Etaamb.openjustice.be
Wet van 13 augustus 2011
gepubliceerd op 01 februari 2012

Wet inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten op defensie- en veiligheidsgebied

bron
federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister
numac
2011021082
pub.
01/02/2012
prom.
13/08/2011
ELI
eli/wet/2011/08/13/2011021082/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)Kamer (parl. doc.)Senaat (fiche)
Document Qrcode

13 AUGUSTUS 2011. - Wet inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten op defensie- en veiligheidsgebied


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt : TITEL 1. - Algemene bepalingen en definities

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Ze voorziet in de gedeeltelijke omzetting van Richtlijn 2009/81/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen door aanbestedende diensten van bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten op defensie- en veiligheidsgebied, en tot wijziging van Richtlijnen 2004/17/EG en 2004/18/EG.

Art. 2.Voor de toepassing van deze wet wordt verstaan onder : 1° aanbestedende overheid : a) de Staat;b) de territoriale lichamen;c) de publiekrechtelijke instellingen;d) de personen, welke ook hun vorm en aard mogen zijn, die op de datum van de beslissing om tot een opdracht over te gaan : i) opgericht zijn met het specifieke doel te voorzien in behoeften van algemeen belang die niet van industriële of commerciële aard zijn, en ii) rechtspersoonlijkheid hebben, en waarvan - ofwel de werkzaamheden in hoofdzaak gefinancierd worden door de overheden of instellingen vermeld in 1°, a), b) of c) ; - ofwel het beheer onderworpen is aan het toezicht van die overheden of instellingen; - ofwel de leden van de directie, van de raad van bestuur of van de raad van toezicht voor meer dan de helft door die overheden of instellingen zijn aangewezen; e) de verenigingen bestaande uit één of meer aanbestedende overheden als bedoeld in 1°, a), b), c) of d) ;2° overheidsbedrijf : elke onderneming die een activiteit bedoeld in titel III van de wet overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 2006, hierna de wet van 15 juni 2006 genoemd, uitoefent waarop de aanbestedende overheden rechtstreeks of onrechtstreeks een overheersende invloed kunnen uitoefenen uit hoofde van eigendom, financiële deelneming of in de onderneming geldende voorschriften.De overheersende invloed wordt vermoed wanneer deze overheden, rechtstreeks of onrechtstreeks, ten opzichte van de onderneming : - de meerderheid van het maatschappelijk kapitaal bezitten, of - over de meerderheid van de stemmen beschikken die verbonden zijn aan de door de onderneming uitgegeven aandelen, of - meer dan de helft van de leden van het bestuurs-, leidinggevend of toezichthoudend orgaan van de onderneming kunnen aanwijzen; 3° aanbestedende entiteit : de privaatrechtelijke persoon die bijzondere of uitsluitende rechten geniet in de zin van artikel 2, 3°, van de wet van 15 juni 2006 wanneer hij een activiteit uitoefent als bedoeld in titel IV van die wet;4° aankoopcentrale of opdrachtencentrale : een aanbestedende overheid als bedoeld in 1° of een Europese openbare instantie die : a) leveringen of diensten verwerft die bestemd zijn voor aanbestedende overheden, overheidsbedrijven of aanbestedende entiteiten of b) overheidsopdrachten, of opdrachten of raamovereenkomsten plaatst met betrekking tot werken, leveringen of diensten die bestemd zijn voor aanbestedende overheden, overheidsbedrijven of aanbestedende entiteiten;5° aannemer, leverancier of dienstverlener : elke natuurlijke of rechtspersoon, elke overheidsinstelling of elke combinatie van deze personen of overheidsinstellingen die respectievelijk de uitvoering van werken of van bouwwerken, leveringen of diensten op de markt aanbiedt;6° kandidaat : de aannemer, leverancier of dienstverlener die een aanvraag tot deelneming indient met het oog op zijn selectie voor een overheidsopdracht of een opdracht;7° aanvraag tot deelneming : de schriftelijke en uitdrukkelijke wilsuiting door een kandidaat om geselecteerd te worden voor een opdracht, een lijst van geselecteerden of een kwalificatiesysteem;8° selectie : de beslissing van de aanbestedende overheid tot keuze van de kandidaten of inschrijvers op grond van het toegangsrecht en de kwalitatieve selectie;9° geselecteerde : de kandidaat die bij de selectie gekozen is;10° inschrijver : de aannemer, leverancier, dienstverlener of geselecteerde kandidaat die een offerte indient voor een overheidsopdracht of een opdracht;11° offerte : de verbintenis van de inschrijver om de opdracht uit te voeren op grond van de opdrachtdocumenten en tegen de voorwaarden die hij biedt;12° opdrachtnemer : de inschrijver met wie de overheidsopdracht of de opdracht is gesloten.

Art. 3.Voor de toepassing van titel 2 van deze wet wordt verstaan onder : 1° overheidsopdracht : de overeenkomst onder bezwarende titel die wordt gesloten tussen één of meer aannemers, leveranciers of dienstverleners en één of meer aanbestedende overheden of overheidsbedrijven en die betrekking heeft op het uitvoeren van werken, het leveren van producten of het verlenen van diensten;2° overheidsopdracht voor werken : een overheidsopdracht die betrekking heeft op hetzij de uitvoering, hetzij zowel het ontwerp als de uitvoering van een werk in het kader van één van de in afdeling 45 van de Gemeenschappelijke woordenlijst overheidsopdrachten (CPV) vermelde werkzaamheden of van een bouwwerk, dan wel het laten uitvoeren met welke middelen ook van een bouwwerk dat aan de door de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf vastgestelde eisen voldoet.Een « bouwwerk » is het product van bouwkundige- of civieltechnische werken dat ertoe bestemd is als zodanig een economische of technische functie te vervullen; 3° overheidsopdracht voor leveringen : een andere overheidsopdracht dan een opdracht voor werken die betrekking heeft op de aankoop, leasing, huur of huurkoop, met of zonder koopoptie, van producten. Een overheidsopdracht die betrekking heeft op het leveren van producten en in bijkomende orde op plaatsings- en installatiewerkzaamheden, wordt als een overheidsopdracht voor leveringen beschouwd; 4° overheidsopdracht voor diensten : een andere overheidsopdracht dan een overheidsopdracht voor werken of leveringen die betrekking heeft op het verlenen van de in bijlagen 1 en 2 van deze wet bedoelde diensten. Een overheidsopdracht die zowel op leveringen als op diensten betrekking heeft, wordt als een overheidsopdracht voor diensten beschouwd indien de waarde van de desbetreffende diensten hoger is dan die van de in de overheidsopdracht opgenomen leveringen.

Een overheidsopdracht die betrekking heeft op diensten en ten opzichte van het hoofdvoorwerp van de opdracht slechts bijkomstig werkzaamheden omvat als bedoeld in afdeling 45 van de Gemeenschappelijke woordenlijst overheidsopdrachten, wordt als een overheidsopdracht voor diensten beschouwd; 5° open procedure : de gunningsprocedure die enkel kan worden aangewend voor de opdrachten die de drempel voor de Europese bekendmaking niet bereiken, waarbij elke belangstellende aannemer, leverancier of dienstverlener een offerte mag indienen en de openingszitting van de offertes openbaar is;6° beperkte procedure : de gunningsprocedure waarbij elke belangstellende aannemer, leverancier of dienstverlener een aanvraag tot deelneming mag indienen en waarbij alleen de door de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf geselecteerde kandidaten een offerte mogen indienen en aanwezig mogen zijn op de openingszitting van de offertes;7° onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking : de gunningsprocedure waarbij de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf de door haar gekozen aannemers, leveranciers of dienstverleners raadpleegt en over de voorwaarden van de overheidsopdracht onderhandelt met één of meer van hen;8° onderhandelingsprocedure met bekendmaking : de gunningsprocedure waarbij de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf na een voorafgaande bekendmaking de geselecteerden uitnodigt tot een indienen van een offerte, waarna over de voorwaarden van de opdracht wordt onderhandeld.Voor de opdrachten die het bedrag voor de Europese bekendmaking niet bereiken, kan de Koning in de mogelijkheid voorzien dat elke belangstellende aannemer, leverancier of dienstverlener een offerte mag indienen; 9° concurrentiedialoog : de gunningsprocedure waaraan elke belangstellende aannemer, leverancier of dienstverlener mag vragen deel te nemen en waarbij de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf een dialoog voert met de voor deze procedure geselecteerde kandidaten, teneinde één of meer oplossingen uit te werken die aan de behoeften van de aanbestedende overheid beantwoorden en op grond waarvan de gekozen kandidaten zullen worden uitgenodigd om een offerte in te dienen;10° elektronische veiling : een zich herhalend proces met elektronische middelen voor de voorstelling van nieuwe, verlaagde prijzen, en/of van nieuwe waarden voor bepaalde elementen van de offertes, dat plaatsvindt na de eerste volledige beoordeling van de offertes en dat hun rangschikking op basis van elektronische verwerking mogelijk maakt.Derhalve mag de elektronische veiling niet worden gebruikt voor bepaalde opdrachten voor diensten of werken die betrekking hebben op intellectuele prestaties; 11° promotieopdracht van werken : de overheidsopdracht die zowel betrekking heeft op het financieren als op het uitvoeren van werken en, in voorkomend geval, op elke dienstverlening in dat verband;12° raamovereenkomst : de overeenkomst tussen één of meer aanbestedende overheden of overheidsbedrijven en één of meer aannemers, leveranciers of dienstverleners met het doel gedurende een bepaalde periode de voorwaarden inzake te plaatsen overheidsopdrachten vast te leggen, met name wat betreft de prijzen en eventueel de beoogde hoeveelheden;13° gunning van de overheidsopdracht : de beslissing van de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf om de gekozen inschrijver aan te wijzen;14° sluiting van de overheidsopdracht : de totstandkoming van de contractuele band tussen de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf en de opdrachtnemer;15° gemeenschappelijke woordenlijst overheidsopdrachten : de op overheidsopdrachten toepasselijke referentienomenclatuur als vastgesteld bij Verordening (EG) nr.2195/2002, afgekort CPV; 16° militair materiaal : materiaal dat specifiek is ontworpen voor of aangepast aan militaire doeleinden en dat bedoeld is voor gebruik als wapen, munitie of oorlogsmateriaal;17° gevoelig materiaal, gevoelige werken en gevoelige diensten : materiaal, werken en diensten voor veiligheidsdoeleinden die betrekking hebben op geclassificeerde informatie of die geclassificeerde informatie noodzakelijk maken en/of bevatten;18° civiele aankopen : opdrachten die niet onder artikel 15 vallen en die betrekking hebben op niet-militaire werken, leveringen of diensten voor logistieke doeleinden en die gesloten worden met inachtneming van de in artikel 18, § 2, 4°, gespecificeerde voorwaarden;19° geclassificeerde informatie : gegevens of materiaal, ongeacht de vorm, aard of transmissiemethode ervan, waaraan een bepaald niveau van veiligheidsclassificatie of een beveiligingsniveau is toegekend en die in het belang van de nationale veiligheid en overeenkomstig de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen die in een lidstaat gelden, bescherming vereisen tegen ontvreemding, vernietiging, verwijdering, onthulling, verlies of toegang ertoe door een onbevoegd persoon, of tegen enige andere vorm van compromittering;20° regering : de nationale, regionale of lokale overheid van een lidstaat of een derde land;21° crisis : een situatie in een lidstaat of een derde land waarbij zich schadelijke gebeurtenissen voordoen die het niveau van courante schadelijke gebeurtenissen duidelijk overstijgen en een ernstige bedreiging of belemmering vormt voor het leven en de gezondheid van mensen, of substantiële gevolgen heeft voor de waarde van de eigendommen, dan wel maatregelen vereist om de bevolking van de eerste levensbehoeften te voorzien.Er is tevens sprake van een crisis wanneer een dergelijke schadelijke gebeurtenis geacht wordt in de zeer nabije toekomst plaats te zullen vinden. Gewapende conflicten en oorlogen worden geacht crisissen te zijn voor de toepassing van deze wet; 22° onderaannemingsovereenkomst : overeenkomst onder bezwarende titel tussen een opdrachtnemer en één of meer derde aannemers, leveranciers of dienstverleners ten behoeve van de uitvoering van die opdracht en die betrekking heeft op werken, leveringen van producten of het verlenen van diensten;23° verbonden onderneming : elke onderneming waarop de gekozen inschrijver direct of indirect een overheersende invloed kan uitoefenen, of elke onderneming die een overheersende invloed kan uitoefenen op de gekozen inschrijver of die, zoals de gekozen inschrijver, onderworpen is aan de overheersende invloed van een andere onderneming ingevolge eigendom, financiële deelneming of op haar van toepassing zijnde voorschriften.Het vermoeden van overheersende invloed bestaat wanneer een onderneming, direct of indirect, ten opzichte van een andere onderneming : - de meerderheid van het geplaatste kapitaal van de onderneming aanhoudt, of - beschikt over de meerderheid van de stemmen die verbonden zijn aan de door de onderneming uitgegeven aandelen, of - gerechtigd is meer dan de helft van de leden van het bestuursorgaan, het leidinggevend of het toezichthoudend orgaan van de onderneming te benoemen; 24° schriftelijk : elk uit woorden of cijfers bestaand geheel dat kan worden gelezen, gereproduceerd en vervolgens medegedeeld.Dit geheel kan met elektronische middelen overgebrachte of opgeslagen informatie bevatten; 25° elektronisch middel : een middel waarbij gebruik wordt gemaakt van elektronische apparatuur voor gegevensverwerking, met inbegrip van digitale compressie, en gegevensopslag, alsmede van verspreiding, overbrenging en ontvangst door middel van draden, straalverbindingen, optische middelen of andere elektromagnetische middelen; 26° levenscyclus : alle mogelijke opeenvolgende fasen van een product, d.w.z. onderzoek en ontwikkeling, industriële ontwikkeling, productie, reparatie, modernisering, aanpassing, onderhoud, logistiek, opleiding, testen, buiten gebruik stellen en afstoting; 27° onderzoek en ontwikkeling : alle activiteiten die fundamenteel onderzoek, toegepast onderzoek of experimentele ontwikkeling inhouden, waarbij deze laatste de realisatie kan omvatten van technologische demonstratiemodellen, d.w.z. middelen om de prestaties te tonen van een nieuw concept of een nieuwe technologie in een relevante of representatieve omgeving; 28° opdrachtdocumenten : de documenten die op de opdracht toepasselijk zijn, met inbegrip van alle aanvullende en andere documenten waarnaar deze verwijzen.In voorkomend geval omvatten ze de aankondiging van opdracht, het bestek dat de bijzondere bepalingen bevat die op de opdracht toepasselijk zijn en de door de partijen ondertekende overeenkomst; 29° perceel : de onderverdeling van een opdracht, die apart kan worden gegund, in principe met het oog op een gescheiden uitvoering.

Art. 4.Voor de toepassing van titel 3 van deze wet wordt verstaan onder : 1° opdracht : de overeenkomst met dezelfde kenmerken als een overheidsopdracht, behalve dat die gesloten wordt door één of meer aanbestedende entiteiten als bedoeld in artikel 2, 3° ;2° kandidaat, aanvraag tot deelneming, selectie, geselecteerde, inschrijver, offerte en opdrachtnemer : de begrippen met dezelfde draagwijdte als die omschreven in artikel 2, 6° tot 12°, behalve dat deze betrekking hebben op een aanbestedende entiteit in de zin van artikel 2, 3° ;3° opdracht voor werken, leveringen of diensten : de opdracht die betrekking heeft op werken, leveringen of diensten als bedoeld in artikel 3, 2° tot 4° ;4° beperkte procedure : de gunningsprocedure waarbij elke aannemer, leverancier of dienstverlener een aanvraag tot deelneming mag indienen en waarbij alleen de door een aanbestedende entiteit als bedoeld in artikel 2, 3°, geselecteerde kandidaten een offerte mogen indienen;5° onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking, onderhandelingsprocedure met bekendmaking en concurrentiedialoog : de gunningsprocedures met dezelfde kenmerken als die omschreven in artikel 3, 7°, 8° en 9°, behalve dat daarvan gebruik wordt gemaakt door een entiteit als bedoeld in artikel 2, 3° ;6° elektronische veiling en raamovereenkomst : het proces of de overeenkomst met dezelfde kenmerken als die omschreven in artikel 3, 10° en 12°, behalve dat daarvan gebruik wordt gemaakt door een entiteit als bedoeld in artikel 2, 3° ;7° gunning van de opdracht, sluiting van de opdracht : dezelfde begrippen als die omschreven in artikel 3, 13° en 14°, behalve dat deze handelingen worden gesteld door een entiteit als bedoeld in artikel 2, 3° ;8° Gemeenschappelijke woordenlijst overheidsopdrachten, militair materiaal, gevoelig materiaal, gevoelige werken en gevoelige diensten, civiele aankopen, geclassificeerde informatie, regering, crisis, onderaannemingsovereenkomst, verbonden onderneming, schriftelijk of geschreven stuk, elektronisch middel, levenscyclus, onderzoek en ontwikkeling, opdrachtdocumenten en perceel : dezelfde begrippen als die omschreven in artikel 3, 15° tot 29°. TITEL 2. - Overheidsopdrachten HOOFDSTUK 1. - Algemene beginselen

Art. 5.De aanbestedende overheden en de overheidsbedrijven behandelen de aannemers, leveranciers en dienstverleners op gelijke, niet-discriminerende en transparante wijze.

Art. 6.De overheidsopdrachten worden gegund na mededinging, na verificatie van het toegangsrecht, kwalitatieve selectie en onderzoek van de offertes van de deelnemers, overeenkomstig één van de in hoofdstuk 4 bepaalde gunningsprocedures.

Art. 7.§ 1. De overheidsopdrachten worden geplaatst op forfaitaire basis.

De forfaitaire grondslag van de overheidsopdrachten vormt geen belemmering voor de herziening van de prijzen in het licht van bepaalde economische of sociale factoren.

De herziening moet tegemoetkomen aan de prijsevolutie van de hoofdcomponenten van de kostprijs. De Koning bepaalt de nadere regels van de herziening en kan deze verplicht stellen voor opdrachten die bepaalde bedragen bereiken of bepaalde uitvoeringstermijnen omvatten, die Hij vastlegt.

Wanneer de aannemer, de leverancier of de dienstverlener een beroep doet op onderaannemers, dan moeten die, in voorkomend geval, ook in de weerslag van de herziening van hun prijzen delen volgens de door de Koning te bepalen modaliteiten en in de mate die overeenstemt met de aard van de door hen uitgevoerde prestaties. § 2. De overheidsopdrachten mogen worden geplaatst zonder forfaitaire prijsbepaling : 1° in uitzonderlijke gevallen, voor de werken, leveringen of diensten die ingewikkeld zijn of een nieuwe techniek inluiden, met belangrijke technische risico's, die verplichten tot het aanvatten van de uitvoering van de prestaties, terwijl niet alle uitvoeringsvoorwaarden en verplichtingen volledig kunnen worden bepaald;2° in buitengewone en onvoorzienbare omstandigheden, wanneer zij betrekking hebben op spoedeisende werken, leveringen of diensten waarvan de aard en de uitvoeringsvoorwaarden moeilijk kunnen worden omschreven.

Art. 8.Betalingen mogen alleen worden gedaan voor verstrekte en aanvaarde prestaties. Als zodanig worden beschouwd, volgens wat in de opdrachtdocumenten is bepaald, de voorraden die aangelegd zijn voor de uitvoering van de opdracht en die door de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf zijn goedgekeurd.

Nochtans kunnen voorschotten worden toegestaan volgens de voorwaarden vastgesteld door de Koning.

Art. 9.§ 1. Onverminderd de toepassing van andere verbodsbepalingen die voortvloeien uit een wet, een decreet, een ordonnantie, een reglement of statuut, is het elke ambtenaar, openbare gezagsdrager of ieder ander persoon die op welke wijze ook aan de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf verbonden is, verboden, op welke wijze ook, rechtstreeks of onrechtstreeks tussen te komen bij de plaatsing en de uitvoering van een overheidsopdracht zodra hij daardoor, persoonlijk of via een tussenpersoon, zou kunnen terechtkomen in een toestand van belangenvermenging met een kandidaat of inschrijver. § 2. Deze belangenvermenging wordt alleszins vermoed te bestaan : 1° zodra de ambtenaar, de openbare gezagsdrager of de natuurlijke persoon bedoeld in paragraaf 1, bloed- of aanverwant is in de rechte lijn tot de derde graad en in de zijlijn tot de vierde graad of in geval van wettelijke samenwoning, met één van de kandidaten of inschrijvers of met ieder ander natuurlijk persoon die voor rekening van één van hen een directie- of beheersbevoegdheid uitoefent;2° indien de ambtenaar, de openbare gezagsdrager of de natuurlijke persoon bedoeld in paragraaf 1 zelf of via een tussenpersoon eigenaar, mede-eigenaar of werkend vennoot is van één van de kandiderende of inschrijvende ondernemingen dan wel in rechte of in feite, zelf of via een tussenpersoon, een directie- of beheersbevoegdheid uitoefent. De ambtenaar, de openbare gezagsdrager of de natuurlijke persoon die zich in één van deze toestanden bevindt, is verplicht zichzelf te wraken. § 3. Indien de ambtenaar, de openbare gezagsdrager, de natuurlijke persoon of rechtspersoon bedoeld in paragraaf 1, zelf of via een tussenpersoon, één of meer aandelen of deelbewijzen ter waarde van ten minste vijf percent van het maatschappelijk kapitaal van één van de kandiderende of inschrijvende ondernemingen bezit, is hij verplicht de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf daarvan in kennis te stellen.

Art. 10.Elke handeling, overeenkomst of afspraak die de normale mededingingsvoorwaarden kan vertekenen, is verboden. De aanvragen tot deelneming of de offertes die met zodanige handeling, overeenkomst of afspraak zijn ingediend, moeten worden geweerd.

Wanneer zodanige handeling, overeenkomst of afspraak tot het sluiten van een overheidsopdracht heeft geleid, treft de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf de maatregelen voor inbreuken op de bepalingen van de opdracht, tenzij ze bij een met redenen omklede beslissing anders beschikt.

Art. 11.De Koning bepaalt de regels die van toepassing zijn op de communicatiemiddelen tussen de aanbestedende overheden en de overheidsbedrijven en de aannemers, leveranciers en dienstverleners.

De gekozen communicatiemiddelen moeten algemeen beschikbaar zijn en mogen de toegang tot de gunningsprocedure niet beperken.

Art. 12.Behoudens contractueel verworven rechten, maakt de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf de informatie die de aannemers, leveranciers of dienstverleners als vertrouwelijk aanmerken, niet bekend. Hieronder vallen met name fabrieks- en bedrijfsgeheimen en de vertrouwelijke aspecten van de offertes.

De aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf kan eisen opleggen om het vertrouwelijk karakter te beschermen van de aan de kandidaten en inschrijvers verstrekte informatie.

Hoe dan ook hebben de kandidaten, inschrijvers en derden alleszins geen toegang tot de documenten betreffende de gunningsprocedure van de opdracht zolang de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf geen beslissing heeft genomen, naargelang het geval, over de selectie van de kandidaten, de regelmatigheid van de offertes, de gunning van de opdracht of de beslissing om de procedure stop te zetten. HOOFDSTUK 2. - Toepassingsgebied

Art. 13.Wanneer ze overheidsopdrachten gunnen op defensie- en veiligheidsgebied, vallen de aanbestedende overheden en de overheidsbedrijven, wat de laatstgenoemden betreft, zo zij een activiteit uitoefenen als bedoeld in titel III van de wet van 15 juni 2006, onder de toepassing van deze wet.

Art. 14.Aanbestedende overheden of overheidsbedrijven die een beroep doen op een aankoop- of opdrachtencentrale zoals omschreven in artikel 2, 4°, zijn vrijgesteld van de verplichting om zelf een gunningsprocedure te organiseren.

Wanneer de centrale een Europese openbare instelling is, geniet een aanbestedende overheid of een overheidsbedrijf dezelfde vrijstelling op voorwaarde dat : 1° de door deze instelling toegepaste gunningsregels voldoen aan alle bepalingen van Richtlijn 2009/81/EG, en 2° de gegunde opdrachten het voorwerp kunnen uitmaken van doeltreffende rechtsmiddelen die vergelijkbaar zijn met die waarin de voormelde richtlijn voorziet.

Art. 15.Deze wet is van toepassing op de overheidsopdrachten die worden geplaatst op defensie- en veiligheidsgebied en die betrekking hebben op : 1° de levering van militair materiaal, inclusief onderdelen, componenten en/of assemblagedelen;2° de levering van gevoelig materiaal, inclusief onderdelen, componenten en/of assemblagedelen;3° werken, leveringen en diensten die rechtstreeks met het onder 1° en 2° genoemde materiaal verband houden, voor alle fasen van de levenscyclus ervan;4° werken en diensten voor specifiek militaire doeleinden of gevoelige werken en gevoelige diensten. Deze wet geldt onverminderd de toepassing van de artikelen 36, 51, 52, 62 en 346 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

Art. 16.Een overheidsopdracht die betrekking heeft op werken, leveringen of diensten die binnen het toepassingsgebied van deze wet en deels binnen het toepassingsgebied van de wet overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 2006 vallen, wordt geplaatst overeenkomstig deze wet, op voorwaarde dat de plaatsing van één enkele overheidsopdracht verantwoord is om objectieve redenen.

Een overheidsopdracht die betrekking heeft op werken, leveringen of diensten die gedeeltelijk binnen het toepassingsgebied van deze wet vallen, terwijl het overige deel noch onder deze wet, noch onder de wet van 15 juni 2006 valt, valt niet onder deze wet, op voorwaarde dat de plaatsing van één enkele overheidsopdracht verantwoord is om objectieve redenen.

De beslissing één enkele overheidsopdracht te plaatsen, mag evenwel niet bedoeld zijn om opdrachten aan de toepassing van deze wet of van de wet van 15 juni 2006 te onttrekken. HOOFDSTUK 3. - Uitsluitingen

Art. 17.De in dit hoofdstuk genoemde regels, procedures of bepalingen, programma's en overheidsopdrachten mogen niet worden gebruikt met het doel afbreuk te doen aan de bepalingen van deze wet.

Art. 18.§ 1. Deze wet is niet toepasselijk op overheidsopdrachten waarvoor specifieke procedurevoorschriften gelden in het kader van : 1° een internationaal akkoord of regeling gesloten tussen één of meer lidstaten en één of meer derde landen;2° een in verband met de legering van strijdkrachten gesloten internationale overeenkomst of regeling betreffende ondernemingen in een lidstaat of in een derde land;3° de regels van een internationale organisatie die aankopen doet voor eigen doeleinden of op opdrachten die door een lidstaat overeenkomstig deze voorschriften moeten worden gegund. § 2. Deze wet is niet toepasselijk op overheidsopdrachten : 1° waarvoor de toepassing van de bepalingen van deze wet een lidstaat zou verplichten inlichtingen te verstrekken waarvan de verspreiding naar zijn mening strijdig zou zijn met zijn essentiële veiligheidsbelangen;2° voor activiteiten van inlichtingendiensten;3° die worden geplaatst in het kader van een samenwerkingsprogramma op basis van onderzoek en ontwikkeling dat door minimaal twee lidstaten samen wordt uitgevoerd met het oog op de ontwikkeling van een nieuw product en, indien van toepassing, de latere fasen van de gehele levenscyclus van dit product of een deel daarvan.Bij verwezenlijking van een dergelijk samenwerkingsprogramma tussen uitsluitend lidstaten, melden de lidstaten bij de Europese Commissie welk percentage de uitgaven voor onderzoek en ontwikkeling in de totale kosten van het programma vertegenwoordigen, de overeenkomst die is gesloten inzake kostenverdeling en het voorgenomen aandeel van de aankopen per lidstaat, in voorkomend geval; 4° geplaatst in een derde land, inclusief voor civiele aankopen, wanneer strijdkrachten zijn ingezet buiten het grondgebied van de Unie, als de operationele omstandigheden vereisen dat de contracten worden gesloten met aannemers, leveranciers of dienstverleners die in het operatiegebied zijn gevestigd;5° inzake diensten betreffende de verwerving of huur, ongeacht de financiële voorwaarden ervan, van grond, bestaande gebouwen of andere onroerende zaken of betreffende rechten hierop;6° gegund door een regering aan een andere regering gegunde overheidsopdrachten die betrekking hebben op : a) de levering van militair materiaal of gevoelig materiaal;b) werken en diensten die rechtstreeks verband houden met dit materiaal, of c) werken en diensten specifiek voor militaire doeleinden, of gevoelige werken en gevoelige diensten;7° inzake arbitrage- en bemiddelingsdiensten;8° inzake financiële diensten, met uitzondering van verzekeringsdiensten;9° inzake arbeidsovereenkomsten;10° inzake diensten voor onderzoek en ontwikkeling.De wet is daarentegen wel toepasselijk op de overheidsopdrachten waarvan de resultaten in hun geheel aan de aanbestedende overheid of aan het overheidsbedrijf toekomen voor gebruik ervan in de uitoefening van haar eigen werkzaamheden en waarvan de dienstverlening volledig door de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf wordt vergoed. HOOFDSTUK 4. - Gunningsprocedures Afdeling 1. - Bekendmaking

Art. 19.Behoudens de in deze wet bepaalde uitzonderingen en onverminderd de Europese bekendmaking vanaf bepaalde bedragen, zijn de overheidsopdrachten onderworpen aan een passende bekendmaking waarvan de Koning de regels vastlegt.

De bekendmaking in het Bulletin der Aanbestedingen gebeurt kosteloos voor zover de gegevens online worden ingevoerd door elektronische gegevensopvang of door gegevensoverdracht tussen systemen die een automatische en gestructureerde bekendmaking mogelijk maken. Afdeling 2. - Toegangsrecht en kwalitatieve selectie

Art. 20.De Koning bepaalt de voorschriften inzake het toegangsrecht en die inzake de kwalitatieve selectie van de kandidaten en inschrijvers.

Behalve om dwingende redenen van algemeen belang, wordt elke kandidaat of inschrijver de toegang tot elke overheidsopdracht ontzegd indien hij werd veroordeeld door een rechterlijke beslissing met kracht van gewijsde waarvan de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf kennis heeft en die betrekking heeft op deelname aan een criminele organisatie, omkoping, fraude of witwassen van geld, terroristisch misdrijf of strafbaar feit in verband met terroristische activiteiten, uitlokking van, medeplichtigheid aan of poging tot het plegen van een dergelijk misdrijf of strafbaar feit. De Koning kan hiervan afwijken voor kleine opdrachten beneden het bedrag dat Hij vastlegt.

De Koning regelt de gevolgen voor een door een natuurlijke persoon ingediende offerte in geval van diens rechtsopvolging door een rechtspersoon in de loop van de gunningsprocedure. Hij kan aan deze personen een hoofdelijke aansprakelijkheid opleggen.

Art. 21.De aannemers, leveranciers en dienstverleners uit derde landen buiten de Europese Unie mogen enkel een aanvraag tot deelneming of een offerte met toepassing van deze titel indienen, mits zij zich daarvoor kunnen beroepen op een internationaal verdrag of een akte van een internationale instelling, met inachtneming van de perken en de voorwaarden bepaald in de betrokken akte.

De aankondiging van opdracht of, bij ontstentenis daarvan, een ander opdrachtdocument, kan in een ruimer luidende bepaling voorzien. Afdeling 3. - Gunningswijzen

Onderafdeling 1. - Aanbesteding, offerteaanvraag en onderhandelingsprocedure met bekendmaking

Art. 22.De overheidsopdrachten worden geplaatst bij beperkte procedure, hetzij bij beperkte aanbesteding, hetzij bij beperkte offerteaanvraag, of bij onderhandelingsprocedure met bekendmaking.

Enkel de overheidsopdrachten die de bedragen voor de Europese bekendmaking niet bereiken, mogen worden geplaatst bij open procedure, hetzij bij open aanbesteding, hetzij bij open offerteaanvraag.

De Koning regelt deze gunningswijzen. Hij kan specifieke gunningsregels toepasselijk maken op de overheidsopdrachten waarop artikel 346, 1, b, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie van toepassing is.

Art. 23.Wanneer de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf beslist de overheidsopdracht te plaatsen bij aanbesteding, dient die te worden gegund aan de inschrijver die de laagste regelmatige offerte heeft ingediend, op straffe van een forfaitaire schadevergoeding vastgesteld op tien percent van het bedrag zonder belasting over de toegevoegde waarde van deze offerte. Deze forfaitaire schadevergoeding wordt eventueel aangevuld met een schadeloosstelling met het oog op het volledige herstel van de schade, wanneer deze voortvloeit uit een daad van corruptie als bedoeld in artikel 2 van het Burgerlijk Verdrag inzake corruptie, opgemaakt te Straatsburg op 4 november 1999.

Voor het bepalen van de laagste regelmatige offerte houdt de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf rekening met de aangeboden prijzen en met de andere berekenbare gegevens die met zekerheid haar uitgaven zullen verhogen.

Art. 24.Wanneer de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf beslist de overheidsopdracht te plaatsen bij offerteaanvraag, dient die te worden gegund aan de inschrijver die de regelmatige offerte heeft ingediend die de economisch voordeligste is vanuit het oogpunt van de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf, rekening houdend met de gunningscriteria.

De gunningscriteria moeten in de aankondiging van opdracht of in een ander opdrachtdocument zijn vermeld. Deze criteria moeten verband houden met het voorwerp van de opdracht en een objectieve vergelijking van de offertes mogelijk maken op basis van een waardeoordeel. De criteria zijn bijvoorbeeld de kwaliteit, de prijs, de technische waarde, de esthetische en functionele kenmerken, de milieukenmerken, de gebruikskosten, de kosten tijdens de levensduur, de rentabiliteit, de nazorg en technische bijstand, de leveringsdatum en de leverings- of uitvoeringstermijn, de waarborgen inzake wisselstukken, de bevoorradingszekerheid, de interoperabiliteit en de operationele kenmerken.

Wat betreft de overheidsopdrachten die het bedrag voor de Europese bekendmaking bereiken, specificeert de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf de weging van elk gunningscriterium, die eventueel kan worden uitgedrukt binnen een vork met een passend verschil tussen minimum en maximum. Indien een dergelijke weging om aantoonbare redenen niet mogelijk is, worden de criteria vermeld in dalende volgorde van belangrijkheid.

Wat betreft de overheidsopdrachten die het genoemd bedrag niet bereiken, specificeert de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf ofwel de in het vorige lid bepaalde weging, ofwel de dalende volgorde van belangrijkheid ervan. Zo niet hebben de gunningscriteria dezelfde waarde.

Onderafdeling 2. - Onderhandelingsprocedure

Art. 25.De overheidsopdrachten mogen enkel worden geplaatst bij onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking doch, indien mogelijk, na raadpleging van meerdere aannemers, leveranciers of dienstverleners, in de volgende gevallen : 1° in het geval van een overheidsopdracht voor werken, leveringen of diensten : a) wanneer de goed te keuren uitgave voor een overheidsopdracht niet hoger is dan de door de Koning vastgelegde bedragen zonder belasting over de toegevoegde waarde;b) wanneer de uitzondering van artikel 346 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie wordt ingeroepen.Deze uitzondering kan enkel worden ingeroepen indien dit kan gerechtvaardigd worden om redenen van openbare veiligheid of indien dit noodzakelijk is voor de bescherming van de essentiële veiligheidsbelangen van één of meerdere lidstaten; c) wanneer geen of geen geschikte aanvraag tot deelneming of offerte werd ingediend ingevolge een beperkte procedure, een onderhandelingsprocedure met bekendmaking of een concurrentiedialoog, mits de oorspronkelijke voorwaarden van de opdracht niet wezenlijk worden gewijzigd en aan de Europese Commissie op haar verzoek een verslag wordt overgemaakt. Deze bepaling is ook van toepassing wanneer de eerste procedure een open procedure is voor een overheidsopdracht die het bedrag voor de Europese bekendmaking niet bereikt als bedoeld in artikel 22, tweede lid; d) wanneer enkel onregelmatige of onaanvaardbare offertes werden ingediend naar aanleiding van een beperkte procedure, een onderhandelingsprocedure met bekendmaking of een concurrentiedialoog, mits de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf alle inschrijvers raadpleegt die aan de eisen inzake kwalitatieve selectie beantwoorden en bij de eerste procedure een formeel regelmatige offerte hebben ingediend, en de oorspronkelijke voorwaarden van de overheidsopdracht niet wezenlijk worden gewijzigd. Deze bepaling is ook van toepassing wanneer de eerste procedure een open procedure is voor een overheidsopdracht die het bedrag voor de Europese bekendmaking niet bereikt als bedoeld in artikel 22, tweede lid.

Wanneer de eerste procedure verplicht onderworpen is aan de Europese bekendmaking, mogen enkel de inschrijvers worden geraadpleegd die aan voormelde eisen en voorwaarden voldoen.

Wanneer de eerste procedure niet verplicht onderworpen is aan de Europese bekendmaking, kan de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf teneinde de mededinging te verruimen, bovendien aannemers, leveranciers of dienstverleners raadplegen die volgens hem in staat zijn te voldoen aan de eisen inzake toegangsrecht en kwalitatieve selectie, ongeacht of zij al dan niet een offerte hebben ingediend in het kader van de eerste procedure; e) wanneer de termijnen voor de beperkte procedure of de onderhandelingsprocedure met bekendmaking, inclusief de verkorte termijnen bepaald door de Koning, wegens de urgentie als gevolg van een crisis niet in acht kunnen worden genomen;f) voor zover zulks strikt noodzakelijk is, wanneer de termijnen voor de beperkte procedure of de onderhandelingsprocedure met bekendmaking, inclusief de verkorte termijnen bepaald door de Koning, niet in acht kunnen worden genomen wegens dwingende spoed, als gevolg van gebeurtenissen die niet konden worden voorzien door de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf.De ter rechtvaardiging van de dwingende spoed ingeroepen omstandigheden mogen in geen geval te wijten zijn aan de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf; g) wanneer de overheidsopdracht om technische redenen of om redenen van bescherming van exclusieve rechten slechts aan één bepaalde aannemer, leverancier of dienstverlener kan worden toevertrouwd;2° in het geval van een overheidsopdracht voor leveringen of diensten : a) voor de diensten voor onderzoek en ontwikkeling die niet uitgesloten zijn krachtens artikel 18, § 2, 10° ;b) voor producten die uitsluitend ten behoeve van onderzoek en ontwikkeling worden vervaardigd, met uitzondering van de productie in grote hoeveelheden met het doel de commerciële haalbaarheid van het product vast te stellen of de kosten van onderzoek en ontwikkeling te delgen;3° in het geval van een overheidsopdracht voor leveringen : a) wanneer de oorspronkelijke leverancier aanvullende leveringen moet verrichten die bestemd zijn voor ofwel gedeeltelijke vervanging van leveringen of installaties voor courant gebruik, ofwel de uitbreiding van bestaande leveringen of installaties, wanneer verandering van leverancier de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf ertoe zou verplichten materiaal aan te schaffen met andere technische eigenschappen, zodat onverenigbaarheid ontstaat of zich bij gebruik en onderhoud onevenredige technische moeilijkheden voordoen. De looptijd van deze opdrachten en nabestellingen mag vijf jaar niet overschrijden, tenzij in uitzonderlijke omstandigheden, vast te stellen op grond van de verwachte levensduur van geleverde objecten, installaties of systemen, en de technische moeilijkheden die een verandering van leverancier kan veroorzaken; b) wanneer het gaat om op een grondstoffenmarkt genoteerde en aangekochte leveringen;c) wanneer leveringen worden aangekocht tegen bijzonder gunstige voorwaarden, hetzij bij een leverancier die definitief zijn handelsactiviteit stopzet, hetzij bij curatoren, bij met een overdracht onder gerechtelijk gezag gelaste mandatarissen of vereffenaars van een faillissement, een gerechtelijke reorganisatie of een in de nationale wetgeving of regelgeving bestaande procedure van dezelfde aard;4° in het geval van een overheidsopdracht voor werken of diensten : a) wanneer aanvullende werken of diensten die noch in het oorspronkelijk voorgenomen project, noch in de oorspronkelijke overeenkomst waren opgenomen en die als gevolg van onvoorziene omstandigheden voor de uitvoering van het werk of het verlenen van de dienst zoals deze daarin zijn beschreven, noodzakelijk zijn geworden, mits zij worden gegund aan de aannemer of dienstverlener die deze werken uitvoert of deze diensten verleent : i) wanneer deze aanvullende werken of diensten uit technisch of economisch oogpunt niet van de oorspronkelijke opdracht kunnen worden gescheiden zonder een ernstig bezwaar op te leveren voor de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf, of ii) wanneer deze werken of diensten, hoewel zij van de uitvoering van de oorspronkelijke opdracht kunnen worden gescheiden, voor de vervolmaking ervan strikt noodzakelijk zijn. Voor de opdrachten die het bedrag voor de Europese bekendmaking bereiken, mag het totale bedrag van de voor de aanvullende werken of diensten gegunde opdrachten echter niet hoger zijn dan vijftig procent van het bedrag van de hoofdopdracht; b) in geval van nieuwe werken of diensten, bestaande uit de herhaling van soortgelijke werken of diensten die door dezelfde aanbestedende overheid of hetzelfde overheidsbedrijf worden toevertrouwd aan de opdrachtnemer aan wie de oorspronkelijke opdracht werd gegund, mits deze werken of deze diensten overeenstemmen met een basisproject dat het voorwerp vormde van de oorspronkelijke opdracht die bij beperkte procedure, onderhandelingsprocedure met bekendmaking of concurrentiedialoog is geplaatst.De mogelijkheid deze procedure toe te passen, wordt reeds bij het uitschrijven van de eerste opdracht vermeld.

Bovendien moet de gunning van de herhalingsopdrachten gebeuren binnen vijf jaar na het sluiten van de oorspronkelijke opdracht, tenzij in uitzonderlijke omstandigheden, vast te stellen op grond van de verwachte levensduur van de geleverde objecten, installaties of systemen, en de technische moeilijkheden die een verandering van opdrachtnemer kan veroorzaken.

Deze bepaling is ook van toepassing wanneer de eerste procedure een open procedure is voor een overheidsopdracht die het bedrag voor de Europese bekendmaking niet bereikt als bedoeld in artikel 22, tweede lid; 5° voor opdrachten in verband met de levering van vervoersdiensten in de lucht en ter zee voor de strijdkrachten of de veiligheidsdiensten van een lidstaat die in het buitenland zijn ingezet of zullen worden ingezet, wanneer de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf deze diensten moet aankopen bij dienstverleners die de geldigheid van hun offertes maar voor zodanig korte periodes garanderen dat de termijn voor de beperkte procedure of de onderhandelingsprocedure met bekendmaking, inclusief de verkorte termijnen bepaald door de Koning, niet in acht kan worden genomen.

Art. 26.In geval van onderhandelingsprocedure met of zonder bekendmaking waarborgt de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf de gelijke behandeling van alle inschrijvers. Zij verstrekt met name geen discriminerende informatie die bepaalde inschrijvers kan bevoordelen. De Koning bepaalt de overige regels voor de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking.

Onderafdeling 3. - Concurrentiedialoog

Art. 27.Een aanbestedende of een overheidsbedrijf overheid kan de concurrentiedialoog slechts gebruiken in geval van een bijzonder ingewikkelde opdracht, wanneer zij : 1° objectief niet in staat is de technische middelen te bepalen die aan haar behoeften kunnen voldoen of te beoordelen wat de markt te bieden heeft op het vlak van technische, financiële of juridische oplossingen, en 2° van oordeel is dat de toepassing van de open of beperkte procedures het onmogelijk maakt de opdracht te plaatsen. De Koning bepaalt de na te leven voorschriften bij een concurrentiedialoog. Deze voorschriften zijn onder meer : - de gelijke behandeling van alle deelnemers tijdens de dialoog; - de niet-bekendmaking aan de deelnemers van de voorgestelde oplossingen of andere door een deelnemer aan de dialoog verstrekte vertrouwelijke inlichtingen zonder instemming van laatstgenoemde.

Onderafdeling 4. - Specifieke of aanvullende opdrachten en procedures

Art. 28.Een aanbestedende overheid of een overheidsbedrijf kan gebruik maken van een promotieopdracht van werken onder de door de Koning bepaalde voorwaarden.

Deze voorwaarden zijn onder meer : - de vaststelling van de contractuele waarborgen die van de promotor kunnen worden geëist; - de verplichting voor de promotor al de verantwoordelijkheden op zich te nemen die ten laste vallen van de aannemer bij toepassing van de artikelen 1792 en 2270 van het Burgerlijk Wetboek; - de verplichting voor de promotor, hetzij te voldoen aan de wettelijke verplichtingen in verband met de erkenning van de aannemers van werken, hetzij een beroep te doen op aannemers die aan deze verplichtingen voldoen, al naargelang hij de werken al dan niet persoonlijk uitvoert.

Voor zover dit noodzakelijk is voor de organisatie en het beheer van de promotieopdracht, mag de Koning bij het vaststellen van de beoogde voorwaarden afwijken van de wetten van 10 januari 1824 over het recht van erfpacht en het recht van opstal.

Art. 29.Bij beperkte procedure of onderhandelingsprocedure met bekendmaking of, in voorkomend geval, bij open procedure kan een aanbestedende overheid of een overheidsbedrijf de gunning voor opdrachten voor leveringen en diensten laten voorafgaan door een elektronische veiling, voor zover de specificaties van de overheidsopdracht nauwkeurig kunnen worden bepaald.

De elektronische veiling kan onder dezelfde voorwaarden worden aangewend bij het opnieuw tot mededinging oproepen van de partijen bij een raamovereenkomst, alsook voor opdrachten die in het kader van een dynamisch aankoopsysteem worden gegund.

Er mag geen misbruik worden gemaakt van de elektronische veiling, noch mag er gebruik van worden gemaakt op een wijze die de mededinging zou verhinderen, beperken of vervalsen of die het voorwerp van de opdracht zou wijzigen.

De Koning bepaalt de voorwaarden waarin de elektronische veiling kan worden gebruikt.

Art. 30.Een aanbestedende overheid of een overheidsbedrijf kan raamovereenkomsten sluiten.

De keuze van de partijen bij de raamovereenkomst en de gunning van de erop gesteunde overheidsopdrachten, moeten op basis van dezelfde gunningscriteria gebeuren.

Bij de gunning van op een raamovereenkomst gesteunde overheidsopdrachten mogen de reeds in de raamovereenkomst vastgelegde voorwaarden niet wezenlijk worden gewijzigd.

De duur van de raamovereenkomst is beperkt tot zeven jaar, behoudens in uitzonderlijke gevallen die worden bepaald rekening houdend met de verwachte levensduur van de geleverde goederen, installaties of systemen, en de technische moeilijkheden die een verandering van leverancier kan veroorzaken.

Er mag geen misbruik worden gemaakt van raamovereenkomsten, noch mag er gebruik van worden gemaakt op een wijze die de mededinging zou verhinderen, beperken of vervalsen.

De Koning bepaalt de regels die van toepassing zijn op de raamovereenkomst.

Onderafdeling 5. - Gemeenschappelijke bepalingen

Art. 31.Het volgen van een procedure houdt geen verplichting in tot het gunnen of het sluiten van de overheidsopdracht. De aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf kan zowel afzien van het gunnen of het sluiten van de overheidsopdracht als de procedure herbeginnen, desnoods op een andere wijze.

Art. 32.Een overheidsopdracht kan in verschillende percelen worden verdeeld.

In dat geval heeft de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf het recht er slechts enkele te gunnen en eventueel te besluiten de andere op te nemen in één of meer nieuwe overheidsopdrachten die desnoods op een andere wijze zullen worden geplaatst.

Art. 33.§ 1. Wanneer de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf de noodzaak daartoe aantoont, kan ze een overheidsopdracht plaatsen die één of meer vaste gedeelten en één of meer voorwaardelijke gedeelten omvat. Hoewel de sluiting van de overheidsopdracht betrekking heeft op de volledige opdracht, is de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf enkel gebonden door de vaste gedeelten. De uitvoering van elk voorwaardelijk gedeelte is afhankelijk van haar beslissing die aan de opdrachtnemer wordt meegedeeld overeenkomstig de in de betreffende opdrachtdocumenten bepaalde modaliteiten. § 2. Een overheidsopdracht kan van bij de sluiting één of meer verlengingen omvatten, overeenkomstig de in de opdrachtdocumenten bepaalde modaliteiten. De volledige looptijd, met inbegrip van de verlengingen, dient over het algemeen beperkt te blijven tot vier jaar na de sluiting van de opdracht.

Art. 34.In geval van een samengevoegde opdracht voor rekening van verschillende aanbestedende overheden of overheidsbedrijven en in voorkomend geval van privaatrechtelijke personen, wijzen de betrokken personen de overheid of entiteit aan die in hun naam in de hoedanigheid van aanbestedende overheid zal optreden. De opdrachtdocumenten kunnen voorzien in een afzonderlijke betaling voor elk van die personen. HOOFDSTUK 5. - Uitvoeringsvoorwaarden Afdeling 1. - Algemene uitvoeringsregels

Art. 35.De Koning bepaalt de algemene uitvoeringsregels voor de overheidsopdrachten.

Hij kan specifieke uitvoeringsregels toepasselijk maken op de overheidsopdrachten waarop artikel 346, 1, b, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie van toepassing is.

Art. 36.Binnen de perken van de beginselen van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en voor zover ze niet rechtstreeks of onrechtstreeks discriminerend zijn en ze worden vermeld in de opdrachtdocumenten, kan de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf uitvoeringsvoorwaarden opleggen die het mogelijk maken rekening te houden met doelstellingen zoals : 1° het verstrekken van beroepsopleidingen aan werklozen en jongeren;2° het bevorderen van het gelijke kansenbeleid inzake de arbeidsparticipatie van onvoldoende in het arbeidsproces geïntegreerde personen;3° de strijd tegen de werkloosheid;4° de verplichting om, in hoofdzaak, de bepalingen van de basisconventies van de Internationale Arbeidsorganisatie na te leven, in de veronderstelling dat die niet reeds worden toegepast in het nationale recht van het land waar de productie plaatsvindt;5° de bescherming van het leefmilieu.

Art. 37.§ 1. De inschrijver of de opdrachtnemer die geen aanbestedende overheid is, mag zijn onderaannemers vrij kiezen voor de opdrachten in onderaanneming waarvoor de bepaling van paragraaf 2, 2°, niet geldt. Er mag van hem met name niet worden vereist dat hij mogelijke onderaannemers discrimineert op grond van nationaliteit. § 2. De opdrachtdocumenten kunnen onder andere bepalen dat : 1° de inschrijver die geen aanbestedende overheid, overheidsbedrijf of aanbestedende entiteit is, verplicht is : a) om in zijn offerte te vermelden welk gedeelte van de overheidsopdracht eventueel in onderaanneming zal worden gegeven, welke onderaannemers hij voorstelt en op welke taken de onderaannemingsovereenkomst met derden betrekking heeft;b) om elke verandering met betrekking tot de onderaannemers tijdens de uitvoering van de opdracht te melden;2° de inschrijver of de opdrachtnemer die geen aanbestedende overheid, overheidsbedrijf of aanbestedende entiteit is, verplicht is de bekendmakings- en selectievoorschriften toe te passen alvorens de onderaannemingsovereenkomst met derden te sluiten. Voor de toepassing van deze paragraaf worden ondernemingen die een combinatie hebben gevormd om de opdracht te verwerven, of met deze ondernemingen verbonden ondernemingen als bedoeld in artikel 3, 23°, niet als derden beschouwd.

De Koning bepaalt de overige voorschriften inzake onderaanneming. § 3. Wanneer de inschrijver en de opdrachtnemer een aanbestedende overheid, een overheidsbedrijf of een aanbestedende entiteit is, leeft hij, naargelang het geval, de bepalingen na van titel 2 of titel 3 voor de overheidsopdrachten en de opdrachten die hij plaatst bij derden.

Art. 38.Voor de overheidsopdrachten die betrekking hebben op geclassificeerde informatie of die dergelijke gegevens vereisen of bevatten, vermelden de opdrachtdocumenten de maatregelen en eisen die noodzakelijk zijn om de beveiliging van deze gegevens te waarborgen.

De Koning bepaalt de overige voorschriften die toepasselijk zijn inzake gegevensbeveiliging.

Art. 39.Inzake bevoorradingszekerheid bepalen de opdrachtdocumenten dat de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf kan eisen dat de offerte met name de volgende elementen bevat : 1° certificering of documenten waaruit blijkt dat de inschrijver in staat zal zijn de uit de overheidsopdracht voortvloeiende verplichtingen inzake de uitvoer, overbrenging en doorvoer van goederen na te komen;2° de verbintenis van de inschrijver om de nodige draagkracht te creëren of te handhaven om eventuele aanvullende behoeften als gevolg van een crisissituatie op te vangen;3° de verbintenis van de inschrijver om in te staan voor het onderhoud, de modernisering of de aanpassingen van de leveringen die het voorwerp van de opdracht uitmaken;4° de verbintenis van de inschrijver om de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf alle specifieke middelen te verstrekken die nodig zijn voor de vervaardiging van reserveonderdelen, componenten, assemblagedelen en speciale testapparatuur, voor het geval dat hij deze onderdelen, componenten, assemblagedelen en apparatuur niet langer kan leveren. De Koning bepaalt de overige voorschriften die toepasselijk zijn inzake bevoorradingszekerheid. Afdeling 2. - Technische specificaties

Art. 40.De aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf neemt de technische specificaties op in de opdrachtdocumenten.

De Koning bepaalt de overige modaliteiten die betrekking hebben op het voorschrijven van de technische specificaties, de normen en de technische erkenningen. Dit voorschrijven gebeurt : 1° hetzij door verwijzing naar technische specificaties;2° hetzij in termen van prestatie-eisen of functionele eisen;3° hetzij in termen van prestatie-eisen of functionele eisen als bedoeld in 2°, waarbij onder vermoeden van overeenstemming met deze prestatie-eisen of functionele eisen wordt verwezen naar de in 1° bedoelde specificaties;4° hetzij door verwijzing naar de in 1° bedoelde specificaties voor bepaalde kenmerken en naar de in 2° bedoelde prestatie-eisen en functionele eisen voor andere kenmerken. Afdeling 3. - Sociale en fiscale verplichtingen

Art. 41.§ 1. De aannemer van een overheidsopdracht voor werken moet : 1° alle wettelijke, reglementaire of conventionele bepalingen naleven en doen naleven door elke persoon die handelt als onderaannemer in welke fase ook, en door elke persoon die personeel tewerkstelt op de bouwplaats, zowel inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk als inzake de algemene arbeidsvoorwaarden, ongeacht of deze voortvloeien uit de wet of uit paritaire akkoorden op nationaal, gewestelijk of lokaal vlak;2° alle wettelijke, reglementaire of conventionele bepalingen op fiscaal vlak en op het vlak van de sociale zekerheid naleven en doen naleven door zijn eigen onderaannemers en door elke persoon die hem personeel ter beschikking stelt;3° in geval de werkgever in gebreke blijft ten opzichte van het personeel dat voor rekening van één van zijn onderaannemers op de bouwplaats gewerkt heeft of nog werkt, de bedragen betalen die aan dit personeel verschuldigd zijn voor de werken uitgevoerd op de bouwplaats, in de vorm van loon, bijdragen voor de sociale zekerheid en bedrijfsvoorheffing.Hetzelfde geldt voor het personeel dat hij of één van zijn onderaannemers ter beschikking had of heeft; 4° onverminderd de toepassing van § 3, tweede lid, en in geval de werkgever in gebreke blijft ten opzichte van het personeel dat heeft gewerkt of nog werkt op de bouwplaats waarvoor hij verantwoordelijk is, de bedragen betalen die als loon verschuldigd zijn door elke onderaannemer of persoon die personeel ter beschikking heeft gesteld op deze bouwplaats, voor de arbeid die op deze bouwplaats is verricht. § 2. De leverancier en de dienstverlener van een overheidsopdracht moeten alle wettelijke, reglementaire of conventionele bepalingen bedoeld in § 1, 1° en 2°, naleven en doen naleven door hun eigen onderaannemers en door elke persoon die hen personeel ter beschikking stelt. § 3. De onderaannemers waarop een beroep wordt gedaan en diegenen die personeel ter beschikking stellen voor de uitvoering van een overheidsopdracht moeten, onder dezelfde voorwaarden als de opdrachtnemer, de wettelijke, reglementaire of conventionele bepalingen bedoeld in § 1, 1° en 2°, en in § 2 naleven en doen naleven door hun eigen onderaannemers en door elke persoon die hen personeel ter beschikking stelt.

Voor de overheidsopdrachten voor werken moeten de onderaannemers bovendien, onder de voorwaarden bepaald in § 1, 3°, de bedragen betalen, in de vorm van loon, sociale zekerheid en bedrijfsvoorheffing die verschuldigd zijn wegens de prestaties van het personeel dat op de bouwplaats gewerkt heeft of nog werkt voor rekening van één van hun eigen onderaannemers evenals aan het personeel dat aan henzelf of aan één van hun eigen onderaannemers op deze bouwplaats ter beschikking gesteld werd. § 4. De rechtsvordering van het personeel krachtens § 1, 3° en 4°, of krachtens § 3, tweede lid, dient te worden voorafgegaan door een bezwaarschrift dat aangetekend dient te worden verstuurd naar de schuldenaar en in alle gevallen naar de aannemer binnen een maand na de invorderbaarheid van het loon. Deze rechtsvordering verjaart na één jaar te rekenen vanaf de verzending van het bezwaarschrift.

De personen die krachtens § 1, 3° en 4°, en § 3, tweede lid, betalingen van verschuldigde bedragen hebben uitgevoerd, worden ten opzichte van de werkgever in de wettelijke rechten en voorrechten gesteld met betrekking tot die bedragen. De aannemer die overeenkomstig § 1, 4°, heeft betaald, beschikt bovendien, onder dezelfde voorwaarden, over een verhaalrecht ten opzichte van de schuldenaar van deze bedragen krachtens § 3, tweede lid. § 5. Onverminderd de toepassing van de sancties bedoeld in andere wettelijke, reglementaire of conventionele bepalingen, worden de inbreuken op de verplichtingen bedoeld in paragraaf 1 en paragraaf 2 vastgesteld door de aanbestedende overheid en geven ze aanleiding tot de toepassing van de maatregelen in geval van inbreuken op de bepalingen van de overheidsopdracht. Afdeling 4. - Derdenrechten op schuldvorderingen

Art. 42.§ 1. De schuldvorderingen van de opdrachtnemers uit hoofde van de uitvoering van een overheidsopdracht mogen tot aan de oplevering niet het voorwerp zijn van beslag, verzet, overdracht of inpandgeving.

Wanneer de overheidsopdracht in een voorlopige en een definitieve oplevering voorziet, eindigt het verbod bij de voorlopige oplevering van de volledige opdracht. § 2. Met uitzondering van de voorschotten bedoeld in artikel 8, tweede lid, mag op deze schuldvorderingen vóór de datum van de oplevering beslag worden gelegd en mogen ze het voorwerp uitmaken van verzet : 1° door de arbeiders en bedienden van de aannemer, leverancier of dienstverlener ten belope van hun lonen en wedden, verschuldigd voor prestaties binnen het raam van de overheidsopdracht in kwestie;2° door de onderaannemers en de leveranciers van de opdrachtnemer, ten belope van de bedragen die hen verschuldigd zijn voor werken, leveringen of diensten die ze hebben verricht voor de overheidsopdracht in kwestie. § 3. Met uitzondering van de voorschotten bedoeld in artikel 8, tweede lid, mogen de schuldvorderingen eveneens, vóór de oplevering, door de aannemer, leverancier of dienstverlener worden overgedragen of in pand gegeven ten voordele van kredietverleners, als ze worden aangewend tot waarborg van krediet of voorschotten verleend met het oog op de uitvoering van de overheidsopdracht in kwestie, voor zover dit krediet of deze voorschotten gelijktijdig met of na de betekening van deze overdracht of inpandgeving worden aangewend. § 4. De overdracht en de inpandgeving van de schuldvordering worden bij deurwaardersexploot door de cessionaris aan de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf betekend. De betekening kan eveneens gebeuren per aangetekend schrijven van de cessionaris aan de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf. Daartoe vermeldt de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf in de opdrachtdocumenten uitdrukkelijk de administratieve gegevens van de dienst waaraan het schrijven dient te worden gericht. Om geldig te zijn, moet de betekening ten laatste tegelijkertijd gebeuren met de betalingsaanvraag van de cessionaris.

De overdracht van meerdere schuldvorderingen kan aan de hand van hetzelfde deurwaardersexploot of aangetekend schrijven worden betekend, op voorwaarde dat die schuldvorderingen op dezelfde aanbestedende overheid of hetzelfde overheidsbedrijf betrekking hebben en uit éénzelfde gesloten overheidsopdracht voortkomen. § 5. De overdracht en inpandgeving zullen slechts uitwerking hebben nadat de arbeiders, bedienden, onderaannemers en leveranciers die derdenbeslag hebben gelegd of verzet hebben aangetekend, werden uitbetaald.

De sommen die hieruit voortkomen, zullen door de kredietverlener, de cessionaris of de pandhoudende schuldeiser niet kunnen worden aangewend tot dekking van schuldvorderingen uit anderen hoofde ontstaan tegen de opdrachtnemer, vóór of tijdens de duur van de uitvoering van de gefinancierde werken, leveringen of diensten zolang bedoelde werken, leveringen of diensten niet werden opgeleverd. § 6. De aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf geeft de cessionarissen en pandhouders van schuldvorderingen, bij ter post aangetekend schrijven, kennis van het derdenbeslag of verzet dat haar of hem, op verzoek van de bevoorrechte schuldeisers, is betekend.

TITEL 3. - Opdrachten afgesloten door aanbestedende entiteiten

Art. 43.Wanneer ze opdrachten gunnen op defensie- en veiligheidsgebied, vallen de aanbestedende entiteiten, alsook de aanbestedende overheden en de overheidsbedrijven bedoeld in artikel 72 van de wet van 15 juni 2006 onder de toepassing van de artikelen 5, 6, 11, 14 tot 20, eerste en tweede lid, 22, eerste en derde lid, 23, 24, eerste tot derde lid, 25, 1°, c, eerste lid, d, eerste lid, e, f en g, 2°, 3°, 4° en 5°, 27, 29, 31 tot 34 en 36 tot 40 van deze wet.

TITEL 4 - Diverse bepalingen

Art. 44.De berekening van de in deze wet bepaalde termijnen gebeurt overeenkomstig de Verordening (EEG, Euratom) nr. 1182/71 van de Raad, van 3 juni 1971, houdende vaststelling van de regels die van toepassing zijn op termijnen, data en aanvangs- en vervaltijden.

Art. 45.Elke minister kan, binnen de grenzen van zijn bevoegdheden, de beslissingen nemen inzake de gunning en uitvoering van overheidsopdrachten voor rekening van de federale overheid en van de instellingen die onder zijn hiërarchisch gezag staan.

Voor de andere publiekrechtelijke personen dan deze bedoeld in het eerste lid worden de bevoegdheden voor het gunnen en uitvoeren van overheidsopdrachten uitgeoefend door de overheden en organen bevoegd krachtens de bepalingen van een wet, decreet, ordonnantie, reglement of statuut.

De bevoegdheden toegekend krachtens het eerste en tweede lid kunnen, voor de bevoegde overheden en organen bedoeld in deze leden die tot de bevoegdheid van de federale overheid behoren, worden overgedragen binnen de grenzen vastgesteld door de Koning, behalve wanneer een bijzondere wettelijke bepaling deze overdracht regelt.

Art. 46.§ 1. De Koning kan de maatregelen nemen, met inbegrip van de opheffing, aanvulling, wijziging of vervanging van wetsbepalingen, die nodig zijn om te voorzien in de omzetting van de verplichte bepalingen die voortvloeien uit het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en de internationale akten die genomen werden krachtens dit verdrag en die betrekking hebben op de in deze wet bedoelde overheidsopdrachten en opdrachten voor werken, leveringen en diensten.

De maatregelen maken het voorwerp uit van een verslag dat aan de Kamer van volksvertegenwoordigers wordt voorgelegd. § 2. De Koning kan de Eerste Minister belasten met de aanpassing van bepaalde bedragen die in de uitvoeringsmaatregelen voorkomen in functie van de herzieningen voorzien in de Europese richtlijnen en die de waarde aangeven van de drempels waarvan sprake in deze richtlijnen.

Art. 47.De Koning kan de organieke en statutaire bepalingen in overeenstemming brengen met de bepalingen van deze wet wat de in respectievelijk artikel 2, 1°, en 2°, bedoelde aanbestedende overheden en overheidsbedrijven betreft die, krachtens een wet of besluit, onder het hiërarchische gezag of het toezicht van een federale minister staan.

Art. 48.Artikel 57 van de wet van 30 maart 1976 betreffende de economische herstelmaatregelen is niet van toepassing op de overheidsopdrachten die ressorteren onder titel 2 van deze wet.

Art. 49.De koninklijke besluiten welke in uitvoering of met toepassing van deze wet worden vastgesteld, worden in Ministerraad overlegd.

Art. 50.De Koning stelt voor iedere bepaling van titel 1, 2, 3 en 4 van deze wet de datum van inwerkingtreding vast.

Dit artikel en artikel 46 treden in werking op de dag waarop ze in het Belgisch Staatsblad worden bekendgemaakt.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Nice, 13 augustus 2011.

ALBERT Van Koningswege : De Eerste Minister, Y. LETERME Voor de Minister van Landsverdediging, afwezig : De Vice-Eerste Minister en Minister van Buitenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen, S. VANACKERE Voor de Minister voor Ondernemen en Vereenvoudigen, afwezig : De Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting, G. VANHENGEL Voor de Minister van Binnenlandse Zaken, afwezig : De Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting, G. VANHENGEL Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, S. DE CLERCK _______ Nota Stukken van de Kamer van volksvertegenwoordigers : 53-1592 - 2010/2011 : 001 : Wetsontwerp. 002 : Amendement. 003 : Verslag. 004 : Tekst verbeterd door de commissie. 005 : Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan de Senaat.

Integraal Verslag : 7 juli 2011.

Stukken van de Senaat : 5-1154 - 2010/2011 : N° 1 : Ontwerp geëvoceerd door de Senaat.

N° 2 : Verslag.

N° 3 : Beslissing om niet te amenderen Handelingen van de Senaat : 20 juli 2011.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij de wet van 13 augustus 2011 inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten op defensie- en veiligheidsgebied.

ALBERT Van Koningswege : De Eerste Minister, Y. LETERME Voor de Minister van Landsverdediging, afwezig : De Vice-Eerste Minister en Minister van Buitenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen, S. VANACKERE Voor de Minister voor Ondernemen en Vereenvoudigen, afwezig : De Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting, G. VANHENGEL Voor de Minister van Binnenlandse Zaken, afwezig : De Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting, G. VANHENGEL

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij de wet van 13 augustus 2011 inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten op defensie- en veiligheidsgebied.

ALBERT Van Koningswege : De Eerste Minister, Y. LETERME Voor de Minister van Landsverdediging, afwezig : De Vice-Eerste Minister en Minister van Buitenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen, S. VANACKERE Voor de Minister voor Ondernemen en Vereenvoudigen, afwezig : De Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting, G. VANHENGEL Voor de Minister van Binnenlandse Zaken, afwezig : De Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting, G. VANHENGEL

^