gepubliceerd op 25 februari 2021
Wet houdende wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 op het vlak van de in het buitenlandgelegen onroerende goederen
17 FEBRUARI 2021. - Wet houdende wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 op het vlak van de in het buitenlandgelegen onroerende goederen (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt : TITEL 1. - ALGEMENE BEPALING
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.
TITEL 2. - WIJZIGINGEN INZAKE DE PERSONENBELASTING
Art. 2.Artikel 7, § 1, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 8 mei 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/05/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014003239 bron federale overheidsdienst financien Wet tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 ingevolge de invoering van de gewestelijke aanvullende belasting op de personenbelasting als bedoeld in titel III/1 van de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten, tot wijziging van de regels op het stuk van de belasting van niet-inwoners en tot wijziging van de wet van 6 januari 2014 met betrekking tot de Zesde Staatshervorming inzake de aangelegenheden bedoeld in artikel 78 van de Grondwet sluiten, wordt vervangen als volgt: " § 1. Inkomsten van onroerende goederen zijn: 1° voor niet verhuurde onroerende goederen: - het kadastraal inkomen wanneer het gaat om ongebouwde onroerende goederen, materieel en outillage die van nature of door hun bestemming onroerend zijn, of de eigen woning; - het kadastraal inkomen verhoogd met 40 pct. wanneer het andere goederen betreft; 2° voor verhuurde onroerende goederen: a) voor goederen verhuurd aan een natuurlijke persoon die ze noch geheel, noch gedeeltelijk gebruikt voor het uitoefenen van zijn beroepswerkzaamheid: - het kadastraal inkomen wanneer het ongebouwde onroerende goederen of materieel en outillage die van nature of door hun bestemming onroerend zijn, betreft; - het kadastraal inkomen verhoogd met 40 pct. wanneer het andere goederen betreft; b) het kadastraal inkomen, wanneer die goederen overeenkomstig de pachtwetgeving of een vergelijkbaar buitenlands recht dat de pachtprijzen beperkt, zijn verhuurd en door de huurder voor land- of tuinbouw worden gebruikt; bbis) het kadastraal inkomen verhoogd met 40 pct. wanneer het gaat om gebouwde onroerende goederen verhuurd aan een rechtspersoon die geen vennootschap is, met het oog op het ter beschikking stellen ervan: - aan een natuurlijke persoon om uitsluitend als woning te worden gebruikt; - aan meerdere natuurlijke personen die ze uitsluitend gezamenlijk als woning gebruiken; c) het totale bedrag van de huurprijs en de huurvoordelen dat niet lager mag zijn dan het kadastraal inkomen, wanneer het andere ongebouwde onroerende goederen of materieel en outillage die van nature of door hun bestemming onroerend zijn, betreft, of het kadastraal inkomen verhoogd met 40 pct.wanneer het andere gebouwde onroerende goederen betreft; 3° de bedragen verkregen bij vestiging of overdracht van een recht van erfpacht of van opstal of van gelijkaardige onroerende rechten.".
Art. 3.In artikel 8 van hetzelfde Wetboek worden de woorden "in België gelegen" opgeheven.
Art. 4.In artikel 9 van hetzelfde Wetboek, gewijzigd bij de wet van 8 mei 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/05/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014003239 bron federale overheidsdienst financien Wet tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 ingevolge de invoering van de gewestelijke aanvullende belasting op de personenbelasting als bedoeld in titel III/1 van de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten, tot wijziging van de regels op het stuk van de belasting van niet-inwoners en tot wijziging van de wet van 6 januari 2014 met betrekking tot de Zesde Staatshervorming inzake de aangelegenheden bedoeld in artikel 78 van de Grondwet sluiten, wordt het eerste lid als volgt vervangen: "Voor de toepassing van deze afdeling en onder voorbehoud van artikel 494, §§ 3 en 6, wordt het uit een schatting of herschatting voortspruitend kadastraal inkomen, geacht te bestaan: 1° vanaf de dag waarop het feit waarvan de aangifte bij toepassing van artikel 473, § 1 en § 2, eerste lid, is voorgeschreven, zich heeft voorgedaan;2° vanaf 1 januari 2021 voor de in artikel 473, § 2, tweede lid, bedoelde onroerende goederen; 3° vanaf de eerste dag van het belastbare tijdperk waarin de belastingplichtige onderworpen wordt aan de personenbelasting voor de in artikel 473, § 2, derde lid, bedoelde onroerende goederen.".
Art. 5.In artikel 13 van hetzelfde Wetboek, worden in de inleidende zin de woorden "de huurwaarde," opgeheven.
Art. 6.Artikel 15, § 2, van hetzelfde Wetboek, wordt aangevuld met een lid, luidende: "Voor de in het buitenland gelegen goederen is het kadastraal perceel gelijk aan het onroerend goed of de groep van onroerende goederen waarvoor overeenkomstig artikel 472, § 3, een kadastraal inkomen wordt bepaald.".
TITEL 3. - WIJZIGINGEN INZAKE HET KADASTRAAL INKOMEN HOOFDSTUK 1. - Administratieve sancties
Art. 7.Artikel 445 van hetzelfde Wetboek, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 20 december 2019Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/12/2019 pub. 30/12/2019 numac 2019031116 bron federale overheidsdienst beleid en ondersteuning Financiewet voor het begrotingsjaar 2020 type wet prom. 20/12/2019 pub. 30/12/2019 numac 2019042900 bron federale overheidsdienst financien Wet tot omzetting van Richtlijn 2018/822 van de Raad van 25 mei 2018 tot wijziging van Richtlijn 2011/16/EU wat betreft verplichte automatische uitwisseling van inlichtingen op belastinggebied met betrekking tot meldingsplichtige grensoverschrijdende constructie (1) sluiten, wordt aangevuld met een paragraaf 5, luidende: " § 5. In afwijking van paragraaf 1, kan de bevoegde adviseur-generaal van de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie of de door hem gedelegeerde ambtenaar een administratieve geldboete opleggen van 250 euro tot 3 000 euro in geval van niet-naleving van de aangifteverplichtingen bedoeld in artikel 473.
De inbreuk voorzien in het vorige lid wordt geacht te bestaan vanaf zijn vaststelling en mededeling aan de belastingplichtige door de administratie.
De Koning legt de schaal van de administratieve geldboetes vast en regelt hun toepassingsmodaliteiten.". HOOFDSTUK 2. - Bepaling van het kadastraal inkomen
Art. 8.In artikel 471 van hetzelfde Wetboek wordt paragraaf 1 vervangen als volgt: " § 1. Er wordt een kadastraal inkomen vastgesteld voor alle gebouwde of ongebouwde onroerende goederen, alsmede voor het materieel en de outillage die onroerend zijn van nature of door hun bestemming, voor zover die goederen: 1° in België zijn gelegen of;2° in het buitenland gelegen zijn en;a) een andere dan in artikel 4 bedoelde rijksinwoner of een in artikel 180, 1° of 220, 3°, vermelde rechtspersoon, houder is van een zakelijk recht op die goederen of;b) een juridische constructie waarvan een andere dan in artikel 4 bedoelde rijksinwoner of een in artikel 180, 1° of 220, 3°, vermelde rechtspersoon, oprichter is, houder is van een zakelijk recht op die goederen. Onder zakelijk recht moet worden verstaan elk soort buitenlands recht op een onroerend goed dat, door het feit dat zijn titularis er de vruchten van ontvangt, gelijkgesteld kan worden aan het eigendomsrecht, het recht van erfpacht, het opstalrecht of het recht van vruchtgebruik.". HOOFDSTUK 3. - Vaststelling van het kadastraal inkomen
Art. 9.Artikel 472 van hetzelfde Wetboek, gewijzigd bij de wet van 25 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/04/2014 pub. 14/05/2014 numac 2014009199 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen betreffende Justitie type wet prom. 25/04/2014 pub. 07/05/2014 numac 2014003195 bron federale overheidsdienst financien Wet houdende diverse bepalingen type wet prom. 25/04/2014 pub. 06/06/2014 numac 2014203619 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende diverse bepalingen inzake sociale zekerheid sluiten, wordt aangevuld met een paragraaf 3, luidende: " § 3. In afwijking van paragraaf 1, wordt het kadastraal inkomen van onroerende goederen die gelegen zijn in het buitenland bepaald per onroerend goed, of, op voorwaarde van identieke zakelijke rechten zoals omschreven in artikel 471, § 1, tweede lid, per groep onroerende goederen bestaande uit één enkele woon- of exploitatie-eenheid.".
Art. 10.In artikel 473 van hetzelfde Wetboek, gewijzigd bij de wet van 25 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/04/2014 pub. 14/05/2014 numac 2014009199 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen betreffende Justitie type wet prom. 25/04/2014 pub. 07/05/2014 numac 2014003195 bron federale overheidsdienst financien Wet houdende diverse bepalingen type wet prom. 25/04/2014 pub. 06/06/2014 numac 2014203619 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende diverse bepalingen inzake sociale zekerheid sluiten, waarvan de bestaande tekst paragraaf 1 zal vormen, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, eerste lid, worden de woorden "van het goed" vervangen door de woorden "van een in België gelegen goed, de in artikel 471, § 1, eerste lid, 2°, a, bedoelde houder van een zakelijk recht op een in het buitenland gelegen goed en de in artikel 471, § 1, eerste lid, 2°, b, bedoelde oprichter van een juridische constructie";2° het artikel wordt aangevuld met een paragraaf 2, luidende: " § 2.De belastingplichtige die een zakelijk recht op een onroerend goed dat gelegen is in het buitenland, zoals omschreven in artikel 472, § 3, verwerft of vervreemdt, is ertoe gehouden dit uit eigen beweging binnen de 4 maanden vanaf de verwerving of de vervreemding aan te geven bij de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie.
De belastingplichtige die op 31 december 2020 houder is van een zakelijk recht op een onroerend goed dat gelegen is in het buitenland, zoals omschreven in artikel 472, § 3, is ertoe gehouden dit uit eigen beweging uiterlijk op 31 december 2021 aan te geven bij de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie.
De belastingplichtige die onderworpen was aan de belasting van niet-inwoners en onderworpen wordt aan de personenbelasting of rechtspersonenbelasting en op de eerste dag van het eerste belastbare tijdperk dat hij onderworpen is aan de personenbelasting of rechtspersonenbelasting houder is van een zakelijk recht op een onroerend goed dat gelegen is in het buitenland, zoals omschreven in artikel 472, § 3, is ertoe gehouden dit uit eigen beweging aan te geven bij de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie binnen dertig dagen volgend op de eerste dag van het belastbare tijdperk waarin hij onderworpen wordt aan de personenbelasting of rechtspersonenbelasting. Dit geldt eveneens voor de rechtspersoon die onderworpen was aan de vennootschapsbelasting en onderworpen wordt aan de rechtspersonenbelasting.
Deze paragraaf is niet van toepassing wanneer het een nieuw opgericht of herbouwd onroerend goed betreft dat nog niet in gebruik werd genomen of verhuurd werd op het in het eerste tot derde lid vermelde tijdstip of wanneer het nieuw of toegevoegd materieel of outillage betreft dat op het voormelde tijdstip nog niet in gebruik werd genomen.".
Art. 11.Artikel 478 van hetzelfde Wetboek wordt aangevuld met een lid, luidende: "Wanneer er geen enkele referentie voorhanden is om de normale verkoopwaarde van het perceel vast te stellen op het referentietijdstip bepaald in artikel 486, wordt deze laatste vastgesteld op basis van de actuele normale verkoopwaarde waarop een correctiefactor wordt toegepast. Die correctiefactor wordt jaarlijks bepaald door de correctiefactor voor het voorgaande jaar te vermenigvuldigen met het gemiddelde van de maandelijkse referte-indexen J met betrekking tot de lineaire obligaties op 10 jaar, zoals bekendgemaakt door het Federale Agentschap van de Schuld, voor datzelfde voorgaande jaar, verhoogd met 1. Voor het jaar 2020 wordt de correctiefactor vastgelegd op 15,036. De Federale Overheidsdienst Financiën maakt jaarlijks via een bericht in het Belgisch Staatsblad de correctiefactor bekend.".
Art. 12.In titel IX, Hoofdstuk II, afdeling 4 van hetzelfde Wetboek, wordt een artikel 482/1 ingevoegd, luidende: "
Art. 482/1.Het kadastraal inkomen van ongebouwde onroerende goederen die gelegen zijn in het buitenland wordt vastgesteld op basis van de schaal van 2 euro per hectare.".
Art. 13.Artikel 483 van hetzelfde Wetboek wordt aangevuld met een lid, luidende: "Het kadastraal inkomen van in het buitenland gelegen materieel en outillage wordt vastgesteld overeenkomstig de bepalingen van dit artikel.".
Art. 14.In artikel 494, § 1, van hetzelfde Wetboek, gewijzigd bij de wet van 25 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/04/2014 pub. 14/05/2014 numac 2014009199 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen betreffende Justitie type wet prom. 25/04/2014 pub. 07/05/2014 numac 2014003195 bron federale overheidsdienst financien Wet houdende diverse bepalingen type wet prom. 25/04/2014 pub. 06/06/2014 numac 2014203619 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende diverse bepalingen inzake sociale zekerheid sluiten, wordt in het enig lid een bepaling onder 3° /1 ingevoegd, luidende: "3° /1 tot schatting of herschatting van het kadastraal inkomen van de onroerende goederen waarvoor aangifte wordt gedaan op grond van artikel 473, § 2;".
TITEL 4. - AFWIJKINGEN OP DE IN ARTIKEL 473 VAN HET WETBOEK VAN DE INKOMSTENBELASTINGEN 1992 BEDOELDE AANGIFTETERMIJNEN
Art. 15.Wanneer de in artikel 473, § 1, eerste lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 vermelde feiten betrekking hebben op een onroerend goed dat in het buitenland is gelegen, wordt de in het tweede lid van de voormelde paragraaf vermelde termijn van 30 dagen verlengd tot de dertigste dag na de dag van de bekendmaking van deze wet in het Belgisch Staatsblad.
Wanneer een zakelijk recht op een in het buitenland gelegen onroerend goed wordt verkregen of vervreemd na 31 december 2020 en vóór de dag van de bekendmaking van deze wet in het Belgisch Staatsblad, wordt de in artikel 473, § 2, eerste lid, van het voormelde Wetboek vermelde termijn van 4 maanden voor de aangifte van die verkrijging of vervreemding verlengd tot het einde van de vierde kalendermaand die volgt op de kalendermaand waarin deze wet in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Wanneer de eerste dag van het in artikel 473, § 2, derde lid, van het voormelde Wetboek vermelde belastbare tijdperk gelegen is in de periode van 1 januari 2021 tot en met de dag van de bekendmaking van deze wet in het Belgisch Staatsblad, wordt de in datzelfde lid vermelde termijn van 30 dagen verlengd tot de dertigste dag na de dag van de bekendmaking van deze wet in het Belgisch Staatsblad.
TITEL 5. - INWERKINGTREDING
Art. 16.Deze wet heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2021.
Titel 2 is van toepassing vanaf aanslagjaar 2022.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 17 februari 2021.
FILIP Van Koningswege : De Vice-eersteminister en Minister van Financiën, V. VAN PETEGHEM Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, V. VAN QUICKENBORNE _______ Nota (1) Kamer van volksvertegenwoordigers (www.dekamer.be) Stukken en : K 55-1762 Integraal verslag: 11 februari 2021.