gepubliceerd op 18 augustus 2014
Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de verdeling van de bevoegdheden onder de Ministers en tot regeling van de ondertekening van de akten van de Regering
22 JULI 2014. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de verdeling van de bevoegdheden onder de Ministers en tot regeling van de ondertekening van de akten van de Regering
De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op de artikelen 127 tot 129 van de Grondwet, Gelet op de bijzondere
wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
08/08/1980
pub.
11/12/2007
numac
2007000980
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits
sluiten tot hervorming der instellingen, inzonderheid gewijzigd bij de bijzondere wetten van 8 augustus 1988, 5 mei 1993, 16 juli 1993, 13 juli 2001 en 12 augustus 2003, 19 juli 2012 en 6 januari 2014;
Gelet op het bijzonder decreet van 3 april 2014Relevante gevonden documenten type bijzonder decreet prom. 03/04/2014 pub. 25/06/2014 numac 2014029357 bron ministerie van de franse gemeenschap Bijzonder decreet betreffende de bevoegdheden van de Franse Gemeenschap waarvan de uitoefening naar het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie wordt overgedragen sluiten betreffende de bevoegdheden van de Franse Gemeenschap waarvan de uitoefening naar het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie wordt overgedragen;
Gelet op het bijzonder decreet van 13 juli 1999Relevante gevonden documenten type bijzonder decreet prom. 13/07/1999 pub. 17/07/1999 numac 1999029406 bron ministerie van de franse gemeenschap Bijzonder decreet houdende verhoging van het maximumaantal Regeringsleden in uitvoering van artikelen 123, § 2, van de Grondwet en 63, § 4, van de bijzondere wet tot hervorming der instellingen van 8 augustus 1980, zoals gewijzigd bij de wetten van 8 augustus 1988 en van 16 juli 1993 sluiten houdende verhoging van het maximumaantal leden van de Regering van de Franse Gemeenschap;
Overwegende dat de Regering de mogelijkheid moet worden geboden om zo doeltreffend mogelijk te kunnen werken;
Gelet op de bijzonder dringende noodzakelijkheid, voor de Regering van de Franse Gemeenschap, samengesteld met toepassing van artikel 60 van de voormelde bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen, te zorgen voor de continuïteit van de openbare dienst;
Op de voordracht van de Minister-President, Besluit :
Artikel 1.In de zin van dit besluit, dient te worden verstaan onder : 1° "Minister" : een Minister, Lid van de Regering van de Franse Gemeenschap;2° "Wet" : de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen, inzonderheid gewijzigd bij de wetten van 8 augustus 1988, 5 mei 1993, 16 juli 1993, 13 juli 2001 en 12 augustus 2003, 19 juli 2012 en 6 januari 2014;3° "Decreet" : het bijzonder decreet van 3 april 2014Relevante gevonden documenten type bijzonder decreet prom. 03/04/2014 pub. 25/06/2014 numac 2014029357 bron ministerie van de franse gemeenschap Bijzonder decreet betreffende de bevoegdheden van de Franse Gemeenschap waarvan de uitoefening naar het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie wordt overgedragen sluiten betreffende de bevoegdheden van de Franse Gemeenschap waarvan de uitoefening naar het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie wordt overgedragen.
Art. 2.Rudy Demotte, Minister-President, is bevoegd voor : 1° de coördinatie van het regeringsbeleid en van de mededelingen in verband daarmee;2° de intra-Belgische betrekkingen, met inbegrip van het aanhangig maken van conflicten bij het Overlegcomité Federale Regering - Regering van de Gemeenschappen en Gewesten, de werking van de instellingen, en de betrekkingen met het Parlement;3° de internationale betrekkingen, met inbegrip van de betrekkingen met de Europese instellingen, en de ontwikkelingssamenwerking zoals bedoeld in artikel 6 ter van de wet;4° het verzoek om vervolgingen te bevelen, de deelneming aan de uitwerking van de bindende richtlijnen van het strafrechtelijk beleid en de deelneming aan de vergaderingen van het College van procureurs-generaal, zoals bedoeld in artikel 11 bis van de wet;5° de coördinatie van de dossiers betreffende de Europese structuurfondsen, de toepassing en de evaluatie ervan, met inbegrip van de betrekkingen met de Europese, nationale en gewestinstellingen;6° de evaluatie, de prospectie en de statistiek;7° de verdeling van de middelen uit de Nationale Loterij;8° de universitaire ziekenhuizen, zoals bedoeld in artikel 3, 6°, a), van het decreet, en de revalidatieovereenkomsten die met de universitaire ziekenhuizen worden gesloten, zoals bedoeld in artikel 3, 6°, b), van het decreet;9° de "Académie royale de Médecine", zoals bedoeld in artikel 3, 6°, c), van het decreet;10° de erkenning en de contingentering van de gezondheidszorgberoepen;11° de "Société scientifique de médecine générale";12° de coördinatie van het regeringsbeleid betreffende de verwezenlijking van de rechten van het kind.
Art. 3.Joëlle Milquet, Vice-President en Minister van Onderwijs, van Cultuur en Kind, is bevoegd voor : 1° het onderwijs, zoals bepaald in artikel 127, § 1, eerste lid, 2°, van de Grondwet, met uitzondering van het onderwijs voor sociale promotie, met inbegrip van : a.het basisonderwijs; b. het secundair onderwijs;c. de aangelegenheid bepaald in artikel 4, 11°, van de wet, met uitzondering van de opdrachten toevertrouwd aan de "Office de la naissance et de l'enfance";d. de beroepsomscholing en -bijscholing;e. het kunstonderwijs met beperkt leerplan;f. het kunstonderwijs van het secundair niveau;g. de inspectie van het onderwijs;h. de bijschoolse activiteiten, de hulpmiddelen voor het onderwijs en de informatie;i. de post- en parascolaire vorming, zoals bedoeld in artikel 4, 12°, van het decreet;j. de statuten van het personeel van het leerplichtonderwijs, met uitzondering van het personeel van het hoger onderwijs;k. de intellectuele, morele en sociale vorming, zoals bedoeld in artikel 4, 14°, van het decreet;l. de psycho-medisch-sociale centra;m. het gespecialiseerd onderwijs;n. de Europese scholen;o. de schooloriëntatie;p. de netoverschrijdende sturing;2° de culturele aangelegenheden, zoals bedoeld in artikel 4, 1°, 3°, 4°, 5°, 8°, 10°, 13°, van de wet, met inbegrip van de filmsector;3° de filmkeuring, met het oog op de toegang van minderjarigen tot bioscoopzalen, zoals bedoeld in artikel 5, V, van de wet;4° het gezondheidsbeleid, dat behoort tot de opdrachten die aan de "Office de la naissance et de l'enfance" worden toegewezen, zoals bedoeld in artikel 3, 6°, f), van het decreet;5° de bijstand aan personen, die behoort tot de opdrachten die aan de "Office de la naissance et de l'enfance" worden toegewezen, zoals bedoeld in artikel 3, 7°, a) van het decreet;6° de vakantiecentra, inzonderheid voor de aangelegenheden bepaald in de artikelen 4, 7°, 12°, 14°, en 5 van de wet, onverminderd artikel 138 van de Grondwet en de ter uitvoering ervan aangenomen decreten;7° de activiteiten en diensten inzake preventieve geneeskunde, bestemd voor zuigelingen, kinderen, leerlingen en studenten, zoals bedoeld in artikel 3, 6°, e), van het decreet;8° de kinderopvang;9° de "Office de la naissance et de l'enfance";10° de schoolgebouwen.
Art. 4.Jean-Claude Marcourt, Vice-President en Minister van Hoger Onderwijs, Onderzoek en Media, is bevoegd voor : 1° het hoger onderwijs, met inbegrip van : a.het universitair onderwijs, b. het niet-universitair hoger onderwijs, van het korte type en het lange type;c. het kunstonderwijs van het hogere niveau, met inbegrip van de conservatoria;d. de statuten van het personeel van het hoger onderwijs;2° de studietoelagen en -leningen;3° de inhoudelijke en technische aspecten van de audiovisuele en de auditieve mediadiensten, zoals bedoeld in artikel 4, 6° van de wet, met uitzondering van het uitzenden van mededelingen van de federale regering;4° de hulp aan de geschreven pers, zoals bedoeld in artikel 4, 6° bis, van de wet;5° het wetenschappelijk onderzoek, met inbegrip van de aanmoediging van de vorming van navorsers, zoals bedoeld in artikel 4, 2°, van de wet;6° de kredieten voor fundamenteel onderzoek, afkomstig uit de Diensten voor Programmatie van het Wetenschapsbeleid, uit Volksgezondheid en Economische Zaken, en de kredieten bestemd voor het Nationaal Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek en het Instituut tot Aanmoediging van het Wetenschappelijk Onderzoek in Nijverheid en Landbouw;7° de "Académie royale des Sciences".
Art. 5.Rachid Madrane, Minister van Hulpverlening aan de jeugd, Justitiehuizen en Promotie van Brussel, belast met het toezicht op de Franse Gemeenschapscommissie van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest, is bevoegd voor : 1° de bijstand aan personen, zoals bedoeld in artikel 3, 7°, b) tot f) van het decreet;2° de organisatie, de werking en de opdrachten van de justitiehuizen en van de bevoegde dienst die de uitwerking en de opvolging van het elektronisch toezicht verzekert, zoals bedoeld in artikel 5, III, van de wet;3° de financiering van de toeristische infrastructuur op het grondgebied van het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad;4° de promotie van Brussel op nationaal en internationaal niveau;5° het toezicht op de Franse Gemeenschapscommissie van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest.
Art. 6.René Collin, Minister van Sport, is bevoegd voor : 1° de lichamelijke opvoeding, de sport en het openluchtleven, zoals bedoeld in artikel 4, 9°, van de wet;2° de sportmedische keuring, zoals bedoeld in artikel 3, 6°, g) van het decreet.
Art. 7.André Flahaut, Minister van Begroting, Ambtenarenzaken en Administratieve Vereenvoudiging, is bevoegd voor : 1° de begroting, de financiën en de thesaurie;2° de ambtenarenzaken en het bestuur;3° de administratieve vereenvoudiging;4° het e-government en de administratieve informatica;5° de vestiging van de diensten en instellingen, alsook het beheer van onroerende zaken;6° het authenticeren van de handelingen met een onroerend karakter, zoals bedoeld in artikel 6quinquies van de wet.
Art. 8.Isabelle Simonis, Minister van Onderwijs voor sociale promotie, Jeugd, Vrouwenrechten en Gelijke Kansen, is bevoegd voor : 1° het onderwijs voor sociale promotie;2° het jeugdbeleid, zoals bedoeld in artikel 4, 7° van de wet;3° de statuten van het personeel van het onderwijs voor sociale promotie;4° de rechten van de vrouw;5° de gelijke kansen en de interculturaliteit;6° het afstandsonderwijs.
Art. 9.De ontwerpen van decreet en de in de Regering overlegde besluiten worden ondertekend door de Minister bevoegd voor de aangelegenheid waarop het ontwerp van decreet of het besluit betrekking heeft.
De besluiten en beslissingen van de Regering, voor de ambtenarenzaken van de instellingen van openbaar nut, worden gezamenlijk ondertekend door de Minister belast met ambtenarenzaken en de Minister(s) die het toezicht uitoefent/uitoefenen op de betrokken instellingen van openbaar nut.
De besluiten en beslissingen van de Regering, inzake het statuut van het onderwijspersoneel, worden gezamenlijk ondertekend door de verantwoordelijke Ministers.
Art. 10.Ingeval een delegatie werd verleend overeenkomstig het besluit houdende regeling van de werking van de Regering, worden de besluiten ondertekend door de Minister aan wie deze delegatie werd verleend.
Bij afwezigheid of verhindering van een minister, kan deze de Minister aanwijzen die ertoe wordt gemachtigd in zijn naam en voor zijn rekening te ondertekenen.
Art. 11.De ondertekening van de decreten en besluiten kan, in de titel van de Minister, alleen de vermelding bevatten van de aangelegenheid waarop de decreten en besluiten betrekking hebben.
De decreten en besluiten van de Regering worden door de Minister-President medeondertekend.
Art. 12.Het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 17 juli 2013Relevante gevonden documenten type besluit van de regering van de franse gemeenschap prom. 17/07/2013 pub. 23/07/2013 numac 2013029453 bron ministerie van de franse gemeenschap Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de verdeling van de bevoegdheden onder de Ministers van de Regering van de Franse Gemeenschap sluiten tot vaststelling van de verdeling van de bevoegdheden onder de Ministers van de Regering van de Franse Gemeenschap wordt opgeheven.
Art. 13.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het wordt ondertekend.
Art. 14.De Ministers worden, ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 22 juli 2014.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Vice-President en Minister van Onderwijs, van Cultuur en Kind, Mevr. J. MILQUET De Vice-President en Minister van Hoger Onderwijs, Media en Wetenschappelijk Onderzoek, J.-Cl. MARCOURT De Minister van Hulpverlening aan de jeugd, Justitiehuizen en Promotie van Brussel, belast met het toezicht op de Franse Gemeenschapscommissie van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest, R. MADRANE De Minister van Sport, R. COLLIN De Minister van Begroting, Ambtenarenzaken en Administratieve Vereenvoudiging, A. FLAHAUT De Minister van Onderwijs voor Sociale Promotie, Jeugd, Vrouwenrechten en Gelijke Kansen, I. SIMONIS