Etaamb.openjustice.be
Decreet van 03 mei 2012
gepubliceerd op 15 juni 2012

Decreet betreffende het gewoon basisonderwijs en het gewoon secundair onderwijs inzonderheid inzake klassengrootte

bron
ministerie van de franse gemeenschap
numac
2012203159
pub.
15/06/2012
prom.
03/05/2012
ELI
eli/decreet/2012/05/03/2012203159/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

3 MEI 2012. - Decreet betreffende het gewoon basisonderwijs en het gewoon secundair onderwijs inzonderheid inzake klassengrootte


Het Parlement van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK I. - Wijziging van de wet van 29 mei 1959 tot wijziging van sommige bepalingen van de onderwijswetgeving

Artikel 1.In artikel 3, § 3, zevende lid, 10°, van de wet van 29 mei 1959 tot wijziging van sommige bepalingen van de onderwijswetgeving, zoals laatst gewijzigd bij artikel 17 van het decreet van 15 december 2010Relevante gevonden documenten type decreet prom. 15/12/2010 pub. 28/12/2010 numac 2010029676 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende de middelenbegroting van de Franse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2011 sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° Onder a) wordt het laatste streepje vervangen als volgt : « - de klasse 20 overeenkomstig artikel 4, vijfde lid, van het bovenvermelde decreet van 30 april 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/04/2009 pub. 20/07/2009 numac 2009035655 bron vlaamse overheid Decreet betreffende het secundair na secundair onderwijs en het hoger beroepsonderwijs type decreet prom. 30/04/2009 pub. 15/07/2009 numac 2009029358 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de oprichting van subregionale sturingsinstanties en de toekenning van stimuli met het oog op een doeltreffender herverdeling van het aanbod van kwalificatieonderwijs om de territoriale ontwikkeling te bevorderen sluiten die een verhoging van 0 % zullen krijgen »;2° Onder punt b) wordt het laatste streepje vervangen als volgt : « -de klasse 20 overeenkomstig artikel 4, vijfde lid, van het bovenvermelde decreet van 30 april 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/04/2009 pub. 20/07/2009 numac 2009035655 bron vlaamse overheid Decreet betreffende het secundair na secundair onderwijs en het hoger beroepsonderwijs type decreet prom. 30/04/2009 pub. 15/07/2009 numac 2009029358 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de oprichting van subregionale sturingsinstanties en de toekenning van stimuli met het oog op een doeltreffender herverdeling van het aanbod van kwalificatieonderwijs om de territoriale ontwikkeling te bevorderen sluiten die een verhoging van 0 % zullen krijgen.» HOOFDSTUK II. - Wijzigingen van het decreet van 29 juli 1992 houdende organisatie van het secundair onderwijs met volledig leerplan

Art. 2.In artikel 6, § 2, van het decreet van 29 juli 1992 houdende organisatie van het secundair onderwijs met volledig leerplan, zoals gewijzigd bij het decreet van 19 juli 2011, worden het derde lid en het vierde lid vervangen als volgt : « Op grond van het aantal noodzakelijke inrichtingen bedoeld in het vorige lid, vraagt de Regering, per zone of deel van zone, het advies van de Algemene Overlegraad voor het secundair onderwijs over de kandidaturen die haar toegezonden werden voor de oprichting van nieuwe inrichtingen.

Voor de toepassing van het derde lid brengt de Raad zijn advies uit binnen twee maanden te rekenen vanaf de datum van de aanvraag om advies die hem door de Regering wordt voorgelegd. »

Art. 3.Artikel 15bis van het decreet van 29 juli 1992 houdende organisatie van het secundair onderwijs met volledig leerplan, zoals ingevoegd bij artikel 18 van het decreet van 15 december 2010Relevante gevonden documenten type decreet prom. 15/12/2010 pub. 28/12/2010 numac 2010029676 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende de middelenbegroting van de Franse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2011 sluiten, wordt opgeheven.

Art. 4.Artikel 20, § 1, eerste lid, van hetzelfde decreet, zoals laatst gewijzigd bij het decreet van 17 december 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/12/2009 pub. 05/01/2010 numac 2009029929 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende de middelenbegroting van de Franse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2010 type decreet prom. 17/12/2009 pub. 15/09/2011 numac 2011029493 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende aanpassing van de middelenbegroting van de Franse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2009 type decreet prom. 17/12/2009 pub. 16/03/2010 numac 2010201067 bron ministerie van de duitstalige gemeenschap Besluit van de Regering houdende wijziging van het besluit van de Regering van 25 september 1996 tot uitvoering van het decreet van 5 februari 1996 betreffende de controle van de afwezigheden wegens ziekte voor de personeelsleden van de door de Duitstalige Gemeenschap georganiseerde of gesubsidieerde onderwijsinrichtingen en PMS-centra sluiten, wordt vervangen als volgt : « De overdrachten van lestijden-leerkracht toegewezen aan de eerste graad naar de andere graden zijn verboden.

Nochtans kan de Regering, op basis van een met redenen omklede aanvraag van de inrichtingshoofden in het onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschap of van de inrichtende machten in het gesubsidieerd onderwijs, met inbegrip van het gunstig advies van de overlegorganen, zoals bedoeld in § 2, derde lid, een overdracht van lestijden-leerkracht van hoogstens 5 % toelaten voor zover de drie volgende voorwaarden vervuld zijn : a) de maxima per klas in de eerste graad zijn nageleefd;b) de remediëring wordt georganiseerd voor de leerlingen van de eerste graad, inzonderheid door het aanvullend leerjaar voor de betrokken scholen, overeenkomstig de bepalingen van dit decreet;c) met deze overdracht worden de gemiddelden en/of de maxima bedoeld in artikel 23bis, § 1, in een (van) de andere graad(en) nageleefd.»

Art. 5.Artikel 23bis van hetzelfde decreet, zoals ingevoegd bij het decreet van 12 december 2008Relevante gevonden documenten type decreet prom. 12/12/2008 pub. 13/03/2009 numac 2009029108 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot bevordering van de organisatie van de eerste graad en houdende diverse maatregelen inzake onderwijs type decreet prom. 12/12/2008 pub. 13/01/2009 numac 2008029672 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de bestrijding van sommige vormen van discriminatie sluiten en aangevuld met het decreet van 3 april 2009 en het decreet van 18 maart 2010, wordt vervangen als volgt : « Artikel 23bis, § 1. In het secundair onderwijs georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap en rekening houdend met de bijzondere voorwaarden bedoeld in artikel 13 van het koninklijk besluit nr. 49 van 2 juli 1982 betreffende de oprichtings-, behouds- en splitsingsnormen en de berekening van het urenkrediet van het secundair onderwijs van het type I en betreffende de fusie van instellingen en bepaalde personeelsbetrekkingen van de instellingen voor secundair onderwijs met volledig leerplan van type I en type II voor de splitsing van de cursussen godsdienst en niet-confessionele zedenleer, zijn de normen die de klassengrootte regelen - geheel van de leerlingen van het secundair onderwijs van eenzelfde klassengroep of groepering van twee of meer klassengroepen geplaatst onder de leiding van een leerkracht in overeenstemming met de wettelijke uurroosters, bepaald als volgt : a) in de eerste gemeenschappelijke graad mag geen enkele klasse meer dan 24 leerlingen tellen;b) in het eerste gedifferentieerde jaar mag geen enkele klasse meer dan 15 leerlingen tellen;c) in het tweede gedifferentieerde jaar mag geen enkele klasse meer dan 18 leerlingen tellen;d) in de tweede graad van het algemeen onderwijs mogen de klassen gemiddeld niet meer dan 26 leerlingen tellen met hoogstens 29 leerlingen;de cursussen in het laboratorium mogen gemiddeld niet meer dan 16 leerlingen tellen met hoogstens 19 leerlingen; e) in de derde graad van het algemeen onderwijs mogen de klassen gemiddeld niet meer dan 29 leerlingen tellen met een maximum van 32 leerlingen;de cursussen in het laboratorium mogen gemiddeld niet meer dan 16 leerlingen tellen met een maximum van 19 leerlingen; f) in de tweede en derde graden van het technisch doorstromingsonderwijs mogen de klassen gemiddeld niet meer dan 26 leerlingen tellen met een maximum van 29 leerlingen, met daarmee ingeval van groepering de leerlingen van de derde graad van het algemeen onderwijs;de cursussen in het laboratorium mogen gemiddeld niet meer dan 16 leerlingen tellen met een maximum van 19 leerlingen; g) in de tweede en derde graden van het technisch kwalificatieonderwijs mogen de klassen gemiddeld niet meer dan 25 leerlingen tellen met een maximum van 28 leerlingen;de beperking wordt gemiddeld verminderd tot 16 leerlingen met een maximum van 19 leerlingen voor de cursussen beroepspraktijk, tot gemiddeld 12 leerlingen met een maximum van 15 leerlingen voor de cursussen beroepspraktijk voortvloeiend uit de afzonderlijke telling bedoeld in het besluit van 31 augustus 1992; het aantal van gemiddeld 10 leerlingen, met een maximum van 12 leerlingen, zal om veiligheidsredenen niet overschreden worden; h) in de tweede graad van het beroepsonderwijs zullen de klassen en inzonderheid de klassen van algemene cursussen gemiddeld niet meer dan 19 leerlingen tellen met een maximum van 22 leerlingen;de beperking wordt gemiddeld verminderd tot 16 leerlingen met een maximum van 19 leerlingen voor de cursussen beroepspraktijk, tot gemiddeld 12 leerlingen met een maximum van 15 leerlingen voor de cursussen beroepspraktijk voortvloeiend uit de afzonderlijke telling; het aantal van gemiddeld 10 leerlingen met een maximum van 12 leerlingen zal om veiligheidsredenen niet overschreden worden; i) in de derde graad van het beroepsonderwijs mogen de klassen gemiddeld niet meer dan 22 leerlingen tellen met een maximum van 25 leerlingen;de beperking wordt gemiddeld verminderd tot 16 leerlingen met een maximum van 19 leerlingen voor de cursussen beroepspraktijk, tot gemiddeld 12 leerlingen met een maximum van 15 leerlingen voor de cursussen beroepspraktijk voortvloeiend uit de afzonderlijke telling; het aantal van gemiddeld 10 leerlingen met een maximum van 12 leerlingen zal om veiligheidsredenen niet overschreden worden.

Op advies van de Algemene Overlegraad voor het secundair onderwijs, die zich inzonderheid op een voorstel van de Inspectiedienst baseert, bepaalt de Regering een lijst van verzamelde basisopties waarin de cursussen beroepspraktijk een zodanig groot risico teweegbrengen dat een leerkracht om veiligheidsredenen een beperkt aantal leerlingen onder zijn toezicht moet hebben. § 2. In de gevallen bedoeld in het tweede lid van deze paragraaf en voor zover geen enkele eenvoudige of gegroepeerde basisoptie van de betrokken graad of vorm tot de behoudsnorm op 15 januari van het vorige schooljaar behoort, wordt een overschrijding van het maximale aantal leerlingen bedoeld in § 1, eerste lid, d) tot i) toegelaten zonder een aanvraag in te dienen en dit naar rato van : - één leerling wanneer het vastgestelde maximale aantal lager is dan 15 leerlingen; - twee leerlingen wanneer het vastgestelde maximale aantal hoger is dan of gelijk is aan 15 leerlingen.

De overschrijdingen bedoeld in het eerste lid zijn toegelaten in de volgende gevallen : a) in gemeenschappelijke opleiding, in een cursus die slechts georganiseerd wordt in één of twee groepen op het niveau van het betrokken jaar;maken deel uit van de gemeenschappelijke opleiding de cursussen die niet behoren tot de eenvoudige of gegroepeerde basisopties; b) in één of meer cursussen van een eenvoudige of gegroepeerde basisoptie die slechts in één groep georganiseerd wordt op het niveau van het betrokken jaar;c) in één of meer cursussen van een gegroepeerde basisoptie wanneer de inrichting op 1 oktober, in de graad en de betrokken vorm, ten minste het volgende organiseert : - een optie van de sector Industrie; - een optie van de sector Hout-Bouwkunde; - een optie waarvan de oprichting, het behoud of de groepering ondersteund wordt in de vorm van toekenning van lestijden per subregionale netoverschrijdende sturingsinstantie (afgekort : IPIEQ) opgericht bij het decreet van 30 april 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/04/2009 pub. 20/07/2009 numac 2009035655 bron vlaamse overheid Decreet betreffende het secundair na secundair onderwijs en het hoger beroepsonderwijs type decreet prom. 30/04/2009 pub. 15/07/2009 numac 2009029358 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de oprichting van subregionale sturingsinstanties en de toekenning van stimuli met het oog op een doeltreffender herverdeling van het aanbod van kwalificatieonderwijs om de territoriale ontwikkeling te bevorderen sluiten betreffende de oprichting van subregionale sturingsinstanties en de toekenning van stimuli met het oog op een doeltreffender herverdeling van het aanbod van kwalificatieonderwijs om de territoriale ontwikkeling te bevorderen.

De overschrijdingen bedoeld in het eerste lid gelden slechts voor de klassengroep per studiejaar.

Tegen uiterlijk 15 oktober informeren het inrichtingshoofd in het net georganiseerd door de Franse Gemeenschap en de inrichtende macht in het gesubsidieerd onderwijs, naargelang het geval, het basisoverlegcomité, de plaatselijke paritaire commissie, de ondernemingsraad of, bij gebreke hieraan, de vakbondsdelegatie, over de overschrijdingen georganiseerd met toepassing van deze paragraaf zodat de overeenstemming met de toestanden en voorwaarden nagekeken kan worden met deze bepaald in deze paragraaf.

Bij betwisting kan de betrokken bovenvermelde instantie een beroep indienen bij de Regering die zal nakijken of de toestanden en voorwaarden bepaald in deze paragraaf al dan niet vervuld zijn. Het beroep is niet opschortend. § 3. In de toestanden bedoeld in het derde lid van deze paragraaf en voor zover ten hoogste één eenvoudige of gegroepeerde basisoptie van de betrokken graad en norm onder de behoudsnorm was op 15 januari van het vorige schooljaar, kan een overschrijding toegelaten worden van het maximale aantal leerlingen bedoeld in § 1, eerste lid, d) tot i), naar rata van : - twee wanneer het vastgestelde maximale aantal lager is dan 15 leerlingen; - drie wanneer het vastgestelde maximale aantal hoger is dan of gelijk is aan 15 leerlingen.

Deze overschrijdingen mogen toegelaten worden door de Regering op basis van een aanvraag ingediend ten laatste op 30 oktober door het inrichtingshoofd in het net georganiseerd door de Franse Gemeenschap en de inrichtende macht in het gesubsidieerd onderwijs, met inzonderheid een overzicht van het aantal leerlingen per klasse en het gunstig advies van het basisoverlegcomité, in het onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschap, de plaatselijke paritaire commissie in het officieel onderwijs gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap en de ondernemingsraad of, bij gebreke hieraan, de vakbondsdelegatie in het vrij onderwijs gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap met een evocatierecht van het verzoeningsbureau bij onenigheid.

De overschrijdingen bedoeld in het eerste lid mogen toegelaten worden in elke van de hiernavermelde toestanden : a) de specificiteit van het opleidingsaanbod van de inrichting leidt tot zo een onevenwicht tussen de bevolking van verschillende eenvoudige of gegroepeerde opties door de verschillende graden en vormen, dat dit gevolgen heeft op één cursus(sen) van de niet-optionele opleiding waarvoor de overschrijding wordt aangevraagd;b) de specificiteit van het opleidingsaanbod van de inrichting leidt tot zo een onevenwicht tussen de bevolking van verschillende eenvoudige of gegroepeerde basisopties door de verschillende graden en vormen, dat dit gevolgen heeft op één cursus(sen) van de optionele opleiding waarvoor de overschrijding wordt aangevraagd;c) de beschikbare lokalen, installaties en uitrustingen maken geen andere organisatie mogelijk, met inbegrip van de lichamelijke opvoeding;d) in het technisch kwalificatieonderwijs of in het beroepsonderwijs zou de organisatie van de gemeenschappelijke opleiding met inachtneming van de maxima verplichten om al de leerlingen samen te brengen afkomstig uit opties die behoren tot de verschillende sectoren. Het gebrek aan een antwoord van de Regering binnen de termijn vastgesteld op 20 werkdagen met ingang van de verzendingsdatum van de aanvraag, wordt gelijkgesteld met een gunstige beslissing van de Regering. Voor de toepassing van deze bepaling wordt verstaan onder werkdag, maandag, dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag, met uitzondering van de feestdagen. § 4. Vanaf het schooljaar 2010-2011, wordt de afwijking van § 1, eerste lid, a), automatisch verleend aan de schoolinrichtingen, zonder dat een aanvraag ingediend zou worden in de volgende gevallen : 1° om de overschrijding van het aangegeven aantal plaatsen mogelijk te maken in het kader van de toepassing van artikel 79/23 van het decreet van 24 juli 1997Relevante gevonden documenten type decreet prom. 24/07/1997 pub. 23/09/1997 numac 1997029337 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet dat de prioritaire taken bepaalt van het basisonderwijs en van het secundair onderwijs en de structuren organiseert die het mogelijk maken ze uit te voeren sluiten dat de prioritaire taken bepaalt van het basisonderwijs en van het secundair onderwijs en de structuren organiseert die het mogelijk maken ze uit te voeren;2° wanneer het aantal ingeschreven leerlingen in het eerste gemeenschappelijke leerjaar van het secundair onderwijs werkelijk het aantal aangegeven leerlingen overschrijdt met toepassing van artikel 79/5 van hetzelfde decreet. § 5. 1.471 aanvullende lestijden worden toegewezen aan het secundair onderwijs en kunnen toegekend worden aan de inrichtingen die erom vragen om de maximale aantalen bedoeld in § 1, eerste lid, na te leven.

De aanvraag bedoeld in het vorige lid wordt elektronisch ingediend door het inrichtingshoofd, in het net georganiseerd door de Franse Gemeenschap, en door de inrichtende macht, in het gesubsidieerd onderwijs, bij de Diensten van de Regering ten laatste de tweede werkdag na 30 september. De met redenen omklede aanvraag die ingediend wordt door de inrichting, gaat gepaard met de volledige inlichtingen over de lestijden waarover zij beschikt en dit, ongeacht de oorsprong, met inbegrip van de aanbreng van lestijden door de IPIEQ en de lestijden behaald voor de gedifferentieerde omkadering.

De toekenning van aanvullende lestijden wordt voorbehouden aan de vestigingsplaatsen met inachtneming van het maximale aantal leerlingen bedoeld in § 1, eerste lid, voor de organisatie van geïdentificeerde pedagogische middelen die ten doel hebben de remediëring, de begeleiding of de ondersteuning van de leerprocessen die niet zonder deze lestijden georganiseerd zouden kunnen worden omdat de inrichtingen in hun totaal aantal lestijden-leerkracht (NTPP afgekort) hebben moeten putten om het gemiddelde en maximale aantalen bedoeld in § 1 na te leven.

De aanvragen worden volgens de volgende procedure geanalyseerd : a) de aanvullende lestijden worden eerst toegewezen per zone en per kenmerk naargelang van de bevolkingen per zone en per kenmerk van het gewoon secundair onderwijs;b) de aanvragen worden behandeld, voor het onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschap, door de zonale affectatiecommissies bedoeld in artikel 14 quater van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen voor kleuter-, lager, gespecialiseerd, middelbaar, technisch onderwijs, onderwijs voor sociale promotie en kunstonderwijs van de Staat, alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen en van de leden van de inspectiedienst die belast is met het toezicht op deze inrichtingen, en, voor het onderwijs gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap, door de zonale commissies voor het beheer van de betrekkingen bevoegd voor het secundair onderwijs bedoeld in Hoofdstuk II van het decreet van 12 mei 2004 betreffende de vaststelling van de schaarste en bepaalde Commissies in het buitengewoon of door de Franse Gemeenschap gesubsidieerde onderwijs;deze commissies onderzoeken de aanvragen vóór 10 oktober en rangschikken ze bij voorkeur in functie van de criteria voor de pedagogische relevantie en efficiëntie; indien de commissie erom vraagt, kan het feit voor een inrichting om in aanmerking te komen voor de gedifferentieerde omkadering bedoeld in het decreet van 30 april 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/04/2009 pub. 20/07/2009 numac 2009035655 bron vlaamse overheid Decreet betreffende het secundair na secundair onderwijs en het hoger beroepsonderwijs type decreet prom. 30/04/2009 pub. 15/07/2009 numac 2009029358 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de oprichting van subregionale sturingsinstanties en de toekenning van stimuli met het oog op een doeltreffender herverdeling van het aanbod van kwalificatieonderwijs om de territoriale ontwikkeling te bevorderen sluiten deel uitmaken van de selectiecriteria van de projecten; c) ingeval het aantal lestijden die nodig zijn om aan de weerhouden aanvragen te beantwoorden het beschikbare totaal aantal overschrijd, kan de commissie bedoeld in b) een maximale aantal per inrichting bepalen;d) de commissie bedoeld in punt b) bezorgt haar voorstel betreffende de toewijzing van de aanvullende lestijden aan de Regering, die een beslissing neemt zodanig dat de lestijden beschikbaar vanaf 15 oktober in de inrichtingen zouden zijn. § 6. In afwijking van de §§ 1, 2 en 3 voor het schooljaar 2012-2013 volgen hierna de normen die de klassengrootte regelen - geheel van leerlingen van het secundair onderwijs van eenzelfde klassengroep of hergroepering van twee of meer klassengroepen geplaatst onder de leiding van een leerkracht in overeenstemming met de wettelijke uurregelingen - voor de 4e, 6e en 7e leerjaren : a) in de tweede graad van het algemeen onderwijs mogen de klassen gemiddeld niet meer dan 27 leerlingen tellen;de cursussen in het laboratorium mogen gemiddeld niet meer dan 16 leerlingen tellen; b) in de derde graad van het algemeen onderwijs mogen de klassen gemiddeld niet meer dan 30 leerlingen tellen;de cursussen in een laboratorium mogen gemiddeld niet meer dan 16 leerlingen tellen; c) in de tweede en derde graden van het technisch onderwijs mogen de klassen gemiddeld niet meer dan 27 leerlingen tellen, met inbegrip van de hergroepering met de leerlingen van de derde graad van het algemeen onderwijs;de beperking wordt verminderd tot gemiddeld 16 leerlingen voor de cursussen beroepspraktijk en tot gemiddeld 12 leerlingen voor de cursussen beroepspraktijk voortvloeiend uit de afzonderlijke telling bedoeld in het besluit van 31 augustus 1992; het aantal van 10 leerlingen zal niet overschreden worden om veiligheidsredenen; d) in de tweede graad van het beroepsonderwijs zullen de klassen en inzonderheid de klassen algemene cursussen gemiddeld niet meer dan 20 leerlingen tellen;de beperking wordt gemiddeld tot 16 leerlingen verminderd voor de cursussen beroepspraktijk, tot 12 leerlingen voor de cursussen beroepspraktijk voortvloeiend uit de afzonderlijke telling; het aantal van 10 leerlingen zal niet overschreden worden om veiligheidsredenen; e) in de derde graad van het beroepsonderwijs mogen de klassen gemiddeld niet meer dan 24 leerlingen tellen;de beperking wordt gemiddeld tot 16 leerlingen verminderd voor de cursussen beroepspraktijk, tot gemiddeld 12 leerlingen voor de cursussen beroepspraktijk voortvloeiend uit de afzonderlijke telling; het aantal van 10 leerlingen zal niet overschreden worden om veiligheidsredenen.

Nochtans kan de Regering van de beperkingen bepaald in dit artikel afwijken op basis van een met redenen omklede aanvraag van de inrichtingshoofden in het net georganiseerd door de Franse Gemeenschap en de inrichtende machten in het gesubsidieerd onderwijs, inzonderheid met een overzicht van het aantal leerlingen per klasse alsook het gunstig advies, in het onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschap, van het basisoverlegcomité, in het officieel onderwijs gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap, de plaatselijke paritaire commissie, en in het vrij onderwijs gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap, de ondernemingsraad of bij gebreke hieraan van de vakbondsdelegatie met een evocatierecht van het verzoeningsbureau bij onenigheid.

Het gebrek aan een antwoord van de Regering binnen de termijn bepaald op 20 werkdagen met ingang van de verzendingsdatum van de aanvraag wordt gelijkgesteld met een gunstige beslissing van de Regering. Voor de toepassing van deze bepaling wordt verstaan onder werkdag, maandag, dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag, met uitzondering van de feestdagen. § 7. Elk jaar en voor de eerste keer tijdens het eerste kwartaal van het schooljaar 2014-2015 gaat de Regering over tot de evaluatie en de verificatie van de uitvoering van de bepalingen die de klassengrootte regelen.

Om deze evaluatie en die verificatie mogelijk te maken zal elke inrichting elk jaar voor 30 november uiterlijk de Diensten van de Regering inlichten over de overschrijdingen die geactiveerd worden overeenkomstig §§ 2 en 3.

Om de twee jaar met ingang van het schooljaar 2013-2014 brengen de Diensten van de Regering verslag uit aan de Regering voor 31 maart ten laatste over het aantal en de redenen van de overschrijdingen of afwijkingen in het kader van §§ 2 en 3. HOOFDSTUK III. - Wijzigingen van het decreet van 13 juli 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 13/07/1998 pub. 28/08/1998 numac 1998029358 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de organisatie van het gewoon kleuteronderwijs en lager onderwijs en de wijziging van de onderwijswetgeving sluiten betreffende de organisatie van het gewoon kleuteronderwijs en lager onderwijs en de wijziging van de onderwijswetgeving.

Art. 6.Artikel 2 van het decreet van 13 juli 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 13/07/1998 pub. 28/08/1998 numac 1998029358 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de organisatie van het gewoon kleuteronderwijs en lager onderwijs en de wijziging van de onderwijswetgeving sluiten betreffende de organisatie van het gewoon kleuteronderwijs en lager onderwijs en de wijziging van de onderwijswetgeving, zoals gewijzigd, wordt aangevuld met een 32°, luidend als volgt : « 32° Klassengroep : groep leerlingen die verenigd worden om samen een cursus of een geheel cursussen met een leerkracht te volgen; ingeval twee of meer leerkrachten een klassengroep op zich nemen, wordt het aantal leerlingen waarmee rekening moet gehouden worden door het aantal leerkrachten gedeeld. »

Art. 7.In hetzelfde decreet wordt een artikel 2bis ingevoegd, luidend als volgt : «

Artikel 2bis.De Regering analyseert ten minste om de drie jaar en voor de eerste keer tijdens het jaar 2012 de beschikbare gegevens betreffende de demografie om zone per zone de overeenstemming te evalueren tussen de vraag en het aanbod inzake het aantal plaatsen per niveau en per jaar. De Regering heeft als opdracht de bovenvermelde analyse zo vlug mogelijk aan het Parlement te bezorgen.

Op basis van deze analyse bepaalt de Regering de zone of de gedeeltes van de zones waarvoor het aanbod inzake het aantal plaatsen lager is dan de vraag. »

Art. 8.In artikel 3ter, § 2, eerste lid, van hetzelfde decreet, zoals ingevoegd bij het decreet van 3 juli 2003Relevante gevonden documenten type decreet prom. 03/07/2003 pub. 22/08/2003 numac 2003029427 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot invoering van de psychomotorische activiteiten in het gewoon kleuteronderwijs type decreet prom. 03/07/2003 pub. 19/08/2003 numac 2003029415 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de coördinatie van de opvang van de kinderen tijdens hun vrije tijd en betreffende de ondersteuning van de buitenschoolse opvang sluiten en gewijzigd bij het decreet van 12 mei 2004, het decreet van 4 mei 2005 en het decreet van 2 juni 2006, wordt een 1°bis ingevoegd, luidend als volgt : « 1°bis. 1,3 miljoen bijkomende euro vanaf 1 september 2012 met het oog op de aanwerving of de aanwijzing van meesters psychomotoriek. »

Art. 9.Artikel 29bis van hetzelfde decreet, zoals ingevoegd bij artikel 19 van het decreet van 15 december 2010Relevante gevonden documenten type decreet prom. 15/12/2010 pub. 28/12/2010 numac 2010029676 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende de middelenbegroting van de Franse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2011 sluiten, wordt opgeheven.

Art. 10.In artikel 31bis van hetzelfde decreet, zoals ingevoegd bij het decreet van 20 juli 2005Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/07/2005 pub. 01/09/2005 numac 2005029229 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende verschillende bepalingen met betrekking tot het hoger onderwijs type decreet prom. 20/07/2005 pub. 08/09/2005 numac 2005029230 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende verbetering van de omkadering in het kleuter- en lager onderwijs type decreet prom. 20/07/2005 pub. 14/09/2005 numac 2005202268 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot wijziging van het decreet van 10 april 2003 betreffende de werking van de adviesinstanties die werkzaam zijn binnen de culturele sector sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 2 wordt vervangen als volgt : « § 2.Rekening houdend met de bijzondere voorwaarden bepaald in de §§ 1 en 4 en in artikel 33, § 3, tweede lid, van dit decreet, kan een gedeelte van de aanvullende lestijden bedoeld in § 1, eerste lid, gebruikt worden in het derde, vierde, vijfde en zesde leerjaar van het lager onderwijs in het kader van de toepassing van de bepalingen bedoeld in artikel 31bis/1, § 1.

Als de aanvullende lestijden bedoeld in § 1, eerste lid, niet voldoende zijn om de bepalingen bedoeld in § 1 na te leven, mogen de lestijden voortvloeiend uit het derde, vierde, vijfde en zesde leerjaar lager onderwijs slechts gebruikt worden in het eerste en tweede leerjaar lager onderwijs voor zover de bepalingen bedoeld in artikel 31bis/1, § 1, nageleefd zouden worden en er geen gebruik wordt gemaakt van de bepalingen bedoeld in artikel 31bis/1, §§ 2 à 4.

De bepalingen bedoeld in deze paragraaf komen bij elk schooljaar in aanmerking voor een gunstig advies, naargelang het geval, van het basisoverlegcomité voor het onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschap of de plaatselijke paritaire commissie voor het officieel gesubsidieerd onderwijs of voor een overleg binnen de daartoe bedoelde instantie in het gesubsidieerd vrij onderwijs. » 2° er wordt een § 4 toegevoegd, luidend als volgt : « 4.Rekening houdend met de bijzondere voorwaarden bedoeld in de §§ 1 tot 3, bedraagt het maximale aantal leerlingen in het eerste en tweede leerjaar lager onderwijs 24 per klassengroep. »

Art. 11.In hetzelfde decreet wordt een artikel 31bis/1 ingevoegd, luidend als volgt : « Artikel 31bis/1. § 1. Rekening houdend met de bijzondere voorwaarden bedoeld in artikel 27 voor de scholen of vestigingsplaatsen met een afzonderlijke telling met meer dan 50 leerlingen in het lager onderwijs, wordt het aantal lestijden die nodig zijn voor de omkadering per klassengroep van het derde, vierde, vijfde en zesde leerjaar lager onderwijs bepaald op 1 oktober door de som van de leerlingen van het derde, vierde, vijfde en zesde leerjaar lager onderwijs te delen per vestigingsplaats door 24 en door dit resultaat met 26 te vermenigvuldigen.

Rekening houdend met de bijzondere voorwaarden bepaald in het vorige lid mag het aantal leerlingen in het derde, vierde, vijfde en zesde leerjaar lager onderwijs niet hoger zijn dan 28 leerlingen per klassengroep.

In de vestigingsplaatsen gevestigd in de gemeentes bedoeld bij de toepassing van artikel 10 van de wet van 30 juli 1963 houdende taalregeling in het onderwijs, zoals gewijzigd, kan het aantal leerlingen bedoeld per klassengroep in het vorige lid met één eenheid verhoogd worden. § 2. De overschrijdingen van de aantalen bedoeld in artikel 31bis, § 4 en in § 1, tweede lid, van dit artikel worden toegelaten zonder dat het nodig is om een aanvraag in te dienen, onder de toestanden en voorwaarden hieronder : 1° In de vestigingsplaatsen gevestigd in de zones of gedeeltes van zones bepaald krachtens artikel 2bis van dit decreet, waarvoor is gebleken dat het aantal klassen niet verhoogd kan worden zonder de oprichting van nieuwe vestigingsplaatsen of schoolinrichtingen;2° In de vestigingsplaatsen die niet anders georganiseerd kunnen worden dan in functie van de grootte en/of het aantal lokalen;3° Ingeval van een stijging van de bevolking van de vestigingsplaats met meer dan 10 % tussen 1 januari en 1 oktober zonder de mogelijkheid om gebruik te maken van de bepalingen bedoeld in de artikelen 27 en 37 en voor zover de bovenvermelde vestigingsplaats geherstructureerd wordt. Bij elk begin van een schooljaar informeert de directeur, in het onderwijs van de Franse Gemeenschap, de inrichtende macht, in het gesubsidieerd onderwijs, het basisoverlegcomité in het onderwijs van de Franse Gemeenschap, de plaatselijke paritaire commissie van het officieel gesubsidieerd onderwijs en de ondernemingsraad of bij gebreke hieraan het comité voor de preventie en de bescherming op het werk of bij gebreke hieraan de instantie voor het plaatselijke overleg of bij gebreke hieraan de vakbondsdelegatie in het vrij gesubsidieerd onderwijs, over de overschrijdingen voorzien om hen de gelegenheid te geven om de overeenstemming na te kijken van de toestanden en voorwaarden met deze bedoeld in de punten 1° tot 3° van deze paragraaf.

Bij betwisting kunnen ze een beroep indienen bij de Regering die nakijkt of de toestanden en voorwaarden al dan niet bereikt zijn. Het beroep is niet opschortend.

Indien, na onderzoek, de toestanden en voorwaarden niet bereikt zijn, informeert de Regering de directeur in het onderwijs van de Franse Gemeenschap, de inrichtende macht in het gesubsidieerd onderwijs hierover. Deze zijn dus ertoe gehouden om binnen de volgende maand een organisatie te ontwikkelen die aan de bepaalde normen beantwoorden. § 3. Ingeval het aantal klassen die georganiseerd kunnen worden op basis van het kapitaal-lestijden bepaald op 15 januari het niet mogelijk maakt om een klassengroep te splitsen waarvan de grootte afhangt van de heterogeniteit van het aantal leerlingen per leeftijdsklasse, wordt een overschrijding toegelaten zonder dat het nodig is om een aanvraag op voorhand te hebben ingediend na het advies te hebben ingewonnen naargelang het geval van het basisoverlegcomité voor het onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschap of de plaatselijke paritaire commissie voor het officieel gesubsidieerd onderwijs of het overleg te hebben georganiseerd binnen de instantie die daartoe voorzien wordt in het vrij gesubsidieerd onderwijs. § 4. Buiten de overschrijdingen bedoeld in §§ 2 en 3 worden afwijkingen van de aantalen bedoeld in artikel 31bis, § 4 en in § 1, tweede lid van dit artikel toegekend door de Regering op basis van een gunstig advies naargelang het geval van het basisoverlegcomité voor het onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschap of van de plaatselijke paritaire commissie voor het officieel gesubsidieerd onderwijs of de instantie die daartoe voorzien wordt in het vrij gesubsidieerd onderwijs, onder de volgende voorwaarden en omstandigheden : 1° Wegens een bijzondere pedagogische organisatie, rekening houdend met de bijzondere voorwaarden bedoeld in § 1, eerste lid, voor zover ten minste 12 lestijden het mogelijk maken om alles of een gedeelte van de klasse te splitsen waarvan het aantal leerlingen de aantalen bedoeld in § 1, tweede lid en in artikel 31bis, § 4, met hoogstens 2 leerlingen overschrijdt;2° Wegens een bijzondere pedagogische organisatie, rekening houdend met de bijzondere voorwaarden bedoeld in § 1, eerste lid, voor zover ten minste 18 lestijden het mogelijk maken om alles of een gedeelte van de klas te splitsen waarvan het aantal leerlingen de aantalen bedoeld in § 1, tweede lid en in artikel 31bis, § 4, met hoogstens 4 leerlingen overschrijdt;3° Ingeval van een plaatselijke toestand die niet in een register wordt opgenomen op basis van artikel 2bis van dit decreet voortvloeiend inzonderheid uit een bevolkingsontwikkeling betreffende het geheel van de vestigingsplaatsen van een gemeente of de naburige gemeentes, ofwel uit de sluiting van een vestigingsplaats op 1 september of 1 oktober van het lopende schooljaar. Deze overschrijdingen worden door de Regering toegelaten op basis van een aanvraag van het inrichtingshoofd van het net georganiseerd door de Franse Gemeenschap en van de inrichtende macht in het gesubsidieerd onderwijs, met inbegrip van inzonderheid het gunstig advies naargelang het geval van het basisoverlegcomité voor het onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschap of van de plaatselijke paritaire commissie voor het officieel gesubsidieerd onderwijs of van de instantie die daartoe voorzien wordt in het vrij gesubsidieerd onderwijs, met evocatierecht van het verzoeningsbureau bij onenigheid.

De aanvraag om afwijking wordt binnen de drie werkdagen volgend op 1 oktober bij de Administratie ingediend.

De inrichtingshoofden en de inrichtende machten worden hoogstens op 15 oktober op de hoogte gebracht van de beslissing van de Regering. Het gebrek aan een antwoord binnen de gestelde termijn wordt gelijkgesteld met een gunstige beslissing. § 5. Elk jaar en voor de eerste keer tijdens het eerste kwartaal van het schooljaar 2014-2015 gaat de Algemene Directie Leerplichtonderwijs over tot de evaluatie en de verificatie van de uitvoering van de bepalingen die de klassengrootte regelen.

Met het oog op deze evaluatie en die verificatie informeert het inrichtingshoofd voor het onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschap of de inrichtende macht voor het gesubsidieerd onderwijs voor hoogstens 30 november de Diensten van de Regering over de overschrijdingen bedoeld in §§ 2 en 3 van dit artikel en over hun redenen.

Om de twee jaar, hoogstens op 31 maart brengen de Diensten van de Regering verslag aan de Regering over het aantal en de redenen van de overschrijdingen of gebruikte afwijkingen in het kader van de §§ 2 tot 4 van dit artikel. »

Art. 12.In hetzelfde decreet wordt een artikel 31bis/2 ingevoegd, luidend als volgt : « Artikel 31bis/2. Een globaal aantal van 764 lestijden wordt toegekend aan de vestigingsplaatsen geconfronteerd met de toestand bedoeld in artikel 31bis/1, § 2, 3° om de normen bedoeld in § 1, tweede lid, van hetzelfde artikel te kunnen bereiken.

Het inrichtingshoofd voor het onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschap of de inrichtende macht voor het gesubsidieerd onderwijs kan een aanvraag om aanvullende lestijden organiseren.

Dit aantal lestijden stemt overeen met het verschil tussen het aantal leerlingen op 15 januari en dat van 1 oktober vermenigvuldigd met 0,5 lestijd, zonder gevolg op de toepassing van de artikelen 34 en 36.

De aanvraag wordt binnen de drie werkdagen volgend op 1 oktober bij de Administratie ingediend. De ingediende aanvragen worden gerangschikt volgens het percentage vertegenwoordigd door de stijging van het aantal leerlingen tussen 15 januari en 1 oktober en dit in dalende volgorde, totdat het aantal lestijden bedoeld in het eerste lid opgebruikt is. De inrichtingshoofden en de inrichtende machten zijn erover ingelicht voor hoogstens 10 oktober. De toegekende lestijden zijn sinds 15 oktober beschikbaar. »

Art. 13.Artikel 42 van hetzelfde decreet, zoals aangevuld met het decreet van 17 juli 2002Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/07/2002 pub. 14/08/2002 numac 2002029388 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de regelmatige inschrijving van leerlingen in het gewoon basisonderwijs en tot wijziging van het decreet van 13 juli 1998 tot organisatie van het gewoon kleuter- en lager onderwijs en tot wijziging van de onderwijswetgeving sluiten en gewijzigd bij het decreet van 20 juli 2005Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/07/2005 pub. 01/09/2005 numac 2005029229 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende verschillende bepalingen met betrekking tot het hoger onderwijs type decreet prom. 20/07/2005 pub. 08/09/2005 numac 2005029230 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende verbetering van de omkadering in het kleuter- en lager onderwijs type decreet prom. 20/07/2005 pub. 14/09/2005 numac 2005202268 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot wijziging van het decreet van 10 april 2003 betreffende de werking van de adviesinstanties die werkzaam zijn binnen de culturele sector sluiten en het decreet van 13 januari 2011, waarvan de huidige tekst § 1 wordt, wordt aangevuld met een § 2, luidend als volgt : « § 2. Naargelang van de resultaten van de analyse bedoeld in artikel 2bis, kan de Regering één of meer zones of gedeeltes van zones voor het onderwijs aanduiden waar, in afwijking van § 1, de omkadering berekend wordt tussen 1 september en 30 september voor zover de leerlingen van het kleuteronderwijs die in aanmerking worden genomen, aan de voorwaarden bedoeld in § 1 beantwoorden.

Ongeacht de datum van de telling die in aanmerking wordt genomen tijdens de maand september, zal overgegaan worden tot een mogelijke aanpassing op de datum van 1 oktober. » HOOFDSTUK IV. - Inwerkingtreding

Art. 14.Dit decreet treedt in werking op 1 september 2012, met uitzondering van de artikelen 1, 3 en 9, die uitwerking hebben met ingang van 1 september 2011.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 3 mei 2012.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Vice-President en Minister van Kind, Onderzoek en Ambtenarenzaken, J.-M. NOLLET De Vice-President en Minister van Begroting, Financiën en Sport, A. ANTOINE De Vice-President en Minister van Hoger Onderwijs, J.-C. MARCOURT De Minister van Jeugd, Mevr. E. HUYTEBROECK De Minister van Cultuur, Audiovisuele Sector, Gezondheid en Gelijke Kansen, Mevr. F. LAANAN De Minister van Leerplichtonderwijs en van Onderwijs voor Sociale Promotie, Mevr. M.-D. SIMONET _______ Nota Zitting 2011-2012.

Stukken van het Parlement. - Ontwerp van decreet, nr. 357-1.

Commissieamendementen, nr. 357-2. - Verslag nr. 357-3.

Integraal verslag. - Bespreking en aanneming. - Vergadering van 2 mei 2012.

^