Etaamb.openjustice.be
Wet van 07 april 2023
gepubliceerd op 09 juni 2023

Wet houdende wijziging van de wet van 11 december 1998, betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen

bron
federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking
numac
2023042056
pub.
09/06/2023
prom.
07/04/2023
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

7 APRIL 2023. - Wet houdende wijziging van de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007003 bron ministerie van landsverdediging Wet tot oprichting van een beroepsorgaan inzake veiligheidsmachtigingen sluiten, betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt : HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet. HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007003 bron ministerie van landsverdediging Wet tot oprichting van een beroepsorgaan inzake veiligheidsmachtigingen sluiten betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen

Art. 2.Het opschrift van de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007003 bron ministerie van landsverdediging Wet tot oprichting van een beroepsorgaan inzake veiligheidsmachtigingen sluiten betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen, vervangen bij de wet van 3 mei 2005Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/05/2005 pub. 27/05/2005 numac 2005009427 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen sluiten, wordt vervangen als volgt: "wet betreffende de classificatie, de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten, veiligheidsadviezen en de publiek gereguleerde dienst".

Art. 3.In dezelfde wet wordt het opschrift van hoofdstuk I vervangen als volgt: "Hoofdstuk I. Algemene bepaling en definities."

Art. 4.In hoofdstuk I van dezelfde wet wordt een artikel 1bis ingevoegd, luidende: "

Art. 1bis.Voor de toepassing van deze wet en de uitvoeringsbesluiten ervan wordt verstaan onder: 1° "de classificatie": de toekenning van een beschermingsniveau door of krachtens de wet of door of krachtens de verdragen of overeenkomsten die België binden;2° "de declassificatie": de volledige opheffing van elk beschermingsniveau;3° "de geclassificeerde informatie": de informatie, het materieel, de materialen of de stoffen, ongeacht de vorm, aard of wijze van overdracht, waaraan een classificatie is toegekend en die in het belang van de nationale veiligheid, een bescherming vereisen tegen elke niet-geautoriseerde toegang, elke niet-geëigende aanwending en verspreiding;4° "de aanwending van geclassificeerde informatie": alle handelingen waaraan geclassificeerde informatie kan worden onderworpen, zoals de productie, de kennisname, de verwerking, het finaliseren, de reproductie, de bewaring, het vervoer, het doorsturen, het verspreiden, de declassificatie, het wijzigen van het classificatieniveau en de vernietiging;5° "de overheid van oorsprong": de administratieve overheid onder wiens gezag of instructie geclassificeerde informatie is gegenereerd door de houder van een veiligheidsmachtiging in de door de wet bepaalde gevallen;6° "de fysieke installatie": de omgeving, het terrein, het gebouw, de burelen, de ruimtes en alle andere zones waar geclassificeerde informatie wordt aangewend;7° "het communicatie- en informatiesysteem": een systeem dat toelaat geclassificeerde informatie in elektronische vorm aan te wenden;8° "het cryptografisch materiaal": de cryptografische algoritmen, de cryptografische hard- en softwaremodules, de producten met inbegrip van de nadere regels betreffende de uitvoering en de bijbehorende documentatie, alsook het sleutelmateriaal;9° "het veiligheidsonderzoek": het onderzoek uitgevoerd door een inlichtingen- en veiligheidsdienst dat beoogt vast te stellen dat alle noodzakelijke voorwaarden voor het afgeven van een veiligheidsmachtiging vervuld zijn, rekening houdend met het niveau en het voorwerp van de veiligheidsmachtiging;10° "de veiligheidsmachtiging": de officiële beslissing, opgesteld na een veiligheidsonderzoek, luidens dewelke, om toegang te krijgen tot gegevens waaraan een classificatie van het niveau VERTROUWELIJK of hoger is toegekend in de zin van deze wet: a) een natuurlijke persoon voldoende garanties biedt inzake geheimhouding, loyauteit en integriteit;b) een rechtspersoon voldoende garanties biedt inzake geheimhouding, loyauteit en integriteit van zijn organen en aangestelden die in aanmerking komen om toegang te hebben tot die gegevens;11° "de goedkeuring van een communicatie- en informatiesysteem": de officiële toelating om een communicatie- en informatiesysteem te hanteren voor de aanwending van geclassificeerde informatie nadat dit systeem werd onderworpen aan een goedkeuringsprocedure;12° "de goedkeuring van een fysieke installatie": de officiële toelating om een fysieke installatie te hanteren voor de aanwending van geclassificeerde informatie van het niveau VERTROUWELIJK of hoger, nadat de fysieke installatie werd onderworpen aan een goedkeuringsprocedure;13° "de goedkeuring van een cryptografisch product": de officiële toelating om een cryptografisch product te hanteren voor de bescherming van geclassificeerde informatie, nadat dit product werd onderworpen aan een goedkeuringsprocedure;14° "de veiligheidsoverheid": een van de volgende overheden, al naargelang het geval: a) de Nationale Veiligheidsoverheid;b) de Veiligheid van de Staat;c) de Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid van de Krijgsmacht;15° "de veiligheidsofficier": a) de ambtenaar, houder van een veiligheidsmachtiging, die, in een openbaar bestuur, een instelling van openbaar nut of een autonoom overheidsbedrijf die geclassificeerde informatie aanwenden, wordt aangewezen door de minister of zijn gedelegeerde of, bij ontstentenis van een minister met voogdij, door het hoofd van dit openbaar bestuur, van deze instelling van openbaar nut of van dit autonoom overheidsbedrijf, om te zorgen voor de inachtneming van de veiligheidsregels;b) het personeelslid, houder van een veiligheidsmachtiging, die in de schoot van een rechtspersoon die houder is van een veiligheidsmachtiging door de directie van de rechtspersoon wordt aangewezen om te zorgen voor de inachtneming van de veiligheidsregels;c) de ambtenaar, houder van een veiligheidsmachtiging, die, in een openbaar bestuur, een instelling van openbaar nut of een autonoom overheidsbedrijf, wordt aangewezen door de minister of zijn gedelegeerde of, bij ontstentenis van een minister met voogdij, door het hoofd van dit openbaar bestuur, van deze instelling van openbaar nut of van dit autonoom overheidsbedrijf, om te zorgen voor de inachtneming van de veiligheidsregels in het kader van een veiligheidsadvies of een veiligheidsattest, of het personeelslid, houder van een veiligheidsmachtiging, dat door de directie van de rechtspersoon wordt aangewezen om te zorgen voor de inachtneming van de veiligheidsregels in het kader van een veiligheidsadvies of een veiligheidsattest;d) de magistraat van het openbaar ministerie, houder van een veiligheidsmachtiging, die door onderstaande korpschef wordt aangewezen om te zorgen voor de inachtneming van de veiligheidsregels: - de federale procureur wat het federaal parket betreft; - de betrokken procureur-generaal wat de parketten, de arbeidsauditoraten, het parket-generaal en het auditoraat-generaal van zijn ressort betreft; - de voorzitter van het College van procureurs-generaal wat de steundienst van het openbaar ministerie betreft; 16° "een inlichtingen- en veiligheidsdienst": de Veiligheid van de Staat of de Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid van de Krijgsmacht;17° "het Besluit 1104/2011/EU": het Besluit nr.1104/2011/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende de voorwaarden voor toegang tot de overheidsdienst (publiek gereguleerde dienst) die wordt aangeboden door het wereldwijde satellietnavigatiesysteem dat is ingevoerd door het Galileo-programma; 18° "de publiek gereguleerde dienst": de publiek gereguleerde dienst ingevoerd door het wereldwijde satellietnavigatiesysteem Galileo, zoals bedoeld in het Besluit 1104/2011/EU;19° "de toegang tot de publiek gereguleerde dienst": het gebruik van de publiek gereguleerde dienst en het beschikken over apparatuur en technologieën bedoeld voor de publiek gereguleerde dienst, met inbegrip van de ingebruikneming van apparatuur en de handelingen gericht op het testen, storen of vervalsen van de publiek gereguleerde dienst;20° "de gebruikersgemeenschap": een verzameling gebruikers van de publiek gereguleerde dienst, verblijvende of gevestigd op het Belgisch grondgebied en waarvan de organisatie en het functioneren in overeenstemming zijn met de gemeenschappelijke minimumnormen aangenomen in toepassing van artikel 8 van het Besluit 1104/2011/EU, die door middel van een gemeenschappelijk contactpunt interageren met de bevoegde overheid voor de publiek gereguleerde dienst;21° "de apparatuur": de veiligheidsmodules en de ontvangers bedoeld voor de publiek gereguleerde dienst, alsook de instrumenten bedoeld voor het testen, goedkeuren en laten functioneren van deze veiligheidsmodules en ontvangers; 22° "de technologieën": de software, de hardware en de informatie, inclusief de sleutels, die vereist zijn voor het onderzoek en de ontwikkeling, het ontwerp, de goedkeuring, de productie of het gebruik van apparatuur bedoeld voor de publiek gereguleerde dienst.".

Art. 5.In dezelfde wet wordt een hoofdstuk lbis ingevoegd, luidende: "Hoofdstuk lbis. De Nationale Veiligheidsoverheid.".

Art. 6.In hoofdstuk Ibis, ingevoegd bij artikel 5, wordt een artikel 1ter ingevoegd, luidende: "

Art. 1ter.De Nationale Veiligheidsoverheid is een veiligheidsoverheid waarvan de werking en de organisatie bepaald worden door de Koning, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad.".

Art. 7.In hetzelfde hoofdstuk lbis wordt een artikel 1quater ingevoegd, luidende: "

Art. 1quater.De Nationale Veiligheidsoverheid oefent de volgende bevoegdheden uit: 1° de voorbereiding van het Belgische veiligheidsbeleid met betrekking tot de bescherming van geclassificeerde informatie;2° de voorbereiding van het voor België van toepassing zijnde internationale veiligheidsbeleid met betrekking tot de bescherming van geclassificeerde informatie;3° het toezicht op de tenuitvoerlegging van beschermingsmaatregelen zoals bedoeld in artikel 7;4° de aflevering, de wijziging, de schorsing en de intrekking van veiligheidsmachtigingen;5° de aflevering, de wijziging, de schorsing en de intrekking van de goedkeuringen van fysieke installaties;6° de aflevering, de wijziging, de schorsing en de intrekking van goedkeuringen van communicatie- en informatiesystemen, met inbegrip van de maatregelen die compromittering door elektromagnetische straling moeten voorkomen;7° de aflevering, de wijziging, de schorsing en de intrekking van goedkeuringen van cryptografische producten;8° het beheer en de verdeling van cryptografisch materiaal;9° het optreden als Belgische verantwoordelijke autoriteit voor de publiek gereguleerde dienst zoals bedoeld in artikel 5 van het Besluit 1104/2011/EU; 10° de internationale samenwerking in het kader van deze wet en in alle gevallen waar internationale overeenkomsten bevoegdheden en verplichtingen toewijzen aan de Nationale Veiligheidsoverheid.".

Art. 8.In hetzelfde hoofdstuk lbis wordt een artikel 1quinquies ingevoegd, luidende: "

Art. 1quinquies.De Veiligheid van de Staat oefent de bevoegdheden uit van de Nationale Veiligheidsoverheid bedoeld in artikel 1quater, 3° tot 6° en 10°, voor wat haar betreft. De Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid van de Krijgsmacht oefent de bevoegdheden uit van de Nationale Veiligheidsoverheid bedoeld in artikel 1quater, 3° tot 8° en 10°, voor wat betreft Defensie.

De bevoegdheden bedoeld in artikel 1quater, 4° tot 7°, toegekend aan de overheden bedoeld in het eerste en het tweede lid worden uitgeoefend door hun diensthoofd of door een ambtenaar van het niveau A of een hoofdofficier aangewezen door hem.".

Art. 9.In hetzelfde hoofdstuk lbis wordt een artikel 1sexies ingevoegd, luidende: "

Art. 1sexies.Veiligheidsmachtigingen en goedkeuringen van communicatie- en informatiesystemen, fysieke installaties en cryptografische producten kunnen worden gewijzigd, geschorst of ingetrokken indien de regels met betrekking tot de bescherming van geclassificeerde informatie niet worden nageleefd of indien de voorwaarden voor de aflevering van de veiligheidsmachtiging of voor de goedkeuring van de communicatie- en informatiesystemen, fysieke installaties of cryptografische producten niet langer vervuld zijn.".

Art. 10.In hetzelfde hoofdstuk lbis wordt een artikel 1septies ingevoegd, luidende: "

Art. 1septies.Het toezicht bedoeld in artikel 1quater, 3°, bestaat uit het uitvoeren van controles en inspecties aangaande de correcte tenuitvoerlegging van de bepalingen van de artikelen 7 en 8.

De Nationale Veiligheidsoverheid kan aanbevelingen en instructies formuleren teneinde de bescherming van geclassificeerde informatie te verbeteren.

Indien tekortkomingen of inbreuken worden vastgesteld, neemt de rechtspersoon, het openbaar bestuur, de instelling van openbaar nut of het autonoom overheidsbedrijf dat betrokken is, corrigerende maatregelen.

De Koning bepaalt de nadere regels van het toezicht.".

Art. 11.In dezelfde wet wordt een hoofdstuk Iter ingevoegd, luidende: "Hoofdstuk Iter. De veiligheidsofficier."

Art. 12.In hoofdstuk Iter, ingevoegd bij artikel 11, wordt een artikel 1octies ingevoegd, luidende: "

Artikel 1octies.§ 1. De veiligheidsofficier wordt belast met: 1° het zorgen voor de inachtneming van de veiligheidsregels inzake de bescherming van geclassificeerde informatie;2° het toepassen van de voorschriften betreffende veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen, in het bijzonder de melding van elementen in verband met personen die een veiligheidsadvies of een veiligheidsattest hebben ontvangen, en die kunnen leiden tot een wijziging van dit veiligheidsadvies of dit veiligheidsattest. § 2. De Koning kan aan de veiligheidsofficier andere opdrachten toevertrouwen in het kader van de toepassing van deze wet. § 3. De veiligheidsofficier oefent zijn opdrachten volledig onafhankelijk uit. Hij brengt verslag uit aan de leidinggevende van het openbaar bestuur, van de instelling van openbaar nut of van het autonoom overheidsbedrijf, aan de respectievelijke korpschef van het openbaar ministerie bedoeld in artikel 1bis, 15°, d), of aan de verantwoordelijke van een privaatrechtelijke rechtspersoon.

Hij informeert de Nationale Veiligheidsoverheid wanneer dat voorzien is.".

Art. 13.Artikel 2 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 11 september 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/09/2022 pub. 27/09/2022 numac 2022042069 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot invoering van een algemene declassificatieregeling van de geclassificeerde stukken (1) sluiten, wordt opgeheven.

Art. 14.In artikel 3, § 1, van dezelfde wet, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 11 september 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/09/2022 pub. 27/09/2022 numac 2022042069 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot invoering van een algemene declassificatieregeling van de geclassificeerde stukken (1) sluiten, worden de woorden "waarvan de niet-geëigende aanwending nadelig " vervangen door de woorden "waarvan de niet-geautoriseerde toegang of de niet-geëigende aanwending en verspreiding nadelig".

Art. 15.Artikel 4 van dezelfde wet wordt vervangen als volgt: "

Art. 4.De classificatie bedoeld in artikel 3, § 1, bestaat uit vier niveaus: ZEER GEHEIM, GEHEIM, VERTROUWELIJK en BEPERKT. Het niveau ZEER GEHEIM wordt toegekend wanneer de niet-geëigende aanwending buitengewoon ernstige schade kan toebrengen aan één van de belangen bedoeld in artikel 3, § 1.

Het niveau GEHEIM wordt toegekend wanneer de niet-geëigende aanwending ernstige schade kan toebrengen aan één van de belangen bedoeld in artikel 3, § 1.

Het niveau VERTROUWELIJK wordt toegekend wanneer de niet-geëigende aanwending schade kan toebrengen aan één van de belangen bedoeld in artikel 3, § 1.

Het niveau BEPERKT wordt toegekend wanneer de niet-geëigende aanwending nadelig kan zijn voor één van de belangen bedoeld in artikel 3, § 1.

De Koning bepaalt, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, de overheden en de personen die een classificatieniveau kunnen toekennen, herzien en opheffen.".

Art. 16.In artikel 5bis, eerste lid, van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 7 juli 2002Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/07/2002 pub. 10/08/2002 numac 2002009754 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende een regeling voor de bescherming van bedreigde getuigen en andere bepalingen sluiten, worden de woorden "artikel 3, i)" vervangen door de woorden "artikel 3, § 1, i)".

Art. 17.In artikel 6 van dezelfde wet wordt het eerste lid vervangen als volgt: "De geclassificeerde informatie die uitgewisseld wordt in het kader van internationale verdragen of internationale overeenkomsten die bindend zijn voor België, behoudt de classificatie die haar is toegekend.".

Art. 18.Artikel 7 van dezelfde wet, vervangen bij de wet van 11 september 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/09/2022 pub. 27/09/2022 numac 2022042069 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot invoering van een algemene declassificatieregeling van de geclassificeerde stukken (1) sluiten, wordt vervangen als volgt: "

Art. 7.§ 1. De Koning bepaalt, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, de nadere regels van de bescherming en de declassificatie van geclassificeerde informatie. De bescherming van geclassificeerde informatie bestaat minstens uit de beschermingsmaatregelen die betrekking hebben op de vijf volgende categorieën: 1° de beschermingsmaatregelen van toepassing voor de classificatie en het beheer van geclassificeerde informatie;2° de fysieke beschermingsmaatregelen;3° de beschermingsmaatregelen van communicatie- en informatiesystemen;4° de persoonsgebonden beschermingsmaatregelen;5° de beschermingsmaatregelen verbonden aan de overheidsopdrachten. De Koning bepaalt, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, de nadere regels betreffende de goedkeuringsprocedures bedoeld in artikel 1bis, 11°, 12° en 13°. § 2. Behoudens in de gevallen bedoeld in paragraaf 3, vierde en zesde lid, en paragraaf 5, vervalt de classificatie na de uitdrukkelijke beslissing tot declassificatie door de overheid van oorsprong overeenkomstig paragraaf 3, die ten laatste plaatsvindt na de volgende termijn, te rekenen vanaf de finalisatie van de geclassificeerde informatie: 1° na twintig jaar voor een classificatie van het niveau VERTROUWELIJK;2° na dertig jaar voor een classificatie van het niveau GEHEIM;3° na vijftig jaar voor een classificatie van het niveau ZEER GEHEIM. De overheid van oorsprong kan te allen tijde beslissen om te declassificeren of de classificatie te wijzigen voor het verstrijken van de declassificatietermijn.

Het feit dat geclassificeerde informatie gedeclassificeerd wordt, wordt duidelijk aangebracht op deze gedeclassificeerde informatie.

Bij een verlaging van het classificatieniveau is de termijn waarna de in het eerste lid bedoelde beslissing moet plaatsvinden die van het nieuwe classificatieniveau. Deze termijn begint te lopen vanaf de finalisatie van de geclassificeerde informatie. Indien de geclassificeerde informatie al langer is geclassificeerd dan de in het eerste lid bedoelde termijn van het nieuwe classificatieniveau, omkleedt de overheid van oorsprong het behoud van een classificatieniveau overeenkomstig paragraaf 3, eerste, tweede en negende lid, 3°, met redenen.

De overheid van oorsprong kan slechts een hoger classificatieniveau toekennen indien nieuwe elementen aan de geclassificeerde informatie worden toegevoegd of bij een sterk gewijzigde context. In dat geval wordt de classificatietermijn verlengd, maar wordt deze nog steeds gerekend vanaf de finalisatie van de oorspronkelijke geclassificeerde informatie. § 3. Ten laatste aan het einde van de in paragraaf 2 bepaalde termijn en ten vroegste zes maanden voor het verstrijken ervan beslist de overheid van oorsprong of de geclassificeerde informatie kan worden gedeclassificeerd.

Met het oog op de bescherming van de in artikel 3, § 1, opgesomde belangen kan de overheid van oorsprong beslissen om de classificatie te behouden, en in voorkomend geval het classificatieniveau te verlagen overeenkomstig de in paragraaf 2, vierde lid, bepaalde nadere regels.

Een evaluatie van de beslissing tot behoud van een classificatie vindt plaats ten laatste tien jaar na deze beslissing. Het negende en het tiende lid zijn van toepassing op deze evaluatie en op de volgende evaluaties die telkens ten laatste na tien jaar plaatsvinden, en dit tot aan de declassificatie.

De classificatie vervalt automatisch na honderd jaar.

Bij ontstentenis van een evaluatie binnen tien jaar kan het bevoegde controleorgaan de overheid van oorsprong schriftelijk bevelen om binnen drie maanden de classificatie te evalueren overeenkomstig het eerste tot het derde en het achtste tot het tiende lid.

Indien de evaluatie niet plaatsvindt binnen drie maanden na dit schriftelijk bevel, vervalt de classificatie.

De bevoegde controleorganen van de overheid van oorsprong worden door de Koning bepaald.

De overheid van oorsprong houdt één of meerdere geclassificeerde registers bij met betrekking tot de in het eerste en tweede lid en in paragraaf 2, vijfde lid, bedoelde beslissingen.

Elk register vermeldt: 1° het referentienummer van de geclassificeerde informatie;2° de aard (declassificatie, behoud of wijziging van de classificatie) en de datum van de beslissing;3° in voorkomend geval, de reden waarom de geclassificeerde informatie niet gedeclassificeerd werd, met een expliciete verwijzing naar één of meerdere van de in artikel 3, § 1, opgesomde belangen en met een beknopte motivatie;4° het oorspronkelijke classificatieniveau en eventueel het nieuwe classificatieniveau. De registers zijn ter beschikking van het bevoegde controleorgaan van de overheid van oorsprong. § 4. Zelfs na het einde van de in paragraaf 2 bedoelde termijn beschouwen de bestemmelingen de geclassificeerde informatie in hun bezit als geclassificeerd, tenzij de overheid van oorsprong hen kennisgeeft van de declassificatie ervan, hetzij uit eigen beweging, hetzij in antwoord op een verzoek van de bestemmeling. § 5. De geclassificeerde informatie die uitgaat van een buitenlandse of supranationale overheid van oorsprong en de gemengde geclassificeerde informatie, die gedeeltelijk van buitenlandse of supranationale oorsprong is, zijn vrijgesteld van de in de paragrafen 2 en 3 vervatte declassificatieregels. Zij kunnen enkel worden gedeclassificeerd met toestemming van de voormelde buitenlandse of supranationale overheid. In geval van gemengde geclassificeerde informatie, gaat de overheid van oorsprong aan het einde van de classificatietermijn bepaald in paragraaf 2 na of de elementen van buitenlandse of supranationale oorsprong apart kunnen worden geredacteerd en of de resterende geclassificeerde informatie kan worden gedeclassificeerd. § 6. Het classificatieniveau BEPERKT is vrijgesteld van de regels vervat in paragrafen 2 tot 4.

De Koning bepaalt, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, de nadere regels van declassificatie voor de geclassificeerde informatie van het niveau BEPERKT.".

Art. 19.Artikel 8 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 3 mei 2005Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/05/2005 pub. 27/05/2005 numac 2005009427 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen sluiten, wordt vervangen als volgt: "

Art. 8.§ 1. De aanwending van geclassificeerde informatie vereist de toepassing van de beschermingsmaatregelen bedoeld in artikel 7, § 1. § 2. Niemand heeft toegang tot geclassificeerde informatie, tenzij hij houder is van een overeenstemmende veiligheidsmachtiging, een veiligheidsbriefing heeft ontvangen over zijn verplichtingen en voor zover de kennisname en de toegang noodzakelijk zijn voor de uitoefening van zijn functie of zijn opdracht, onverminderd de eigen bevoegdheden van de gerechtelijke overheden en die van de leden van het beroepsorgaan bedoeld in de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007003 bron ministerie van landsverdediging Wet tot oprichting van een beroepsorgaan inzake veiligheidsmachtigingen sluiten tot oprichting van een beroepsorgaan inzake veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen.

De toegang tot lokalen, gebouwen of terreinen die geclassificeerde informatie bevatten, kan door de overheden die de Koning aanwijst aan dezelfde voorwaarden worden onderworpen.

In afwijking van het eerste lid hoeft een persoon geen houder te zijn van een veiligheidsmachtiging om toegang te hebben tot geclassificeerde informatie van het niveau BEPERKT. In afwijking van het eerste lid kan de overheid van oorsprong toegang tot geclassificeerde informatie van het niveau BEPERKT verlenen aan een persoon voor zover de kennisname noodzakelijk is buiten de uitoefening van zijn functie of zijn opdracht. In dat geval deelt de overheid van oorsprong de beperkingen op de aanwending van de geclassificeerde informatie van het niveau BEPERKT en de van toepassing zijnde beschermingsmaatregelen mee. § 3. Het bewaren van geclassificeerde informatie van het niveau VERTROUWELIJK of hoger vereist het beschikken over een goedkeuring van de fysieke installatie.

Om te worden goedgekeurd dient de fysieke installatie voldoende garanties te bieden om ongeoorloofde toegang tot geclassificeerde informatie te voorkomen, te detecteren en/of te vertragen. § 4. De geclassificeerde informatie in elektronische vorm kan enkel aangewend worden in goedgekeurde communicatie- en informatiesystemen en verstuurd worden met goedgekeurde cryptografische producten.

Om te worden goedgekeurd dienen de communicatie- en informatiesystemen bedoeld in het eerste lid voldoende garanties te bieden ten aanzien van de vertrouwelijkheid, de integriteit en de beschikbaarheid van deze systemen en van de informatie die ze bevatten. Bijkomende maatregelen om de authenticiteit en de niet-weerlegbaarheid te garanderen, kunnen vereist zijn overeenkomstig artikel 7, § 1, tweede lid.

De cryptografische producten bedoeld in het eerste lid dienen, om goedgekeurd te worden, ten minste voldoende garanties te bieden voor het verlenen van beveiligingsdiensten, in het bijzonder op het vlak van de vertrouwelijkheid, de integriteit, de beschikbaarheid, de authenticiteit en de niet-weerlegbaarheid, door middel van een of meer versleutelingsmechanismen.".

Art. 20.In artikel 8bis, § 2, eerste lid, 3°, van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 30 maart 2011Relevante gevonden documenten type wet prom. 30/03/2011 pub. 18/04/2011 numac 2011000231 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van de wet van 15 april 1994 betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en betreffende het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle en tot wijziging van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen sluiten, worden de woorden "de in artikel 15, lid 1, bedoelde veiligheidsoverheid" vervangen door de woorden "de Nationale Veiligheidsoverheid".

Art. 21.Artikel 9 van dezelfde wet wordt vervangen als volgt: "

Art. 9.Het niveau van de veiligheidsmachtiging wordt bepaald door het classificatieniveau van de geclassificeerde informatie waartoe de houder van de veiligheidsmachtiging toegang nodig heeft voor de uitoefening van zijn functie of zijn opdracht.".

Art. 22.Artikel 10 van dezelfde wet wordt vervangen als volgt: "

Art. 10.De geclassificeerde informatie mag slechts worden verspreid mits toelating van de overheid van oorsprong of in de door de wet bepaalde gevallen, onverminderd de eigen bevoegdheden van de gerechtelijke overheden.

De overheid van oorsprong en de bestemmeling kunnen de aanwending en de verdere verspreiding van geclassificeerde informatie uitdrukkelijk beperken door middel van aanvullende markeringen.

Indien de overheid van oorsprong de aanwending of de verdere verspreiding uitdrukkelijk beperkt, moet de bestemmeling haar toestemming verkrijgen voor de aanwending van de geclassificeerde informatie die verder gaat dan de opgelegde beperking.".

Art. 23.Artikel 11 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 26 juni 2000Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/06/2000 pub. 29/07/2000 numac 2000003440 bron ministerie van financien Wet betreffende de invoering van de euro in de wetgeving die betrekking heeft op aangelegenheden als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet type wet prom. 26/06/2000 pub. 15/07/2000 numac 2000000537 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet tot wijziging van de wet van 11 april 1994 betreffende de openbaarheid van bestuur en de wet van 12 november 1997 betreffende de openbaarheid van bestuur in de provincies en gemeenten type wet prom. 26/06/2000 pub. 14/07/2000 numac 2000000526 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet tot beperking van de helft van de devolutieve kracht van de lijststemmen en tot afschaffing van het onderscheid tussen kandidaat-titularissen en kandidaat-opvolgers voor de verkiezing van de provincie- en gemeenteraden en het Europees Parlement type wet prom. 26/06/2000 pub. 20/09/2000 numac 2000003559 bron ministerie van financien Wet tot wijziging van de wet van 4 april 1995 houdende fiscale en financiële bepalingen sluiten, wordt vervangen als volgt: "

Art. 11.§ 1. De personen die houder zijn van een veiligheidsmachtiging en die geclassificeerde informatie van het niveau VERTROUWELIJK of hoger op een niet-geëigende wijze aanwenden of laten aanwenden, worden, zelfs al is deze aanwending het gevolg van een nalatigheid, voor zover deze ernstig is, gestraft met een gevangenisstraf van zes maanden tot vijf jaar en met een geldboete van honderd euro tot vijfduizend euro of met één van die straffen alleen. § 2. De personen die een veiligheidsbriefing hebben gekregen en die geclassificeerde informatie van het niveau BEPERKT op een niet-geëigende wijze aanwenden of laten aanwenden, worden, zelfs al is deze aanwending het gevolg van een nalatigheid, voor zover deze ernstig is, gestraft met een gevangenisstraf van één maand tot drie jaar en met een geldboete van honderd euro tot vijfduizend euro of met één van die straffen alleen. § 3. De personen die geen houder zijn van een veiligheidsmachtiging en die geclassificeerde informatie op een niet-geëigende wijze aanwenden of laten aanwenden met een kwaadwillig opzet of met het oogmerk om te schaden, worden gestraft met een gevangenisstraf van één maand tot drie jaar en met een geldboete van honderd euro tot vijfduizend euro of met één van die straffen alleen. § 4. De personen die geen houder zijn van een veiligheidsmachtiging, die geclassificeerde informatie openbaar maken en die weten of zouden moeten weten dat een openbaarmaking de fysieke integriteit van een persoon kan aantasten, worden gestraft met een gevangenisstraf van acht dagen tot één maand en met een geldboete van honderd euro tot vijfduizend euro of met één van die straffen alleen.

De personen die geen houder zijn van een veiligheidsmachtiging die geclassificeerde informatie openbaar maken en die weten of zouden moeten weten dat een openbaarmaking één van de belangen bedoeld in artikel 3, § 1, kan aantasten, worden gestraft met een geldboete van honderd euro tot vijfduizend euro.

In afwijking van het tweede lid worden de personen die, met het oog op de bescherming van het algemeen openbaar belang, geclassificeerde informatie openbaar maken om het recht op de persvrijheid uit te oefenen of voor het onthullen van een ernstige fout, een ernstige wanpraktijk of een ernstige illegale activiteit van een openbare overheid, niet strafbaar gesteld.".

Art. 24.In dezelfde wet wordt een hoofdstuk IIbis ingevoegd, luidende: "Hoofdstuk IIbis. De publiek gereguleerde dienst."

Art. 25.In hoofdstuk IIbis, ingevoegd bij artikel 24, wordt een artikel 11bis ingevoegd, luidende: "

Art. 11bis.§ 1. De Nationale Veiligheidsoverheid die overeenkomstig artikel 1quater, 9°, optreedt als Belgische verantwoordelijke autoriteit voor de publiek gereguleerde dienst, geeft toelatingen voor: 1° de toegang tot de publiek gereguleerde dienst;2° de ontwikkeling en de productie, met inbegrip van ondersteunende diensten die toegang vereisen tot informatie met betrekking tot de publiek gereguleerde dienst, van apparatuur bedoeld voor de publiek gereguleerde dienst;3° de export van de apparatuur en technologieën bedoeld in de bepaling onder 2°. De Nationale Veiligheidsoverheid kan de toelatingen bedoeld in het eerste lid weigeren, wijzigen, schorsen of intrekken om redenen van openbare orde, nationale veiligheid of defensie, het naleven van internationale engagementen en de gemeenschappelijke minimumnormen zoals vastgesteld in artikel 8 van het Besluit 1104/2011/EU. Elke overdracht van apparatuur of technologieën bedoeld voor de publiek gereguleerde dienst die wordt aangeboden door het wereldwijde satellietnavigatiesysteem dat is ingevoerd door het Europese Galileo-programma en dat wordt uitgevoerd vanuit België naar de andere lidstaten van de Europese Unie, wordt aangegeven aan de Nationale Veiligheidsoverheid. § 2. De toegang tot de publiek gereguleerde dienst, zoals bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, 1°, wordt goedgekeurd voor een gebruikersgemeenschap. Een gebruikersgemeenschap moet voorafgaandelijk een toelating krijgen van de Nationale Veiligheidsoverheid, die nagaat of de gemeenschappelijke minimumnormen, zoals vastgesteld in artikel 8 van het Besluit 1104/2011/EU, worden nageleefd.

Indien een gebruikersgemeenschap de voorwaarden voor deze toelating niet of niet langer vervult, kan deze geweigerd, gewijzigd, geschorst of ingetrokken worden door de Nationale Veiligheidsoverheid. § 3. Onverminderd artikel 1sexies kan de Nationale Veiligheidsoverheid overgaan tot controles en inspecties om na te gaan of de voorwaarden bedoeld in paragraaf 1, tweede lid, zijn voldaan. § 4. De Koning bepaalt de procedure en de nadere regels voor de uitvoering van dit artikel.".

Art. 26.In hetzelfde hoofdstuk IIbis wordt een artikel 11ter ingevoegd, luidende: "

Art. 11ter.Wordt gestraft met een gevangenisstraf van zes maanden tot vijf jaar en met een geldboete van honderd euro tot tienduizend euro of met één van die straffen alleen, diegene die een activiteit verricht zoals bedoeld in artikel 11bis, § 1, eerste lid, zonder toelating van de Nationale Veiligheidsoverheid of zonder inachtneming van de voorwaarden verbonden aan de toelating van de Nationale Veiligheidsoverheid.

De poging tot het verrichten van de activiteit bedoeld in het eerste lid wordt gestraft met een geldboete van honderd euro tot vijfduizend euro.".

Art. 27.In artikel 12, eerste en tweede lid, van dezelfde wet worden de woorden "geclassificeerde informatie, documenten of gegevens, materieel, materialen of stoffen" telkens vervangen door de woorden "geclassificeerde informatie".

Art. 28.Artikel 13 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 23 februari 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 23/02/2018 pub. 01/06/2018 numac 2018031156 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen sluiten, wordt opgeheven.

Art. 29.Artikel 13/1 van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 23 februari 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 23/02/2018 pub. 01/06/2018 numac 2018031156 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen sluiten, wordt opgeheven.

Art. 30.In artikel 14 van dezelfde wet worden de woorden "in de artikelen 6 en 8 van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens" vervangen door de woorden "in artikel 110 van de wet van 30 juli 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens".

Art. 31.Artikel 15 van dezelfde wet wordt opgeheven.

Art. 32.Artikel 15bis van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 27 december 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/12/2006 pub. 28/12/2006 numac 2006021363 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen (1) type wet prom. 27/12/2006 pub. 28/12/2006 numac 2006021365 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen (1) sluiten en gewijzigd bij de wetten van 6 december 2015 en 23 februari 2018, wordt opgeheven.

Art. 33.In artikel 18, derde lid, van dezelfde wet worden de woorden "van de Buitendiensten" opgeheven.

Art. 34.In artikel 22 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 21 april 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/04/2016 pub. 29/04/2016 numac 2016000181 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken, federale overheidsdienst justitie, ministerie van landsverdediging en federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet houdende diverse bepalingen Binnenlandse Zaken. - Geïntegreerde politie sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het vierde lid wordt vervangen als volgt: "De veiligheidsoverheid kan een veiligheidsmachtiging wijzigen, schorsen of intrekken op basis van inlichtingen die haar zijn voorgelegd door de inlichtingen- en veiligheidsdiensten of in het geval bedoeld in artikel 16, § 1, derde lid."; 2° in het vijfde lid worden de woorden "De kennisgeving van de weigering van het verlenen van een veiligheidsmachtiging of van de intrekking van de veiligheidsmachtiging" vervangen door de woorden "De kennisgeving van de weigering, de wijziging, de schorsing of de intrekking van de veiligheidsmachtiging".

Art. 35.In artikel 22bis van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 3 mei 2005Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/05/2005 pub. 27/05/2005 numac 2005009427 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid worden de woorden "artikel 8, tweede lid" vervangen door de woorden "artikel 8, § 2, tweede lid"; 2° in het tweede lid worden de woorden "artikel 22ter" telkens vervangen door de woorden "artikelen 22bis/1, 22bis/2 en 22ter"."

Art. 36.In dezelfde wet wordt een artikel 22bis/1 ingevoegd, luidende: "Art. 22bis/1. De Federale Politie is bevoegd voor de aflevering en de intrekking van veiligheidsattesten en de aflevering van veiligheidsadviezen. Zij is eveneens bevoegd om in deze aangelegenheden het Belgische veiligheidsbeleid en het voor België van toepassing zijnde internationale veiligheidsbeleid voor te bereiden.".

Art. 37.In dezelfde wet wordt een artikel 22bis/2 ingevoegd, luidende: "Art. 22bis/2. De Veiligheid van de Staat oefent de bevoegdheid van de Federale Politie uit betreffende de aflevering en intrekking van veiligheidsattesten voor wat haar betreft.

De Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid van de Krijgsmacht oefent de bevoegdheid van de Federale Politie uit betreffende de aflevering en intrekking van veiligheidsattesten en de aflevering van veiligheidsadviezen voor wat betreft Defensie.

De lokale politiezone oefent de bevoegdheid van de Federale Politie uit betreffende de aflevering en intrekking van de veiligheidsattesten voor wat betreft haar politiezone. In het kader van de in artikel 22sexies bedoelde veiligheidsverificatie consulteert de lokale politiezone de inlichtingen- en veiligheidsdiensten via de federale politie.

De bevoegdheden tot aflevering en intrekking van veiligheidsattesten en de aflevering van veiligheidsadviezen, toegekend aan de overheden bedoeld in het eerste tot het derde lid worden uitgeoefend door hun diensthoofd of door een ambtenaar van het niveau A of een hoofdofficier aangewezen door hem.".

Art. 38.Artikel 22ter van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 3 mei 2005Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/05/2005 pub. 27/05/2005 numac 2005009427 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen sluiten en gewijzigd bij de wet van 30 maart 2011Relevante gevonden documenten type wet prom. 30/03/2011 pub. 18/04/2011 numac 2011000231 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van de wet van 15 april 1994 betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en betreffende het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle en tot wijziging van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen sluiten, wordt vervangen als volgt: "

Art. 22ter.In afwijking van artikel 22bis/1 en onverminderd artikel 22bis/2 kunnen de volgende overheden veiligheidsattesten afleveren en intrekken wanneer het de toegang tot lokalen, gebouwen of terreinen betreft die tot hun verantwoordelijkheid behoren of, voor wat het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle betreft, waarvoor zij verantwoordelijk zijn voor de controle, of wanneer het evenementen betreft die zij organiseren: 1° de verantwoordelijke van de Nationale Veiligheids-overheid;2° de directeur-generaal van het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle of zijn afgevaardigde, de verantwoordelijke van het departement bevoegd voor de nucleaire veiligheid; 3° de directeur-generaal van de Algemene Directie Crisiscentrum van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken of een door hem aangewezen ambtenaar van niveau A.".

Art. 39.In dezelfde wet wordt een artikel 22ter/1 ingevoegd, luidende: "Art. 22ter/1. Al de overheden die veiligheidsattesten afleveren en intrekken houden een register bij van de door hen verrichte veiligheidsverificaties en de genomen beslissingen. Dit register bevat: 1° de naam, de voorna(a)m(en), de geboortedatum, de nationaliteit en het adres van de personen die het voorwerp hebben uitgemaakt van een veiligheidsverificatie;2° de indiener en de datum van het verzoek om een verificatie;3° het voorwerp en de geldigheidsduur van het attest;4° in geval van weigering of intrekking, de met redenen omklede beslissing van de bevoegde overheid. Deze gegevens worden vernietigd na het verstrijken van een termijn van vijf jaar te rekenen vanaf de laatste beslissing ten aanzien van de betrokken persoon.".

Art. 40.In artikel 22quater, eerste lid, van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 3 mei 2005Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/05/2005 pub. 27/05/2005 numac 2005009427 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen sluiten, worden de woorden "artikel 22ter" vervangen door de woorden "artikelen 22bis/1, 22bis/2 en 22ter".

Art. 41.In artikel 22quinquies van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 3 mei 2005Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/05/2005 pub. 27/05/2005 numac 2005009427 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen sluiten en vervangen bij de wet van 23 februari 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 23/02/2018 pub. 01/06/2018 numac 2018031156 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in de paragrafen 3, 4 en 5 worden de woorden "overheid bedoeld in artikel 15, eerste lid" telkens vervangen door de woorden "Federale Politie";2° in paragraaf 6 worden de woorden "artikel 13, 1°, a), b), c) of d)" vervangen door de woorden "artikel 1bis, 15°, a), b), c) of d)".

Art. 42.In artikel 22quinquies/1 van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 23 februari 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 23/02/2018 pub. 01/06/2018 numac 2018031156 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in de paragrafen 1, 2, 3, 5 en 6 worden de woorden "overheid bedoeld in artikel 15, eerste lid," telkens vervangen door de woorden "Federale Politie";2° in paragraaf 1, tweede lid, worden de woorden "in artikel 15, eerste lid, bedoelde overheid" vervangen door de woorden "Federale Politie".

Art. 43.In artikel 22sexies van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 3 mei 2005Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/05/2005 pub. 27/05/2005 numac 2005009427 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen sluiten en gewijzigd bij de wet van 23 februari 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 23/02/2018 pub. 01/06/2018 numac 2018031156 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, tweede lid, worden de woorden "de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer" vervangen door de woorden "het Vast Comité van Toezicht op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten";2° in paragraaf 1, vijfde lid, worden de woorden "artikel 22ter" vervangen door de woorden "artikelen 22bis/1, 22bis/2 en 22ter";3° in de paragrafen 1 en 2 worden de woorden "overheid bedoeld in artikel 15, eerste lid," telkens vervangen door de woorden "Federale Politie".

Art. 44.In hoofdstuk IIIbis van dezelfde wet wordt een afdeling 1 ingevoegd die de artikelen 22bis tot 22sexies bevat, luidende: "Afdeling 1. Algemene regels".

Art. 45.In hoofdstuk IIIbis van dezelfde wet wordt een afdeling 2 ingevoegd, luidende: "Afdeling 2. Specifieke regels voor het ministerie van Defensie".

Art. 46.In afdeling 2, ingevoegd bij artikel 45, wordt een artikel 22sexies/1 ingevoegd, luidende: "Art. 22sexies/1. Voor de toepassing van deze afdeling wordt onder "Beroepsorgaan" verstaan het beroepsorgaan dat is opgericht bij de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007003 bron ministerie van landsverdediging Wet tot oprichting van een beroepsorgaan inzake veiligheidsmachtigingen sluiten tot oprichting van een beroepsorgaan inzake veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen.

In het kader van deze afdeling is het ministerie van Defensie verplicht het advies van het Beroepsorgaan op te volgen.".

Art. 47.In dezelfde afdeling 2 wordt een artikel 22sexies/2 ingevoegd, luidende: "Art. 22sexies/2. Tenzij hij of zij houder is van een veiligheidsmachtiging, wordt elke burger of militair van het actief en reservekader die een functie of een betrekking bekleedt bij het ministerie van Defensie, elke persoon die kandidaat is voor een dergelijke functie of betrekking, elke militair die gedetacheerd is vanuit het ministerie van Defensie, en elke burgerambtenaar van het ministerie van Defensie die tijdelijk ter beschikking is gesteld van een andere dienst, onderworpen aan de veiligheidsverificatie bedoeld in artikel 22sexies.

Een negatief veiligheidsadvies wordt uitgebracht indien uit de geraadpleegde gegevens blijkt dat de betrokkene onvoldoende waarborgen biedt voor zijn of haar integriteit en door zijn of haar gedrag of omgeving schade zou kunnen berokkenen: a) aan een van de belangen bedoeld in artikel 3;of b) aan de fysieke integriteit van personen, met behulp van de middelen waartoe hij of zij bij de uitoefening van zijn of haar taken toegang heeft. De chef van de Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid van de Krijgsmacht verleent veiligheidsadviezen met toepassing van het eerste lid.

Binnen de Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid van de Krijgsmacht wordt een college opgericht. Dit college voert een evaluatie van de beschikbare informatie uit indien deze niet toelaat om een ondubbelzinnig positief of negatief advies uit te reiken. Het college verleent vervolgens advies aan de Chef van de dienst. De regels inzake de werking van dit college en de criteria op dewelke de evaluatie van de geraadpleegde gegevens is gebaseerd teneinde de aard van het veiligheidsadvies te bepalen, worden bepaald door de Koning.".

Art. 48.In dezelfde afdeling 2 wordt een artikel 22sexies/3 ingevoegd, luidende: "Art. 22sexies/3. § 1. De artikelen 22quinquies en 22quinquies/1 zijn niet van toepassing op het verlenen van de veiligheidsadviezen bedoeld in artikel 22sexies/2. § 2. De bevoegde veiligheidsofficier brengt de betrokken persoon bedoeld in artikel 22sexies/2, eerste lid, op de hoogte van het feit dat hij of zij onder de toepassing valt van de verplichting tot het ondergaan van de veiligheidsverificatie bedoeld in artikel 22sexies of dat zijn of haar positief veiligheidsadvies krachtens paragraaf 6 vervalt, vraagt hem of haar om instemming en zendt, als hij die verkrijgt, het individuele verzoek over aan de chef van de Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid van de Krijgsmacht die de veiligheidsverificatie doet.

De veiligheidsofficier stelt de betrokkene schriftelijk in kennis van de gevolgen van een weigering om zijn of haar instemming te geven voor een veiligheidsverificatie.

Indien de bevoegde veiligheidsofficier zijn verplichtingen uit hoofde van het eerste lid niet nakomt ten laatste dertig werkdagen voor het verlopen van het positief veiligheidsadvies van de betrokken persoon, wordt het positieve veiligheidsadvies voor onbepaalde tijd verlengd. § 3. Binnen dertig dagen na de vatting wordt het door de chef van de Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid van de Krijgsmacht verleende veiligheidsadvies schriftelijk overgezonden aan de bevoegde veiligheidsofficier. Indien het veiligheidsadvies positief is, wordt het ook schriftelijk aan de betrokkene toegezonden. § 4. Als het veiligheidsadvies negatief is, stelt de chef van de Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid van de Krijgsmacht de betrokkene daarvan in kennis via een aangetekende zending.

Deze kennisgeving gaat vergezeld van alle nuttige informatie over de concrete gevolgen van het negatieve advies, en over de middelen om tegen deze beslissing beroep in te stellen.

Een negatief veiligheidsadvies wordt in feite en in rechte met redenen omkleed, overeenkomstig artikel 22, vijfde lid. § 5. Indien bij het verstrijken van de termijn bedoeld in paragraaf 3 geen veiligheidsadvies werd verleend, wordt het geacht positief te zijn totdat een nieuw advies wordt uitgebracht. § 6. Het veiligheidsadvies wordt toegekend met een geldigheidsduur van hoogstens vijf jaar en kan worden vergezeld van een voorbehoud. Dit voorbehoud kan gepaard gaan met een beperking van de geldigheidsduur van het veiligheidsadvies. § 7. De chef van de Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid van de Krijgsmacht kan, vóór het verstrijken van de termijn bedoeld in paragraaf 6, op eigen initiatief een nieuw veiligheidsadvies uitbrengen op basis van de gegevens en de inlichtingen bedoeld in artikel 22sexies. § 8. De betrokkene kan op ieder moment aan de bevoegde veiligheidsofficier schriftelijk te kennen geven dat hij of zij niet, of niet langer, het voorwerp wenst uit te maken van een veiligheidsverificatie. De veiligheidsofficier brengt dit ter kennis van de chef van de Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid van de Krijgsmacht. § 9. Wat betreft de kandidaten voor een functie of een betrekking bedoeld in artikel 22sexies/2, eerste lid, alsook de betrokken personen die niet over een veiligheidsofficier beschikken, vervult de directeur-generaal van de Algemene Directie Human Resources van het ministerie van Defensie de rol die wordt toevertrouwd aan de veiligheidsofficier in dit artikel.".

Art. 49.In dezelfde afdeling 2 wordt een artikel 22sexies/4 ingevoegd, luidende: "Art. 22sexies/4. § 1. De intrekking of weigering van de instemming door de betrokkene, de kennisgeving van een negatief advies en het uitblijven van een antwoord op het verzoek om instemming bedoeld in artikel 22sexies/3, § 2, binnen twee maanden na ontvangst van het verzoek, maken een einde aan: 1° de procedure tot werving of indienstneming;2° de vorming;3° de procedure tot benoeming;en aan 4° de mogelijkheid voor de betrokken persoon om een functie of een betrekking te blijven uitoefenen zoals bedoeld in artikel 22sexies/2, eerste lid. De maatregel bedoeld in het eerste lid wordt gehandhaafd zolang de betrokkene geen houder is van een positief veiligheidsadvies. § 2. De kandidaat voor een functie of een betrekking bij Defensie die beroep instelt, behoudt voor de duur van de procedure voor het beroepsorgaan het recht om deel te nemen aan de selectieproeven waarvoor hij of zij zich heeft opgegeven. § 3. Wanneer het negatieve veiligheidsadvies betrekking heeft op een persoon die een functie of een betrekking bekleedt bij het ministerie van Defensie, of op een persoon die gedetacheerd is, brengt de kennisgeving ervan aan de betrokkene van rechtswege de schorsing in het belang van de dienst van de betrokkene met zich mee.

De nadere regels betreffende de periode van schorsing in het belang van Defensie, het eventueel nemen van bewarende maatregelen tijdens deze periode van schorsing en de administratieve en geldelijke gevolgen die niet in dit artikel zijn vastgelegd, worden bepaald volgens het juridische regime dat van toepassing is op de arbeidsrelatie van de betrokken persoon. § 4. De in paragraaf 1 bedoelde maatregel wordt definitief: 1° bij het verstrijken van de termijn waarbinnen beroep kan worden ingesteld bij het Beroepsorgaan, indien de betrokkene geen beroep heeft ingesteld bij het Beroepsorgaan;2° na kennisgeving van de beslissing van het Beroepsorgaan waarbij het negatieve veiligheidsadvies wordt bevestigd;3° in geval van weigering of intrekking van de instemming of in geval van het uitblijven van een antwoord op het verzoek om instemming binnen twee maanden na ontvangst van het verzoek. In afwijking van het eerste lid wordt de in paragraaf 1 bedoelde maatregel niet definitief wanneer: 1° de betrokkene zich in de onmogelijkheid bevond om binnen de tijdslimiet te antwoorden op de vraag naar instemming, en 2° hij daarvan bewijs levert aan de Chef van de Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid van de Krijgsmacht, vergezeld van een zo spoedig mogelijk na het einde van de onmogelijkheid getekend formulier voor instemming, en 3° de Chef van de Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid van de Krijgsmacht de onmogelijkheid vaststelt. Indien de Chef van de Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid vaststelt dat er geen onmogelijkheid was om binnen de tijdslimiet te antwoorden op de vraag naar instemming, brengt hij de betrokken persoon hiervan schriftelijk op hoogte. Tegen deze beslissing kan beroep worden aangetekend bij het Beroepsorgaan.

Indien mobiliteit naar een andere dienst van de federale overheid mogelijk is, behoudt de betrokkene zijn graad of een gelijkwaardige graad, alsmede de tot dan verworven rechten, zoals geldelijke rechten en pensioenrechten.

De nadere administratieve regels met betrekking tot de gevolgen van het ontbreken van een positief veiligheidsadvies worden geregeld bij wet of bij een koninklijk besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad. § 5. De in paragraaf 1 bedoelde betrokkene blijft zijn of haar volledige salaris en alle statutaire voordelen die verband houden met zijn of haar functie ontvangen: 1° gedurende de termijn waarin beroep kan worden aangetekend bij het Beroepsorgaan tegen een negatief veiligheidsadvies;2° tijdens de beroepsprocedure bij het Beroeps-orgaan. § 6. De chef van de Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid brengt de overheid die bekleed is met de bevoegdheden van Korpscommandant, de betrokken veiligheidsofficier alsook de Algemene Directie Human Resources van het ministerie van Defensie op de hoogte van de kennisgeving van negatieve adviezen, van de weigering, intrekking of het ontbreken van de instemming, van beroep ingediend bij het Beroepsorgaan en van de beslissingen van dit orgaan.".

Art. 50.In dezelfde wet wordt een hoofdstuk IIIter ingevoegd, luidende: "Hoofdstuk IIIter. Retributies."

Art. 51.In dezelfde wet wordt artikel 22septies, ingevoegd in hoofdstuk IIIbis bij de wet van 27 december 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/12/2006 pub. 28/12/2006 numac 2006021363 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen (1) type wet prom. 27/12/2006 pub. 28/12/2006 numac 2006021365 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen (1) sluiten en laatstelijk gewijzigd bij de wet van 2 mei 2019, verplaatst naar hoofdstuk IIIter, ingevoegd bij artikel 50, en vervangen door wat volgt: "

Art. 22septies.De werkgever van de natuurlijke persoon voor wie een veiligheidsattest of een veiligheidsadvies gevraagd wordt, is een retributie verschuldigd. Een retributie is niet verschuldigd voor de veiligheidsattesten uitgereikt door de overheden bedoeld in de artikelen 1quinquies, eerste tot vierde lid, en 22ter, eerste lid, 1° en 3°.

Zijn vrijgesteld van de retributie bedoeld in het eerste lid: 1° de federale overheidsdiensten;2° de programmatorische overheidsdiensten;3° het ministerie van Defensie;4° de Geïntegreerde Politie;5° het openbaar ministerie, de hoven en rechtbanken en de administratieve rechtscolleges;6° het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle;7° het Interfederaal Korps van de Inspectie van Financiën;8° de geaccrediteerde beroepsjournalisten die toegang hebben tot de lokalen, gebouwen of terreinen die verband houden met taken van de openbare macht of met een welbepaald nationaal of internationaal, diplomatiek of protocollair evenement. Deze retributie is verschuldigd aan de Federale Politie of, desgevallend, aan het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle.

De aflevering van het veiligheidsattest of veiligheidsadvies kan enkel plaatsvinden na betaling van de retributie.

De Koning bepaalt het bedrag van de te innen retributie voor de veiligheidsattesten en de veiligheidsadviezen. De Koning bepaalt eveneens de verdeelsleutel van deze retributie onder de overheden bedoeld in de artikelen 1quinquies, eerste tot derde lid, en 22ter, eerste lid, 1°.

De Koning bepaalt de nadere regels van inning van de retributies en de nadere regels van overmaking van deze retributies aan de Federale Politie en die betreffende de boekhouding.

In afwijking van het vijfde lid bepaalt de Koning het bedrag van de te innen retributie voor de veiligheidsattesten uitgereikt door de overheid bedoeld in artikel 22ter, eerste lid, 2°. De Koning bepaalt eveneens de verdeelsleutel van deze retributie onder de overheden bedoeld in de artikelen 1quinquies, eerste en tweede lid, 22bis/1, 22bis/2, derde lid, en 22ter, eerste lid, 2°.

In afwijking van het zesde lid bepaalt de Koning de nadere regels van inning van de retributies, de nadere regels van overmaking van deze retributies aan de overheid bedoeld in artikel 22ter, eerste lid, 2°, en die betreffende de boekhouding.".

Art. 52.In hetzelfde hoofdstuk IIIter wordt een artikel 22octies ingevoegd, luidende: "

Art. 22octies.§ 1. De natuurlijke persoon of de rechtspersoon voor wie een veiligheidsmachtiging wordt aangevraagd, is een retributie verschuldigd. § 2. De Koning kan een retributie opleggen aan de rechtspersoon die de goedkeuring vraagt van een fysieke installatie, van een communicatie- en informatiesysteem of van een cryptografisch product of die cryptografisch materiaal vraagt aan de Nationale Veiligheidsoverheid. § 3. Zijn vrijgesteld van elke retributie bedoeld in de paragrafen 1 en 2: 1° de federale overheidsdiensten;2° de programmatorische overheidsdiensten;3° het ministerie van Defensie;4° het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle;5° het openbaar ministerie, de hoven en rechtbanken en administratieve rechtscolleges;6° het Interfederaal Korps van de Inspectie van Financiën;7° de Geïntegreerde Politie. § 4. De retributie bedoeld in paragrafen 1 en 2 is verschuldigd aan de administratieve dienst met boekhoudkundige autonomie "Nationale Veiligheidsoverheid". § 5. De Koning kan het bedrag van de te innen retributies en de verdeelsleutel vaststellen tussen de betrokken diensten en bepaalt de nadere regels van de inning van de retributies, de overmaking van de retributies aan de administratieve dienst met boekhoudkundige autonomie "Nationale Veiligheidsoverheid" alsook die betreffende de boekhouding.".

Art. 53.In artikel 23, eerste lid, van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 3 mei 2005Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/05/2005 pub. 27/05/2005 numac 2005009427 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen sluiten, worden de woorden "De leden van de overheden bedoeld in de artikelen 15, 22ter en 22quinquies" vervangen door de woorden "De Nationale Veiligheidsoverheid, de overheden bedoeld in de artikelen 1quinquies, eerste tot derde lid, 22bis/1, 22bis/2, 22ter en 22quinquies".

Art. 54.In artikel 26, § 1, van dezelfde wet worden de woorden "informatie, documenten of gegevens, materieel, materialen of stoffen, in welke vorm ook, die met toepassing van de bepalingen van deze wet geclassificeerd zijn" vervangen door de woorden "geclassificeerde informatie". HOOFDSTUK 3. - Overgangs- en slotbepalingen

Art. 55.§ 1. De volgende beslissingen, toegekend voor de inwerkingtreding van deze wet, blijven geldig tot hun vervaldatum na de inwerkingtreding van deze wet: 1° de veiligheidsmachtigingen afgeleverd overeenkomstig artikel 13, 2°, van de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007003 bron ministerie van landsverdediging Wet tot oprichting van een beroepsorgaan inzake veiligheidsmachtigingen sluiten betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen;2° de veiligheidsadviezen afgeleverd overeenkomstig artikel 22quinquies/1 van de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007003 bron ministerie van landsverdediging Wet tot oprichting van een beroepsorgaan inzake veiligheidsmachtigingen sluiten betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen;3° de veiligheidsattesten afgeleverd overeenkomstig de artikelen 22bis en 22ter van de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007003 bron ministerie van landsverdediging Wet tot oprichting van een beroepsorgaan inzake veiligheidsmachtigingen sluiten betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen;4° de toelatingen toegekend door de Nationale Veiligheidsoverheid in het kader van het Besluit 1104/2011/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende de voorwaarden voor toegang tot de overheidsdienst (publiek gereguleerde dienst) die wordt aangeboden door het wereldwijde satellietnavigatiesysteem dat is ingevoerd door het Galileo-programma. De veiligheidsmachtigingen bedoeld in het eerste lid, 1°, kunnen worden gewijzigd, geschorst of ingetrokken overeenkomstig de bepalingen van de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007003 bron ministerie van landsverdediging Wet tot oprichting van een beroepsorgaan inzake veiligheidsmachtigingen sluiten betreffende de classificatie, de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten, veiligheidsadviezen en de publiek gereguleerde dienst, zoals gewijzigd bij deze wet.

De veiligheidsattesten bedoeld in het eerste lid, 3°, kunnen worden ingetrokken overeenkomstig de bepalingen van de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007003 bron ministerie van landsverdediging Wet tot oprichting van een beroepsorgaan inzake veiligheidsmachtigingen sluiten betreffende de classificatie, de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten, veiligheidsadviezen en de publiek gereguleerde dienst, zoals gewijzigd bij deze wet.

De toelatingen bedoeld in het eerste lid, 4°, kunnen worden gewijzigd, geschorst of ingetrokken overeenkomstig de bepalingen van de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007003 bron ministerie van landsverdediging Wet tot oprichting van een beroepsorgaan inzake veiligheidsmachtigingen sluiten betreffende de classificatie, de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten, veiligheidsadviezen en de publiek gereguleerde dienst, zoals gewijzigd bij deze wet. § 2. De rechtspersonen die een veiligheidsmachtiging bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, 1°, hebben ontvangen, met inbegrip van een goedkeuring van hun communicatie- en informatiesystemen of van hun fysieke installaties, zijn vrijgesteld van het verkrijgen van de goedkeuring van hun communicatie- en informatiesystemen of van de goedkeuring van hun fysieke installaties voor de duur van de geldigheid van deze veiligheidsmachtiging.

Art. 56.De Koning kan de terminologie en de verwijzingen gebruikt in de geldende wettelijke bepalingen wijzigen teneinde ze in overeenstemming te brengen met de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007003 bron ministerie van landsverdediging Wet tot oprichting van een beroepsorgaan inzake veiligheidsmachtigingen sluiten betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen, zoals gewijzigd door deze wet. HOOFDSTUK 4. - Inwerkingtreding

Art. 57.De artikelen 44 tot 49 treden in werking op een door de Koning te bepalen datum, met dien verstande dat deze datum niet vroeger kan zijn dan de inwerkingtreding van de bepalingen tot regeling van het verlies van de functie of de betrekking bedoeld in artikel 22sexies/4, § 4, en dat tussen de bekendmaking van deze wet in het Belgisch Staatsblad en de datum van inwerkingtreding een termijn van maximaal vijf jaar moet verstrijken.

In afwijking van het eerste lid treden de artikelen 44 tot 49 ten aanzien van kandidaten voor een functie of een betrekking bij het ministerie van Defensie in werking één maand na de bekendmaking van deze wet in het Belgisch Staatsblad.

Art. 58.De overplaatsing van personeelsleden van het secretariaat van de Nationale Veiligheidsoverheid naar de Federale Politie geschiedt ten laatste op 1 januari 2024.

De Koning bepaalt de nadere regels van deze overplaatsing.

Art. 59.Personen zoals bedoeld in artikel 22sexies/2, eerste lid, van de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007003 bron ministerie van landsverdediging Wet tot oprichting van een beroepsorgaan inzake veiligheidsmachtigingen sluiten betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen die niet in het bezit zijn van een geldige veiligheidsmachtiging of een geldig positief veiligheidsadvies op het ogenblik van de inwerkingtreding van dit artikel 22sexies/2, worden binnen twee maanden na de inwerkingtreding van dit artikel 22sexies/2 door de bevoegde veiligheidsofficier op de hoogte gesteld van het feit dat zij onder de toepassing vallen van de verplichting tot het ondergaan van de veiligheidsverificatie bedoeld in artikel 22sexies van dezelfde wet. Zij beschikken over een termijn van zes maanden, te rekenen vanaf de datum van deze kennisneming, om hun instemming en het individuele verzoek via de bevoegde veiligheidsofficier aan de Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid van de Krijgsmacht over te zenden.

De Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid van de Krijgsmacht moet de krachtens het eerste lid gevraagde veiligheidsadviezen niet uitbrengen binnen de termijn bepaald krachtens artikel 22sexies/3, § 3, van dezelfde wet. Hij beschikt over een termijn van twee jaar om alle adviezen uit te brengen, met voorrang voor personen die nooit het voorwerp hebben uitgemaakt van een veiligheidsonderzoek of -verificatie.

Het positieve veiligheidsadvies dat reeds vóór de inwerkingtreding van deze wet aan sollicitanten met de hoedanigheid van militair is verstrekt, is geldig gedurende vijf jaar vanaf de datum van verstrekking.

Art. 60.Deze wet treedt in werking op 31 december 2023.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 7 april 2023.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Buitenlandse Zaken, H. LAHBIB De Minister van Justitie, V. VANQUICKENBORNE De Minister van Defensie, L. DEDONDER De Minister van Binnenlandse Zaken, A. VERLINDEN Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, V. VAN QUICKENBORNE _______ Nota (1) Kamer van volksvertegenwoordigers (www.dekamer.be) Stukken. - 55K2443 Integraal Verslag: 9 februari 2023.

^