Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 28 december 2011
gepubliceerd op 30 december 2011

Koninklijk besluit betreffende uitvoering van het attractiviteitsplan voor het verpleegkundig beroep, in bepaalde federale gezondheidssectoren, wat betreft de premies voor de titels en bijzondere beroepsbekwaamheden en ongemakkelijke prestaties

bron
federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu
numac
2011024379
pub.
30/12/2011
prom.
28/12/2011
ELI
eli/besluit/2011/12/28/2011024379/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

28 DECEMBER 2011. - Koninklijk besluit betreffende uitvoering van het attractiviteitsplan voor het verpleegkundig beroep, in bepaalde federale gezondheidssectoren, wat betreft de premies voor de titels en bijzondere beroepsbekwaamheden en ongemakkelijke prestaties


Gelet op de programmawet van 2 januari 2001, artikel 59quater, ingevoegd bij de wet van 10 december 2009;

Gelet op het koninklijk besluit van 22 juni 2010Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 22/06/2010 pub. 07/07/2010 numac 2010024224 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit betreffende uitvoering van het attractiviteitsplan voor het verpleegkundig beroep wat betreft de premies voor de titels en bijzondere beroepsbekwaamheden en onregelmatige prestaties sluiten betreffende uitvoering van het attractiviteitsplan voor het verpleegkundig beroep wat betreft de premies voor de titels en bijzondere beroepsbekwaamheden en onregelmatige prestaties;

Gelet op het protocol van akkoord nr. 2010/01 van 17 maart 2010 van het Comité voor de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën van 29 september 2011;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, gegeven op 24 november 2011;

Gelet op het advies nr. 50.685/3 van de Raad van State, gegeven op 20 december 2011, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Sociale zaken, de Minister van Werk en op het advies van de in Raad vergaderde ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Premies met betrekking tot de titels en bekwaamheden

Artikel 1.§ 1. Vanaf 2010 wordt een jaarlijkse bijkomende premie van 1.113,80 euro toegekend aan de erkende verpleegkundigen die gemachtigd zijn zich op een bijzondere beroepsbekwaamheid te beroepen, zoals bepaald in de ministeriële besluiten die de erkenningscriteria vastleggen van de kwalificaties, vermeld in het koninklijk besluit van 27 september 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 27/09/2006 pub. 24/10/2006 numac 2006023028 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit houdende de lijst van bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepsbekwaamheden voor de beoefenaars van de verpleegkunde type koninklijk besluit prom. 27/09/2006 pub. 27/09/2007 numac 2007000826 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit houdende de lijst van bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepsbekwaamheden voor de beoefenaars van de verpleegkunde. - Duitse vertaling sluiten houdende de lijst van bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepsbekwaamheden voor de beoefenaars van de verpleegkunde. § 2. Vanaf 2010 wordt een jaarlijkse bijkomende premie van 3.341,50 euro, toegekend aan de erkende verpleegkundigen die gemachtigd zijn houder te zijn van een bijzondere beroepstitel, zoals bepaald in de ministeriële besluiten die de erkenningcriteria vastleggen van de titels, vermeld in het bovenvermeld koninklijk besluit van 27 september 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 27/09/2006 pub. 24/10/2006 numac 2006023028 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit houdende de lijst van bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepsbekwaamheden voor de beoefenaars van de verpleegkunde type koninklijk besluit prom. 27/09/2006 pub. 27/09/2007 numac 2007000826 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit houdende de lijst van bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepsbekwaamheden voor de beoefenaars van de verpleegkunde. - Duitse vertaling sluiten. § 3. Om van de premies, bepaald in de paragrafen 1 en 2 te genieten, moet de verpleegkundige effectief in het ziekenhuis tewerkgesteld zijn in een erkende dienst, in een erkende functie of in een erkend zorgprogramma die deze specialisatie voorziet of in een rustoord voor bejaarden of in een rust- en verzorgingstehuis.

Art. 2.De premie wordt jaarlijks in de maand september betaald door de werkgever aan de verpleegkundigen. De premie wordt betaald a prorata van hun arbeidsduurregeling en het aantal gewerkte maanden van 1 september van het voorgaande jaar tot 31 augustus van het lopend jaar.

Art. 3.De bedragen in dit hoofdstuk worden geïndexeerd voor de private sector overeenkomstig de bepalingen van de wet van 2 augustus 1971Relevante gevonden documenten type wet prom. 02/08/1971 pub. 20/02/2009 numac 2009000070 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende inrichting van een stelsel waarbij de wedden, lonen, pensioenen, toelagen en tegemoetkomingen ten laste van de openbare schatkist, sommige sociale uitkeringen, de bezoldigingsgrenzen waarmee rekening dient gehouden bij de berekening van sommige bijdragen van de sociale zekerheid der arbeiders, alsmede de verplichtingen op sociaal gebied opgelegd aan de zelfstandigen, aan het indexcijfer van de consumptieprijzen worden gekoppeld. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende inrichting van een stelsel waarbij de wedden, lonen, pensioenen, toelagen en tegemoetkomingen ten laste van de openbare schatkist, sommige sociale uitkeringen, de bezoldigingsgrenzen waarmee rekening dient gehouden bij de berekening van sommige bijdragen van de sociale zekerheid der arbeiders, alsmede de verplichtingen op sociaal gebied opgelegd aan de zelfstandigen, aan het indexcijfer van de consumptieprijzen worden gekoppeld. De basisindex is 110,56.

De bedragen in dit hoofdstuk worden geïndexeerd voor de publieke sector overeenkomstig de bepalingen van de wet van 1 maart 1977Relevante gevonden documenten type wet prom. 01/03/1977 pub. 05/03/2009 numac 2009000107 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk worden gekoppeld. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk worden gekoppeld. De basisindex is 138,01. HOOFDSTUK II. - Uurroostertoeslagen Afdeling 1. - Toepassingsgebied

Art. 4.Dit hoofdstuk is van toepassing op het personeel aan het bed van de patiënt zoals gedefinieerd in artikel 5, en tewerkgesteld in : - alle vormen van daghospitalisatie en ziekenhuisdiensten bedoeld in artikel 8, a) en b) van het koninklijk besluit van 25 april 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/04/2002 pub. 30/05/2002 numac 2002022335 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen sluiten betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen; - de rustoorden voor bejaarden en de rust- en verzorgingstehuizen; - de psychiatrische verzorgingstehuizen; - de diensten thuisverpleging; - de wijkgezondheidscentra; - de initiatieven van beschut wonen.

Art. 5.Onder personeel aan het bed van de patiënt wordt verstaan : - de verpleegkundigen; - de zorgkundigen; - de personen die de functie uitoefenen van opvoeder in de psychiatrische diensten van de instellingen bepaald in artikel 4. Afdeling 2. - De uurperiodes

Art. 6.De 24 uren van een dag worden verdeeld in 4 uurperiodes : Dag : van 8 uur tot 18 uur.

Avond : van 18 uur tot 20 uur.

Nacht : van 20 uur tot 6 uur.

Ochtend : van 6 uur tot 8 uur.

De huidige regels die voortvloeien uit protocollen getekend in het Comité voor de Provinciale en Plaatselijke overheidsdiensten (Comité C) voor wat betreft de publieke sector, uit collectieve arbeidsovereenkomsten afgesloten in een paritair comité voor wat betreft de private sector of bij gebrek aan, uit een lokaal akkoord, blijven onveranderd voor wat betreft de uren gepresteerd tijdens de uurperiode van de dag (van 8 uur tot 18 uur) en van de ochtend (van 6 uur tot 8 uur) van maandag tot vrijdag, op zaterdag, zon- en feestdagen. Afdeling 3. - Avondprestaties

Art. 7.Een toeslag voor avondprestaties, wordt toegekend voor de uurschijf van 19 tot 20 uur aan het personeel aan het bed van de patiënt zoals gedefinieerd in artikel 5, tewerkgesteld in de instellingen bedoeld in artikel 4, en dit a prorata van de effectief uitgevoerde prestaties in deze uurschijf.

Art. 8.Deze toeslag wordt als volgt berekend en toegekend : - voor het personeel dat betaald wordt volgens het zogenaamde regime « per prestatie » : 20 % van het barema-uurloon ongeacht de dag van de week waarbij de toeslag op zaterdag, zon- en feestdagen van toepassing is indien deze voordeliger is dan die 20 %; - voor het personeel dat via het forfait van 11 % betaald wordt : de toeslag voor het nachtuurloon toegevoegd aan het basisbarema van 111 %, ongeacht de dag van de week, inclusief zaterdag en zon- en feestdagen.

Art. 9.De akkoorden of gebruiken, vooruitvloeiend uit sectoriële onderhandelingen, die betere arbeidsvoorwaarden bepalen, blijven van toepassing voor de andere personeelscategorieën en in de andere sectoren. Afdeling 3. - Nachtprestaties

Art. 10.Alle uren gepresteerd tussen 20 uur en 6 uur worden beschouwd als nachturen zowel van maandag tot vrijdag als op de zaterdagen, zondagen en feestdagen.

Een toeslag voor nachtprestaties wordt toegekend voor de uurschijf van 20 uur tot 6 uur, volgens regels geldende op 31 december 2009, aan het personeel aan het bed van de patiënt zoals gedefinieerd in artikel 5, tewerkgesteld in de instellingen bedoeld in artikel 4, en dit a prorata van de effectief uitgevoerde prestaties in deze uurschijf.

Art. 11.Bovendien worden alle uren of delen van een uur van een prestatie die middernacht overschrijdt, beschouwd en betaald als nachturen zelfs indien de prestatie start vóór 20 uur of eindigt na 6uur.

Art. 12.Deze toeslag voor de nacht wordt als volgt berekend en toegekend : - aan het personeel dat betaald wordt volgens het zogenaamde regime « per prestatie » : de nachtuurtoeslag van toepassing op 31 december 2009 ongeacht de dag van de week; de toeslag op zaterdag, zon- en feestdagen is van toepassing indien voordeliger dan deze uurtoeslag; - aan het personeel dat momenteel via het forfait van 11 % betaald wordt : de toeslag voor het nachtuurloon toegevoegd aan het basisbarema van 111 %, ongeacht de dag van de week, inclusief zaterdag en zon- en feestdagen.

Art. 13.De akkoorden of gebruiken, vooruitvloeiend uit sectoriële onderhandelingen, die betere arbeidsvoorwaarden bepalen, blijven van toepassing voor de andere personeelscategorieën en in de andere sectoren.

Art. 14.Indien voor een deel van een prestatie twee verschillende premies bestaan, wordt de hoogste premie toegekend.

Art. 15.Het koninklijk besluit van 22 juni 2010Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 22/06/2010 pub. 07/07/2010 numac 2010024224 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit betreffende uitvoering van het attractiviteitsplan voor het verpleegkundig beroep wat betreft de premies voor de titels en bijzondere beroepsbekwaamheden en onregelmatige prestaties sluiten betreffende uitvoering van het attractiviteitsplan voor het verpleegkundig beroep wat betreft de premies voor de titels en bijzondere beroepsbekwaamheden en onregelmatige prestaties wordt ingetrokken. HOOFDSTUK III. - Inwerkingtreding

Art. 16.De bepalingen vermeld in de hoofdstukken I en II zijn van toepassing met ingang van 1 januari 2010. De betaling van de afgesproken toeslagen gebeurt door de werkgever vanaf 1 juli 2010 en wordt geïntegreerd in het loon van de werknemer. De toeslagen die verdiend werden in de periode van 1 januari tot en met 30 juni 2010 worden ten laatste op 1 juli 2010 als eenmalig inhaalbedrag uitbetaald.

Art. 17.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2010.

Art. 18.De Minister bevoegd voor Sociale zaken en de minister bevoegd voor Werk zijn, ieder voor wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Châteauneuf-de-Grasse, 28 december 2011.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Volksgezondheid en Sociale Zaken, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK

^