»; 3° in artikel 3, § 1 : a) worden in punt 1°, b), de woorden « het ministerie van » geschrapt;b) wordt punt 2°, b), vervangen door wat volgt : « b) de vermelding « namens de Vlaamse minister, bevoegd voor het gezondheidsbeleid » + handtekening, voornaam, achternaam en titel van de leidend ambtenaar.»
Art. 56.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 mei 2004 houdende uitvoering van het decreet van 17 oktober 2003 betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen in de algemene, categorale en universitaire ziekenhuizen worden in punt 8° de woorden « de administratie Gezondheidszorg van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin ».
Onderafdeling VI. - Geestelijke gezondheidszorg
Art. 57.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 december 1999 ter uitvoering van het decreet van 18 mei 1999 betreffende de geestelijke gezondheidszorg worden in punt 3° de woorden « administratie Gezondheidszorg van het departement Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid of het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin ». HOOFDSTUK IV. - Het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin
Art. 58.In het besluit van de Vlaamse Regering van 26 maart 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn en Volksgezondheid worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het opschrift worden de woorden « Inspectie Welzijn en Volksgezondheid » vervangen door de woorden « Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin »;2° in artikel 1, tweede lid, worden de woorden « beleid inzake welzijn en volksgezondheid » vervangen door de woorden « beleid inzake welzijn, volksgezondheid en gezin »;3° in artikel 6, eerste lid, worden in punt 2° de woorden « beleid inzake welzijn en volksgezondheid » vervangen door de woorden « beleid inzake welzijn, volksgezondheid en gezin »;4° in artikel 16 worden punt 3° en 4° opgeheven. HOOFDSTUK V. - Het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Zorgfonds
Art. 59.In het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 2000 houdende organisatie en regeling van het beheer en de werking van het Vlaams Zorgfonds worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in artikel 1, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 2004 : a) wordt punt 2° vervangen door wat volgt : « 2° Fonds : het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Zorgfonds;»; b) wordt punt 4° vervangen door wat volgt : « 4° administratie : het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid;»; c) wordt punt 5° vervangen door wat volgt : « 5° leidend ambtenaar : het hoofd van het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid;»; 2° in artikel 5, tweede lid, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 2004, wordt de laatste zin geschrapt;3° in artikel 6, eerste lid, worden tussen de woorden « zijn aangewezen » en de woorden « ter plaatse » de woorden « of personeelsleden van het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin » ingevoegd.
Art. 60.Artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 2004 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 2000 houdende organisatie en regeling van het beheer en de werking van het Vlaams Zorgfonds en tot aanduiding van de leidend ambtenaar van het Vlaams Zorgfonds wordt opgeheven. HOOFDSTUK VI. - Het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap Afdeling I. - Vestigingsplaats van het agentschap
Art. 61.Het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap, hierna het agentschap te noemen, is gevestigd in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad. Het agentschap heeft een afdeling in elke provincie. Afdeling II. - Overgangsbepalingen
Art. 62.De volgende bepalingen van het decreet van 27 juni 1990 tot oprichting van een Vlaams Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met een Handicap blijven van kracht : 1° artikel 4, 9°, artikel 7, artikel 40 tot en met 42, artikel 45 tot en met 51 en artikel 57, die van kracht blijven tot en met 31 december 2006;2° artikel 54, dat van kracht blijft tot de datum waarop het decreet in werking treedt dat de in dat artikel vermelde taak toewijst aan een entiteit binnen het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin.
Art. 63.De taken van de Vlaamse openbare instelling Vlaams Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met een Handicap die niet aan het agentschap zijn toegewezen, het toezicht op de naleving van decretale en reglementaire bepalingen uitgezonderd, worden door het agentschap uitgeoefend totdat de decreten of besluiten in werking zijn getreden tot oprichting van de rechtspersonen of diensten aan wie die taken zijn toegewezen.
Art. 64.De rechten, de verplichtingen, het personeel en de roerende en onroerende goederen van de Vlaamse openbare instelling Vlaams Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met een Handicap worden overgedragen aan het agentschap, voor zover ze op de datum van de inwerkingtreding van dit besluit niet zijn overgedragen aan diensten en rechtspersonen aan wie taken van het Vlaams Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met een Handicap worden toegewezen.
Art. 65.De raad van bestuur van de Vlaamse openbare instelling Vlaams Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met een Handicap maakt uiterlijk drie maanden na de inwerkingtreding van dit besluit de uitvoeringsrekening op van de begroting van het Vlaams Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met een Handicap voor het reeds verstreken gedeelte van het jaar 2006, evenals een toestandsopgave van het actief en het passief op de dag die aan die inwerkingtreding voorafgaat. Hij bezorgt die documenten aan de Vlaamse Regering. De raad van bestuur verstrekt aan de Vlaamse Regering alle inlichtingen die ze daarover vraagt.
Art. 66.Totdat het raadgevend comité bij het agentschap is samengesteld overeenkomstig artikel 26 van het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap en uiterlijk tot en met 31 december 2006, vergadert het raadgevend comité in de samenstelling die is bepaald in het besluit van de Vlaamse Regering van 18 december 2002 betreffende de raad van bestuur van het Vlaams Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met een Handicap, zoals tot op heden gewijzigd.
In die periode ontvangen de voorzitter en de leden van het raadgevend comité toelagen, presentiegelden en vergoedingen waarvan de bedragen overeenstemmen met de maxima voor instellingen van categorie III, zoals bepaald in artikel 6, 9 en 11 van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 januari 1988 houdende sommige maatregelen tot harmonisatie van de toelagen en presentiegelden aan commissarissen, gemachtigde van financiën, afgevaardigden van de Vlaamse Regering, voorzitters en leden van niet-adviserende bijzondere commissies of van raden van bestuur van instellingen en ondernemingen, die onder de Vlaamse Regering behoren. HOOFDSTUK VII. - Het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind en Gezin Afdeling I. - Vestigingsplaats van het agentschap
Art. 67.Het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind en Gezin, hierna het agentschap te noemen, is gevestigd in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad. Afdeling II. - Overgangsbepalingen
Art. 68.Artikel 4bis van het decreet van 29 mei 1984 houdende oprichting van de instelling Kind en Gezin blijft van kracht, wat betreft het decreet van 23 februari 1994 inzake de infrastructuur voor persoonsgebonden aangelegenheden, uitgevoerd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 1999 houdende de procedureregels inzake de infrastructuur voor persoonsgebonden aangelegenheden, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 23 april 2004, en het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 1999 tot vaststelling van de totale investeringssubsidie en de bouwtechnische normen voor de kinderdagopvangsector.
De bepaling, vermeld in het eerste lid, blijft van kracht tot de datum waarop het decreet in werking treedt dat de in die bepaling vermelde taak toewijst aan een entiteit binnen het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin. Tot zolang wordt die taak door het agentschap uitgeoefend.
Art. 69.§ 1. Het agentschap is de rechtsopvolger van de Vlaamse openbare instelling Kind en Gezin.
De rechten, de verplichtingen, het personeel en de roerende en onroerende goederen van de Vlaamse openbare instelling Kind en Gezin worden met behoud van hun hoedanigheid overgedragen aan het agentschap, voor zover ze op de datum van inwerkingtreding van dit besluit niet zijn overgedragen aan diensten of rechtspersonen aan wie taken van Kind en Gezin worden toegewezen. § 2. Artikel 65 is van overeenkomstige toepassing.
Art. 70.Totdat het raadgevend comité bij het agentschap is samengesteld overeenkomstig artikel 19 van het decreet van 30 april 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind en Gezin en uiterlijk tot en met 31 december 2006, vergadert het raadgevend comité bij het agentschap in de samenstelling die is bepaald in het ministerieel besluit van 28 januari 2005 tot benoeming van de voorzitter en de leden van de raad van bestuur van Kind en Gezin.
In die periode ontvangen de voorzitter en de leden van het raadgevend comité een vergoeding overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 29 juli 1989 houdende vaststelling van de vergoedingen voor de voorzitter, leden van de raad van beheer en decretale adviescommissies en de gemeenschapscommissarissen van Kind en Gezin. HOOFDSTUK VIII. - Infrastructuur voor persoonsgebonden aangelegenheden
Art. 71.In het besluit van de Vlaamse Regering van 6 juli 1994 tot regeling van de werking en het financieel beheer van het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in artikel 2 worden de woorden « De secretaris-generaal van het departement Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur » vervangen door de woorden « Het hoofd van het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin »;2° in artikel 4, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 1999 : a) worden in § 1 de woorden « De secretaris-generaal » vervangen door de woorden « Het hoofd van het departement »;b) wordt § 2 opgeheven;3° in artikel 5 worden de woorden « de secretaris-generaal » vervangen door de woorden « het hoofd van het departement »;4° in artikel 6 worden de woorden « De secretaris-generaal » vervangen door de woorden « Het hoofd van het departement ».
Art. 72.In het besluit van de Vlaamse Regering van 6 juli 1994 tot vaststelling van de totale investeringssubsidie en de bouwtechnische normen voor de voorzieningen voor de sociale integratie van personen met een handicap worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in artikel 1 worden in punt 1° de woorden « het Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van Personen met een Handicap, opgericht bij decreet van 27 juni 1990 » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap, opgericht bij decreet van 7 mei 2004 »;2° in artikel 2 worden in punt 7 de woorden « van de Staat » geschrapt en worden de woorden « het ministerie van Openbare Werken, thans ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, departement Leefmilieu en Infrastructuur » vervangen door de woorden « het Vlaams Ministerie van Mobiliteit en Openbare Werken »;3° in artikel 5, § 2, tweede lid, worden de woorden « Het Fonds » vervangen door de woorden « De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, ».
Art. 73.In het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 1999 tot vaststelling van de totale investeringssubsidie en de bouwtechnische normen voor de kinderopvangsector worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in artikel 2 worden in punt 7° de woorden « het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, departement Leefmilieu en Infrastructuur » vervangen door de woorden « het Vlaams Ministerie van Mobiliteit en Openbare Werken »;2° in artikel 7, § 2, tweede lid, worden de woorden « De raad van beheer van de instelling Kind en Gezin » vervangen door de woorden « De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, ».
Art. 74.In het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 1999 houdende de procedureregels inzake de infrastructuur voor persoonsgebonden aangelegenheden worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in artikel 1, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 april 2002 : a) wordt punt 2° vervangen door wat volgt : « instellingen : het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind en Gezin, opgericht bij het decreet van 30 april 2004, en het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap, opgericht bij het decreet van 7 mei 2004;»; b) worden in punt 11° de woorden « de raad van bestuur of, wat betreft het Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van Personen met een Handicap, een hiertoe door hem gemachtigd ambtenaar van » geschrapt;2° in artikel 6 worden de woorden « het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » vervangen door de woorden « het Vlaams Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin »;3° in artikel 7, eerste lid, worden de woorden « van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » vervangen door de woorden « van het Vlaams Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin »;4° in artikel 9, tweede lid, worden de woorden « het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » vervangen door de woorden « het Vlaams Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin »;5° in artikel 19, § 4, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 9 maart 2001 : a) worden tussen de woorden « elke vergadering van het Fonds » en « uitgenodigd » de woorden « en van de instellingen » ingevoegd;b) wordt de zin « De bij de instellingen aangestelde gemachtigde van financiën wordt op elke coördinatiecommissie van de hem of haar betreffende instelling uitgenodigd om toezicht uit te oefenen op de toekenning van de investeringssubsidies.» geschrapt; 6° in artikel 35 : a) worden in § 1 : 1) in het derde lid, de woorden « de instelling Kind en Gezin » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind en Gezin »;2) in het vierde lid, de woorden « de instelling Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van Personen met een Handicap » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap »;b) worden in § 3 : 1) in het eerste lid, in punt 1°, de woorden « van de instelling Kind en Gezin of van de instelling Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van Personen met een Handicap » vervangen door de woorden « van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind en Gezin of van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap » en de woorden « de instelling Kind en Gezin of de instelling Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van Personen met een Handicap » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind en Gezin of het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap »;2) in het derde lid, de woorden « de instelling Kind en Gezin of de instelling Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van Personen met een Handicap » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind en Gezin of het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap »;c) worden in § 4 : 1) in het derde lid, de woorden « de instelling Kind en Gezin » telkens vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind en Gezin »;2) in het vierde lid, de woorden « de instelling Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van Personen met een Handicap » telkens vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap ».
Art. 75.In het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 1999 tot vaststelling van de totale investeringssubsidie en de bouwtechnische normen voor de preventieve en de ambulante gezondheidszorg worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in artikel 2 worden in punt 7° de woorden « het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, departement Leefmilieu en Infrastructuur » vervangen door de woorden « het Vlaams Ministerie van Mobiliteit en Openbare Werken »;2° in artikel 24 : a) worden in het eerste lid de woorden « de administratie Gezondheidszorg van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid »;b) worden in het tweede lid de woorden « de administratie Gezondheidszorg » vervangen door de woorden « het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid ». HOOFDSTUK IX. - Slotbepalingen
Art. 76.Het besluit van de Vlaamse Regering van 27 februari 1991 tot reorganisatie van de wetenschappelijke inrichting Centrum voor Bevolkings- en Gezinsstudiën wordt opgeheven.
Art. 77.De volgende regelingen treden in werking op 1 april 2006 : 1° het decreet van 30 april 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind en Gezin, met uitzondering van artikel 26, eerste streepje, voor zover het de bepaling, vermeld in artikel 68, betreft;2° het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap, met uitzondering van : a) artikel 32, 1° en 2°;b) artikel 32, 3°, voor zover het de bepalingen, vermeld in artikel 62, betreft;3° het decreet van 7 mei 2004 tot omvorming van het « Vlaams Zorgfonds » tot een intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid en tot wijziging van het decreet van 30 maart 1999 houdende de organisatie van de zorgverzekering, gewijzigd bij het decreet van 24 juni 2005;4° het besluit van de Vlaamse Regering van 26 maart 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap Inspectie Welzijn en Volksgezondheid, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005;5° het besluit van de Vlaamse Regering van 7 mei 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap « Zorg en Gezondheid », gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005;6° het besluit van de Vlaamse Regering van 7 mei 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap Jongerenwelzijn, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005, met uitzondering van artikel 23, 2°, dat in werking treedt op de datum waarop het decreet van 7 mei 2004 tot omvorming van het « Fonds Bijzondere Jeugdbijstand » tot het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid « Fonds Jongerenwelzijn » en tot wijziging van de decreten inzake bijzondere jeugdbijstand, gecoördineerd op 4 april 1990, in werking treedt.
Art. 78.Het besluit van de Vlaamse Regering van 10 oktober 2003 tot regeling van de delegatie van beslissingsbevoegdheden aan de hoofden van de departementen van de Vlaamse ministeries treedt in werking op 1 april 2006, wat het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin betreft.
Art. 79.Het besluit van de Vlaamse Regering van 10 oktober 2003 tot regeling van de delegatie van beslissingsbevoegdheden aan de hoofden van de intern verzelfstandigde agentschappen van de Vlaamse overheid treedt in werking op 1 april 2006, wat de agentschappen, vermeld in artikel 77, betreft.
Art. 80.Dit besluit treedt in werking op 1 april 2006.
Art. 81.De Vlaamse minister, bevoegd voor de Bijstand aan Personen en de Vlaamse minister, bevoegd voor het Gezondheidsbeleid, zijn, ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 31 maart 2006.
De minister-president van de Vlaamse Regering, Y. LETERME De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, I. VERVOTTE