gepubliceerd op 07 september 2001
Wet houdende de aanpassing van de arbeidsongevallenverzekering aan de Europese richtlijnen betreffende de directe verzekering met uitzondering van de levensverzekering
10 AUGUSTUS 2001. - Wet houdende de aanpassing van de arbeidsongevallenverzekering aan de Europese richtlijnen betreffende de directe verzekering met uitzondering van de levensverzekering
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt : Hoofdstuk I. - Algemene bepaling
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.
Hoofdstuk II. - Wijzigingen van de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen
Art. 2.In artikel 2 van de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen wordt een § 1bis ingevoegd, luidende : « § 1bis. Deze wet doet geen afbreuk aan de verplichtingen van de verzekeringsondernemingen met toepassing van de bepalingen van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 en de wet van 3 juli 1967 betreffende de preventie van of de schadevergoeding voor arbeidsongevallen, voor ongevallen op de weg naar en van het werk en voor beroepsziekten in de overheidssector. ».
Art. 3.Artikel 2, § 2, eerste lid, 2°, a), van dezelfde wet wordt opgeheven.
Art. 4.Artikel 9, § 1, van dezelfde wet, wordt aangevuld met een lid, luidende : « In afwijking van het eerste lid mogen e verzekeringsondernemingen die de verrichtingen bedoeld in de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 en in de voormelde wet van 3 juli 1967 of de verrichtingen bedoeld in het koninklijk besluit van 14 mei 1969 betreffende de toekenning van buitenwettelijke voordelen aan de werknemers bedoeld in het koninklijk besluit nr. 50 van 24 oktober 1967 betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers uitoefenen, opgericht zijn in de vorm van gemeenschappelijke kassen. In dat geval worden deze kassen voor de toepassing van deze wet en haar uitvoeringsbesluiten en -verordeningen als onderlinge verzekeringsverenigingen beschouwd. ».
Art. 5.Artikel 67, § 1, van dezelfde wet, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 12 augustus 1994, wordt aangevuld als volgt : « 7° voor de verzekeringsonderneming die de arbeidsongevallenverzekering wenst uit te oefenen, het bewijs dat het Fonds voor Arbeidsongevallen in kennis werd gesteld van de beoogde activiteit en het bewijs dat aan het Fonds voor Arbeidsongevallen een verklaring werd bezorgd, waaruit blijkt dat de verzekeringsonderneming op het eerste verzoek van het Fonds voor Arbeidsongevallen een bankgarantie als bedoeld in artikel 60 van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 zal vestigen met het oog op de schadeloosstelling van de arbeidsongevallen, wanneer de verzekeringsonderneming in gebreke is gebleven. ».
Art. 6.Artikel 68, § 1, van dezelfde wet, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 12 augustus 1994, wordt aangevuld als volgt : « 5° voor de verzekeringsonderneming die de arbeidsongevallenverzekering wenst uit te oefenen : - het bewijs dat het Fonds voor Arbeidsongevallen in kennis werd gesteld van de beoogde activiteit en het bewijs dat aan het Fonds voor Arbeidsongevallen een verklaring werd overgemaakt, waaruit blijkt dat de verzekeringsonderneming op het eerste verzoek van het Fonds voor Arbeidsongevallen een bankgarantie als bedoeld in artikel 60 van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 zal vestigen met het oog op de schadeloosstelling van de arbeidsongevallen, wanneer de verzekeringsonderneming in gebreke is gebleven; - de naam en het adres van de vertegenwoordiger die belast is met de regeling van de schadegevallen en die aan de volgende vereisten moet voldoen : De vertegenwoordiger moet zijn woon- of verblijfplaats in België hebben en de bij zijn functie passende vereiste professionele betrouwbaarheid en ervaring bezitten. Hij moet alle nodige informatie met betrekking tot de schadedossiers vergaren. Hij moet beschikken over voldoende bevoegdheid om de verzekeringsonderneming te vertegenwoordigen tegenover personen die schade hebben geleden en een schadevergoeding kunnen eisen en om de hieruit voortvloeiende vergoeding uit te betalen. Hij moet eveneens beschikken over voldoende bevoegdheid om de verzekeringsonderneming voor de Belgische rechtbanken en autoriteiten met betrekking tot de voornoemde vorderingen te vertegenwoordigen of zo nodig te laten vertegenwoordigen.
De vertegenwoordiger moet ook beschikken over de bevoegdheid om de verzekeringsonderneming te vertegenwoordigen bij de Belgische bevoegde autoriteiten voor de controle op het bestaan en de geldigheid van de overeenkomsten betreffende de arbeidsongevallenverzekering.
De vertegenwoordiger mag zich namens de verzekeringsonderneming die hem heeft aangesteld, niet bezig houden met het rechtstreekse verzekeringsbedrijf.
De aanwijzing door een verzekeringsonderneming van de vertegenwoordiger in het kader van deze paragraaf wordt niet beschouwd als de opening door haar van een bijkantoor. ».
Art. 7.In dezelfde wet wordt een artikel 93bis ingevoegd, luidende : «
Art. 93bis.De verzekeringsondernemingen die op het ogenblik van de inwerkingtreding van de wet van 10 augustus 2001 houdende de aanpassing van de arbeidsongevallenverzekering aan de Europese richtlijnen betreffende de directe verzekering met uitzondering van de levensverzekering, met het oog op het uitoefenen van de verplichte arbeidsongevallenverzekering in België gemachtigd zijn door de Koning op grond van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, en ofwel toegelaten zijn overeenkomstig hoofdstuk II, ofwel gemachtigd zijn door middel van een bijkantoor te werken overeenkomstig hoofdstuk Vter, dienen binnen drie maanden te rekenen van deze inwerkingtreding het bewijs van de verklaring over te maken, waaruit blijkt dat zij op het eerste verzoek van het Fonds voor Arbeidsongevallen de bankgarantie als bedoeld in artikel 60 van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 zullen vestigen. ».
Art. 8.In dezelfde wet wordt een artikel 93ter ingevoegd, luidende : «
Art. 93ter.§ 1. In afwijking van de bepalingen van de artikelen 92, 93 en 93bis van deze wet zijn de bepalingen van dit artikel van toepassing op de verzekeringsondernemingen die de verplichte arbeidsongevallenverzekering beoefenen op het ogenblik van de inwerkingtreding van de voormelde wet van 10 augustus 2001 en die daarvoor niet over de toelating beschikken overeenkomstig hoofdstuk II. § 2. De verzekeringsondernemingen bedoeld in § 1 mogen hun bedrijvigheid voortzetten.
Ze moeten binnen de drie maanden te rekenen vanaf de inwerkingtreding van de voormelde wet van 10 augustus 2001 de in artikel 5 bedoelde aanvraag indienen, de in artikel 16 genoemde dekkingswaarden samenstellen en het bewijs van de verklaring bezorgen, waaruit blijkt dat zij op het eerste verzoek van het Fonds voor Arbeidsongevallen de bankgarantie als bedoeld in artikel 60 van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 zullen vestigen.
Vóór het verstrijken van een termijn van zes maanden ingaande na het aflopen van de in het tweede lid bedoelde termijn van drie maanden beslist de Koning over het verlenen of het weigeren van de toelating.
De verzekeringsondernemingen mogen ondertussen hun bedrijvigheid voortzetten, tenzij ze verzuimen binnen voormelde drie maanden hun aanvraag tot toelating of hun verklaring met betrekking tot de bankgarantie in te dienen of de dekkingswaarden samen te stellen.
Indien ze hun activiteit moeten stopzetten bij toepassing van dit artikel zijn de artikelen 44, 45 en 46 van toepassing. § 3. Aan de verzekeringsondernemingen bedoeld in § 1 kan de toelating worden verleend, ook als zij niet voldoen aan de bij de artikelen 15 tot 15ter opgelegde verplichtingen.
Om aan voormelde verplichtingen te voldoen, beschikken zij over een termijn van drie jaar vanaf 31 december van het jaar waarin de voormelde wet van 10 augustus 2001 in werking treedt. ».
Hoofdstuk III. - Wijzigingen van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971
Art. 9.Artikel 49, eerste lid, van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, vervangen bij de wet van 30 december 1992, wordt vervangen als volgt : « De werkgever is verplicht een arbeidsongevallenverzekering aan te gaan bij een verzekeringsonderneming, die : 1° toegelaten is tot de arbeidsongevallenverzekering of de arbeidsongevallenverzekering mag beoefenen in België door middel van een bijkantoor of in vrije dienstverrichting overeenkomstig de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle op de verzekeringsondernemingen;2° voldoet aan alle regels en voorwaarden gesteld door deze wet.».
Art. 10.Artikel 51 van dezelfde wet wordt opgeheven.
Art. 11.Artikel 51bis, tweede lid, van dezelfde wet, ingevoegd bij het koninklijk besluit nr. 39 van 31 maart 1982 en gewijzigd bij het koninklijk besluit nr. 212 van 26 september 1983 en het koninklijk besluit nr. 530 van 31 maart 1987 wordt aangevuld als volgt : « overeenkomstig het barema vastgesteld door de Koning, na advies van het beheerscomité van het Fonds voor Arbeidsongevallen. ».
Art. 12.In artikel 51ter, eerste lid, van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 30 maart 1994 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 16 december 1996, worden de woorden « het barema, » ingevoegd tussen de woorden « bepaalt » en « de voorwaarden ».
Art. 13.Artikel 52 van dezelfde wet, vervangen bij het koninklijk besluit nr. 530 van 31 maart 1987, wordt vervangen als volgt : «
Art. 52.De verzekeringsonderneming of de vertegenwoordiger bedoeld in artikel 68, § 1, 5°, van de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen houdt de integrale polis- en schadedossiers in België ter beschikking van de in artikel 87 bedoelde ambtenaren.
De personen op wie deze wet van toepassing is, de nadere categoriën van personen bedoeld in artikel 3, alsook de rechthebbenden met toepassing van hoofdstuk II van deze wet, hebben het recht om een afschrift van de polissen, schadedossiers of documenten die op hen betrekking hebben, te ontvangen in de taal die bij de wet of het decreet is opgelegd. ».
Art. 14.Artikel 52bis van dezelfde wet, ingevoegd bij het koninklijk besluit nr. 530 van 31 maart 1987, wordt opgeheven.
Art. 15.Artikel 53 van dezelfde wet wordt opgeheven.
Art. 16.Artikel 54 van dezelfde wet wordt vervangen als volgt : «
Art. 54.De verzekeringsondernemingen mogen in hun algemene voorwaarden of statuten bepalen dat de vergoedingen wegens tijdelijke arbeidsongeschiktheid voor een periode van ten hoogste zes maanden vanaf de dag volgend op het begin van de arbeidsongeschiktheid rechtstreeks aan de getroffene worden betaald door de werkgever voor rekening van de betrokken verzekeringsonderneming. ».
Art. 17.Artikel 54bis van dezelfde wet, ingevoegd bij het koninklijk besluit nr. 18 van 6 december 1978 en gewijzigd bij de wet van 25 januari 1999, wordt vervangen door de volgende bepaling : «
Art. 54bis.Wanneer bij de overdrachten bedoeld in het hoofdstuk Vquater van de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen een verzekeringsonderneming die de arbeidsongevallenverzekering uitoefent, betrokken is, kan de Controledienst voor de Verzekeringen de toestemming enkel verlenen na advies van het beheerscomité van het Fonds voor Arbeidsongevallen.
Indien een dergelijke verzekeringsonderneming betrokken is bij een herstructurering van vennootschappen zoals bedoeld in boek XI van de wet van 7 mei 1999 houdende het wetboek van vennootschappen, stelt de Controledienst voor de Verzekeringen het Fonds voor Arbeidsongevallen hiervan onverwijld in kennis. ».
Art. 18.Artikel 56 van dezelfde wet, vervangen bij de wet van 22 februari 1998, wordt opgeheven.
Art. 19.In artikel 58 van dezelfde wet, vervangen bij het koninklijk besluit nr. 530 van 31 maart 1987 en gewijzigd bij de wetten van 29 december 1990, 30 maart 1994, 29 april 1996 en 22 februari 1998 en bij het koninklijk besluit van 16 december 1996, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 1, 9°, wordt vervangen als volgt : « 9° controle uit te oefenen op de toepassing van deze wet en op de verrichtingen van de verzekeringsondernemingen in verband met de wet van 3 juli 1967 houdende de preventie en de schadevergoeding voor arbeidsongevallen, voor ongevallen op de weg naar en van het werk en voor de beroepsziekten in de overheidssector en de uitvoeringsbesluiten van deze wetten;»; 2° § 2 wordt opgeheven.
Art. 20.Artikel 58bis, § 2, van dezelfde wet, vervangen bij de wet van 29 april 1996, wordt ogeheven.
Art. 21.Artikel 58ter van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 29 april 1996, wordt vervangen als volgt : «
Art. 58ter.De financiering van de opdrachten van het Fonds voor Arbeidsongevallen, bedoeld in artikel 58 en artikel 58bis, wordt gedragen door het globaal beheer van de sociale zekerheid, met uitzondering van de verrichtingen bedoeld in artikel 58, § 1, 1° en 3°, in zover het Fonds voor Arbeidsongevallen de schadeloosstelling toekent wanneer de verzekeringsonderneming in gebreke is gebleven, en in artikel 58bis, § 1, 1° en 4°. Voor deze verrichtingen vestigt het Fonds voor Arbeidsongevallen reservefondsen in het kapitalisatieregime volgens de regels vastgelegd in het financieel reglement overeenkomstig de bepalingen van artikel 7 van de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut.
De door het Fonds voor Arbeidsongevallen gevestigde reservefondsen, bedoeld in het eerste lid, worden gedekt overeenkomstig de bepalingen van artikel 12, § 2, van de voormelde wet van 16 maart 1954. ».
Art. 22.In artikel 59, 7° van dezelfde wet, vervangen bij het koninklijk besluit nr. 530 van 31 maart 1987, worden de woorden « bedoeld bij artikel 52, 5°, 6° en 7° » geschrapt.
Art. 23.In artikel 59bis, 2°, van dezelfde wet, vervangen bij het koniklijk besluit nr. 530 van 31 maart 1987, worden de woorden « de in artikel 51 bedoelde instellingen » vervangen door de woorden « de instellingen, andere dan verzekeringsondernemingen, die op de datum van inwerkingtreding van de wet van 10 augustus 2001 houdende de aanpassing van de arbeidsongevallenverzekering aan de Europese richtlijnen betreffende de directe verzekering met uitzondering van de levensverzekering tot de rentedienst gemachtigd waren ».
Art. 24.In artikel 59quinquies, eerste lid, van dezelfde wet, ingevoegd bij het koninklijk besluit nr. 285 van 31 maart 1984, worden de woorden « volgens de door de Koning te bepalen modaliteiten » vervangen door de woorden « volgens het barema en de nadere regelen bepaald door de Koning ».
Art. 25.In artikel 60 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wetten van 24 december 1976, 1 augustus 1985, 22 februari 1998 en 25 januari 1999, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het eerste lid wordt aangevuld als volgt : « De Koning bepaalt de wijze waarop de omzetting van de uitkeringen in kapitaal gebeurt na advies van het beheerscomité van het Fonds voor Arbeidsongevallen.Als waarborg voor dit verhaal op de verzekeringsonderneming vestigt de verzekeringsonderneming in België op het eerste verzoek van het Fonds voor Arbeidsongevallen een bankgarantie volgens de voorwaarden bepaald door de Koning. Het bedrag van deze waarborg wordt brerekend in functie van het incasso en de schadelast van de verzekeringsonderneming. »; 2° in het derde lid, worden de woorden « of op basis van zijn bankgarantie » ingevoegd tussen de woorden « de in gebreke zijnde verzekeraar » en « , worden ».
Art. 26.In dezelfde wet wordt een artikel 64quater ingevoegd, luidende : «
Art. 64quater.De Koning bepaalt de voorwaarden waarin de medische onderzoeken voor de toepassing van deze wet worden uitgevoerd, na advies van het beheerscomité van het Fonds voor Arbeidsongevallen. ».
Art. 27.Artikel 87, eerste lid, van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 29 april 1996, wordt vervangen als volgt : « Onverminderd de plichten van de officieren van gerechtelijke politie en van de sociaal inspecteurs en sociaal controleurs van het bestuur van de sociale inspectie van het ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu op grond van de wet van 16 november 1972 betreffende de arbeidsinspectie, houden uitsluitend de sociaal inspecteurs en de sociaal controleurs van het Fonds voor Arbeidsongevallen toezicht op de toepassing van deze wet en van de ter uitvoering ervan genomen besluiten en verordeningen, alsmede op de verrichtingen van de verzekeringsondernemingen in verband met de wet van 3 juli 1967 betreffende de preventie van of de schadevergoeding voor arbeidsongevallen, voor ongevallen op de weg naar en van het werk en voor beroepsziekten in de overheidssector en de uitvoeringsbesluiten van deze wet. ».
Art. 28.In dezelfde wet wordt een artikel 87bis ingevoegd, luidende : «
Art. 87bis.Onverminderd de bepalingen van artikel 87 sluiten het Fonds voor Arbeidsongevallen en de Controledienst voor de Verzekeringen een protocol betreffende onder meer de medeling van alle relevante gegevens in verband met de financiële situatie van de sector, de uitwisseling van informatie en van de vaststellingen gedaan tijdens de controlewerkzaamheden, de organisatie van de gezamenlijke controles en de maatregelen ter vrijwaring van de belangen van de verzekeringsnemers, de verzekerden en de begunstigden. ».
Art. 29.In artikel 88, 1°, van dezelfde wet, vervangen bij de wet van 29 april 1996, worden de woorden « of instellingen met rentedienst » vervangen door « , bijkantoren van buitenlandse verzekeringsondernemingen of vertegenwoordigers aangesteld door buitenlandse verzekeringsondernemingen in het kader van de vrije dienstverrichting ».
Art. 30.Artikel 91 van dezelfde wet, vervangen bij het koninklijk besluit nr. 39 van 31 maart 1982 en gewijzigd bij de wet van 29 april 1996, wordt vervangen als volgt : « Art. 91 § 1. Wanneer de ambtenaren bedoeld in artikel 87 vaststellen dat een verzekeringsonderneming niet werkt overeenkomstig de bepalingen van deze wet of van de ter uitvoering ervan genomen besluiten en verordeningen, dat met betrekking tot de toepassing van deze bepalingen haar beheer niet voldoende waarborgen biedt voor de goede afloop van haar verbintenissen of dat haar administratieve organisatie of haar interne controle ernstige leemten vertoont, bepalen zij de termijn waarbinnen de vastgestelde toestand dient te worden verholpen. § 2. Indien, na de termijn bedoeld in § 1, de toestand niet is verholpen, kan het beheerscomité van het Fonds voor Arbeidsongevallen, nadat de verzekeringsonderneming werd gehoord : 1° met een maand aanzegging de vastgestelde toestand in het Belgisch Staatsblad bekend maken, tenzij er binnen deze laatste maand aan werd verholpen;2° aan de Controledienst voor de Verzekeringen vragen om de maatregelen bedoeld in de artikelen 26, § 4, of 71 van de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen toe te passen.Indien nodig gelast de minister die bevoegd is voor de Sociale Zaken de Controledienst de bedoelde maatregelen onverwijld te nemen.
Overminderd het eerste lid stelt het Fonds voor Arbeidsongevallen de Controledienst voor de Verzekeringen in kennis van de tekortkomingen vastgesteld bij een verzekeringsonderneming die onder het recht van een andere Lid-Staat van de Europese Unie ressorteert dan België, met het oog op de toepassing van de artikelen 69 tot 73 van de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen. § 3. De beslissingen moeten ter kennis worden gebracht van de betrokken verzekeringsonderneming bij aangetekende brief of bij brief met ontvangstbewijs. ».
Art. 31.In artikel 91bis, § 2 van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 29 april 1996, worden de woorden « of instelling met rentedienst » geschrapt.
Art. 32.In artikel 91ter, § 1, 1°, 2°, 3° van dezelfde wet, vervangen bij de wet van 29 april 1996, worden de woorden « of van instellingen met rentedienst » geschrapt.
Art. 33.In artikel 91quinquies, eerste lid, van dezelfde wet ingevoegd bij het koninklijk besluit nr. 39 van 31 maart 1982 en vernummerd bij de wet van 29 april 1996, worden de woorden « of van instellingen met rentedienst » geschrapt.
Art. 34.In artikel 93 van dezelfde wet, vervangen bij de wet van 12 augustus 2000, worden de woorden, « de verzekeraar of de instelling met rentedienst » vervangen door de woorden « of de verzekeringsonderneming ».
Art. 35.In alle bepalingen van dezelfde wet worden de woorden « verzekeraar », « verzekeringsinstelling » en « gemachtigde verzekeraar » vervangen door het woord « verzekeringsonderneming ».
Hoofdstuk IV. - Wijziging van de wet van 16 december 1851 op de voorrechten en hypotheken
Art. 36.Artikel 20, 10° van de wet van 16 december 1851 op de voorrechten en hypotheken, ingevoegd bij de wet van 10 april 1971, wordt opgeheven.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Nice, 10 augustus 2001.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Pensioenen, F. VANDENBROUCKE De Minister van Economie, Ch. PIQUE Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, M. VERWILGHEN _______ Nota Kamer van volksvertegenwoordigers : Parlementaire stukken. - Doc. 50 1292 (2000-2001). - Wetsontwerp nr. 1. - Verslag nr.2. - Tekst verbeterd door de commissie nr. 3. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan de Senaat nr. 4.
Senaat : Parlementaire stukken. - 2-849 (2000-2001). - Ontwerp overgezonden door de Kamer van volksvertegenwoordigers nr. 1. - Verslag nr. 2. - Beslissing om niet te amenderen nr. 3.
Kamer : Parlementaire handelingen. - Integraal verslag : 10 en 12 juli 2001.
Senaat : Handelingen van de Senaat : vergadering van 19 juli 2001.