Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 30 november 2023
gepubliceerd op 14 december 2023

Besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie voor diverse bepalingen betreffende de financiering van de rustoorden voor bejaarden, de rust- en verzorgingstehuizen en de centra voor dagverzorging, alsook van de tweede pensioenpijler die wordt gefinancierd door Iriscare

bron
gemeenschappelijke gemeenschapscommissie van brussel-hoofdstad
numac
2023048141
pub.
14/12/2023
prom.
30/11/2023
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE VAN BRUSSEL-HOOFDSTAD


30 NOVEMBER 2023. - Besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie voor diverse bepalingen betreffende de financiering van de rustoorden voor bejaarden, de rust- en verzorgingstehuizen en de centra voor dagverzorging, alsook van de tweede pensioenpijler die wordt gefinancierd door Iriscare


Het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, Gelet op artikel 34, eerste lid, 11° en 12°, artikel 37, § 12 en artikel 69, § 4, tweede lid van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994;

Gelet op artikel 59quater van de programmawet van 2 januari 2001, zoals ingevoegd door de wet van 10 december 2009;

Gelet op artikel 55, dertiende lid, van de programmawet van 20 juli 2006Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 20/07/2006 pub. 28/07/2006 numac 2006202312 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten, zoals ingevoegd bij artikel 46 van de ordonnantie van 25 april 2019 houdende diverse bepalingen betreffende Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag;

Gelet op het voorstel van de beheerraad voor Gezondheid en Bijstand aan Personen van de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag, gegeven op 26 september 2023;

Gelet op de evaluatie van de impact op de respectieve situatie van vrouwen en mannen, uitgevoerd op 26 oktober 2023;

Gelet op de evaluatie vanuit het oogpunt van handistreaming, uitgevoerd op 26 oktober 2023;

Gelet op de adviesaanvraag binnen dertig dagen, die op 27 oktober 2023 bij de Raad van State is ingediend, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gelet op de notificatie van ontstentenis van advies van de Raad van State op 8 november 2023;

Gelet op artikel 84, § 5, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op voordracht van de leden van het Verenigd College die bevoegd zijn voor het welzijn en de gezondheid;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Verdeling tussen de overheidssector en de privésector voor de financiering van de tweede pensioenpijler

Artikel 1.Het bedrag dat is bedoeld in artikel 55, dertiende lid, van de programmawet van 20 juli 2006Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 20/07/2006 pub. 28/07/2006 numac 2006202312 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten, zoals ingevoegd bij artikel 46 van de ordonnantie van 25 april 2019 houdende diverse bepalingen betreffende Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag, wordt jaarlijks verdeeld tussen werkgevers uit de overheidssector en werkgevers uit de privésector volgens de volgende formule: Pi = Ni/N;

Met: - Pi: het aan de sector i verschuldigde percentage voor de uitbetaling van jaar X; - Ni: de loonmassa van de rusthuizen, rust- en verzorgingstehuizen, centra voor dagverzorging, psychiatrische verzorgingstehuizen, initiatieven voor beschut wonen, revalidatiecentra en multidisciplinaire begeleidingsteams voor palliatieve verzorging die onder de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie vallen, in sector i; - N: de loonmassa van de rusthuizen, rust- en verzorgingstehuizen, centra voor dagverzorging, psychiatrische verzorgingstehuizen, initiatieven voor beschut wonen, revalidatiecentra en multidisciplinaire begeleidingsteams voor palliatieve verzorging die onder de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie vallen, in de overheids- en privésector; - i: de privésector of de overheidssector. HOOFDSTUK II. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 28 december 2011Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 28/12/2011 pub. 30/12/2011 numac 2011024379 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit betreffende uitvoering van het attractiviteitsplan voor het verpleegkundig beroep, in bepaalde federale gezondheidssectoren, wat betreft de premies voor de titels en bijzondere beroepsbekwaamheden en ongemakkelijke prestaties sluiten betreffende uitvoering van het attractiviteitsplan voor het verpleegkundig beroep, in bepaalde federale gezondheidssectoren, wat betreft de premies voor de titels en bijzondere beroepsbekwaamheden en ongemakkelijke prestaties

Art. 2.Artikel 2 van het koninklijk besluit van 28 december 2011Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 28/12/2011 pub. 30/12/2011 numac 2011024379 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit betreffende uitvoering van het attractiviteitsplan voor het verpleegkundig beroep, in bepaalde federale gezondheidssectoren, wat betreft de premies voor de titels en bijzondere beroepsbekwaamheden en ongemakkelijke prestaties sluiten betreffende uitvoering van het attractiviteitsplan voor het verpleegkundig beroep, in bepaalde federale gezondheidssectoren, wat betreft de premies voor de titels en bijzondere beroepsbekwaamheden en ongemakkelijke prestaties, wordt vervangen als volgt: "

Art. 2.Tot en met 2023, wordt de premie jaarlijks, in september, door de werkgever aan de verpleegkundigen betaald. De premie wordt betaald naar ratis van hun arbeidstijd en het aantal maanden dat zij van 1 september van het voorgaande jaar tot 31 augustus van het lopende jaar gewerkt hebben. "Vanaf 2024 wordt de premie jaarlijks, tussen 1 juli en 30 september, door de werkgever aan de verpleegkundigen betaald. De premie wordt betaald naar ratio van hun arbeidstijd en het aantal maanden dat zij van 1 juli van het voorgaande jaar tot en met 30 juni van het lopende jaar gewerkt hebben.". HOOFDSTUK III. - Wijzigingen van het ministerieel besluit van 6 november 2003Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 06/11/2003 pub. 26/11/2003 numac 2003023017 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Ministerieel besluit tot vaststelling van het bedrag en de voorwaarden voor de toekenning van de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de rust- en verzorgingstehuizen en in de rustoorden voor bejaarden sluiten tot vaststelling van het bedrag en de voorwaarden voor de toekenning van de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de rust- en verzorgingstehuizen en in de rustoorden voor bejaarden

Art. 3.In artikel 32 van het ministerieel besluit van 6 november 2003Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 06/11/2003 pub. 26/11/2003 numac 2003023017 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Ministerieel besluit tot vaststelling van het bedrag en de voorwaarden voor de toekenning van de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de rust- en verzorgingstehuizen en in de rustoorden voor bejaarden sluiten tot vaststelling van het bedrag en de voorwaarden voor de toekenning van de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de rust- en verzorgingstehuizen en in de rustoorden voor bejaarden, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° de woorden " aan de Dienst" worden vervangen door de woorden "aan Iriscare";2° de woorden "de Dienst" worden vervangen door het woord "Iriscare"; 3° er wordt een punt 1bis° ingevoegd, dat luidt als volgt: "1bis° vanaf de eerste werkdag na afloop van een kwartaal, het aantal dagen dat tijdens dat kwartaal werd gefactureerd;".

Art. 4.In artikel 35 van het ministerieel besluit van 6 november 2003Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 06/11/2003 pub. 26/11/2003 numac 2003023017 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Ministerieel besluit tot vaststelling van het bedrag en de voorwaarden voor de toekenning van de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de rust- en verzorgingstehuizen en in de rustoorden voor bejaarden sluiten tot vaststelling van het bedrag en de voorwaarden voor de toekenning van de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de rust- en verzorgingstehuizen en in de rustoorden voor bejaarden, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid worden de woorden "de Dienst" vervangen door het woord "Iriscare";2° in het derde lid: a) worden de woorden "van vroeger meegedeelde gegevens" vervangen door de woorden "van gegevens";b) worden de woorden "betreffende een periode waarvoor de tegemoetkoming reeds werd berekend, zijn niet langer ontvankelijk wanneer ze meer dan een jaar nadat de inrichting is in kennis gesteld van de tegemoetkoming, aan de Dienst worden bezorgd door deze inrichting" vervangen door de woorden "die betrekking hebben tot een facturatieperiode vóór het lopende jaar geen aanleiding geven tot een herberekening van het forfait van deze facturatieperiode";3° er wordt een paragraaf 2 ingevoegd, die luidt als volgt: " § 2.Indien de gegevens zoals bedoeld in artikel 32, 1bis° niet worden overgemaakt uiterlijk de laatste kalenderdag van de tweede maand na afloop van het betreffende kwartaal, ondanks de herinnering die Iriscare, uiterlijk op de vijftiende dag van de tweede maand na afloop van het betreffende kwartaal, naar de inrichting heeft verstuurd, wordt het bedrag van de volledige tegemoetkoming verminderd met 10 % vanaf de eerste dag van de derde maand na afloop van het betreffende kwartaal.

In afwijking van het voorgaande lid, moeten de gegevens zoals bedoeld in artikel 32, 1bis° die het derde en vierde kwartaal van 2023 betreffen uiterlijk op 29 februari 2024 worden overgemaakt. Als de inrichting de gegevens niet heeft overgemaakt uiterlijk op 29 februari 2024, ondanks de herinnering die Iriscare haar heeft gestuurd uiterlijk op 15 februari 2024, wordt het bedrag van de volledige tegemoetkoming verminderd met 2% vanaf de eerste dag van de derde maand na afloop van het betreffende kwartaal.

In afwijking van het eerste lid, wordt het bedrag van de volledige tegemoetkoming verminderd met 5% voor de gegevens zoals bedoeld in artikel 32, 1bis° betreffende het eerste en tweede kwartaal van 2024.

De inrichting kan de volledige tegemoetkoming bekomen vanaf de eerste dag van de maand die volgt op de maand waarin zij de gegevens zoals bedoeld in artikel 32, 1bis° meedeelt.

Aanvullende gegevens of correcties van gegevens zoals bedoeld in artikel 32, 1bis°, die vooraf zijn meegedeeld en een kwartaal betreffen waarvoor de tegemoetkoming reeds werd berekend, zijn niet langer ontvankelijk wanneer zij meer dan negen maanden na afloop van het betreffende kwartaal aan de dienst van Iriscare, verantwoordelijk voor de financiering van de instellingen, worden overgemaakt.". HOOFDSTUK IV. - Wijzigingen van het ministerieel besluit van 22 juni 2000Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 22/06/2000 pub. 26/07/2000 numac 2000022531 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Ministerieel besluit tot vaststelling van de tegemoetkoming bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de centra voor dagverzorging sluiten tot vaststelling van de tegemoetkoming bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de centra voor dagverzorging

Art. 5.In artikel 3, § 1, van het ministerieel besluit van 22 juni 2000Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 22/06/2000 pub. 26/07/2000 numac 2000022531 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Ministerieel besluit tot vaststelling van de tegemoetkoming bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de centra voor dagverzorging sluiten tot vaststelling van de tegemoetkoming bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de centra voor dagverzorging worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid worden de woorden "aan de Dienst voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering" vervangen door de woorden "aan Iriscare";2° in punt 1°, 2°, 3° en 4° worden in de eerste zin de woorden "de Dienst" telkens vervangen door het woord "Iriscare"; 3° er wordt een punt 1bis° ingevoegd, dat luidt als volgt: "1bis° vanaf de eerste werkdag na afloop van een kwartaal, het aantal dagen dat tijdens dat kwartaal werd gefactureerd;"; 4° in punt 4° worden in de tweede zin de woorden "de hierboven genoemde Dienst" vervangen door het woord "Iriscare".

Art. 6.In artikel 3, § 5, van hetzelfde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de woorden " § 1" worden telkens vervangen door de woorden " § 1, 1°, ";2° in het eerste lid worden de woorden "de Dienst" vervangen door het woord "Iriscare";3° in het tweede lid: a) worden de woorden "van vroeger meegedeelde gegevens" vervangen door de woorden "van gegevens";b) worden de woorden "betreffende een periode waarvoor de tegemoetkoming reeds werd berekend, zijn niet langer ontvankelijk wanneer ze meer dan een jaar nadat de inrichting is in kennis gesteld van de tegemoetkoming, aan de Dienst worden bezorgd door deze inrichting" vervangen door de woorden ", die betrekking hebben tot een facturatieperiode vóór het lopende jaar geen aanleiding geven tot een herberekening van het forfait van deze facturatieperiode";

Art. 7.In artikel 3 van hetzelfde besluit wordt een paragraaf 6 ingevoegd, die luidt als volgt: " § 6. Indien de gegevens zoals bedoeld in § 1, 1bis° niet worden overgemaakt uiterlijk de laatste kalenderdag van de tweede maand na afloop van het betreffende kwartaal, ondanks de herinnering die Iriscare, uiterlijk op de vijftiende dag van de tweede maand na afloop van het betreffende kwartaal, naar de inrichting heeft verstuurd, wordt het bedrag van de volledige tegemoetkoming verminderd met 10 % vanaf de eerste dag van de derde maand na afloop van het betreffende kwartaal.

In afwijking van het voorgaande lid, moeten de gegevens zoals bedoeld in § 1, 1bis° die het derde en vierde kwartaal van 2023 betreffen uiterlijk op 29 februari 2024 worden overgemaakt. Als de inrichting de gegevens niet heeft overgemaakt uiterlijk op 29 februari 2024, ondanks de herinnering die Iriscare haar heeft gestuurd uiterlijk op 15 februari 2024, wordt het bedrag van de volledige tegemoetkoming verminderd met 2% vanaf de eerste dag van de derde maand na afloop van het betreffende kwartaal.

In afwijking van het eerste lid, wordt het bedrag van de volledige tegemoetkoming verminderd met 5% voor de gegevens zoals bedoeld in § 1, 1bis° betreffende het eerste en tweede kwartaal van 2024.

De inrichting kan de volledige tegemoetkoming bekomen vanaf de eerste dag van de maand die volgt op de maand waarin zij de gegevens zoals bedoeld in § 1, 1bis° meedeelt.

Aanvullende gegevens of correcties van gegevens zoals bedoeld in § 1, 1bis°, die vooraf zijn meegedeeld en een kwartaal betreffen waarvoor de tegemoetkoming reeds werd berekend, zijn niet langer ontvankelijk wanneer zij meer dan negen maanden na afloop van het betreffende kwartaal aan de dienst van Iriscare, verantwoordelijk voor de financiering van de instellingen, worden overgemaakt.". HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen

Art. 8.Dit besluit treedt in werking op de dag nadat het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

In afwijking van het eerste lid:. 1° treedt artikel 1 in werking op 1 januari 2025;2° hebben de artikelen 3, 3°, 4, 3°, 5, 2° en 3°, 6, 1° en 7 uitwerking met ingang van 1 januari 2024.

Art. 9.De leden van het Verenigd College die bevoegd zijn voor het gezondheidsbeleid en de bijstand aan personen worden belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 30 november 2023.

Voor het Verenigd College: De leden van het Verenigd College die bevoegd zijn voor het welzijn en de gezondheid, A. MARON E. VAN DEN BRANDT

^