gepubliceerd op 14 september 2005
Decreet tot wijziging van het decreet van 10 april 2003 betreffende de werking van de adviesinstanties die werkzaam zijn binnen de culturele sector
20 JULI 2005. - Decreet tot wijziging van het decreet van 10 april 2003 betreffende de werking van de adviesinstanties die werkzaam zijn binnen de culturele sector (1)
Het Parlement van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt :
Artikel 1.§ 1. In artikel 1, 1°, van het decreet van 10 april 2003 betreffende de werking van de adviesinstanties die werkzaam zijn binnen de culturele sector, worden de woorden « of adviesverlenende instellingen, hierna instellingen genoemd » geschrapt.
Datzelfde artikel wordt als volgt aangevuld : « 3° « Regering » : De Regering van de Franse Gemeenschap. » § 2. In artikel 3, § 1, 1ste en 2de lid, §§ 3, 4 en 6, in artikel 4, in artikel 10, 1ste lid, 1°, 2°, 3° en 6°, in artikel 11, §§ 1 en 2, in artikel 13, § 1, van hetzelfde decreet, wordt het woord « instelling » vervangen door het wordt « adviesinstantie ». § 3. In artikel 6 van hetzelfde decreet worden de woorden « voor iedere instelling » geschrapt. § 4. In artikel 8 van hetzelfde decreet worden de woorden « adviesverlenende instelling » vervangen door de woorden « adviesinstantie ». § 5. Artikel 12 van hetzelfde decreet wordt door de volgende bepaling vervangen : «
Art. 12.De kopie van het advies van de adviesinstantie betreffende de aanvrager van een programmacontract, een overeenkomst, een tijdelijke of meerjaarlijkse subsidie, een beurs, een erkenning of een klassement, wordt gevoegd bij de beslissing van de Regering. » § 6. Artikel 14, § 1 van hetzelfde decreet wordt vervangen door de volgende bepaling : «
Art. 14.§ 1. De leden van een adviesinstantie zijn van rechtswege ontslagnemend bij ongewettigde afwezigheid op drie vergaderingen gedurende hetzelfde jaar. »
Art. 2.Artikel 2 van hetzelfde decreet wordt afgeschaft en door de volgende bepaling vervangen : «
Art. 2.De hoedanigheid van lid van een adviesinstantie is onverenigbaar met die van lid van een instelling of van een vereniging die de principes van de democratie niet naleeft zoals ze opgesomd zijn in het Europees verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en de fundamentele vrijheden, in de Grondwet, in de wet van 30 juli 1981 tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden of in de wet van 23 maart 1995 tot bestraffing van het ontkennen, minimaliseren, rechtvaardigen of goedkeuren van de genocide die tijdens de tweede wereldoorlog door het Duitse nationaal-socialistische regime is gepleegd. »
Art. 3.In artikel 3 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) § 1 wordt vervangen door de volgende bepaling : « § 1.De Regering benoemt de leden van de adviesinstantie na een openbare oproep tot kandidaatstelling waarvan zij de organisatiemodaliteiten bepaalt.
De kandidaten moeten hun bevoegdheden of hun professionele ervaring rechtvaardigen alsmede hun motivatie om binnen de adviesinstantie te zetelen, bewijzen. Zij vermelden of zij zich voorstellen als beroeps, deskundige, gebruiker en/of of zij een ideologische of filosofische strekking vertegenwoordigen.
De adviesinstantie kan andere leden tellen dan diegenen uit de openbare oproep tot kandidaatstelling. De leden uit de openbare oproep tot kandidaatstelling en de leden benoemd overeenkomstig § 2 zijn stemgerechtigd, de andere hebben een beraadslagende stem.
De volgende leden hebben een beraadslagende stem, zelfs als zij uit de openbare oproep tot kandidaatstelling komen : 1° het lid van een ministerieel kabinet;2° het statutair of contractueel personeelslid van de Regeringsdiensten van de Franse Gemeenschap, van de Hoge Raad voor de Audiovisuele sector en van de instellingen van openbaar nut uit het Comité van Sector XVII. De in het 4de lid, 1° en 2°, bedoelde persoon die behoort tot een adviesinstantie als stemgerechtigd lid stopt onmiddellijk te zetelen binnen die instantie. Die persoon wordt vervangen door een lid van de reserve bedoeld in artikel 8, die het vacante mandaat voleindigt.
Behalve als het decreet houdende oprichting van de adviesinstantie in een andere verdeling voorziet, bestaat de categorie van de stemgerechtigde leden voor de helft uit gebruikers en/of beroeps en/of deskundigen en voor de helft uit vertegenwoordigers van de ideologische of filosofische strekkingen en uit vertegenwoordigers van de representatieve organisaties van gebruikers erkend krachtens artikel 7. » b) § 2 wordt vervangen door de volgende bepaling : « § 2.De Regering raadpleegt voor de benoeming van de leden van de adviesinstantie de erkende representatieve gebruikersorganisaties van de betrokken sector. De Regering bepaalt de modaliteiten van die beraadslaging.
Binnen de dertig dagen die volgen op de ontvangst van de aanvraag om raadpleging, brengen de geraadpleegde organisaties aan de Regering een lijst over van personen die zij aanstellen om hen binnen de adviesinstantie te vertegenwoordigen. Bij gebreke daarvan wordt de benoemingsprocedure verdergezet. Als de laatste dag van de termijn met een wettelijke verlofdag, een zaterdag of een zondag samenvalt, wordt het einde van de termijn uitgesteld tot de eerstvolgende werkdag.
Slechts de erkende vertegenwoordigers van de erkende representatieve organisaties die hun bevoegdheden of professionele ervaring in de betrokken sector bewijzen, kunnen benoemd worden binnen de adviesinstantie. » c) § 3 wordt vervangen door de volgende bepaling : « § 3.Op de voordracht van de adviesinstantie benoemt de Regering een voorzitter onder de leden van de adviesinstantie wegens zijn bekwaamheid en zijn kennis van de sector.
Een door de Regering aangestelde ambtenaar staat in voor het Secretariaat van de adviesinstantie tenzij het decreet houdende oprichting van de adviesinstantie het anders bepaalt. »
Art. 4.In artikel 7 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) § 1 wordt vervangen door de volgende bepaling : § 1.De Regering erkent de organisaties waarvan de activiteiten betrekking hebben op de Franse Gemeenschap, waarvan de maatschappelijke zetel gevestigd is op het grondgebied van het Franse taalgebied of van het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad en die minstens vijf van de hieronder vernoemde condities vervullen : 1° opgericht zijn in de vorm van een vereniging zonder winstoogmerk;2° een maatschappelijk doel en een reële activiteit hebben die minstens één professionele tak of categorie van de betrokken sector vertegenwoordigen;3° een organisatie hebben die garanties biedt inzake interne democratie;4° Een duurzame activiteit uitoefenen, zowel in het verleden als tegenwoordig;5° Sinds minstens drie jaar opgericht zijn;6° Over voldoende personeel en materiaal beschikken die toelaten zijn maatschappelijk doel te bereiken en zijn representativiteit te garanderen. Enkel de organisaties die de in artikel 2 vernoemde democratische principes naleven en waarvan geen enkele beheerder lid is van een organisatie die deze principes niet naleeft, kunnen een erkenning aanvragen en blijven genieten. » b) in § 2 wordt het woord « vereniging » vervangen door het woord « organisatie ».c) § 3 wordt vervangen door de volgende bepaling : « § 3.De erkenning is geldig voor een periode van vijf jaar vanaf de bekendmaking ervan.
De erkenning kan vernieuwd worden op de aanvraag van de representatieve organisatie. De aanvraag om vernieuwing moet minstens 120 dagen voor het einde van de lopende erkenning worden aangevraagd.
De Regering kan de erkenning van de organisatie intrekken die de in § 1 bedoelde vereisten niet meer naleeft. » d) een § 4 wordt ingevoegd, luidend als volgt : « § 4.De Regering stelt de procedure vast voor de aanvraag om erkenning en de aanvraag om hernieuwing van de erkenning. »
Art. 5.Art. 9, § 2, van hetzelfde decreet wordt door de volgende bepaling vervangen : « § 2. Wanneer advies gevraagd wordt aan de adviesinstantie, deelt het Bestuur de volledige dossiers in zijn bezit onverwijld aan de leden van de adviesinstantie mee.
De adviesinstantie geeft een gemotiveerd advies aan de Regering ten laatste : a) dertig dagen na ontvangst van het volledig dossier dat haar door de Regering wordt meegedeeld wat de adviezen met betrekking tot een voorontwerp van besluit betreft of bij een gewettigde dringende noodzakelijkheid;b) vijfenveertig dagen na ontvangst van het volledig dossier dat haar door de Regering wordt meegedeeld, wat de adviezen met betrekking tot een voorontwerp van decreet betreft;c) negentig dagen na ontvangst ven het volledig dossier dat haar door het Bestuur wordt meegedeeld wat de adviezen met betrekking tot aanvragen voor tijdelijke subsidies betreft;d) honderd vijftig dagen na ontvangst van het volledig dossier dat haar door het Bestuur wordt meegedeeld wat de adviezen met betrekking tot de aanvragen van programmacontracten, overeenkomsten, meerjaarlijkse subsidies, beurzen, erkenningen of klassement betreft, tenzij het decreet houdende oprichting van de adviesinstantie het anders bepaalt. Minstens de helft van die termijnen moet buiten de periodes van schoolvakantie gebeuren. Als de laatste dag van één van die termijnen met een wettelijke verlofdag, een zaterdag of een zondag samenvalt, wordt het einde van de termijn uitgesteld tot de eerstvolgende werkdag.
De procedure wordt door de Regering verdergezet zonder rekening te houden met de adviezen buiten termijn gegeven. »
Art. 6.In artikel 10 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) in het 1ste lid worden de woorden « Iedere instelling is verplicht een huishoudelijk reglement op te stellen dat, net als de wijzigingen hieraan, ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de Regering.Dit huishoudelijk reglement omvat minstens : » vervangen door de woorden « Elke adviesinstantie is verplicht een huishoudelijk reglement op te stellen dat, net als de wijzigingen hieraan, ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de Regering. De Regering spreekt zich binnen de vijfenveertig dagen uit over de aanhangmaking ervan. Bij gebrek aan een binnen die termijn genomen beslissing, worden het reglement of zijn wijzigingen geacht als goedgekeurd. Dat huishoudelijk reglement omvat minstens : »; b) in het 1e lid, 4°, worden de woorden « beknopt verslag » vervangen door het woord « proces-verbaal »;c) het 1e lid, 7° wordt vervangen door de volgende bepaling : « 7° deontologische regels die minstens bepalingen omvat met betrekking tot belangenconflicten ».
Art. 7.In artikel 13 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) in § 1 wordt het woord « Parlement vervangen door de woorden « Franse Gemeenschapsraad »;b) in § 2, worden de woorden « van de Regering » ingevoegd tussen de woorden « De diensten » en de woorden « van de Franse Gemeenschap staan in » en worden de woorden « deze verslagen » vervangen door de woorden « van het activiteitenverslag »;c) in § 2 wordt een 2e lid ingevoegd, luidend als volgt : « Zij organiseren vervolgens met de betrokken adviesinstantie een openbaar debat op basis van het bekendgemaakt activiteitenverslag ».
Art. 8.Artikel 15 van hetzelfde decreet wordt vervangen door de volgende bepaling : «
Art. 15.De Regering stelt op uniforme wijze het bedrag vast van het presentiegeld en de reiskosten toegekend aan de leden van de adviesinstanties en, in voorkomend geval naar gelang van de betrokken adviesinstantie, het bedrag dat hen per prestatie wordt toegekend ».
Art. 9.Artikel 16 van hetzelfde decreet wordt door de volgende bepaling vervangen : «
Artikel 16.§ 1. De Regering wordt toegelaten om bij besluit de bestaande decreten op te heffen, aan te vullen, te wijzigen of te vervangen teneinde de algemene regels vast te leggen betreffende de opdrachten, de samenstelling en de voornaamste aspecten van de werking van de adviesinstanties die in het toepassingsgebied van dit decreet vallen.
Daartoe kan zij inzonderheid : a) de beraadslagingsregels vaststellen van die instanties (aanwezigheidquorum, stemquorum);b) de regels vaststellen met betrekking tot de hernieuwing van de mandaten van de leden die de ideologische of filosofische strekkingen vertegenwoordigen alsmede van de leden die de erkende representatieve gebruikersorganisaties vertegenwoordigen die een ideologische of filosofische strekking volgen. § 2. De in de eerste paragraaf bedoelde besluiten moeten ten laatste voor 30 juni 2006 genomen worden.
Die besluiten die in voorkomend geval samen gaan met het advies van de afdeling wetgeving van de Raad van State en met de ontwerpen van teksten die voor advies voorgelegd zijn aan de afdeling wetgeving van de Raad van State, worden voor hun bekendmaking in het Belgisch Staatsblad aan de voorzitter van de Franse Gemeenschapsraad meegedeeld.
Indien deze besluiten niet bij decreet bekrachtigd zijn binnen de achttien maanden van hun inwerkingtreding, worden zij van rechtswege opgeheven ».
Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Brussel, 20 juli 2005.
De Minister-Presidente, belast met het Leerplichtonderwijs en het Onderwijs voor Sociale promotie, Mevr. M. ARENA De Vice-Presidente, Minister van Hoger onderwijs, Wetenschappelijk Onderzoek en Internationale Betrekkingen, Mevr. M.-D. SIMONET De Vice-President, Minister van Begroting en Financiën, M. DAERDEN De Minister van Ambtenarenzaken en Sport, Cl. EERDEKENS De Minister van Cultuur, de Audiovisuele Sector en Jeugd, Mevr. F. LAANAN De Minister van Kinderwelzijn, Hulpverlening aan de Jeugd en Gezondheid, Mevr. C. FONCK _______ Nota's (1) Zitting 2004-2005. Stukken van de Raad. - Decreetsontwerp nr. 141-1. - Commissieamendementen nr. 141-2. - Verslag nr. 141-3.
Integraal verslag. - Bespreking en aanneming. Vergadering van 19 juli 2005.