gepubliceerd op 05 augustus 2010
Decreet tot wijziging van het decreet van 30 april 2004 tot uniformisering van de toezichts-, sanctie- en strafbepalingen die zijn opgenomen in de regelgeving van de sociaalrechtelijke aangelegenheden, waarvoor de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaamse Gewest bevoegd zijn
9 JULI 2010. - Decreet tot wijziging van het decreet van 30 april 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/04/2004 pub. 05/08/2004 numac 2004036200 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet tot uniformisering van de toezichts-, sanctie- en strafbepalingen die zijn opgenomen in de regelgeving van de sociaalrechtelijke aangelegenheden, waarvoor de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaamse Gewest bevoegd zijn type decreet prom. 30/04/2004 pub. 26/11/2004 numac 2004036712 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende het verwerven van een titel van beroepsbekwaamheid sluiten tot uniformisering van de toezichts-, sanctie- en strafbepalingen die zijn opgenomen in de regelgeving van de sociaalrechtelijke aangelegenheden, waarvoor de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaamse Gewest bevoegd zijn
Het Vlaams Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : Decreet tot wijziging van het
decreet van 30 april 2004Relevante gevonden documenten
type
decreet
prom.
30/04/2004
pub.
05/08/2004
numac
2004036200
bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
Decreet tot uniformisering van de toezichts-, sanctie- en strafbepalingen die zijn opgenomen in de regelgeving van de sociaalrechtelijke aangelegenheden, waarvoor de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaamse Gewest bevoegd zijn
type
decreet
prom.
30/04/2004
pub.
26/11/2004
numac
2004036712
bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
Decreet betreffende het verwerven van een titel van beroepsbekwaamheid
sluiten tot uniformisering van de toezichts-, sanctie- en strafbepalingen die zijn opgenomen in de regelgeving van de sociaalrechtelijke aangelegenheden, waarvoor de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaamse Gewest bevoegd zijn.
Artikel 1.Dit decreet regelt een gemeenschaps- en gewestaangelegenheid.
Art. 2.In artikel 2, eerste lid, van het decreet van 30 april 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/04/2004 pub. 05/08/2004 numac 2004036200 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet tot uniformisering van de toezichts-, sanctie- en strafbepalingen die zijn opgenomen in de regelgeving van de sociaalrechtelijke aangelegenheden, waarvoor de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaamse Gewest bevoegd zijn type decreet prom. 30/04/2004 pub. 26/11/2004 numac 2004036712 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende het verwerven van een titel van beroepsbekwaamheid sluiten tot uniformisering van de toezichts-, sanctie- en strafbepalingen die zijn opgenomen in de regelgeving van de sociaalrechtelijke aangelegenheden, waarvoor de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaamse Gewest bevoegd zijn, gewijzigd bij het decreet van 22 december 2006Relevante gevonden documenten type decreet prom. 22/12/2006 pub. 23/02/2007 numac 2007035250 bron vlaamse overheid Decreet houdende de lokale diensteneconomie type decreet prom. 22/12/2006 pub. 29/12/2006 numac 2006037088 bron vlaamse overheid Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2007 sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° tussen de woorden "hierna genoemde regelgeving" en de woorden "en bepaalt de administratieve geldboeten" worden de woorden ", met inbegrip van de uitvoeringsbesluiten," ingevoegd;2° punt 10°, 11°, 12° en 13° worden vervangen door wat volgt : « 10° de Verordening (EG) nr.2035/2005 van de Commissie van 12 december 2005 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1681/94 betreffende onregelmatigheden in het kader van de financiering van het structuurbeleid en terugvordering van in dat kader onverschuldigd betaalde bedragen, alsmede betreffende de inrichting van een informatiesysteem op dit gebied; 11° de Verordening (EG) nr.1081/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 betreffende het Europees Sociaal Fonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1784/1999; 12° de Verordening (EG) nr.1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999; 13° de Verordening (EG) nr.1828/2006 van de Commissie van 8 december 2006 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds, en van de Verordening (EG) nr. 1080/2006 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling; ». 3° er worden een punten 18°, 19°, 20°, 21°, 22°, 23°, 24°, 25°, 26°, 27°, 28°, 29°, 30°, 31°, 32°, 33°, 34° en 35° toegevoegd, die luiden als volgt : « 18 ° de programmawet van 30 december 1988, titel III Tewerkstelling en Arbeid, hoofdstuk II Opzetting van een stelsel van gesubsidieerde contractuelen bij sommige openbare besturen, artikel 93 tot en met 101;19° het decreet van 17 maart 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/03/1998 pub. 17/04/1998 numac 1998035402 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende diverse beleidsbepalingen sluiten houdende diverse beleidsbepalingen, hoofdstuk IV Tewerkstelling, artikel 11 tot en met 13;20° het decreet van 8 december 2000Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/12/2000 pub. 13/01/2001 numac 2001035012 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende diverse bepalingen sluiten houdende diverse bepalingen, hoofdstuk VIII Tewerkstelling, artikel 14 tot en met 18;21° het decreet van 19 december 2003Relevante gevonden documenten type decreet prom. 19/12/2003 pub. 31/12/2003 numac 2003036268 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2004 sluiten houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2004, hoofdstukken XXVII Opleidingscheques en XXXVII Beroepsopleiding;22° het decreet van 30 april 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/04/2004 pub. 05/08/2004 numac 2004036200 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet tot uniformisering van de toezichts-, sanctie- en strafbepalingen die zijn opgenomen in de regelgeving van de sociaalrechtelijke aangelegenheden, waarvoor de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaamse Gewest bevoegd zijn type decreet prom. 30/04/2004 pub. 26/11/2004 numac 2004036712 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende het verwerven van een titel van beroepsbekwaamheid sluiten betreffende het verwerven van een titel van beroepsbekwaamheid;23° het decreet van 7 mei 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 07/05/2004 pub. 18/08/2004 numac 2004036306 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende de toekenning van dienstencheques voor kinderopvang type decreet prom. 07/05/2004 pub. 25/08/2004 numac 2004036336 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende aanvullende subsidies voor tewerkstelling in de culturele sector type decreet prom. 07/05/2004 pub. 07/06/2004 numac 2004035865 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet tot oprichting van het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap « Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding » type decreet prom. 07/05/2004 pub. 25/08/2004 numac 2004036335 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende het statuut, de werking, de taken en de bevoegdheden van de erkende regionale samenwerkingsverbanden, de sociaal-economische raden van de regio en de regionale sociaal-economische overlegcomités sluiten houdende de toekenning van dienstencheques voor kinderopvang;24° het decreet van 7 mei 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 07/05/2004 pub. 18/08/2004 numac 2004036306 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende de toekenning van dienstencheques voor kinderopvang type decreet prom. 07/05/2004 pub. 25/08/2004 numac 2004036336 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende aanvullende subsidies voor tewerkstelling in de culturele sector type decreet prom. 07/05/2004 pub. 07/06/2004 numac 2004035865 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet tot oprichting van het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap « Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding » type decreet prom. 07/05/2004 pub. 25/08/2004 numac 2004036335 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende het statuut, de werking, de taken en de bevoegdheden van de erkende regionale samenwerkingsverbanden, de sociaal-economische raden van de regio en de regionale sociaal-economische overlegcomités sluiten houdende aanvullende subsidies voor tewerkstelling in de culturele sector;25° het decreet van 7 mei 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 07/05/2004 pub. 18/08/2004 numac 2004036306 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende de toekenning van dienstencheques voor kinderopvang type decreet prom. 07/05/2004 pub. 25/08/2004 numac 2004036336 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende aanvullende subsidies voor tewerkstelling in de culturele sector type decreet prom. 07/05/2004 pub. 07/06/2004 numac 2004035865 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet tot oprichting van het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap « Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding » type decreet prom. 07/05/2004 pub. 25/08/2004 numac 2004036335 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende het statuut, de werking, de taken en de bevoegdheden van de erkende regionale samenwerkingsverbanden, de sociaal-economische raden van de regio en de regionale sociaal-economische overlegcomités sluiten tot oprichting van het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding;26° het decreet van 7 mei 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 07/05/2004 pub. 18/08/2004 numac 2004036306 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende de toekenning van dienstencheques voor kinderopvang type decreet prom. 07/05/2004 pub. 25/08/2004 numac 2004036336 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende aanvullende subsidies voor tewerkstelling in de culturele sector type decreet prom. 07/05/2004 pub. 07/06/2004 numac 2004035865 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet tot oprichting van het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap « Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding » type decreet prom. 07/05/2004 pub. 25/08/2004 numac 2004036335 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende het statuut, de werking, de taken en de bevoegdheden van de erkende regionale samenwerkingsverbanden, de sociaal-economische raden van de regio en de regionale sociaal-economische overlegcomités sluiten betreffende het statuut, de werking, de taken en de bevoegdheden van de erkende regionale samenwerkingsverbanden, de sociaal-economische raden van de regio en de regionale sociaal-economische overlegcomités;27° het decreet van 23 december 2005Relevante gevonden documenten type decreet prom. 23/12/2005 pub. 30/12/2005 numac 2005036659 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2006 sluiten houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2006, hoofdstuk XXVII Beschutte werkplaatsen, artikel 79;28° het decreet van 22 december 2006Relevante gevonden documenten type decreet prom. 22/12/2006 pub. 23/02/2007 numac 2007035250 bron vlaamse overheid Decreet houdende de lokale diensteneconomie type decreet prom. 22/12/2006 pub. 29/12/2006 numac 2006037088 bron vlaamse overheid Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2007 sluiten houdende de lokale diensteneconomie;29° het decreet van 22 december 2006Relevante gevonden documenten type decreet prom. 22/12/2006 pub. 23/02/2007 numac 2007035250 bron vlaamse overheid Decreet houdende de lokale diensteneconomie type decreet prom. 22/12/2006 pub. 29/12/2006 numac 2006037088 bron vlaamse overheid Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2007 sluiten houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2007, hoofdstuk XVI Fonds ter bevordering van de Sociale Economie in Vlaanderen, artikelen 53 en 54;30° het besluit van de Vlaamse Regering van 22 september 1998Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 22/09/1998 pub. 30/01/1999 numac 1999035099 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering houdende instelling van een aanmoedigingspremie voor loopbaanonderbreking voor de personeelsleden van de Vlaamse openbare sector en het Nederlandstalig onderwijs in het raam van de maatregelen tot herverdeling van de arbeid sluiten houdende instelling van een aanmoedigingspremie voor loopbaanonderbreking voor de personeelsleden van de Vlaamse openbare sector en het Nederlandstalig onderwijs in het raam van de maatregelen tot herverdeling van de arbeid;31° het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 2001Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/12/2000 pub. 13/01/2001 numac 2001035012 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende diverse bepalingen sluiten0 houdende toekenning van een aanmoedigingspremie bij loopbaanonderbreking in het kader van de landingsbanen voor de personeelsleden van de gemeenschapsinstellingen voor bijzondere jeugdbijstand;32° het besluit van de Vlaamse Regering van 1 maart 2002Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/12/2000 pub. 13/01/2001 numac 2001035012 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende diverse bepalingen sluiten1 houdende hervorming van het stelsel van de aanmoedigingspremies in de privésector;33° het besluit van de Vlaamse Regering van 3 mei 2002Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/12/2000 pub. 13/01/2001 numac 2001035012 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende diverse bepalingen sluiten2 tot instelling van de aanmoedigingspremies in de Vlaamse private sociale profitsector;34° het besluit van de Vlaamse Regering van 8 september 2000Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 08/09/2000 pub. 28/11/2000 numac 2000036130 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering houdende een impuls- en ondersteuningsprogramma van de meerwaardeneconomie sluiten houdende een impuls- en ondersteuningsprogramma van de meerwaardeneconomie;35° het decreet van 13 maart 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 13/03/2009 pub. 17/04/2009 numac 2009201605 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de sectorconvenants in het raam van het Vlaamse werkgelegenheidsbeleid sluiten betreffende de sectorconvenants in het raam van het Vlaams Werkgelegenheidsbeleid.»
Art. 3.In artikel 3 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° punt 10° wordt vervangen door wat volgt : « 10° sociaalrechtelijke inspecteurs : de beëdigde ambtenaren van de afdeling Inspectie Werk en Sociale Economie van het Departement Werk en Sociale Economie;»; 2° er wordt een punt 12° toegevoegd, dat luidt als volgt : « 12° informatiedragers : eender welke informatiedragers in welke vorm ook, zoals boeken, registers, documenten, numerieke of digitale informatiedragers, schijven, banden, met inbegrip van die welke bereikt kunnen worden door een informaticasysteem of door een ander apparaat.»
Art. 4.Aan artikel 4 van hetzelfde decreet worden de woorden ", of zijn gemachtigde" toegevoegd.
Art. 5.In hetzelfde decreet worden een artikel 5/1 en 5/2 ingevoegd, die luiden als volgt : «
Art. 5/1.De sociaalrechtelijke inspecteurs oefenen de bevoegdheden vermeld in dit decreet uit met het oog op het toezicht op de naleving van de regelgeving waarvoor ze bevoegd zijn.
Art. 5/2.Bij de uitoefening van de bevoegdheden, vermeld in dit decreet, moeten de sociaalrechtelijke inspecteurs er zorg voor dragen dat de middelen die zij aanwenden, passend en noodzakelijk zijn voor het toezicht op de naleving van de regelgeving waarvoor ze bevoegd zijn. »
Art. 6.In artikel 6, § 1, van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de inleidende zin wordt vervangen door wat volgt : « Onverminderd het vorderingsrecht van het Openbaar Ministerie en van de onderzoeksrechter als vermeld in artikel 28ter, en 56, § 2, van het Wetboek van Strafvordering, bezitten de sociaalrechtelijke inspecteurs de beoordelingsbevoegdheid om : »;2° in punt 6°, d), worden de woorden "nummer handelsregister" vervangen door het woord "ondernemingsnummer";3° in punt 6°, j), worden de woorden "de voorlezing en" geschrapt;4° aan punt 6° wordt een punt k) toegevoegd, dat luidt als volgt : « k) de vermelding van de bepalingen van artikel 6/1 en 6/2.»
Art. 7.In artikel 6, § 3, van hetzelfde decreet wordt het derde lid opgeheven.
Art. 8.In hetzelfde decreet worden een artikel 6/1 en 6/2 ingevoegd, die luiden als volgt : «
Art. 6/1.Bij het verhoren van personen worden ten minste de volgende regels in acht genomen : 1° ieder verhoor begint met de mededeling aan de ondervraagde persoon dat : a) hij kan vragen dat alle vragen die hem worden gesteld en alle antwoorden die hij geeft, worden genoteerd in de gebruikte bewoordingen;b) zijn verklaringen als bewijs in rechte kunnen worden gebruikt;2° eenieder die wordt ondervraagd, mag gebruikmaken van de documenten die hij in zijn bezit heeft, zonder dat daardoor het verhoor wordt uitgesteld.Hij mag tijdens de ondervraging of later eisen dat die documenten bij het proces-verbaal worden gevoegd; 3° het proces-verbaal vermeldt nauwkeurig het tijdstip waarop het verhoor wordt aangevat, en waarop het eventueel wordt onderbroken en hervat, alsook wanneer het wordt beëindigd.Het vermeldt nauwkeurig de identiteit van de personen die in het verhoor, of in een gedeelte daarvan, tussenkomen, en het tijdstip van hun aankomst en vertrek. Het vermeldt ook de bijzondere omstandigheden en alles wat op de verklaring of de omstandigheden waarin ze is afgelegd, een bijzonder licht kan werpen.
Aan het einde van het verhoor geeft de sociaalrechtelijke inspecteur aan de ondervraagde persoon het proces-verbaal van zijn verhoor te lezen, tenzij hij vraagt dat het hem wordt voorgelezen. Er wordt hem gevraagd of hij zijn verklaringen wil verbeteren of daaraan iets wil toevoegen. Aan het einde van zijn verhoor ondertekent de ondervraagde persoon het proces-verbaal van zijn verhoor.
Als de ondervraagde persoon zich in een andere taal dan de Nederlandse taal wil uitdrukken, wordt ofwel een beroep gedaan op een beëdigde tolk, ofwel worden zijn verklaringen genoteerd in zijn taal, ofwel wordt hem gevraagd zelf zijn verklaring te noteren. Als het verhoor plaatsvindt met bijstand van een tolk, worden zijn identiteit en hoedanigheid vermeld.
Het proces-verbaal van verhoor geeft de tekst van dit artikel weer.
Art. 6/2.De sociaalrechtelijke inspecteurs delen de ondervraagde mee dat hij kosteloos een kopie van de tekst van verhoor kan verkrijgen.
Die kopie wordt hem onmiddellijk of binnen een maand overhandigd of toegezonden.
Het proces-verbaal van verhoor geeft de tekst van dit artikel weer. »
Art. 9.In artikel 7 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° punt 1° wordt vervangen door wat volgt : « 1° zich bij dag en bij nacht, zonder voorafgaande waarschuwing, toegang te verschaffen tot alle werkplaatsen en opleidingscentra die aan hun toezicht onderworpen zijn of tot lokalen waarvan zij redelijkerwijze kunnen vermoeden dat er personen werken of er een opleiding volgen, die onderworpen zijn aan de bepalingen van de regelgeving waarop zij toezicht en controle uitoefenen. Tot de bewoonde lokalen hebben zij alleen toegang in één van de volgende gevallen : a) de rechter in de politierechtbank heeft daartoe vooraf machtiging tot visitatie verleend;b) de persoon die het werkelijke genot heeft van de plaats heeft er voorafgaandelijk en uitdrukkelijk om verzocht of heeft er toestemming voor gegeven.Dat verzoek of die toestemming moet schriftelijk en voorafgaand aan het inspectiebezoek worden gegeven.
De sociaalrechtelijke inspecteurs kunnen de toegang tot bewoonde lokalen na 21 uur en voor 5 uur verkrijgen als zij die vraag bijzonder motiveren voor de politierechter.
De machtiging tot visitatie die wordt verleend door de rechter in de politierechtbank kan worden betwist voor de bevoegde rechter die een uitspraak doet ten gronde.
Met uitzondering van de gegevens waaruit de identiteit van de auteur van een eventuele klacht of aangifte kan worden afgeleid, en met behoud van de toepassing van artikel 8, § 2, wordt het geheel van de motiveringsstukken tot het bekomen van de machtiging tot visitatie toegevoegd aan het dossier voor de bevoegde rechter die een uitspraak doet ten gronde; »; 2° in punt 2° wordt c) vervangen door wat volgt : « c) alle informatiedragers op te sporen en te onderzoeken die zich bevinden op de werkplaatsen, in de opleidingscentra, of op andere plaatsen die aan hun toezicht zijn onderworpen en die hetzij sociale gegevens, als vermeld in artikel 3, 7°, bevatten, hetzij om het even welke andere gegevens die ingevolge de regelgeving moeten worden opgemaakt, bijgehouden, of bewaard, zelfs als de sociaalrechtelijke inspecteurs niet zijn belast met het toezicht op die regelgeving. Daartoe kunnen zij eveneens de voormelde informatiedragers opsporen en onderzoeken die vanuit die plaatsen toegankelijk zijn via een informaticasysteem of via elk ander elektronisch apparaat. De Vlaamse Regering kan ter informatie een lijst opstellen met voormelde gegevens die ingevolge de regelgeving moeten worden opgemaakt, bijgehouden of bewaard, en die zich op informatiedragers bevinden op de werkplaatsen, in de opleidingscentra, of op andere plaatsen die onderworpen zijn aan het toezicht van de sociaalrechtelijke inspecteurs. Als de werkgever, zijn aangestelde of lasthebber, de gebruiker of het opleidingscentrum afwezig is op het ogenblik van de controle, levert de sociaalrechtelijke inspecteur de nodige inspanningen om contact op te nemen met de werkgever, zijn aangestelde of lasthebber, de gebruiker of het opleidingscentrum om de voormelde informatiedragers te doen overleggen. Als de werkgever, zijn aangestelde of lasthebber, de gebruiker of het opleidingscentrum niet bereikbaar is, kan de sociaalrechtelijke inspecteur overgaan tot het opsporen en onderzoeken; »; 3° in punt 2°, c), wordt een c/1) ingevoegd, dat luidt als volgt : « c/1) zich, zonder verplaatsing, alle informatiedragers die om het even welke andere gegevens bevatten, ter inzage doen voorleggen wanneer zij dit nodig achten om hun opdracht te volbrengen en overgaan tot het onderzoek ervan.De sociaalrechtelijke inspecteurs beschikken eveneens over die bevoegdheid voor de gegevens die toegankelijk zijn via een informaticasysteem of via een ander elektronisch apparaat; ».
Art. 10.In hetzelfde decreet worden een artikel 7/1 tot en met 7/5 ingevoegd, die luiden als volgt : «
Art. 7/1.De sociaalrechtelijke inspecteurs mogen kopieën nemen, in welke vorm ook, van de informatiedagers, vermeld in artikel 7, 2°, c) en c/1), of van de informatie die ze bevatten, of zich die kosteloos laten verstrekken door de werkgever, zijn aangestelden of lasthebbers, de gebruiker of het opleidingscentrum.
Als het gaat om informatiedragers als vermeld in artikel 7, 2°, c), die toegankelijk zijn via een informaticasysteem, mogen de sociaalrechtelijke inspecteurs, door middel van het informaticasysteem of een ander elektronisch apparaat en met de bijstand van hetzij de werkgever, zijn aangestelden of lasthebbers, de gebruiker of het opleidingscentrum, hetzij van om het even welke andere geschikte persoon die beschikt over de nodige of nuttige kennis over de werking van het informaticasysteem, kopieën maken in de door hen gewenste vorm van het geheel of een deel van de voormelde gegevens.
Art. 7/2.De sociaalrechtelijke inspecteurs kunnen de informatiedragers, vermeld in artikel 7, 2°, c), in beslag nemen of verzegelen, ongeacht of de werkgever, zijn aangestelden of lasthebbers, of het opleidingscentrum al dan niet eigenaar zijn van die informatiedragers.
De sociaalrechtelijke inspecteurs beschikken over de bevoegdheden vermeld in het eerste lid, als dat noodzakelijk is voor de opsporing, voor het onderzoek of voor het leveren van het bewijs van de overtredingen, of als het gevaar bestaat dat met die informatiedragers de inbreuken worden voortgezet of nieuwe inbreuken zullen worden gepleegd.
Als de inbeslagname vermeld in het eerste lid, materieel onmogelijk is, worden de gegevens, evenals de gegevens die noodzakelijk zijn om de gegevens te kunnen verstaan, gekopieerd naar dragers, die toebehoren aan de overheid. In geval van dringendheid of om technische redenen kan gebruikgemaakt worden van dragers die ter beschikking staan van personen die gerechtigd zijn om het informaticasysteem te gebruiken.
Art. 7/3.De hierna vermelde maatregelen moeten het voorwerp uitmaken van een geschreven document van vaststelling dat tegen afgifte van een ontvangstbewijs moet zijn overhandigd : 1° de opsporing en het onderzoek, vermeld in artikel 7, 2°, c), waarmee de werkgever, zijn aangestelde of lasthebber, de gebruiker of het opleidingscentrum niet vrijwillig hebben ingestemd;2° de inbeslagnemingen of verzegelingen die verricht zijn op basis van artikel 7/2. Het document van vaststelling moet minstens de volgende gegevens vermelden : 1° de datum en het uur waarop de maatregelen zijn genomen;2° de identiteit van de sociaalrechtelijke inspecteurs en in welke hoedanigheid ze optreden;3° de genomen maatregelen;4° de tekstweergave van artikel 24;5° de rechtsmiddelen tegen de maatregelen en het bevoegde gerechtelijke arrondissement;6° de overheid die in geval van hoger beroep moet worden gedagvaard.
Art. 7/4.Als de werkgever, zijn aangestelde of lasthebber, de gebruiker of het opleidingscentrum niet aanwezig waren bij de opsporing en het onderzoek, vermeld in artikel 7, 2°, c), moet de sociaalrechtelijk inspecteur de werkgever, de gebruiker of het opleidingscentrum schriftelijk informeren over het feit dat een opsporing en onderzoek hebben plaatsgevonden en over het feit dat informatiedragers werden gekopieerd. Dat document bevat de bepalingen van artikel 7/3, tweede lid.
Als de werkgever, zijn aangestelde of lasthebber, de gebruiker of het opleidingscentrum niet aanwezig waren bij de inbeslagnemingen of verzegelingen die verricht zijn krachtens artikel 7/2, moet de sociaalrechtelijke inspecteur de werkgever, de gebruiker of het opleidingscentrum schriftelijk informeren over het feit dat die inbeslagneming of verzegeling heeft plaatsgevonden en over de informatiedragers die in beslag werden genomen, verzegeld, of gekopieerd als de inbeslagname materieel onmogelijk is. Dat document bevat de gegevens, vermeld in artikel 7/3, tweede lid.
Art. 7/5.Elke persoon die van oordeel is dat zijn rechten geschaad worden door de inbeslagnemingen die verricht zijn ter uitvoering van het artikel 7/2, kan een beroep instellen bij de voorzitter van de arbeidsrechtbank.
Dat is eveneens het geval voor de maatregelen die genomen zijn ter uitvoering van artikel 7/3 in de gevallen, vermeld in artikel 7/3, waarin de werkgever, zijn aangestelden of lasthebbers, of het opleidingscentrum, hetzij daarbij niet aanwezig waren, hetzij daarmee niet vrijwillig hebben ingestemd.
De vordering wordt ingesteld en behandeld zoals in kort geding, overeenkomstig artikel 1035 tot en met 1038, 1040 en 1041, van het Gerechtelijk Wetboek.
De voorzitter van de arbeidsrechtbank doet uitspraak over het beroep na het openbaar ministerie te hebben gehoord.
De voorzitter van de arbeidsrechtbank controleert de wettelijkheid van de inbeslagnemingen en de maatregelen, alsook de opportuniteit van de handhaving ervan. Hij kan de volledige of gedeeltelijke opheffing van de maatregelen bevelen, eventueel onder bepaalde voorwaarden.
Het vonnis dat uitgesproken is door de voorzitter van de arbeidsrechtbank is uitvoerbaar bij voorraad, niettegenstaande ieder verhaal en zonder borgstelling, als de rechter die niet heeft bevolen. »
Art. 11.In artikel 9, § 4, derde lid, van het hetzelfde decreet worden de woorden "afdeling Inspectie Werkgelegenheid" vervangen door de woorden "afdeling Inspectie Werk en Sociale Economie".
Art. 12.In artikel 12 van het hetzelfde decreet worden de woorden "afdeling Inspectie Werkgelegenheid" vervangen door de woorden "afdeling Inspectie Werk en Sociale Economie".
Art. 13.Aan artikel 15 van het hetzelfde decreet worden een derde en een vierde lid toegevoegd, die luiden als volgt : « De door de Vlaamse Regering aangewezen ambtenaren oefenen hun bevoegdheid uit onder de voorwaarden die hun onafhankelijkheid en onpartijdigheid waarborgen.
Die ambtenaren mogen geen beslissingen nemen in dossiers waarin zij al zijn opgetreden in een andere hoedanigheid, noch enig belang hebben in ondernemingen die betrokken zijn in de procedure. »
Art. 14.Aan artikel 17, § 1, van hetzelfde decreet wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt : « Bij gemotiveerde beslissing kan het Openbaar Ministerie die termijn verlengen met maximaal twee maanden. Het Openbaar Ministerie brengt de aangewezen ambtenaar, vermeld in artikel 15, tweede lid, daarvan op de hoogte. »
Art. 15.Aan artikel 24 van hetzelfde decreet wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt : « De strafbepalingen, vermeld in het eerste lid, punt 3°, zijn niet van toepassing op de inbreuken op artikel 7, 2°, c/1). »
Art. 16.Dit decreet treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand na die waarin ze is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad .
Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Brussel, 9 juli 2010.
De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Energie, Wonen, Steden en Sociale Economie, F. VAN DEN BOSSCHE De Vlaamse minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport, Ph. MUYTERS _______ Nota Zitting 2009-2010.
Stukken : - Ontwerp van decreet : 417 - Nr. 1. - Verslag : 417 - Nr. 2. - Tekst aangenomen door de plenaire vergadering : 417 - Nr. 3.
Handelingen : - Bespreking en aanneming : vergaderingen van 30 juni 2010.