gepubliceerd op 27 april 2006
Besluit van de Waalse Regering betreffende de openbare dienstverplichtingen op de gasmarkt
30 MAART 2006. - Besluit van de Waalse Regering betreffende de openbare dienstverplichtingen op de gasmarkt
De Waalse Regering, Gelet op het decreet van 19 december 2002 betreffende de organisatie van de gewestelijke gasmarkt, gewijzigd bij het decreet van 18 december 2003 en bij het programmadecreet van 3 februari 2005, inzonderheid op de artikelen 32, 33, 36, § 1, en 37;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 4 december 2003 betreffende de openbare dienstverplichtingen op de gasmarkt en tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 10 april 2003 betreffende de openbare dienstverplichtingen op de elektriciteitsmarkt, gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 9 december 2004;
Gelet op het advies CD-5i06-CWaPE-102 van de CWaPE (Waalse energiecommissie) van 13 september 2005;
Gelet op het advies van de "Conseil supérieur des Villes, Communes et Provinces de la Région wallonne" (Hoge Raad van de Steden, Gemeenten en Provincies van het Waalse Gewest), gegeven op 21 september 2005;
Gelet op het advies 39.621/4 van de Raad van State, gegeven op 16 januari 2006, overeenkomstig artikel 84, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van de Minister van Huisvesting, Vervoer en Ruimtelijke Ontwikkeling;
Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen
Artikel 1.Richtlijn 2003/55/EG van het Europees Parlement en van de Raad van 26 juni 2003 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor aardgas en houdende intrekking van Richtlijn 98/30/EG, inzonderheid artikel 3 ervan, wordt, overeenkomstig artikel 33, § 3, ervan, bij dit besluit omgezet wat de bevoegdheden van het Waalse Gewest betreft.
Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° "decreet" : het decreet van 19 december 2002 betreffende de organisatie van de gewestelijke gasmarkt;2° "Administratie" : de Afdeling Energie van het Directoraat-generaal Technologieën, Onderzoek en Energie;3° "Commissie" : de plaatselijke commissie inzake bericht van onderbreking ingesteld bij artikel 46 van het decreet;4° "schuldbemiddelaar" : de instellingen erkend krachtens het decreet van 7 juli 1994 betreffende de erkenning van instellingen voor schuldbemiddeling en de schuldbemiddelaars bedoeld in artikel 1675/17 van het Gerechtelijk Wetboek;5° "Energiefonds" : fonds bedoeld in artikel 37 van het decreet;6° "budgetmeter" : gasmeter die de voorafbetaling van het energieverbruik via een oplaadbare kaart (of elk gelijkwaardig systeem) mogelijk maakt;7° "technisch reglement voor het beheer van de distributienetten" : besluit van de Waalse Regering van 18 november 2004 betreffende het technisch reglement voor het beheer van de gasdistributienetten in het Waalse Gewest en van de toegang daartoe;8° "NACE-BEL-code" : nomenclatuur van de activiteiten die het Nationaal Instituut voor de Statistiek heeft opgemaakt in een geharmoniseerd Europees kader en die opgelegd is bij Verordening (EEG) nr.3037/90 van de Raad van 9 oktober 1990 betreffende de statistische nomenclatuur van de economische activiteiten in de Europese Gemeenschappen; 9° "zone voor gasdistributie" : zone waar gas geacht wordt beschikbaar te zijn, m.a.w. zone waar de afstand tussen het punt van opneming en het distributienet kleiner is dan 25 m; 10° "EAN-code" : uniek numeriek veld van 18 posities voor de eenduidige identificatie van een toegangspunt (European Article Number);11° "toegangsregister" : register bedoeld in artikel 2, 37°, van het besluit van de Waalse Regering van 18 november 2004 betreffende het technisch reglement voor het beheer van de gasdistributienetten en de toegang daartoe;12° "tariefvoorstel" : tariefvoorstel bedoeld in artikel 1, 13°, van het koninklijk besluit van 11 juli 2002 betreffende de algemene tariefstructuur en de basisprincipes en procedures inzake de tarieven voor de aansluiting op de distributienetten en het gebruik ervan, de ondersteunende diensten geleverd door de beheerders van deze netten en inzake de boekhouding van de beheerders van de distributienetten voor elektriciteit. HOOFDSTUK II. - Openbare dienstverplichtingen voor leveranciers Afdeling 1. - Regelmaat, kwaliteit en facturering van de leveringen
Art. 3.De leverancier is verplicht binnen tien werkdagen te antwoorden op elke leveringsaanvraag ingediend door een afnemer en hem een voorstel van leveringscontract over te leggen. Als het gaat om een residentiële afnemer, bevat het contractvoorstel alle bepalingen betreffende de beschermde afnemers, de budgetmeter en de procedure in geval van wanbetaling.
Art. 4.§ 1. Het leveringscontract bevat hoe dan ook de volgende gegevens : a) de handelsnaam en de maatschappelijke zetel van de leverancier;b) de identiteit en het adres van de beheerder van het net waarop de eindafnemer aangesloten is;c) het EAN-nummer voor de identificatie van bedoeld toegangspunt;d) de verstrekte diensten alsook, desgevallend, de kwaliteitsniveaus van de geboden diensten en de termijn die nodig is voor de initiële aansluiting;e) de datum van inwerkingtreding van het contract;f) de duur van het contract, de voorwaarden voor de verlenging en opzegging ervan;g) de eenheidsprijzen, op de datum van inwerkingtreding van het contract, van de verschillende componenten van de levering waarop de factuur slaat, overeenkomstig artikel 7;h) de eventuele formule van indexering van de prijs per kWu die toepasselijk zal zijn tijdens de looptijd van het contract en de waarde van de indexeringsparameters bij de inwerkingtreding ervan;i) de middelen ter verstrekking van geactualiseerde informatie over de indexeringsparameters, de toepasbare tarieven en de heffingen, bijdragen en toeslagen;j) de compensaties en terugbetalingsformules die eventueel toepasselijk zijn in de gevallen waarin de kwaliteitsniveaus van de diensten die in het contract vastliggen niet gehaald worden;k) de modaliteiten voor de betaling van de facturen;l) de bepalingen van toepassing in geval van wanbetaling;n) de procedure voor de regeling van geschillen. § 2. De gegevens bedoeld in § 1 worden verstrekt voordat het contract gesloten wordt, hetzij rechtstreeks met de leverancier of via een tussenpersoon. § 3. De eindafnemer wordt uiterlijk twee maanden vóór de inwerkingtreding van het contract in kennis gesteld van elke wijziging in de contractuele voorwaarden. Deze kennisgeving vermeldt de voorwaarden van opzegging van het contract. § 4. Elke eindafnemer is vrij een contract op te zeggen als hij niet instemt met de nieuwe voorwaarden waarvan zijn gasleverancier hem kennis geeft. § 5. De leverancier geeft de CWaPE kennis van zijn type-leveringscontract en van elke wijziging die het ondergaat. Geen enkel type-contract mag in werking treden zonder voorafgaande kennisgeving ervan aan de CWaPE. § 6. De bepalingen van de §§ 1 tot 5 zijn niet toepasselijk op de distributienetbeheerders als ze leverancier van een eindafnemer zijn krachtens dit besluit.
Art. 5.§ 1. De leverancier zorgt voor de ononderbroken levering van gas aan zijn eindafnemers in de door hen gevraagde hoeveelheden. § 2. Om te voldoen aan de verplichting bedoeld in § 1 koopt de leverancier de nodige hoeveelheid gas die overeenstemt met het verbruik van zijn eindafnemers.
Op verzoek van zijn eindafnemers sluit hij met de betrokken netbeheerders de contracten omschreven in de technische reglementen betreffende het beheer van de distributienetten voor de toegang tot die netten en het gebruik ervan.
Art. 6.De leverancier levert onder niet-discriminerende voorwaarden aan elke residentiële afnemer die erom vraagt.
Elk verschil van behandeling dat niet redelijk gerechtvaardigd is, o.a. op grond van het statuut, het inkomensniveau of de verblijfplaats, wordt als discriminerend beschouwd in de zin van het vorige lid.
Als redelijk gerechtvaardigd verschil van behandeling wordt beschouwd het feit dat een leverancier in zijn contractvoorstel rekening houdt met de gelopen risico's wanneer een afnemer die een contract met hem wenst te sluiten buitengewone risico's vertoont.
Art. 7.§ 1. De facturen vermelden hoe dan ook, desgevallend in een bijlage, de volgende gegevens : 1° het EAN-nummer van het toegangspunt;2° de periode waarop de afrekening slaat;3° de betalingstermijn en de vervaldatum ervan;4° het aantal kWu verbruikt gedurende bovenbedoelde periode;5° de prijs per kWu, excl.BTW; 6° de waarde van de eventuele indexeringsparameters;7° de prijs per kWu en de totale heffing voor de toegang tot de vervoer- en distributienetten, excl.BTW; 8° het bedrag per kWu en het totaalbedrag van elk van de federale en gewestelijke heffingen, toeslagen en bijdragen die op de leveringsprijs drukken, excl.BTW; 9° de totaalprijs per kWu (met inbegrip van de elementen bedoeld in 5°, 7° en 8°), excl.BTW; 10° het globale factuurbedrag, excl.BTW; 11° de kosten van de administratieve procedure in geval van laattijdige betaling, alsook het adres en verdere gegevens betreffende van de dienst geschillen;12° het telefoonnummer van de dienst waarmee 24 uur/24 uur contact kan worden opgenomen in geval van vermoeden van een gaslek of van onderbreking te wijten aan een technisch probleem op het netwerk. § 2. In afwijking van § 1 vermelden de facturen die betrekking hebben op periodieke voorschotten hoe dan ook de volgende gegevens : 1° het EAN-nummer van het toegangspunt;2° de periode waarop de afrekening slaat;3° de betalingstermijn en de vervaldatum ervan;4° het globale factuurbedrag, excl.BTW; 5° de kosten van de administratieve procedure in geval van laattijdige betaling, alsook het adres en verdere gegevens betreffende van de dienst geschillen;6° het telefoonnummer van de dienst waarmee 24 uur/24 uur contact kan worden opgenomen in geval van vermoeden van een gaslek of van onderbreking te wijten aan een technisch probleem op het netwerk.
Art. 8.Als de leverancier een residentiële afnemer bevoorraadt met een systeem van oplaadbare kaarten die via het in artikel 18 bedoelde systeem opgeladen kunnen worden, verschaft hij hem een lijst van de punten waar de oplaadbare kaart verkocht en geladen wordt, vermeldt hij de oplaadmodaliteiten en verzoekt hij de afnemer erom contact op te nemen met de diensten van de betrokken netbeheerder voor de aflevering, formattering of wijzigingen van de kaarten.
Art. 9.Overeenkomstig de bepalingen van het technisch reglement voor het distributienetbeheer betreffende informatie-uitwisseling kan de leverancier de netbeheerder erom verzoeken de levering aan een afnemer op te schorten als er bewezen kan worden dat die afnemer fraude gepleegd heeft.
In geval van fraude wordt de levering opgeschort zolang de toestand niet geregulariseerd is, met inbegrip van de terugbetaling van de eventuele schuld resulterend uit de fraude, alsook van de kosten veroorzaakt door de opschorting en het herstel van de levering.
Art. 10.Overeenkomstig de bepalingen van het technisch reglement voor het distributienetbeheer betreffende informatie-uitwisseling geeft de leverancier de netbeheerder kennis van de datum van onderbreking van elk leveringscontract, met inachtneming van een opzegtermijn van minimum één maand. Afdeling 2. - Voorlichting en bewustmaking inzake rationeel
energiegebruik
Art. 11.§ 1. De leverancier maakt voor elke eindafnemer minstens één keer per jaar een samenvattende balans op. Deze balans dient de afnemer als hulpmiddel om een analyse van het energieverbruik te maken.
Voor de afnemers van wie het verbruik jaarlijks wordt gemeten, wordt de samenvattende balans samen met de jaarlijkse factuur toegestuurd en vermeldt ze het verbruik van de 12 maanden vóór de meting.
Voor de afnemers van wie het verbruik maandelijks wordt gemeten, wordt de samenvattende balans samen met de jaarlijkse regularisatiefactuur toegestuurd en vermeldt ze het verbruik van de 12 laatste maanden. § 2. Voor zover ze niet voorkomen in de documenten gevoegd bij de factuur die naar de eindafnemer gestuurd wordt, moet de samenvattende balans de volgende gegevens vermelden : 1° de verbruiken, de periode waarop ze slaan, alsook de globale gemiddelde prijs per kWu, alle taksen, heffingen, toeslagen en bijdragen inbegrepen, verbruikt in de loop van de twaalf maanden vóór de meting, overeenkomstig § 1, alsook in de loop van de twee voorafgaande perioden van twaalf maanden, voorzover bedoelde leverancier daadwerkelijk geleverd heeft aan de eindafnemer; 2° voor de residentiële afnemers, het gemiddelde verbruik van een standaardafnemer, zoals bepaald door de CWaPE, hetzelfde als dat van de eindafnemer en weergegeven in de vorm van grafieken met vermelding van de positie van de eindafnemer t.o.v. van bedoeld gemiddeld verbruik. § 3. De op federale of gewestelijke basis verspreide heffingen, toeslagen en bijdragen geïnd door de overheden, excl. BTW, en de wettelijke bewoording ervan staan vermeld in de samenvattende balans. § 4. Het model van de door elke leverancier overgemaakte samenvattende balans wordt goedgekeurd door de CWaPE.
Art. 12.Na advies van de CWaPE bepaalt de Minister de bijkomende gegevens die vermeld moeten worden op de documenten bedoeld in de artikelen 7 en 11.
Art. 13.De leveranciers zijn ertoe gehouden : 1° samen met de in artikel 7 bedoelde facturen elk van de Minister uitgaand document te verspreiden dat rationeel energiegebruik of energiemarktliberalisering betreft;2° elke premie ter bevordering van rationeel energiegebruik of het gebruik van hernieuwbare energieën toe te kennen, overeenkomstig het actieprogramma bedoeld in artikel 37 van het decreet. De Minister bepaalt de modaliteiten en de procedure voor de toekenning van de premie bedoeld in het eerste lid, 2°.
Art. 14.De terugbetaling van de premies bedoeld in artikel 13, eerste lid, 2°, is voor rekening van het Energiefonds. HOOFDSTUK III. - Openbare dienstverplichtingen van de netbeheerders Afdeling 1. - Veiligheid, regelmaat en kwaliteit van de levering
Onderafdeling 1. - Individuele aansluiting, toegang en budgetmeters
Art. 15.Het individuele aansluitingswerk, m.a.w. het werk dat bestemd is om één enkel toegangspunt te bevoorraden, bestaat in de individuele aansluiting op het distributienet, eventueel via een collectieve aansluiting, alsmede in de meetapparatuur.
Art. 16.Als de afnemer zich in een zone voor gasdistributie bevindt, moet de netbeheerder ingaan op elke aanvraag tot individuele aansluiting, overeenkomstig de bepalingen van de technische reglementen voor het beheer van het plaatselijke vervoersnet en van de distributienetten.
Overeenkomstig artikel 32, 3°, c, van het decreet draagt de afnemer enkel de kosten van het deel van de individuele aansluiting dat eventueel noodzakelijk is ter aanvulling van de standaardaansluiting op het net.
Art. 17.§ 1. De distributienetbeheerder plaatst binnen dertig dagen na de aanvraag een budgetmeter bij de residentiële afnemer die erom verzoekt, rechtstreeks of via zijn leverancier.
De netbeheerder geeft de leverancier kennis van de opmeting die desgevallend uitgevoerd werd bij de plaatsing van de budgetmeter. § 2. De prijs van de budgetmeter is voor rekening van de netbeheerder, die er de eigenaar van is. § 3. De kosten van de plaatsing van de budgetmeter zijn voor rekening van de afnemer. § 4. De afnemer kan de in de vorige paragraaf bedoelde kosten contant of in schijven betalen.
Als de afnemer in schijven wenst te betalen, stuurt de netbeheerder hem een factuur die van een afbetalingsplan vergezeld gaat. De duur en de modaliteiten van dat afbetalingsplan worden door de minister bepaald op voorstel van de CWaPE.
Art. 18.§ 1. De netbeheerders zijn in samenspraak met de CWaPE en de leveranciers verantwoordelijk voor het ontwerpen, ten uitvoer leggen en exploiteren van een gemeenschappelijk systeem voor de bevoorrading van de budgetmeter. Dat systeem kan ingeschakeld worden op het gezamenlijke grondgebied en maakt, tenminste tijdens de werkuren, de bevoorrading van de budgetmeter mogelijk in elke gemeente die vanaf uiterlijk 1 januari 2007 over minstens één gasdistributiezone beschikt.
Na één jaar werking en na evaluatie zorgen de netbeheerders voor de aanpassing van het aantal punten van terbeschikkingstelling van dat systeem om in te spelen op het daadwerkelijk vastgestelde aantal opladingen. § 2. Zolang het in § 1 bedoelde systeem niet geïnstalleerd is, zorgt de distributienetbeheerder ervoor dat elk lokaal dat toegankelijk is voor het publiek en dat minstens over één bevoorradingspunt voor het budgetsysteem beschikt, tenminste gedurende de werkuren toegankelijk is.
Art. 19.§ 1. Overeenkomstig de desbetreffende wettelijke en reglementaire bepalingen vervult de netbeheerder de taken en verplichtingen die hem krachtens het decreet en de uitvoeringsbesluiten ervan ten laste vallen om de eindafnemers die aangesloten zijn op het netwerk dat hij beheert, een ononderbroken of met de modaliteiten van onderbreekbaarheid overeenstemmende toegang tot een stabiel uurdebiet en spanningsniveau te waarborgen, behalve overmacht. § 2. In geval van geprogrammeerde onderbreking verwittigt de netbeheerder de betrokken afnemers, met inachtneming van de termijnen en de procedures waarin het technisch reglement betreffende het beheer van de distributienetten voorziet.
Elke onderbreking van de bevoorrading die te wijten is aan een technisch probleem op het net wordt zo spoedig mogelijk hersteld.
Behalve overmacht is de netbeheerder verantwoordelijk voor het integrale herstel van alle schade die door zijn schuld of bij gebrek aan voorzorg zijnentwege veroorzaakt wordt aan de installaties van de afnemer wegens storing van de spanning of wegens ongewoon verlengde afsluiting t.a.v. het technisch reglement en de overeenkomsten. De CWaPE kan verzocht worden om een gemotiveerd advies in geval van abnormaal lange onderbreking. De CWaPE brengt haar gemotiveerd advies uit nadat ze de betrokken partijen heeft gehoord.
Art. 20.§ 1. De distributienetbeheerder verstrekt de gebruikers van het net of elke door hen gemandateerde persoon de nodige informatie voor een vlotte toegang tot het net. § 2. Om de continuïteit van de levering te waarborgen en de eindafnemer daarbij in aanmerking te laten blijven komen, verstrekt de netbeheerder binnen hoogstens acht werkdagen de meetgegevens op grond waarvan een leverancier een prijsofferte voor gaslevering aan een eindafnemer kan overleggen.
De gegevens worden overgemaakt op verzoek van de eindafnemer of van elke door hem gemandateerde persoon.
De verstrekking van de gegevens bedoeld in de vorige paragraaf is het voorwerp van een tarifering die opgenomen wordt in de tariefvoorstellen van de netbeheerders. § 3. Bij wijze van overgangsmaatregel bedraagt de termijn bedoeld in § 2, eerste lid, zestien werkdagen tussen 1 januari 2007 en 31 december 2007.
Art. 21.Bij de aansluiting verschaft de netbeheerder de afnemer elk door de minister voorgeschreven document betreffende de maatregelen ter bevordering van rationeel energiegebruik.
Art. 22.De netbeheerder kan de levering opschorten als er bewezen kan worden dat een afnemer gefraudeerd heeft. Hij informeert zo spoedig mogelijk de leverancier overeenkomstig de bepalingen van het technisch reglement voor het distributienetbeheer betreffende informatie-uitwisseling.
De levering kan opgeschort worden zolang de toestand niet geregulariseerd is, met inbegrip van de terugbetaling van de eventuele schuld resulterend uit de fraude en van de kosten veroorzaakt door de opschorting en het herstel van de levering.
Art. 23.Ingevolge de kennisgeving bedoeld in artikel 10 wijzigt de distributienetbeheerder de gegevens van het toegangsregister betreffende betrokken EAN-code.
Bij gebrek aan kennisgeving door een nieuwe leverancier voor die code vanaf de datum van stopzetting van het vorige leveringscontract laat hij onmiddellijk overgaan tot de onderbreking van de aansluiting.
Onderafdeling 2. - Netuitbreiding
Art. 24.De netuitbreidingen bestaan in de nieuwe distributieleidingen en in de collectieve aansluitingen die geen individuele aansluitingen zijn en die dienen om op geschikte wijze in te spelen op de ontwikkelingsnoden van bedoeld net.
Art. 25.Als één of meer leveranciers op basis van een commerciële studie de netbeheerder informeert (informeren) dat potentiële afnemers een gasaansluiting wensen, leggen zij hem een dossier met een aanvraag tot netuitbreiding voor.
Dat dossier bevat o.a. : 1° een situatieplan van de uit te voeren potentiële aansluitingen; 2° de eventuele technische specificiteiten betreffende de bevoorrading van één of meer afnemers, m.i.v. de opnemingsmodaliteiten; 3° een afschrift (eventueel zonder de commercieel gevoelige gegevens die niet nodig zijn voor het onderzoek van het dossier) van de schriftelijke verbintenissen van de potentiële consumenten, met vermelding van o.a. het verwachte verbruik van betrokken afnemers; 4° een schatting van de bijkomende potentiële aanvraag, nog niet bevestigd door schriftelijke verbintenissen vanwege potentiële afnemers, vergezeld van de berekeningsmethode en de onderliggende hypotheses.
Art. 26.Het (de) dossier(s) bedoeld in artikel 25, aangelegd in twee exemplaren, wordt (worden) aan de netbeheerder overgemaakt, hetzij bij ter post aangetekend schrijven, hetzij elektronisch met bericht van ontvangst. De netbeheerder beschikt over 30 dagen om aanvullende gegevens te vragen; na afloop van die termijn wordt de aanvraag geacht volledig te zijn. De aanvragers kunnen om de tussenkomst van de CWaPE vragen in geval van opeenvolgende verzoeken om nadere gegevens die ze ongegrond of opschortend zouden achten.
Art. 27.§ 1. De netbeheerder geeft de aanvragers kennis van de termijn die nodig is om het onderzoek uit te voeren; die termijn bedraagt hoogstens drie maanden, te rekenen van de datum van de definitieve ontvangst van de aanvraag.
De netbeheerder neemt alle in de loop van de laatste twaalf maanden ingediende en nog steeds lopende dossiers in aanmerking om na te gaan of de geplande uitbreiding economisch gerechtvaardigd is. De geografisch aangrenzende uitbreidingen of uitbreidingsprojecten worden eveneens in aanmerking genomen.
Om vast te stellen of de uitbreiding economisch gerechtvaardigd is, wordt rekening gehouden met de gezamenlijke gegevens waar ze betrekking op heeft, m.i.v. de geplande individuele aansluitingen.
Om de rendabiliteit te berekenen legt de netbeheerder een verband tussen de door de nieuwe aansluitingen verwachte bijkomende ontvangsten en de uitgaven i.v.m. de geplande uitbreiding, met inachtneming van de methode bedoeld in paragraaf 3. § 2. De netbeheerder deelt binnen tien dagen na afloop van het onderzoek van het dossier mee dat hij zich voor of tegen de uitbreiding uitspreekt.
Als uit het onderzoek blijkt dat de uitbreiding economisch ongerechtvaardigd is, kunnen de aanvragers tegen de beslissing van de netbeheerder een beroep instellen bij de CWaPE, die zich uitspreekt binnen vijftig dagen na ontvangst van het beroep, onverminderd artikel 32, 3°, b., vierde lid, van het decreet. § 3. De rendabiliteit van een uitbreiding wordt berekend volgens de methode van de huidige nettowaarde. De uitvoerige modaliteiten tot toepassing van die methode en de in aanmerking te nemen parameters worden nader bepaald door de minister.
Art. 28.De netbeheerder onderzoekt de netuitbreidingsaanvragen van elke belanghebbende derde overeenkomstig de methode bedoeld in artikel 27, § 3. Afdeling 2. - Inzameling van gegevens
Art. 29.De netbeheerder bezorgt de CWaPE jaarlijks uiterlijk 31 maart onderstaande gegevens over het afgelopen kalenderjaar. Die gegevens worden elektronisch verstrekt aan de hand van het door de CWaPE afgeleverde formulier : 1° het aantal opnemingspunten en het globale verbruik, verdeeld per type afnemers (professionele en residentiële), en voor de professionele afnemers, per activiteitensector overeenstemmend met de NACE-BEL-code met 4 cijfers of, bij gebreke daarvan, zoals bepaald door de Administratie;2° de personalia (EAN-code en adres), ingedeeld in dalende volgorde van verbruik, van de aangesloten professionele afnemers, alsmede hun activiteitensector zoals bepaald in 1°;3° de kWu geïnjecteerd in het net door elke productie-installatie die erop aangesloten is;4° de kWh geïnjecteerd in en opgenomen van elk ander netwerk;5° het aantal afsluitingen per spanningsniveau, alsook de oorzaak, lokalisatie en duur ervan;6° alle informatie over netuitbreidingen. De CWaPE maakt deze gegevens onmiddellijk over aan de Administratie. HOOFDSTUK IV. - Openbare dienstverplichtingen van sociale aard Afdeling 1. - Levering aan beschermde afnemers
Art. 30.De netbeheerder die krachtens artikel 9 van het decreet aan een beschermde afnemer levert, wordt beschouwd als leverancier van de beschermde afnemer.
Art. 31.§ 1. Als de afnemer beschermd is, geeft hij de leverancier schriftelijk kennis daarvan, eventueel door bemiddeling van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn. De beschermde afnemer laat zijn briefwisseling vergezeld gaan van alle nodige bewijsstukken.
Na advies van de CWaPE bepaalt de minister het model van het aan de leverancier over te maken document. § 2. Voor de categorieën personen bedoeld in artikel 33, § 1, 3°, van het decreet van 12 april 2001 betreffende de organisatie van de gewestelijke elektriciteitsmarkt wordt de aanvraag van het statuut van beschermde afnemer om de vijf jaar hernieuwd. In dit geval wordt het document ingevuld door de instelling die de tegemoetkoming verleent.
Voor de overige categorieën personen bedoeld in artikel 33 van hetzelfde decreet wordt de aanvraag jaarlijks hernieuwd. In dit geval wordt het document ingevuld hetzij door het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, hetzij door de schuldbemiddelaar. § 3. De afnemer verwittigt de leverancier schriftelijk binnen vijftien dagen na het verlies van zijn hoedanigheid van beschermde afnemer. Afdeling 2. - Procedure van toepassing op residentiële afnemers in
geval van wanbetaling
Art. 32.§ 1. Als de afnemer het bedrag van de factuur niet heeft betaald binnen de voorgeschreven termijn, stuurt de leverancier een herinneringsbrief waarin hoe dan ook de volgende gegevens voorkomen : 1° de nieuwe betalingstermijn, die minstens tien dagen bedraagt, alsook het adres en verdere gegevens betreffende de dienst die bevoegd is om een betalingsplan op te stellen;2° de mogelijkheid om een beroep te doen op het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn of op een erkende schuldbemiddelaar, alsook het adres en verdere gegevens betreffende die instellingen;3° de mogelijkheid de netbeheerder te verzoeken om de plaatsing van een budgetmeter;4° de gevolgde procedure als de afnemer geen oplossing heeft voor de betaling van bedoelde factuur;die procedure voorziet in de mededeling van zijn naam aan het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, behoudens uitdrukkelijke weigering zijnentwege.
De herinneringsbrief vermeldt eveneens uitdrukkelijk de modaliteiten die van toepassing zijn op de beschermde afnemer, meer bepaald de voorwaarden waaronder de netbeheerder de plaatsing van de budgetmeter voor zijn rekening neemt. § 2. De standaard-herinneringsbrief bedoeld in § 1 wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de CWaPE, die over dertig werkdagen beschikt om zich uit te spreken.
Art. 33.Als de afnemer op de vervaldatum die vastligt in de in artikel 32 bedoelde herinneringsbrief : 1° hetzij het bedrag van de factuur niet heeft betaald;2° hetzij niet heeft verzocht om de plaatsing van een budgetmeter;3° hetzij geen betalingsplan is overeengekomen met de bevoegde dienst van de leverancier;4° hetzij de leverancier niet op de hoogte heeft gebracht, op grond van een attest van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn of van de erkende dienst voor schuldbemiddeling, van de onderhandelingen gevoerd om een afbetalingsplan overeen te komen, stuurt de leverancier hem een aangetekende aanmaning. In dat schrijven wordt hij erop gewezen dat hij tot wanbetaler zal worden verklaard als hij geen oplossing voorstelt binnen vijftien dagen na verzending van de aanmaning, en dat ambtshalve een budgetmeter bij hem geplaatst zal worden. Afdeling 3. - Wanbetaling van een residentiële afnemer en plaatsing
van een budgetmeter
Art. 34.§ 1. Als een afnemer tot wanbetaler verklaard wordt, richt de leverancier aan de netbeheerder een verzoek tot plaatsing van een budgetmeter bij bedoelde afnemer, overeenkomstig de bepalingen van het technisch reglement voor het distributienetbeheer betreffende informatie-uitwisseling. Als het gaat om een beschermde afnemer, voegt de leverancier de in artikel 31 bedoelde documenten bij. § 2. De leverancier richt op dezelfde datum een afschrift van dat verzoek aan de afnemer en verwittigt hem dat zijn personalia aan het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn meegedeeld zullen worden, behalve verzet zijnentwege dat binnen vijf dagen aan de leverancier betekend wordt. § 3. Behoudens verzet van de afnemer, maakt de leverancier zijn personalia aan het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn over binnen tien dagen na het verzoek tot plaatsing van de budgetmeter. § 4. Als de wanbetaler de plaatsing van de budgetmeter overeenkomstig de in het vorige artikel bedoelde procedure weigert of hindert, wordt zijn gaslevering door de netbeheerder opgeschort op verzoek van de leverancier.
In dat geval worden de kosten van de opschorting en van het latere herstel van de levering door de afnemer gedragen. § 5. Als de wanbetaler een beschermde afnemer is, wordt de netbeheerder ermee belast aan deze afnemer te leveren vanaf de datum waarop de budgetmeter geplaatst wordt. § 6. De minister bepaalt de procedure voor de plaatsing van de budgetmeter.
Art. 35.§ 1. Als een afnemer die over een budgetmeter beschikt waarvan het voorafbetalingssysteem gedesactiveerd is tot wanbetaler verklaard wordt, gelast de leverancier de netbeheerder, overeenkomstig de bepalingen van het technisch reglement voor het distributienetbeheer betreffende informatie-uitwisseling, de parameters van de oplaadbare kaart van de afnemer, of elk ander gelijkwaardig systeem, binnen vijftien dagen te laten wijzigen, om het voorafbetalingssysteem te activeren. De leverancier geeft de afnemer en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn onmiddellijk kennis van het verzoek dat aan de netbeheerder is gericht. § 2. Als de wanbetaler de activering van een budgetmeter overeenkomstig de in dit artikel omschreven procedure weigert of hindert, wordt zijn elektriciteitslevering door de netbeheerder opgeschort op verzoek van de leverancier.
In dat geval worden de kosten van de opschorting en van het latere herstel van de levering door de afnemer gedragen. § 3. Zodra het voorafbetalingssysteem geactiveerd is, wordt de netbeheerder met de levering belast als de afnemer beschermd is. § 4. De minister bepaalt de procedure voor de activering van het voorafbetalingssysteem.
Art. 36.§ 1. De bepalingen van artikel 17, §§ 2, 4 en 5, zijn toepasselijk in het kader van het verzoek bedoeld in artikel 34, § 1. § 2. Met inachtneming van de door de CREG goedgekeurde aansluitingstarieven mag het aandeel van de wanbetaler in de plaatsingskosten van de budgetmeter niet hoger zijn dan een geïndexeerd bedrag van 150 euro, alle taksen inbegrepen. § 3. Als de wanbetaler een beschermde afnemer is, worden de plaatsingskosten van de budgetmeter evenwel door de netbeheerder gedragen.
Art. 37.De leverancier geeft de afnemer kennis van het juiste bedrag van de bestaande schuld bij de plaatsing van de budgetmeter, incl. de kosten van de procedure die er aan vooraf gaat. De invordering van die schuld mag in geen geval afgetrokken worden van de betalingen i.v.m. het verbruik van na de plaatsing van de budgetmeter.
Art. 38.Als een afnemer de schulden i.v.m. zijn gasverbruik vereffend heeft, mag hij zijn leverancier erom verzoeken het voorafbetalingssysteem gratis te laten desactiveren.
Art. 39.De procedure bedoeld in de artikelen 34 tot 37 kan elk ogenblik opgeschort worden als de partijen een regeling vinden voor de betaling van de schuld. De niet inachtneming van een betalingsplan voor de regeling van de schuld, dat aangetekend aan de afnemer gericht wordt, heeft van rechtswege de hervatting van de procedure als gevolg.
Art. 40.Als de beschermde afnemer zijn budgetmeter niet meer kan bevoorraden tussen 15 november en 15 maart in zijn woonplaats die hij als hoofdverblijfplaats gebruikt, geeft hij de distributienetbeheerder schriftelijk kennis daarvan. Deze laatste maakt de zaak aanhangig bij de Commissie.
In afwachting van de beslissing van de Commissie, levert de distributienetbeheerder onmiddellijk bevoorradingskaarten of elk ander gelijkwaardig systeem af om op de behoeften van de beschermde afnemer te kunnen in spelen. Het bedrag i.v.m. die levering blijft voor rekening van de beschermde afnemer.
Al naar gelang de toestand van de afnemer beslist de Commissie over de voortzetting van de levering voor de periode bedoeld in het eerste lid, over de toepassingsperiode ervan en over de tenlasteneming van de kost ervan vóór haar beslissing, enerzijds, en na haar beslissing, anderzijds.
Het Energiefonds draagt de kosten van de gasleveringen overeenkomstig de beslissing van de Commissie. In dergelijk geval blijven 30 % van de factuur i.v.m. die verbruiken voor rekening van de afnemer en worden het ter beschikking gestelde gasvolume, de gegevens waarop die schatting berust alsook de toepassingsperiode nader bepaald in de beslissing.
De instandhouding van het mechanisme bedoeld in het tweede lid en de tegemoetkoming van het "Energiefonds" zijn uitgesloten als de Commissie tot de evidente slechte wil van de afnemer besluit. HOOFDSTUK V. - Controle door de CWaPE
Art. 41.De CWaPE kan van de leveranciers en netbeheerders alle informatie en stukken eisen die nodig zijn om na te gaan of ze aan hun openbare dienstverplichtingen voldoen. De CWaPE kan controle ter plaatse uitvoeren.
Art. 42.§ 1. De leverancier maakt jaarlijks vóór 31 maart de volgende geaggregeerde gegevens over aan de CWaPE : 1° het aantal afnemers die het sociaal tarief genieten;2° het aantal rappels;3° het aantal aanmaningen;4° het aantal wanbetalers, waarbij een onderscheid gemaakt wordt tussen beschermde en onbeschermde afnemers;5° het aantal aanvaarde betalingsplannen en de gemiddelde maandelijkse betaling;6° het aantal niet nageleefde betalingsplannen;7° het aantal dossiers overgemaakt aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;8. 8° het aantal aanvragen tot plaatsing van budgetmeters, waarbij een onderscheid gemaakt wordt tussen de plaatsingen op verzoek van de leverancier, die op verzoek van de afnemer of van de beschermde afnemer, alsook het aantal effectieve plaatsingen;9° het bedrag van de gemiddelde schuld bij de plaatsing van de budgetmeter;10° elke ander geaggregeerd gegeven bepaald door de CWaPE. § 2. De netbeheerder maakt jaarlijks vóór 31 maart de volgende geaggregeerde gegevens over aan de CWaPE : 1° het aantal afnemers die het sociaal tarief genieten;2° het aantal plaatsingen van budgetmeters, waarbij een onderscheid gemaakt wordt tussen de plaatsingen op verzoek van de leverancier en die op verzoek van de afnemer of van de beschermde afnemer.
Art. 43.Overeenkomstig artikel 36, § 2, van het decreet van 19 december 2002 betreffende de organisatie van de gewestelijke gasmarkt, maakt de CWaPE een uitvoerig rapport over de uitvoering van de openbare dienstverplichtingen opgelegd aan de leveranciers en de netbeheerders. HOOFDSTUK VI. - Overgangs- en slotbepalingen
Art. 44.De netbeheerder plaatst de budgetmeter zo spoedig mogelijk binnen het jaar na de inwerkingtreding van hoofdstuk IV, afdeling III, van dit besluit, in afwijking van de plaatsingstermijn bedoeld in de artikelen 17 en 34.
Art. 45.§ 1. Dit artikel is toepasselijk zolang de bepalingen van afdeling III van hoofdstuk IV van dit besluit niet in werking getreden zijn. § 2. Als een residentiële afnemer tot wanbetaler verklaard wordt, stuurt de leverancier hem een schrijven waarin hij de procedure voor de opschorting van de gaslevering nader bepaalt. Gelijktijdig maakt hij de zaak aanhangig bij de Commissie.
De leverancier mag de levering aan de residentiële afnemer niet opschorten voordat hij kennis genomen heeft van de beslissing van de Commissie. § 3. De Commissie brengt binnen dertig dagen na de aanhangigmaking advies uit over de beslissing waarbij de leverancier de levering opschort.
Te dien einde moet de residentiële afnemer per aangetekend schrijven opgeroepen worden om gehoord te worden indien hij het wenst en mag hij zich door een adviseur laten bijstaan of vertegenwoordigen. De leverancier moet aanwezig zijn of vertegenwoordigd worden. De Commissie kan op geldige wijze beslissen als de afnemer zich niet heeft gemeld op de datum die in de oproeping vermeld staat.
De Commissie spreekt zich uit bij meerderheid van de leden. Bij staking van stemmen is het advies dat de onderbreking ongunstig is doorslaggevend. Het advies van de Commissie wordt binnen zeven dagen bij aangetekend schrijven aan de residentiële afnemer en aan de leverancier gericht. § 4. Als de onderbreking het voorwerp is van een gunstig advies, mag ze ten vroegste vijf dagen na de datum van verzending van het in § 3 bedoelde aangetekend schrijven doorgevoerd worden. § 5. Als de onderbreking het voorwerp is van een ongunstig advies, gaat het vergezeld van een voorstel betreffende de termijnen en de opdeling van de door de residentiële afnemer terug te betalen schuldvorderingen De residentiële afnemer verbindt zich ertoe dat terugbetalingsplan in acht te nemen. § 6. Als de residentiële afnemer zich niet verbindt tot de inachtneming van het terugbetalingsplan of zijn verbintenis niet nakomt, kan de levering daadwerkelijk opgeschort worden.
Te dien einde richt de leverancier een schrijven aan de residentiële afnemer waarin hij hem kennis geeft van de datum van opschorting van de levering. De opschorting mag niet plaatsvinden vóór een termijn van vijf dagen die ingaat op de datum van die kennisgeving. § 7. Tussen 15 november en 15 maart mag geen enkele onderbreking doorgevoerd worden bij een residentiële afnemer. Die periode kan door de minister verlengd worden als bijzondere weersomstandigheden het rechtvaardigen.
De leveringen die tussen 15 november en 15 maart geboekt worden, blijven voor rekening van de residentiële afnemer.
Art. 46.Het besluit van de Waalse Regering van 4 december 2003 betreffende de openbare dienstverplichtingen op de gasmarkt en tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 10 april 2003 betreffende de openbare dienstverplichtingen op de elektriciteitsmarkt wordt opgeheven op de datum van inwerkingtreding van dit besluit.
Art. 47.Dit besluit treedt in werking zestig dagen na de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad, met uitzondering van hoofdstuk IV, afdeling III, waarvan de inwerkingtreding door de minister bepaald wordt.
Art. 48.De Minister tot wiens bevoegdheden het Energiebeleid behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 30 maart 2006.
De Minister-President, E. DI RUPO De Minister van Huisvesting, Vervoer en Ruimtelijke Ontwikkeling, A. ANTOINE