Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 30 april 2020
gepubliceerd op 08 mei 2020

Besluit van de Vlaamse Regering over de financiële gevolgen van de maatregelen ter bestrijding van COVID-19 voor voorzieningen voor personen met een handicap en voor personen met een handicap die ondersteuning hebben van het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap

bron
vlaamse overheid
numac
2020041223
pub.
08/05/2020
prom.
30/04/2020
ELI
eli/besluit/2020/04/30/2020041223/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

30 APRIL 2020. - Besluit van de Vlaamse Regering over de financiële gevolgen van de maatregelen ter bestrijding van COVID-19 voor voorzieningen voor personen met een handicap en voor personen met een handicap die ondersteuning hebben van het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap


Rechtsgronden Dit besluit is gebaseerd op: - het decreet van 7 mei 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 07/05/2004 pub. 11/06/2004 numac 2004035909 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap sluiten tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap artikel 8, 2° en 3°, 7°, 11° en 12° ingevoegd bij decreet van 25 april 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/04/2014 pub. 28/08/2014 numac 2014035693 bron vlaamse overheid DECREET houdende de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap en tot hervorming van de wijze van financiering van de zorg en de ondersteuning voor personen met een handicap sluiten en artikel 19 ingevoegd bij het decreet van 25 april 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/04/2014 pub. 28/08/2014 numac 2014035693 bron vlaamse overheid DECREET houdende de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap en tot hervorming van de wijze van financiering van de zorg en de ondersteuning voor personen met een handicap sluiten; -het decreet van 25 april 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/04/2014 pub. 28/08/2014 numac 2014035693 bron vlaamse overheid DECREET houdende de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap en tot hervorming van de wijze van financiering van de zorg en de ondersteuning voor personen met een handicap sluiten houdende de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap en tot hervorming van de wijze van financiering van de zorg en de ondersteuning voor personen met een handicap, artikel 10 eerste lid.

Vormvereisten De volgende vormvereisten zijn vervuld: - De Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, heeft zijn akkoord gegeven op 29 april 2020. - Er is geen advies gevraagd aan de Raad van State, met toepassing van artikel 3, § 1, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.

Het is dringend noodzakelijk dat duidelijkheid wordt geboden aan voorzieningen en aan personen met een handicap over de initiatieven de zijn genomen om tegemoet te komen aan de financiële gevolgen van de maatregelen die de overheid heeft genomen ter bestrijding van COVID-19.

De maatregelen hebben voor voorzieningen het gevolg dat zij de ondersteuning die zij normaal moeten bieden ofwel niet kunnen bieden ofwel dat zij meer of andere ondersteuning moeten bieden. Anderzijds moeten zij hun personeel blijven tewerkstellen of hen ter beschikking stellen aan andere organisaties voor personen met een handicap of andere organisaties of diensten erkend of vergund binnen het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin. Het is dan ook dringend noodzakelijk dat aan de voorzieningen garantie op behoud van dezelfde middelen als voor de coronaperiode wordt geboden.

De maatregelen hebben voor personen met een handicap in een aantal gevallen het gevolg dat ze niet naar de voorziening kunnen gaan maar permanent in de thuissituatie moeten verblijven of dat zij niet meer naar huis kunnen gaan en permanent in de voorziening moeten verblijven. Het is dringende noodzakelijk duidelijkheid te bieden over de financiële gevolgen van de wijzigingen in de ondersteuning als gevolg van COVID-19 en over de initiatieven de zijn genomen om tegemoet te komen aan de financiële gevolgen van de maatregelen in het kader van COVID-19.

Motivering Dit besluit is gebaseerd op de volgende motieven: De maatregelen die getroffen worden in het kader van COVID-19 hebben een belangrijke impact op de reguliere werking en dienstverlening van alle actoren in de sector van personen met een handicap en op de zorg en ondersteuning die de betrokken personen met een handicap kunnen krijgen. Deze impact uit zich op diverse vlakken. In de regelgeving opgelegde vereisten kunnen niet (tijdig) nagekomen worden. De ondersteuning die normaliter wordt geboden kan niet gecontinueerd worden. Voorzieningen kunnen geen ondersteuning bieden of moeten meer of andere ondersteuning bieden dan gebruikelijk is, wat wijzigingen in de personele inzet impliceert. Zowel personen met een handicap als voorzieningen hebben extra en onvoorziene kosten. Om de impact te beperken en zowel juridisch als financieel de nodige garanties te kunnen bieden, worden enkele tijdelijke compenserende maatregelen genomen.

Initiatiefnemer Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding.

Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING BESLUIT: HOOFSTUK 1. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: 1° agentschap: het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap, opgericht bij het decreet van 7 mei 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 07/05/2004 pub. 11/06/2004 numac 2004035909 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap sluiten tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap;2° besluit van 15 december 2000: besluit van de Vlaamse Regering van 15 december 2000Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 15/12/2000 pub. 30/01/2001 numac 2001035050 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering houdende vaststelling van de voorwaarden van toekenning van een persoonlijk assistentiebudget aan personen met een handicap sluiten houdende vaststelling van de voorwaarden van toekenning van een persoonlijke-assistentiebudget aan personen met een handicap;3° besluit van 24 juni 2016: besluit van de Vlaamse Regering van 24 juni 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/06/2016 pub. 16/08/2016 numac 2016036148 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering over de besteding van het budget voor niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor meerderjarige personen met een handicap en over organisatiegebonden kosten voor vergunde zorgaanbieders type besluit van de vlaamse regering prom. 24/06/2016 pub. 12/08/2016 numac 2016036144 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende het vergunnen van aanbieders van niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor personen met een handicap sluiten over de besteding van het budget voor niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor meerderjarige personen met een handicap en over organisatiegebonden kosten voor vergunde zorgaanbieders;4° bijstandsorganisatie: een bijstandsorganisatie als vermeld in artikel 1, 2°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 11 december 2015Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 11/12/2015 pub. 27/01/2016 numac 2016035015 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de vergunningsvoorwaarden en de subsidieregeling van bijstandsorganisaties om budgethouders bij te staan in het kader van persoonsvolgende financiering sluiten houdende de vergunningsvoorwaarden en de subsidieregeling van bijstandsorganisaties om budgethouders bij te staan in het kader van persoonsvolgende financiering;5° budgethouder van een PAB: een budgethouder als vermeld in artikel 1, 4°, van het besluit van 15 december 2000;6° budgethouder van een persoonsvolgend budget: een budgethouder als vermeld in artikel 1, 6°, van het besluit van 24 juni 2016;7° cash budget: een cash budget als vermeld in artikel 1, 7°, van het besluit van 24 juni 2016;8° individuele dienstverleningsovereenkomst: de individuele dienstverleningsovereenkomst, vermeld in artikel 9 van besluit van de Vlaamse Regering van 4 februari 2011 betreffende de algemene erkenningsvoorwaarden en kwaliteitszorg van voorzieningen voor opvang, behandeling en begeleiding van personen met een handicap;9° PAB: een PAB als vermeld in artikel 1, 3°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 december 2000Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 15/12/2000 pub. 30/01/2001 numac 2001035050 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering houdende vaststelling van de voorwaarden van toekenning van een persoonlijk assistentiebudget aan personen met een handicap sluiten;10° periode COVID-19: de periode waarin de maatregelen die ter bestrijding van COVID-19 zijn uitgevaardigd, van kracht zijn en die is ingegaan op 14 maart 2020;11° persoonsvolgend budget: een budget voor niet rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning als vermeld in hoofdstuk 5 van het decreet van 25 april 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/04/2014 pub. 28/08/2014 numac 2014035693 bron vlaamse overheid DECREET houdende de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap en tot hervorming van de wijze van financiering van de zorg en de ondersteuning voor personen met een handicap sluiten houdende de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap en tot hervorming van de wijze van financiering van de zorg en de ondersteuning voor personen met een handicap of het aantal zorggebonden middelen, vermeld in artikel 8 en 12 van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juni 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/06/2016 pub. 16/08/2016 numac 2016036148 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering over de besteding van het budget voor niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor meerderjarige personen met een handicap en over organisatiegebonden kosten voor vergunde zorgaanbieders type besluit van de vlaamse regering prom. 24/06/2016 pub. 12/08/2016 numac 2016036144 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende het vergunnen van aanbieders van niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor personen met een handicap sluiten houdende de transitie van personen met een handicap die gebruikmaken van een persoonlijke-assistentiebudget of een persoonsgebonden budget of die ondersteund worden door een flexibel aanbodcentrum voor meerderjarigen of een thuisbegeleidingsdienst, naar persoonsvolgende financiering en houdende de transitie van de flexibele aanbodcentra voor meerderjarigen en de thuisbegeleidingsdiensten, of een aantal zorggebonden punten als vermeld in artikel 11/1, § 1, eerste lid van het besluit van de Vlaamse Regering van 20 april 2018 houdende maatregelen voor de uitwerking van de persoonsvolgende budgetten die in het kader van de transitie naar persoonsvolgende financiering ter beschikking zijn gesteld, of artikel 2, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 29 maart 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/04/2014 pub. 28/08/2014 numac 2014035693 bron vlaamse overheid DECREET houdende de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap en tot hervorming van de wijze van financiering van de zorg en de ondersteuning voor personen met een handicap sluiten0 over de transitie van de personen met een handicap die zorg en ondersteuning krijgen in het buitenland en tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juni 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/06/2016 pub. 16/08/2016 numac 2016036148 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering over de besteding van het budget voor niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor meerderjarige personen met een handicap en over organisatiegebonden kosten voor vergunde zorgaanbieders type besluit van de vlaamse regering prom. 24/06/2016 pub. 12/08/2016 numac 2016036144 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende het vergunnen van aanbieders van niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor personen met een handicap sluiten over de besteding van het budget voor niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor meerderjarige personen met een handicap en over organisatiegebonden kosten voor vergunde zorgaanbieders, wat betreft de besteding van het budget in het buitenland;12° tijdelijk persoonsvolgend budget noodsituatie: een tijdelijk persoonsvolgend budget noodsituatie als vermeld in artikel 28 van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 27/11/2015 pub. 15/01/2016 numac 2015036642 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering over de indiening en de afhandeling van de aanvraag van een budget voor niet rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor meerderjarige personen met een handicap en over de terbeschikkingstelling van dat budget sluiten over de indiening en de afhandeling van de aanvraag van een budget voor niet rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor meerderjarige personen met een handicap en over de terbeschikkingstelling van dat budget;13° vergunde zorgaanbieder: een aanbieder van zorg en ondersteuning die conform het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juni 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/06/2016 pub. 16/08/2016 numac 2016036148 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering over de besteding van het budget voor niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor meerderjarige personen met een handicap en over organisatiegebonden kosten voor vergunde zorgaanbieders type besluit van de vlaamse regering prom. 24/06/2016 pub. 12/08/2016 numac 2016036144 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende het vergunnen van aanbieders van niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor personen met een handicap sluiten houdende het vergunnen van aanbieders van niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor personen met een handicap, vergund is door het agentschap;14° voorzieningen: de voorzieningen, vermeld in artikel 4, eerste lid, 1° tot en 4°, van het besluit van de Vlaamse Regiering van 4 februari 2011 betreffende de algemene erkenningsvoorwaarden en kwaliteitszorg van voorzieningen voor opvang, behandeling en begeleiding van personen met een handicap;15° Zorginspectie: Zorginspectie van het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, vermeld in artikel 3, § 2, derde lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 31 maart 2006Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 31/03/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006035781 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, betreffende de inwerkingtreding van regelgeving tot oprichting van agentschappen in het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en betreffende de wijziging van regelgeving met betrekking tot dat beleidsdomein sluiten betreffende het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, betreffende de inwerkingtreding van regelgeving tot oprichting van agentschappen in het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en betreffende de wijziging van regelgeving met betrekking tot dat beleidsdomein. HOOFDSTUK 2. - Budgetgarantie voor voorzieningen, organisaties inzake vrije tijdszorg en bijstandsorganisaties

Art. 2.De afspraken over het bieden van ondersteuning in de individuele dienstverleningsovereenkomsten met voorzieningen die van toepassing waren op de dag voor de aanvangsdatum van de periode COVID-19 worden niet aangepast als de voorzieningen gedurende de periode COVID-19 geen ondersteuning bieden of andere ondersteuning bieden als is overeengekomen of ondersteuning bieden met een andere frequentie dan is overeengekomen, behalve als de wijziging in de ondersteuning het gevolg is van de inzet van een tijdelijk persoonsvolgend budget noodsituatie.

De afspraken in de overeenkomsten met een vergunde zorgaanbieder of een multifunctioneel centrum voor minderjarige personen met een handicap over het bieden van ondersteuning als vermeld in artikel 10, § 5, van het besluit van 15 december 2000 worden niet aangepast als de overeengekomen ondersteuning niet kan worden geboden gedurende de periode COVID-19 of als gedurende deze periode meer ondersteuning moet worden geboden dan is overeengekomen.

Art. 3.Voor de toepassing van dit artikel wordt verstaan onder voucher: een voucher als vermeld in artikel 1, 10°, van het besluit van 24 juni 2016.

Ongeacht of het persoonsvolgend budget wordt ingezet bij wijze van voucher of wordt ingezet als een cash budget moeten de afspraken over de vergoeding van geboden ondersteuning die zijn opgenomen in de individuele dienstverleningsovereenkomst die van toepassing was op de dag voor de aanvang van de periode COVID-19 voor die periode worden uitgevoerd ook als de vergunde zorgaanbieder tijdens de periode COVID-19 de overeengekomen ondersteuning niet biedt of als andere ondersteuning of ondersteuning met een andere frequentie wordt geboden dan is overeengekomen behalve als de wijziging in de ondersteuning het gevolg is van de inzet van een tijdelijk persoonsvolgend budget noodsituatie. In dit geval moeten de vergoedingsafspraken opgenomen in de aangepaste individuele dienstverleningsovereenkomst worden nageleefd.

Als het persoonsvolgend budget wordt ingezet als een cash budget en de wijziging in de ondersteuning niet het gevolg is van de inzet van een tijdelijk persoonsvolgend budget noodsituatie moet de vergunde zorgaanbieder een factuur opmaken op basis van de ondersteuning die conform de individuele dienstverleningsovereenkomst die van toepassing was op de dag voor de startdatum van de periode COVID-19, gedurende de periode COVID-19 geboden zou moeten worden.

De budgethouder van een PAB voert de afspraken over de vergoeding van geboden ondersteuning, opgenomen in de overeenkomsten, vermeld in artikel 2, tweede lid, uit ook als de vergunde zorgaanbieder of het multifunctioneel centrum voor minderjarigen gedurende de periode COVID-19 geen ondersteuning heeft geboden of meer ondersteuning heeft geboden dan is overeengekomen.

Art. 4.De voorzieningen kunnen aanspraak maken op een financiële compensatie voor de derving van vergoedingen voor woonkosten als gevolg van het feit dat zij conform artikel 14, tweede lid, in de periode COVID-19 geen woonkosten mogen aanrekenen als de persoon met een handicap niet in de voorziening verblijft. De Vlaamse minister bevoegd voor de bijstand aan personen met een beperking bepaalt de voorwaarden en de modaliteiten van deze financiële compensatie.

Art. 5.Als het persoonsvolgend budget of een deel ervan wordt ingezet als een voucher als vermeld in artikel 1, 10°, van het besluit van 24 juni 2016 wordt er bij overlijden van de persoon met een handicap tijdens de periode COVID-19 in afwijking van artikel 25, vijfde lid, van het voormelde besluit, van rechtswege van uitgegaan dat de overeenkomst die met de vergunde zorgaanbieder in het kader van de voucherbesteding was aangegaan eindigt twee maanden na de dag van het overlijden van de persoon met een handicap.

Als de dag waarop de overeenkomst conform het eerste lid van rechtswege eindigt valt binnen de periode COVID-19 wordt ervan rechtswege van uitgegaan dat de overeenkomst eindigt op de dag na de einddatum van de periode COVID-19.

Art. 6.Voor de toepassing van artikel 6, laatste lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 februari 2013Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 22/02/2013 pub. 19/03/2013 numac 2013035262 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende rechtstreeks toegankelijke hulp voor personen met een handicap type besluit van de vlaamse regering prom. 22/02/2013 pub. 22/03/2013 numac 2013035267 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 december 1996 betreffende de erkenning en subsidiëring van thuisbegeleidingsdiensten voor personen met een handicap sluiten betreffende rechtstreeks toegankelijke hulp voor personen met een handicap, wordt voor het jaar 2020 het aantal personeelspunten waarvoor de voorziening erkend is proportioneel verminderd rekening houdend met de duurtijd van de periode COVID-19. De voorwaarde, vermeld in artikel 6, laatste lid, van het voormelde besluit dat maximaal twintig personeelspunten minder gepresteerd mogen worden vervalt voor het jaar 2020.

Art. 7.Voor de toepassing van artikel 13, tweede lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 september 2011 betreffende de erkenning en subsidiëring van diensten Ondersteuningsplan en een mentororganisatie voor het voortraject van personen met een handicap voor het jaar 2020 wordt het aantal personeelspunten dat overeenstemt met het aantal begeleidingen waarvoor de dienst is erkend, proportioneel verminderd rekening houdend met de duurtijd van periode COVID-19. De voorwaarde, vermeld in artikel 13, tweede lid, van hetzelfde besluit dat maximaal twintig personeelspunten minder gepresteerd mogen worden vervalt voor het jaar 2020.

Art. 8.Voor de toepassing van artikel 10, § 1, vijfde lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 juli 2007Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 19/07/2007 pub. 09/08/2007 numac 2007036337 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de bepalingen en voorwaarden van erkenning en subsidiëring van organisaties inzake vrijetijdszorg voor personen met een handicap sluiten tot vaststelling van de bepalingen en voorwaarden van erkenning en subsidiëring van organisaties inzake vrijetijdszorg voor personen met een handicap voor het jaar 2020 wordt het aantal prestaties dat bewezen wordt proportioneel verminderd rekening houdend met de duurtijd van de periode COVID-19.

Art. 9.Voor de toepassing van artikel 19 van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2017 over de erkenning en subsidiëring van voorzieningen die ondersteuning bieden aan personen met een handicap in de gevangenis, en van units voor geïnterneerden wordt ervan uitgegaan dat de units voor geïnterneerden gedurende de periode COVID-19 een bezettingsgraad van 100 % hebben.

Art. 10.Een bijstandsorganisatie ontvangt een subsidie als het bedrag dat het agentschap heeft betaald aan budgethouders van een persoonsvolgend budget of van een PAB voor de kosten die voortvloeien uit overeenkomsten over hoogdrempelige individuele bijstand als vermeld in artikel 7, 2°, g, van het besluit van 24 juni 2016 met die bijstandsorganisatie of voor de kosten van hoogdrempelige individuele bijstand, vermeld in artikel 10, § 1, eerste lid, van het besluit van 15 december 2000, die werd geboden door die bijstandsorganisatie, voor de periode COVID-19, lager is dan het bedrag dat het agentschap voor die kosten voor de vergelijkbare periode in het jaar 2019 heeft terugbetaald.

Het bedrag van de subsidie van het eerste lid is gelijk aan het verschil tussen het bedrag dat is betaald in het jaar 2019 en het jaar 2020 voor wat betreft de periode COVID-19 en de vergelijkbare periode in 2020.

De subsidies worden toegekend met inachtneming van het besluit 2012/21/EU van de Commissie van 20 december 2011 betreffende de toepassing van artikel 106, tweede lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op staatssteun in de vorm van compensatie voor de openbare dienst, verleend aan bepaalde met het beheer van diensten van algemeen economisch belang belaste ondernemingen.

Art. 11.De voorzieningen, de organisaties inzake vrijetijdszorg en de bijstandsorganisaties moeten hun personeelsleden gedurende de periode COVID-19 blijven tewerkstellen en betalen of hun personeelsleden ter beschikking stellen van een organisatie of dienst die erkend of vergund is door een overheidsdienst van het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin.

Als Zorginspectie vaststelt dat niet is voldaan aan de verplichting, vermeld in het eerste lid, kan het agentschap een deel van de subsidies waarop de voorzieningen krachtens de regelgeving die op hen van toepassing is of op basis van de inzet van persoonsvolgende budgetten, aanspraak kunnen maken voor de periode COVID-19, niet uitbetalen. De Vlaamse minister bevoegd voor de bijstand aan personen met een beperking stelt de modaliteiten vast voor de inhouding van de subsidies. Hij houdt hierbij rekening met de periode gedurende dewelke niet aan de verplichting, vermeld in het eerste lid is voldaan en met de omvang van de groep van personeelsleden voor wie niet aan de verplichting in het eerste lid is voldaan. HOOFDSTUK 3. - Financiële garanties voor personen met een handicap.

Art. 12.Als op de datum van de aanvang van de periode COVID-19 gebruik werd gemaakt van de mogelijkheid voorzien in artikel 12 van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 februari 2013Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 22/02/2013 pub. 19/03/2013 numac 2013035262 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende rechtstreeks toegankelijke hulp voor personen met een handicap type besluit van de vlaamse regering prom. 22/02/2013 pub. 22/03/2013 numac 2013035267 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 december 1996 betreffende de erkenning en subsidiëring van thuisbegeleidingsdiensten voor personen met een handicap sluiten betreffende rechtstreeks toegankelijke hulp voor personen met een handicap om het persoonsvolgend budget te combineren met verblijf, al of niet in combinatie met dagopvang, kan de betrokken persoon met een handicap in afwijking van artikel 12, vierde en vijfde lid, van het vermelde besluit blijven gebruik maken van verblijf, al of niet in combinatie met dagopvang tot de periode COVID-19 is afgelopen. De dienst rechtstreeks toegankelijke hulp mag aan de persoon met een handicap geen vergoeding vragen voor het bieden van deze ondersteuning behoudens een financiële bijdrage als vermeld in artikel 15 van het voormelde besluit.

Art. 13.Als vergunde zorgaanbieders gedurende de periode COVID-19 meer ondersteuningsfuncties bieden of ondersteuningsfuncties bieden met een hogere frequentie dan is overeengekomen of als zij andere ondersteuningsfuncties bieden of ondersteuningsfuncties bieden met een andere frequentie dan is overeengekomen in de individuele dienstverleningsovereenkomst die van toepassing was op de dag voor de aanvang van de periode COVID-19 mogen zij geen bijkomende vergoeding vragen voor de geboden ondersteuning bovenop de vergoeding die voor het bieden van ondersteuning is vermeld in die individuele dienstverleningsovereenkomst die van toepassing was op de dag voor de aanvang van de periode COVID-19 behalve als de wijziging in de ondersteuning het gevolg is van de inzet van een tijdelijk persoonsvolgend budget noodsituatie Als de aanbieders van zorg en ondersteuning die erkend zijn door het agentschap of gesubsidieerd worden door het agentschap meer ondersteuning bieden of andere ondersteuning bieden dan is overeengekomen in de individuele dienstverleningsovereenkomst die van toepassing was op de dag voor de aanvang van de periode COVID-19 mogen zij geen bijkomende vergoeding vragen bovenop de subsidies waarop zij conform de regelgeving die op hen van toepassing is, aanspraak kunnen maken.

Art. 14.Gedurende de periode COVID-19 worden artikel 25 tot en met artikel 31 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 februari 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 26/02/2016 pub. 12/04/2016 numac 2016035425 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende erkenning en subsidiëring van flexibele aanbodcentra voor meerderjarige personen met een handicap type besluit van de vlaamse regering prom. 26/02/2016 pub. 12/04/2016 numac 2016035423 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende erkenning en subsidiëring van multifunctionele centra voor minderjarige personen met een handicap sluiten houdende erkenning en subsidiëring van multifunctionele centra voor minderjarige personen met een handicap bij ondersteuning door een multifunctioneel centrum voor minderjarige personen met een handicap en artikel 9, § 2/1 en § 2/2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 4 februari 2011 betreffende de algemene erkenningsvoorwaarden en kwaliteitszorg van voorzieningen voor opvang, behandeling en begeleiding van personen met een handicap voor meerderjarige personen met een handicap met een persoonsvolgend budget, gedurende de periode COVID-19 toegepast op basis van de ondersteuning die in periode COVID-19 daadwerkelijk wordt geboden.

In de periode COVID-19 rekenen de voorzieningen leefkosten als vermeld in artikel 9, § 3, vierde lid van het voormelde besluit van 4 februari 2011 aan in functie van de ondersteuning die daadwerkelijk wordt geboden. Er mogen alleen woonkosten, als vermeld in artikel 9, § 3, eerste lid, van het voormelde besluit worden aangerekend als de persoon met een handicap daadwerkelijk in de voorziening verblijft.

Art. 15.§ 1. Personen met een handicap die beschikken over een persoonsvolgend budget of over een PAB kunnen aanspraak maken op een overschrijding van hun budget voor het jaar 2020 met 8,5% als aan al de volgende voorwaarden is voldaan: 1° zij verblijven gedurende de periode COVID-19 niet voltijds in een voorziening;2° de budgethouders van een persoonsvolgend budget sluiten overeenkomsten als vermeld in artikel 7, 2° van het besluit van 24 juni 2016, over ondersteuning in de thuissituatie gedurende de periode COVID-19 met uitzondering van een overeenkomst als vermeld in artikel 7, 2°, h) met een vergunde zorgaanbieder waarmee voor de periode COVID-19 al een individuele dienstverleningsovereenkomst lopende was, of passen lopende overeenkomsten als vermeld in artikel 7,2°, in dit kader aan.Als voor de start van de periode COVID-19 een overeenkomst als vermeld in artikel 7, 3°, van het voormelde besluit is aangegaan kan deze overeenkomst voor de duur van de periode COVID-19 worden aangepast. De budgethouders van een PAB sluiten overeenkomsten als vermeld in artikel 12, eerste lid van het besluit van 15 december 2000, over ondersteuning in de thuissituatie gedurende de periode COVID-19 of passen lopende overeenkomsten in dit kader aan; 3° het persoonsvolgend budget of het PAB voor het jaar 2020 is niet toereikend om de kosten die voortvloeien uit de overeenkomsten of de aanpassingen van de overeenkomsten, vermeld in punt 2°, te betalen. De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen met een handicap, kan het percentage, vermeld in het eerste lid, rekening houdend met de duur van de periode COVID-19 verhogen. § 2. In afwijking van artikel 3, § 2, van het besluit van 24 juni 2016, ontvangt de budgethouder van een persoonsvolgend budget geen vergoeding van beheerskosten voor het bedrag waarmee het jaarbudget, conform het eerste lid kan worden overschreden.

Als de budgethouder van een persoonsvolgend budget het budget in het kader van de overschrijding van het jaarbudget, vermeld in pararaaf 1, eerste lid, voor het eerst inzet als een cashbudget wordt in afwijking van artikel 16, derde lid, van het voormelde besluit geen terugvorderbaar voorschot toegekend. § 3. Als het agentschap of zorginspectie vaststellen dat het budget voor het jaar 2020 werd overschreden maar dat er niet is voldaan aan de voorwaarden, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, kan het agentschap de kosten die het ten onrechte heeft terugbetaald, terugvorderen.

Art. 16.In afwijking van artikel 2 en artikel 4, § 1 en 2, van het besluit van de Vlaamse Regering van 29 maart 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/04/2014 pub. 28/08/2014 numac 2014035693 bron vlaamse overheid DECREET houdende de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap en tot hervorming van de wijze van financiering van de zorg en de ondersteuning voor personen met een handicap sluiten0 over de transitie van de personen met een handicap die zorg en ondersteuning krijgen in het buitenland en tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juni 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/06/2016 pub. 16/08/2016 numac 2016036148 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering over de besteding van het budget voor niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor meerderjarige personen met een handicap en over organisatiegebonden kosten voor vergunde zorgaanbieders type besluit van de vlaamse regering prom. 24/06/2016 pub. 12/08/2016 numac 2016036144 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende het vergunnen van aanbieders van niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor personen met een handicap sluiten over de besteding van het budget voor niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor meerderjarige personen met een handicap en over organisatiegebonden kosten voor vergunde zorgaanbieders, wat betreft de besteding van het budget in het buitenland, kan een budgethouder in de periode COVID-19 een beroep doen op een andere aanbieder van zorg en ondersteuning of de overeenkomst vermeld in artikel 3, derde lid, van het voormelde besluit wijzigingen zonder dat hij een herziening van het aantal zorggebonden punten, vermeld in de beslissing, vermeld in artikel 3, eerste lid, van hetzelfde besluit moet vragen.

Art. 17.De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen met een beperking, is belast met de uitvoering van dit besluit.

De Vlaamse minister, bevoegd voor bijstand aan personen met een beperking, bepaalt de einddatum van de periode COVID-19. Hij kan een verschillende einddatum bepalen voor de verschillende maatregelen, vermeld in dit besluit.

Art. 18.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 14 maart 2020.

Brussel, 30 april 2020.

De minister-president van de Vlaamse Regering, J. JAMBON De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding, W. BEKE

^