Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 02 februari 2017
gepubliceerd op 12 juli 2017

Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering met betrekking tot het Gewestelijk Comite voor Territoriale Ontwikkeling

bron
brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2017020477
pub.
12/07/2017
prom.
02/02/2017
ELI
eli/besluit/2017/02/02/2017020477/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

2 FEBRUARI 2017. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering met betrekking tot het Gewestelijk Comite voor Territoriale Ontwikkeling


De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op artikel 7 van de ordonnantie houdende oprichting van het Brussels Planningsbureau van 29 juli 2015;

Gelet op de gendertest;

Gelet op het advies 60.483/4 van de Raad van State verstrekt op 14 december 2016 in toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister-President, bevoegd voor Territoriale Ontwikkeling;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : - Het Comité : het Gewestelijk Comité voor Territoriale Ontwikkeling; - De Minister : de Minister bevoegd voor territoriale Ontwikkeling.

Art. 2.§ 1. Overeenkomstig artikel 7 van de ordonnantie van 29 juli 2015 houdende oprichting van het Brussels Planningsbureau wordt er een Gewestelijk Comité voor Territoriale Ontwikkeling opgericht. Dit comité is een adviesorgaan dat gemotiveerde adviezen met richtinggevende waarde en met verordenende waarde uitbrengt over gewestelijke projecten voor planning die een weerslag hebben op de ontwikkeling van het Gewest en een aanzienlijke impact hebben op de uitvoering van de opdrachten van ten minste één lid van het GCTO, en die georganiseerd worden door de hieronder vermelde ordonnanties : - Ordonnantie van 13 mei 2004 houdende ratificatie van het Brussels Wetboek van Ruimtelijke Ordening; - Organieke ordonnantie van 6 oktober 2016 houdende organisatie van de stedelijke herwaardering; - Ordonnantie van 2 mei 2013 houdende het Brussels Wetboek van Lucht, Klimaat en Energiebeheersing; - Ordonnantie van 1 maart 2012 betreffende het natuurbehoud; - Ordonnantie van 20 oktober 2006 tot opstelling van een kader voor het waterbeleid; - Ordonnantie van 5 maart 2009 betreffende het beheer en de sanering van verontreinigde bodems; - Ordonnantie van 7 juli 1997 betreffende de strijd tegen geluidshinder in een stedelijke omgeving; - Ordonnantie van 26 juli 2013 tot vaststelling van een kader inzake mobiliteitsplanning; - Ordonnantie van 14 juni 2012 betreffende afvalstoffen; - Beheerscontract MIVB; en de daaruit voortvloeiende aanpassing of wijziging daarvan.

Bovendien kunnen de gewestelijke projecten voor planning die een weerslag hebben op de ontwikkeling van het Gewest en een aanzienlijke impact hebben op de uitvoering van de opdrachten van ten minste een lid van het GCTO, ter advies aan het GCTO worden voorgelegd zelfs als ze niet door één van de bovenvermelde ordonnanties georganiseerd worden. § 2. Met uitzondering van de projecten die in het kader van artikel 2, § 1, tweede lid, worden ingediend, is het advies van het Comité een wezenlijke formaliteit voorafgaand aan de beslissing van de Regering om deze projecten te onderwerpen aan de vereiste maatregelen voor de raadpleging en bij afwezigheid van deze maatregelen, aan de definitieve goedkeuring van het project.

De adviezen van het Comité zijn gemotiveerd en niet dwingend en ze moeten worden uitgebracht ten laatste 30 dagen nadat het punt bij het Secretariaat van het Comité is ingediend.

Bij gebrek aan antwoord binnen deze termijnen wordt het advies geacht gunstig te zijn. § 3. Het Gewestelijk Comité voor Territoriale Ontwikkeling mag eveneens opmerkingen of suggesties formuleren betreffende de uitvoering en de aanpassing van deze projecten in de loop van de uitwerking hiervan.

Art. 3.Het Gewestelijk Comité voor Territoriale Ontwikkeling, dat is opgericht binnen het Brussels Planningsbureau, is samengesteld uit de volgende leden : 1° de leidend ambtenaar van het Brussels Planningsbureau;2° de leidend ambtenaar van Brussel Mobiliteit;3° de leidend ambtenaar van het bestuur bevoegd voor Stedenbouw en Erfgoed;4° de leidend ambtenaar van het Brussels Instituut voor Milieubeheer;5° de leidend ambtenaar van het Gewestelijk Agentschap voor Netheid;6° de administrateur-generaal van de Maatschappij voor het Intercommunaal Vervoer te Brussel;7° de leidend ambtenaar van het bestuur bevoegd voor Huisvesting. De leden mogen zich laten vertegenwoordigen door personeelsleden van hun respectieve bestuur of entiteit. Elk lid is stemgerechtigd.

Op vraag van het comité kan de Minister aan de regering de aanstelling voorstellen van nieuwe leden om met raadgevende stem deel te nemen aan haar werkzaamheden.

Het comité mag op eigen initiatief deskundigen of vertegenwoordigers van besturen uitnodigen afhankelijk van de behandelde thema's.

Wanneer een geagendeerd punt een gewestelijke dienst aanbelangt, kan het Comité een vertegenwoordiger van die dienst uitnodigen, zonder beraadslagende stem.

Art. 4.§ 1. Het voorzitterschap van het Gewestelijk Comité voor Territoriale Ontwikkeling wordt waargenomen door de leidend ambtenaar van het Brussels Planningsbureau of diens afgevaardigde. § 2. Het secretariaat van het Comité wordt waargenomen door het Brussels Planningsbureau.

Dit secretariaat verzorgt de administratieve omkadering van het Comité en zijn dagelijks beheer overeenkomstig het huishoudelijk reglement.

Art. 5.De adviezen van het comité worden bij consensus aangenomen.

Het Comité mag enkel beraadslagen indien de meerderheid van zijn stemgerechtigde leden aanwezig is. Is het quorum niet bereikt, dan wordt het geagendeerde punt verdaagd naar de volgende vergadering. Het Comité beraadslaagt op dat moment geldig over het punt ongeacht het aantal aanwezige leden.

Art. 6.Het Comité stelt een huishoudelijk reglement op dat noodzakelijkerwijs dient te voorzien in : 1° de organisatie van het secretariaat van de Raad;2° de wijze van oproeping en beraadslaging;3° de mededeling van zijn handelingen;4° de regelmaat van zijn vergaderingen; Het in § 1 bedoeld huishoudelijk reglement en de wijzigingen hieraan zijn onderworpen aan de goedkeuring van de regering.

Art. 7.Om de samenhang van de operationele gewestelijke initiatieven te waarborgen, mag het Comité permanente of specifieke werkgroepen samenstellen ter voorbereiding van zijn beraadslagingen.

Art. 8.De mandaten in het Comité zijn onbezoldigd.

Art. 9.Het Comité vergadert telkens een lid hierom verzoekt met het oog op de goedkeuring van een gewestelijk project zoals bedoeld in artikel 2, § 2, of op initiatief van zijn Voorzitter.

Art. 10.Dit besluit treedt in werking binnen de 30 dagen na de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 11.De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, bevoegd voor Territoriale Ontwikkeling, wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 2 februari 2017.

Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering bevoegd voor Territoriale Ontwikkeling, R. VERVOORT

^