gepubliceerd op 12 augustus 2015
Ordonnantie houdende oprichting van het Brussels Planningsbureau
29 JULI 2015. - Ordonnantie houdende oprichting van het Brussels Planningsbureau (1)
Het Brusselse Hoofdstedelijke Parlement heeft aangenomen en Wij, Executieve, bekrachtigen, het geen volgt : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen
Artikel 1.Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 39 van de Grondwet.
Art. 2.Voor de toepassing van deze ordonnantie, wordt verstaan onder : 1° de Regering : de Brusselse Hoofdstedelijke Regering;2° het Gewest : het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;3° het Bureau : het Brussels Planningsbureau;4° het BISA : het Brussels Instituut voor Statistiek en Analyse;5° de cel van de BMA : de cel van de Bouwmeester-Maître Architecte van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bij de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel;6° de Brusselse huisvestingsreferent : de ambtenaar als dusdanig aangesteld bij beslissing van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 7 mei 2015;7° de cel van de Schoolfacilitator : de cel van de schoolfacilitator zoals bepaald door de Regering. HOOFDSTUK II. - Oprichting en opdrachten van de instelling
Art. 3.§ 1. Er wordt een instelling van openbaar nut met rechtspersoonlijkheid opgericht onder de naam « Brussels Planningsbureau », afgekort « BPB ». § 2. Het Bureau wordt ingedeeld bij de instellingen van categorie A, zoals deze worden opgesomd in artikel 1 van de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut. De bepalingen van deze wet zijn van toepassing voor zover er niet van afgeweken wordt door deze ordonnantie. § 3. Het Bureau heeft zijn zetel in het Gewest.
Art. 4.§ 1. Het Bureau wordt belast met drie opdrachten, die uitvoeriger omschreven worden in §§ 2 tot 4 : 1° instaan voor de opdrachten die aan het BISA zijn toevertrouwd door de ordonnantie van 3 april 2014 betreffende de gewestelijke statistiek, meer bepaald de gegevensverzameling, de ontwikkeling, de productie, de verwerking, de verspreiding en de analyse van statistieken en de uitvoering van evaluatieopdrachten;2° instaan voor de sectorale observatie van het grondgebied;3° instaan voor de voorbereiding van de verordenende en strategische opdrachten van de territoriale planning. Het Bureau zal bestaan uit minstens drie directies, in overeenstemming met de drie voormelde opdrachten. § 2. De opdrachten die door de ordonnantie van 3 april 2014 betreffende de gewestelijke statistiek zijn toevertrouwd aan het BISA worden uitgeoefend binnen één van de directies van het Bureau, die de benaming BISA behoudt. Zij staat in voor de verzameling, de ontwikkeling, de productie, de verwerking, de verspreiding en de analyse van statistische gegevens met het oog op een betere kennis van de Brusselse sociaal-economische realiteit en zij voert op vraag van de Regering evaluatieopdrachten uit. § 3. De directie sectorale observatie van het grondgebied hanteert als doelstelling kennis te verwerven en analyses uit te voeren in specifieke sectoren die beantwoorden aan de functies van het gewestelijk bestemmingsplan. § 4. Voor zijn opdracht inzake planning en territoriale strategie, wordt de directie territoriale ontwikkeling van het Bureau belast met de opdrachten bedoeld in titel II van het Brussels Wetboek van Ruimtelijke Ordening van 9 april 2004 met betrekking tot het ontwerp en de opvolging van de studies en strategische ontwikkelingsplannen en van de verordenende bestemmingsplannen. De strategische ontwikkelingsplannen omvatten het gewestelijk ontwikkelingsplan en de gemeentelijke ontwikkelingsplannen.
De Regering is gemachtigd de lijst op te maken van de andere in het eerste lid bedoelde strategische ontwikkelingsplannen.
Het Bureau wordt er tevens mee belast de goedkeuring van de richtschema's voor te bereiden en de opvolging te waarborgen van de richtschema's die door de Regering met toepassing van het gewestelijk ontwikkelingsplan zijn goedgekeurd en het publiek te informeren over, te betrekken bij en bewust te maken van de grote uitdagingen die gepaard gaan met de ontwikkeling van het Gewest. § 5. De Regering kan aan het Bureau iedere taak inzake territoriale ontwikkeling toevertrouwen die verband houdt met de opdrachten die omschreven zijn in §§ 1 tot 4. HOOFDSTUK III. - Beheer en controle
Art. 5.Het Bureau is onderworpen aan het hiërarchisch gezag van de minister belast met Ruimtelijke Ordening en Statistiek, aan wie de beheersbevoegdheid wordt toevertrouwd.
Art. 6.Het dagelijks beheer van het Bureau wordt verzorgd door de leidend ambtenaar en door de adjunct-leidend ambtenaar, respectievelijk met de titel directeur-generaal en adjunct-directeur-generaal. De directeur-generaal en de adjunct-directeur-generaal behoren tot een verschillende taalgroep. HOOFDSTUK IV. - Coördinatie van de territoriale ontwikkeling
Art. 7.§ 1. Er wordt een gewestelijk Comité voor territoriale ontwikkeling opgericht, waarvan het secretariaat verzorgd wordt door het Bureau.
De Regering bepaalt de samenstelling en de werking ervan. Het zal verplicht samengesteld zijn uit : 1° het BPB;2° het Brussels Instituut voor Milieubeheer (Leefmilieu Brussel);3° Mobiel Brussel;4° de Maatschappij voor het Intercommunaal Vervoer te Brussel (MIVB);5° het Gewestelijk Agentschap voor Netheid, 6° een vertegenwoordiger van Brussel Stedelijke Ontwikkeling (BSO). § 2. Het gewestelijk Comité voor territoriale ontwikkeling heeft als taak een niet-bindend met redenen omkleed advies uit te brengen over de planningsprojecten. Het Comité kan aan de Regering opmerkingen formuleren of voorstellen bezorgen met betrekking tot de uitvoering of de aanpassing van deze plannen. Al naargelang van de thema's die aan bod komen, kunnen in het gewestelijk Comité andere experten of vertegenwoordigers van administraties uitgenodigd worden, met raadgevende stem.
De Regering stelt de lijst op van de plannen die krachtens het eerste lid onderworpen worden aan het advies van het Comité en bepaalt de wijze waarop het Comité geraadpleegd wordt. HOOFDSTUK V. - Samenwerkingen
Art. 8.De gewestelijke overheidsadministraties, -diensten en -instellingen die een rol spelen bij de planning en de gegevensverzameling, werken nauw met elkaar samen. Met het oog daarop, kunnen tussen de administraties onderling en met het Bureau overeenkomsten en partnerschappen worden afgesloten.
De Regering preciseert de modaliteiten van de in het eerste lid bedoelde samenwerkingen. Zij is gemachtigd te bepalen in welke gevallen dergelijke samenwerkingen verplicht zijn. HOOFDSTUK VI. - Financiering, budget en middelen
Art. 9.§ 1. Voor de uitoefening van zijn opdrachten, beschikt het Bureau over subsidies binnen de perken van de daartoe op de begroting van het Gewest ingeschreven kredieten. § 2. Het Bureau kan schenkingen, legaten en subsidies van regeringen, publieke of private instellingen of van particulieren ontvangen. 3. De Regering bepaalt de modaliteiten voor het ter beschikking stellen aan het Bureau van de subsidies ingeschreven op de begroting. HOOFDSTUK VII. - Personeel
Art. 10.De Regering stelt de personeelsformatie en het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van het personeel vast. De Regering is gemachtigd, met inachtneming van de dwingende bepalingen van de wet van 3 juli 1978Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/07/1978 pub. 03/07/2008 numac 2008000527 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten type wet prom. 03/07/1978 pub. 12/03/2009 numac 2009000158 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten sluiten betreffende de arbeidsovereenkomsten, de administratieve toestand en de bezoldigingsregeling van de contractuele personeelsleden te bepalen.
Art. 11.§ 1. De personeelsleden van de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel die behoren tot de volgende directies en diensten worden naar het Bureau overgedragen: 1° het BISA;2° de Directie Studies en Planning (DSP) van Brussel Stedelijke Ontwikkeling;3° de observatoria die afhangen van Brussel Stedelijke Ontwikkeling, meer bepaald het Overzicht van de Handel, het Overzicht van het Kantorenpark, het Overzicht van de Productieactiviteiten en het Overzicht van de Huisvestingsvergunningen;4° de cel van de Bouwmeester-Maître Architecte;5° de Brusselse huisvestingsreferent;6° de cel van de Schoolfacilitator. § 2. De personeelsleden van het Agentschap voor Territoriale Ontwikkeling (ATO) waarvan de bevoegdheden door het Bureau worden overgenomen, worden ambtshalve overgedragen naar het Bureau. § 3. Voor de personeelsleden bedoeld in §§ 1 en 2 die beschikken over een arbeidsovereenkomst, is de overdracht onderworpen aan hun uitdrukkelijke goedkeuring en aan het sluiten van een nieuwe arbeidsovereenkomst of een bijvoegsel bij hun oorspronkelijke arbeidsovereenkomst. § 4. De Regering stelt een namenlijst op van de personeelsleden bedoeld in §§ 1 en 2 en bepaalt wanneer en hoe zij worden overgedragen.
Deze wijze van overdracht houdt inzonderheid in dat de naar het Bureau overgedragen personeelsleden hun graad of een gelijkwaardige graad en hun hoedanigheid behouden, evenals ten minste de bezoldiging en de anciënniteit die zij hadden of verkregen zouden hebben indien zij de functie die zij bekleedden op het ogenblik van hun overdracht verder hadden uitgeoefend in hun dienst van herkomst.
De Regering kan uitzonderings- en overgangsmaatregelen treffen voor het overgedragen contractueel personeel. HOOFDSTUK VIII. - Wijzigings- en slotbepalingen
Art. 12.In artikel 1 van de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut, wordt het Brussels Planningsbureau toegevoegd aan de lijst met instellingen van openbaar nut van categorie A, en dat op zijn plaats in de alfabetische volgorde.
Art. 13.In artikel 9, § 2, 4° van het Brussels Wetboek van Ruimtelijke Ordening van 9 april 2004 (hierna het BWRO), worden de woorden « en de ruimtelijke ordening » vervangen door « en een vertegenwoordiger van het Brussels Planningsbureau ».
In de artikelen 18, § 1, 25, §§ 1 en 4, 33, 35, § 1, 45 en 48, § 3 van het BWRO, worden de woorden « aan het Bestuur » vervangen door de woorden « aan het Brussels Planningsbureau ».
In artikel 18, § 4 van het BWRO, worden de woorden « aan de Administratie » vervangen door de woorden « aan het Brussels Planningsbureau »; in artikelen 20, § 3, 37, § 3 en 44 van het BWRO, worden de woorden « van dit Bestuur » vervangen door de woorden « van het Brussels Planningsbureau ».
In de artikelen 22 en 30 van het BWRO, worden de woorden « van het Bestuur Ruimtelijke Ordening en Huisvesting » vervangen door de woorden « van het Brussels Planningsbureau ».
In artikel 46, § 1 van het BWRO, worden de woorden « één vertegenwoordiger van het Bestuur » vervangen door « een vertegenwoordiger van het Brussels Planningsbureau ».
In hetzelfde artikel, worden de woorden « het Bestuur » vervangen door de woorden « het Brussels Planningsbureau ».
Art. 14.In artikel 2, § 1 van de ordonnantie van 3 april 2014 betreffende de gewestelijke statistiek, worden de volgende wijzigingen aangebracht : - in het eerste streepje, worden de woorden « , directie van het Secretariaat-generaal van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest » geschrapt; - in het derde streepje, worden de woorden « van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest » geschrapt.
Art. 15.De goederen, rechten en verplichtingen die verband houden met de opdrachten van het ATO worden overgeheveld naar het Bureau.
Art. 16.De Regering legt de datum van de inwerkingtreding van deze ordonnantie vast.
Kondigen deze ordonnantie af, bevelen dat ze in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Brussel, 29 juli 2015.
De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Territoriale Ontwikkeling, Stedelijk Beleid, Monumenten en Landschappen, Studentenaangelegenheden, Toerisme, Openbaar Ambt, Wetenschappelijk Onderzoek en Openbare Netheid, R. VERVOORT De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Externe Betrekkingen en Ontwikkelingssamenwerking, G. VANHENGEL De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Tewerkstelling, Economie en Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp, D. GOSUIN De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit en Openbare Werken, P. SMET De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Huisvesting, Levenskwaliteit, Leefmilieu en Energie, Mevr. C. FREMAULT _______ Nota (1) Gewone zitting 2014-2015. Documenten van het Parlement. - Ontwerp van ordonnantie, A-191/1. - Verslag, A-191/2.
Integraal verslag. - Bespreking en aanneming. Vergadering van vrijdag 17 juli 2015.