12 JUNI 1970. - Koninklijk besluit betreffende de schadevergoeding ten gunste van de personeelsleden der instellingen van openbaar nut voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk. - Duitse vertaling

De hierna volgende tekst is de officieuze gecoördineerde Duitse versie - op 31 december 1998 - van het koninklijk besluit van 12 juni 1970 betreffende de schadevergoeding ten gunste van de personeelsleden der instellingen van openbaar nut voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk (Belgisch Staatsblad van 18 juni 1970), zoals het achtereenvolgens werd gewijzigd bij : - het koninklijk besluit van 23 december 1970 betreffende de schadevergoedingen, ten gunste van de personeelsleden van de Nationale Maatschappij van Buurtspoorwegen, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk (Belgisch Staatsblad van 6 januari 1971); - het koninklijk besluit van 9 juni 1971 houdende statuut van het personeel van het Planbureau (Belgisch Staatsblad van 1 oktober 1971); - het koninklijk besluit van 13 juli 1971 tot vaststelling van het statuut en de personeelsformatie van de Dienst voor Nijverheidsbevordering (Belgisch Staatsblad van 30 juli 1971); - het koninklijk besluit van 25 augustus 1971 waarbij de tekst van sommige wets- en verordeningsbepalingen in overeenstemming wordt gebracht met de bepalingen van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 (Belgisch Staatsblad van 4 september 1971); - het koninklijk besluit van 29 mei 1972 betreffende de schadevergoedingen, ten gunste van sommige leden van het personeel van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk (Belgisch Staatsblad van 9 juni 1972); - het koninklijk besluit van 15 juli 1972 betreffende de schadevergoedingen, ten gunste van de personeelsleden van de Dienst der Scheepvaart en van de Maatschappij der Brugse Zeevaartinrichtingen, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk (Belgisch Staatsblad van 11 augustus 1972); - het koninklijk besluit van 17 oktober 1972 betreffende de schadevergoedingen, ten gunste van de leden van het personeel van de Koninklijke Schenking, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk (Belgisch Staatsblad van 5 januari 1973); - het koninklijk besluit van 10 oktober 1973 tot wijziging, wat de Regie der Posterijen betreft, van het koninklijk besluit van 12 juni 1970 betreffende de schadevergoeding, ten gunste van de personeelsleden der instellingen van openbaar nut, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk (Belgisch Staatsblad van 6 februari 1974); - het koninklijk besluit van 13 november 1973 tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 juni 1970 betreffende de schadevergoeding, ten gunste van de personeelsleden der instellingen van openbaar nut, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk (Belgisch Staatsblad van 24 november 1973); - het koninklijk besluit van 13 juni 1975 betreffende de schadevergoeding ten gunste van de personeelsleden van de Gewestelijke Economische Raden, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk (Belgisch Staatsblad van 16 september 1975); - het koninklijk besluit van 29 maart 1976 betreffende de schadevergoeding ten gunste van de personeelsleden van het Belgisch Instituut voor Normalisatie voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk (Belgisch Staatsblad van 26 mei 1976); - het koninklijk besluit van 18 juni 1976 betreffende de schadevergoeding ten gunste van de personeelsleden van de Controledienst voor de Verzekeringen, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk (Belgisch Staatsblad van 12 augustus 1976); - het koninklijk besluit van 25 maart 1977 betreffende de schadevergoeding, ten gunste van de personeelsleden van de gewestelijke ontwikkelingsmaatschappijen voor de provincies Antwerpen, Limburg, Oost-Vlaanderen en West-Vlaanderen en voor de arrondissementen Halle-Vilvoorde en Leuven, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk (Belgisch Staatsblad van 21 mei 1977); - het koninklijk besluit van 8 april 1977 betreffende de schadevergoeding voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk ten gunste van de personeelsleden van de Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij voor Wallonië (Belgisch Staatsblad van 12 mei 1977); - het koninklijk besluit van 2 juni 1977 betreffende de schadevergoeding, ten gunste van de personeelsleden van het Nationaal geografisch instituut, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk (Belgisch Staatsblad van 23 juni 1977); - het koninklijk besluit van 8 december 1977 betreffende de schadevergoeding ten gunste van de personeelsleden van de Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij voor Brussel, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk (Belgisch Staatsblad van 29 december 1977); - het koninklijk besluit van 30 december 1977 betreffende de schadevergoeding ten gunste van de personeelsleden van de Belgische Dienst voor Bedrijfsleven en Landbouw, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk (Belgisch Staatsblad van 2 februari 1978); - het koninklijk besluit van 21 augustus 1980 betreffende de schadevergoeding voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk, ten gunste van de personeelsleden van de Centrale Dienst voor sociale en culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire gemeenschap (C.D.S.C.A.) (Belgisch Staatsblad van 11 september 1980); - het koninklijk besluit van 16 december 1981 betrekking hebbend op de schadevergoeding ten voordele van de personeelsleden van de Belgische Radio en Televisie van de Franse Gemeenschap, volgend uit werkongevallen en ongevallen die gebeurd zijn op de weg naar het werk (Belgisch Staatsblad van 16 februari 1982); - het koninklijk besluit van 26 mei 1982 betrekking hebbend op de schadevergoeding ten voordele van de personeelsleden van het Belgische Radio- en Televisiecentrum voor uitzendingen in de Duitse taal, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk (Belgisch Staatsblad van 22 juni 1982); - het koninklijk besluit van 2 oktober 1984 betreffende de schadevergoedingen, ten gunste van de personeelsleden van de N.V. Zeekanaal en Haveninrichtingen van Brussel, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk (Belgisch Staatsblad van 30 oktober 1984); - het koninklijk besluit van 24 maart 1986 houdende wijziging van de reglementering betreffende de schadevergoeding voor arbeidsongevallen, voor ongevallen op de weg naar en van het werk en voor beroepsziekten in de overheidssector (Belgisch Staatsblad van 29 april 1986); - het koninklijk besluit van 14 juli 1987 waarbij het koninklijk besluit van 12 juni 1970 betreffende de schadevergoeding ten gunste van de personeelsleden der instellingen van openbaar nut voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk in overeenstemming wordt gebracht met het koninklijk besluit nr. 431 van 5 augustus 1986 tot wijziging van de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut (Belgisch Staatsblad van 30 juli 1987); - het koninklijk besluit van 13 augustus 1990 tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 juni 1970 betreffende de schadevergoeding ten gunste van de personeelsleden der instellingen van openbaar nut voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk (Belgisch Staatsblad van 19 oktober 1990); - de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven (Belgisch Staatsblad van 27 maart 1991); - het koninklijk besluit van 18 september 1992 betreffende de schadevergoeding voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk, ten gunste van de personeelsleden van de Controledienst voor de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen (Belgisch Staatsblad van 22 oktober 1992); - het koninklijk besluit van 14 mei 1993 betreffende de schadevergoeding voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk, ten gunste van de personeelsleden van de Nederlandse Radio- en Televisie-uitzendingen in België, Omroep van de Vlaamse Gemeenschap en de instellingen waarvan voornoemde instelling de verplichtingen heeft overgenomen (Belgisch Staatsblad van 11 juni 1993); - het koninklijk besluit van 2 juni 1993 betreffende de schadevergoeding voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk, ten gunste van de personeelsleden van het "Centre Hospitalier Universitaire de Liège" (Belgisch Staatsblad van 1 juli 1993); - het koninklijk besluit van 13 december 1993 betreffende de schadevergoeding voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk, ten gunste van de personeelsleden van de Vlaamse Vervoermaatschappij (Belgisch Staatsblad van 12 januari 1994); - het koninklijk besluit van 15 april 1994 betreffende de schadevergoeding voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk, ten gunste van de personeelsleden van de "Société Régionale Wallonne du Logement" (Belgisch Staatsblad van 11 mei 1994); - het koninklijk besluit van 13 maart 1995 betreffende de schadevergoeding voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk, ten gunste van de personeelsleden van het Franstalig Brussels Fonds voor de sociale integratie van de gehandicapten en hun inschakeling in het arbeidsproces en van het Franstalig Brussels Instituut voor Beroepsopleiding (Belgisch Staatsblad van 7 juni 1995); - het koninklijk besluit van 25 oktober 1995 houdende aanduiding van de wets- en verordeningsbepalingen waarin de woorden "de Belgische Dienst voor bedrijfsleven en landbouw" moeten worden vervangen door de woorden "het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau" (Belgisch Staatsblad van 1 december 1995); - het koninklijk besluit van 24 september 1997 betreffende de schadevergoeding voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk, ten gunste van de personeelsleden van diverse openbare instellingen van de Vlaamse Gemeenschap of van het Vlaamse Gewest (Belgisch Staatsblad van 16 oktober 1997); - het koninklijk besluit van 16 april 1998 betreffende de schadevergoeding voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk, ten gunste van de personeelsleden van diverse openbare instellingen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (Belgisch Staatsblad van 29 april 1998); - het koninklijk besluit van 20 september 1998 tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 juni 1970 betreffende de schadevergoeding, ten gunste van de personeelsleden der instellingen van openbaar nut, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk (Belgisch Staatsblad van 9 oktober 1998).

Deze officieuze gecoördineerde Duitse versie is opgemaakt door de Centrale dienst voor Duitse vertaling van het Adjunct-arrondissementscommissariaat in Malmedy. 12. JUNI 1970 - Königlicher Erlass über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder der Einrichtungen öffentlichen Interesses - Deutsche Übersetzung Der folgende Text bildet die inoffizielle koordinierte deutsche Fassung - zum 31.Dezember 1998 - des Königlichen Erlasses vom 12.

Juni 1970 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder der Einrichtungen öffentlichen Interesses, so wie er nacheinander abgeändert worden ist durch: - den Königlichen Erlass vom 23. Dezember 1970 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder der Nationalen Vizinalbahngesellschaft, - den Königlichen Erlass vom 9. Juni 1971 zur Festlegung des Statuts des Personals des Planbüros, - den Königlichen Erlass vom 13. Juli 1971 zur Festlegung des Statuts und des Stellenplans des Amtes zur Förderung der Industrie, - den Königlichen Erlass vom 25. August 1971 zur Anpassung des Textes einiger Gesetzes- und Verordnungsbestimmungen an die Bestimmungen des Gesetzes vom 10. April 1971 über die Arbeitsunfälle, - den Königlichen Erlass vom 29. Mai 1972 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten bestimmter Personalmitglieder der Nationalen Gesellschaft der Belgischen Eisenbahnen, - den Königlichen Erlass vom 15. Juli 1972 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder des Schifffahrtsamtes und der Gesellschaft der Brügger Schifffahrtseinrichtungen, - den Königlichen Erlass vom 17. Oktober 1972 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder der Königlichen Schenkung, - den Königlichen Erlass vom 10. Oktober 1973 zur Abänderung, was die Postregie betrifft, des Königlichen Erlasses vom 12. Juni 1970 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder der Einrichtungen öffentlichen Interesses, - den Königlichen Erlass vom 13. November 1973 zur Abänderung des Königlichen Erlasses vom 12. Juni 1970 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder der Einrichtungen öffentlichen Interesses, - den Königlichen Erlass vom 13. Juni 1975 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder der Regionalen Wirtschaftsräte, - den Königlichen Erlass vom 29. März 1976 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder des Belgischen Normeninstituts, - den Königlichen Erlass vom 18. Juni 1976 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder des Versicherungskontrollamtes, - den Königlichen Erlass vom 25. März 1977 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder der regionalen Entwicklungsgesellschaften für die Provinzen Antwerpen, Limburg, Ostflandern und Westflandern und für die Bezirke Halle-Vilvoorde und Löwen, - den Königlichen Erlass vom 8. April 1977 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder der Regionalen Entwicklungsgesellschaft für die Wallonie, - den Königlichen Erlass vom 2. Juni 1977 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder des Nationalen Geographischen Instituts, - den Königlichen Erlass vom 8. Dezember 1977 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder der Regionalen Entwicklungsgesellschaft für Brüssel, - den Königlichen Erlass vom 30. Dezember 1977 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder des Belgischen Amtes für Wirtschaft und Landwirtschaft, - den Königlichen Erlass vom 21. August 1980 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder des Zentralamtes für soziale und kulturelle Tätigkeit zugunsten Angehöriger der Militärgemeinschaft (ZASKT), - den Königlichen Erlass vom 16. Dezember 1981 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder der "Radio-Télévision belge de la Communauté culturelle française", - den Königlichen Erlass vom 26. Mai 1982 betreffend den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Unfälle auf dem Weg zur Arbeitsstätte zugunsten der Personalmitglieder des belgischen Rundfunk- und Fernsehzentrums für deutschsprachige Sendungen, - den Königlichen Erlass vom 2. Oktober 1984 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder der AG Brüsseler Kanal- und Hafenanlagen, - den Königlichen Erlass vom 24. März 1986 zur Abänderung der Vorschriften über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle, Wegeunfälle und Berufskrankheiten im öffentlichen Sektor, - den Königlichen Erlass vom 14. Juli 1987 zur Anpassung des Königlichen Erlasses vom 12. Juni 1970 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder der Einrichtungen öffentlichen Interesses an die Bestimmungen des Königlichen Erlasses Nr. 431 vom 5. August 1986 zur Abänderung des Gesetzes vom 16. März 1954 über die Kontrolle bestimmter Einrichtungen öffentlichen Interesses, - den Königlichen Erlass vom 13. August 1990 zur Abänderung des Königlichen Erlasses vom 12. Juni 1970 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder der Einrichtungen öffentlichen Interesses, - das Gesetz vom 21. März 1991 zur Umstrukturierung bestimmter öffentlicher Wirtschaftsunternehmen, - den Königlichen Erlass vom 18. September 1992 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder des Kontrollamtes der Krankenkassen und Krankenkassenlandesverbände, - den Königlichen Erlass vom 14. Mai 1993 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder der "Nederlandse Radio- en Televisie-uitzendingen in België, Omroep van de Vlaamse Gemeenschap" und der Einrichtungen, deren Verpflichtungen die vorerwähnte Einrichtung übernommen hat, - den Königlichen Erlass vom 2. Juni 1993 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder des "Centre Hospitalier Universitaire de Liège", - den Königlichen Erlass vom 13. Dezember 1993 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder der "Vlaamse Vervoermaatschappij", - den Königlichen Erlass vom 15. April 1994 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder der Regionalen Wohnungsbaugesellschaft für die Wallonie, - den Königlichen Erlass vom 13. März 1995 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder des "Fonds bruxellois francophone pour l'intégration sociale et professionnelle des personnes handicapées" und des "Institut bruxellois francophone pour la formation professionnelle", - den Königlichen Erlass vom 25. Oktober 1995 zur Bestimmung der Gesetzes- und Verordnungsbestimmungen, in denen der Begriff "Belgisches Amt für Wirtschaft und Landwirtschaft" durch den Begriff "Belgisches Interventions- und Rückgabebüro" ersetzt werden muss, - den Königlichen Erlass vom 24. September 1997 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder verschiedener öffentlicher Einrichtungen der Flämischen Gemeinschaft beziehungsweise Flämischen Region, - den Königlichen Erlass vom 16. April 1998 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder verschiedener öffentlicher Einrichtungen der Region Brüssel-Hauptstadt, - den Königlichen Erlass vom 20. September 1998 zur Abänderung des Königlichen Erlasses vom 12. Juni 1970 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder der Einrichtungen öffentlichen Interesses.

Diese inoffizielle koordinierte deutsche Fassung ist von der Zentralen Dienststelle für Deutsche Übersetzungen des Beigeordneten Bezirkskommissariats in Malmedy erstellt worden.

DIENSTSTELLEN DES PREMIERMINISTERS 12. JUNI 1970 - Königlicher Erlass über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle zugunsten der Personalmitglieder der Einrichtungen öffentlichen Interesses Artikel 1 - Im vorliegenden Erlass wird im Hinblick auf den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle die Regelung bestimmt, die durch das Gesetz vom 3.Juli 1967 für definitiv ernannte Personalmitglieder, Personalmitglieder auf Probe, zeitweilige Personalmitglieder oder Mitglieder des Hilfspersonals der Einrichtungen öffentlichen Interesses, selbst unter Arbeitsvertrag eingestellt, eingeführt worden ist.

Art. 2 - Vorliegender Erlass wird für anwendbar erklärt auf definitiv ernannte Personalmitglieder, Personalmitglieder auf Probe, zeitweilige Personalmitglieder, Mitglieder des Hilfspersonals oder unter Arbeitsvertrag eingestellte Personalmitglieder der nachstehend aufgezählten Einrichtungen öffentlichen Interesses.

I. Föderalbehörde 1. Föderale Einrichtungen öffentlichen Interesses der Kategorien A, B und D des Gesetzes vom 16.März 1954 über die Kontrolle bestimmter Einrichtungen öffentlichen Interesses 2. Versicherungskontrollamt, Kontrollamt der Krankenkassen und Krankenkassenlandesverbände und Nationallotterie 3.Öffentliche Einrichtungen für soziale Sicherheit, die in Artikel 3 § 2 des Königlichen Erlasses vom 3. April 1997 zur Festlegung von Massnahmen im Hinblick auf die Einbeziehung öffentlicher Einrichtungen für soziale Sicherheit in die Verantwortung in Anwendung von Artikel 47 des Gesetzes vom 26. Juli 1996 zur Modernisierung der sozialen Sicherheit und zur Sicherung der gesetzlichen Pensionsregelungen aufgezählt sind 4. Königliche Schenkung II.Flämische Gemeinschaft und Flämische Region 1. "Dienst voor de Scheepvaart" 2."N.V. Maatschappij van de Brugse Zeevaartinrichtingen" 3. "Sociaal-economische Raad van Vlaanderen" 4."Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij Antwerpen", "Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij Limburg", "Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij Oost-Vlaanderen", "Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij West-Vlaanderen" und "Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij Vlaams-Brabant" 5. "Autonome Raad voor het Gemeenschapsonderwijs", was das Personal der Verwaltungsdienste betrifft 6."Intercommunale Maatschappij van de Linker Scheldeoever" 7. "Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening" 8."Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding" 9. "Toerisme Vlaanderen" 10."Kind en Gezin" 11. "Universitair Ziekenhuis Gent" 12."Vlaamse Huisvestingsmaatschappij" 13. "Vlaamse Landmaatschappij" 14."Dienst voor Infrastructuurwerken van het Gesubsidieerd Onderwijs" 15. "Vlaamse Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met een Handicap" 16."Vlaamse Onderwijsraad", was das Personal des ständigen Sekretariats betrifft 17. "Openbaar Psychiatrisch Ziekenhuis Geel" 18."Openbaar Psychiatrisch Ziekenhuis Rekem" 19. "Commissariaat-generaal voor de Bevordering van de lichamelijke Ontwikkeling, de Sport en de Openluchtrecreatie" 20."Openbare Afvalstoffenmaatschappij voor het Vlaamse Gewest" 21. "Vlaamse Milieumaatschappij" 22."Vlaams Instituut voor het Zelfstandig Ondernemen" 23. "Vlaams Instituut voor de bevordering van het wetenschappelijk-technologisch onderzoek in de industrie" 24."Naamloze vennootschap Zeekanaal en Watergebonden Grondbeheer Vlaanderen" 25. "Vlaamse Radio- en Televisie-Omroep" und Einrichtungen, deren Verpflichtungen die vorerwähnte Einrichtung übernommen hat 26."Vlaamse Vervoermaatschappij" III. Französische Gemeinschaft 1. "Radio-Télévision belge de la Communauté française" 2."Centre hospitalier universitaire de Liège" IV. Wallonische Region 1. Schifffahrtsamt 2.Wirtschafts- und Sozialrat der Wallonischen Region 3. Regionale Wohnungsbaugesellschaft für die Wallonie V.Region Brüssel-Hauptstadt 1. "Société de développement régional pour l'arrondissement de Bruxelles-Capitale"/"Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij voor het arrondissement Brussel-Hoofdstad" 2."Centre d'informatique pour la Région bruxelloise"/"Centrum voor Informatica voor het Brusselse Gewest" 3. "Institut bruxellois pour la gestion de l'environnement"/"Brussels Instituut voor Milieubeheer" 4."Agence régionale pour la propreté"/"Gewestelijk Agentschap voor netheid" 5. "Service d'incendie et d'aide médicale urgente de la Région de Bruxelles-Capitale"/"Brusselse Hoofdstedelijke Dienst voor Brandweer en Dringende Medische Hulp" 6."Société du logement de la Région bruxelloise"/"Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij" 7. "Office régional bruxellois de l'Emploi"/"Brusselse Gewestelijke dienst voor arbeidsbemiddeling" 8."Société régionale du Port de Bruxelles"/"Gewestelijke vennootschap van de haven van Brussel" VI. Deutschsprachige Gemeinschaft 1. Belgisches Rundfunk- und Fernsehzentrum der Deutschsprachigen Gemeinschaft 2.Institut für Aus- und Weiterbildung im Mittelstand und in kleinen und mittleren Unternehmen 3. Dienststelle der Deutschsprachigen Gemeinschaft für Personen mit einer Behinderung sowie für die besondere soziale Fürsorge VII.Gemeinsame Gemeinschaftskommission VIII. Französische Gemeinschaftskommission 1. "Fonds bruxellois francophone pour l'intégration sociale et professionnelle des personnes handicapées" 2."Institut bruxellois francophone pour la formation professionnelle"] [Art. 2 ersetzt durch Art. 1 des K.E. vom 20. September 1998 (B.S. vom 9. Oktober 1998)] Art.3 - Die Bestimmungen des Königlichen Erlasses vom 24. Januar 1969 über den Schadenersatz für Arbeitsunfälle und Wegeunfälle [zugunsten von Personalmitgliedern des öffentlichen Sektors], mit Ausnahme der Artikel 24 bis einschliesslich 31, und eventuelle Bestimmungen zur Abänderung oder Ersetzung dieser Bestimmungen sind anwendbar auf Personalmitglieder, die vorliegendem Erlass unterliegen. [Art. 3 abgeändert durch Art. 2 des K.E. vom 20. September 1998 (B.S. vom 9. Oktober 1998)] Art. 4 - [Das Ministerium, die Regierung, das Kollegium beziehungsweise das Verwaltungsorgan, unter dessen beziehungsweise deren Gewalt die Einrichtung öffentlichen Interesses steht, deren Personal vorliegendem Erlass unterliegt]: 1. übt die Befugnisse aus, die durch den Königlichen Erlass vom 24. Januar 1969 den Ministern zugewiesen werden, mit Ausnahme der Befugnisse, die dem für den öffentlichen Dienst zuständigen Minister aufgetragen werden, 2. bestimmt den medizinischen Dienst, der die Befugnisse des Verwaltungsgesundheitsdienstes ausüben soll, wie sie im Königlichen Erlass vom 24.Januar 1969 definiert sind.

Dieser medizinische Dienst kann der Verwaltungsgesundheitsdienst oder ein anderer Dienst, der ihn ersetzt, sein. [Art. 4 Abs. 1 abgeändert durch Art. 3 des K.E. vom 20. September 1998 (B.S. vom 9. Oktober 1998)] Art. 5 - [...] [Art. 5 aufgehoben durch Art. 17 des K.E. vom 24. März 1986 (B.S. vom 29. April 1986)] Art.6 - [Für die Anwendung von Artikel 14 § 1 Nr. 4 des vorerwähnten Gesetzes vom 3. Juli 1967 wird davon ausgegangen, dass die in Artikel 2 des vorliegenden Erlasses erwähnten Einrichtungen öffentlichen Interesses der Kategorien A, B beziehungsweise D untereinander und mit ihrer Behörde eine einzige juristische Person bilden.

Es wird davon ausgegangen, dass alle Personalmitglieder ihr angehören.] [Art. 6 ersetzt durch Art. 4 des K.E. vom 20. September 1998 (B.S. vom 9. Oktober 1998)] Art.7 - Der für den öffentlichen Dienst zuständige Minister bestimmt von Fall zu Fall den Koeffizienten, mit dem die jährliche Entlohnung des Opfers im Hinblick auf die Festlegung der Höhe der Rente multipliziert wird, wenn der Unfall sich vor dem 1. Juli 1962 ereignet hat.

Art. 8 - Das Muster des Formulars, anhand dessen der Unfall gemeldet wird, und das Muster des beizufügenden ärztlichen Attestes stimmen mit den Mustern überein, die der für den öffentlichen Dienst zuständige Minister für Personalmitglieder der Staatsverwaltungen festlegt.

Art. 9 - § 1 - Unbeschadet der Artikel 10 bis 12 gehen folgende Ausgaben zu Lasten der Einrichtung und werden von ihr gezahlt: 1. Kosten für medizinische, chirurgische, medikamentöse Pflege, Krankenhauspflege, Prothesen und Orthopädie, 2.[Bestattungskosten und Kosten für die Beförderung der sterblichen Überreste zum Bestattungsort; die Einrichtung sorgt zugleich für die Erledigung der administrativen Formalitäten, die für diese Beförderung erforderlich sind,] 3. Renten, 4.[Verfahrens-, Fahrt- und Gerichtskosten, wie sie in den Artikeln 4bis und 28 des Königlichen Erlasses vom 24. Januar 1969 aufgegliedert werden, ausser bei leichtfertiger und schikanöser Klage.] § 2 - [Wenn das Opfer jedoch in Anwendung des Gesetzes vom 28. April 1958 über die Pension der Personalmitglieder bestimmter Einrichtungen öffentlichen Interesses und ihrer Berechtigten [oder in Anwendung des Gesetzes vom 1. Juli 1971 zur Gründung der Regie der Seetransporte [...]] eine Pension zu Lasten der Staatskasse bezieht, werden die Rente und das Bestattungsgeld über die Verwaltung der Pensionen des Ministeriums der Finanzen gezahlt.

Ausgaben, die aus diesem Grund zu Lasten der Staatskasse gehen, werden dieser von der betreffenden Einrichtung zurückgezahlt.] [

Art. 9.§ 1 Nr. 2 ersetzt durch Art. 2 des K.E. vom 13. November 1973 (B.S. vom 24. November 1973); § 1 Nr. 4 ersetzt durch Art. 5 Nr. 1 des K.E. vom 20. September 1998 (B.S. vom 9. Oktober 1998); § 2 ersetzt durch Art. 1 des K.E. vom 10. Oktober 1973 (B.S. vom 6. Februar 1974); § 2 Abs. 1 abgeändert durch Art. 18 des K.E. vom 24. März 1986 (B.S. vom 29. April 1986) und Art. 5 Nr. 2 des K.E. vom 20. September 1998 (B.S. vom 9. Oktober 1998)] Art. 10 - Für Unfälle, die sich vor oder nach In-Kraft-Treten des vorliegenden Erlasses ereignet haben, bleiben Versicherungsverträge, Verwaltungsvorschriften oder andere zugunsten der Opfer oder ihrer Berechtigten getroffene Massnahmen wirksam, die vor dem Datum dieses In-Kraft-Tretens zu laufen begonnen haben.

Art. 11 - [In Anwendung von Artikel 16 des Gesetzes vom 3. Juli 1967 dürfen Einrichtungen öffentlichen Interesses, auf deren Personal die Bestimmungen des vorliegenden Erlasses anwendbar sind, Versicherungsverträge schliessen, durch die sie von der Last der Zahlung der im vorerwähnten Gesetz vorgesehenen Entschädigungen und Renten befreit werden, und zwar entweder bei einer zugelassenen Versicherungsgesellschaft zu festen Prämien oder bei einer zugelassenen gemeinsamen Versicherungskasse, wie im Gesetz vom 10.

April 1971 über die Arbeitsunfälle bestimmt], vorausgesetzt dass dieses Unternehmen nicht gemäss Artikel 4 Nr. 2 des vorliegenden Erlasses mit der medizinischen Kontrolle des Personals beauftragt ist. [Art. 11 ersetzt durch Art. 4 des K.E. vom 25. August 1971 (B.S. vom 4. September 1971) und ergänzt durch Art.6 des K.E. vom 20. September 1998 (B.S. vom 9. Oktober 1998)] Art. 12 - Für die Anwendung der Artikel 10 und 11 beziehen die Opfer oder ihre Berechtigten in jedem Fall eine Entschädigung, die derjenigen entspricht, die im Gesetz vom 3. Juli 1967 vorgesehen ist.

Art. 13 - [...] [Art. 13 aufgehoben durch Art. 3 des K.E. vom 13. November 1973 (B.S. vom 24. November 1973)] Art. 14 - Unsere Minister sind, jeder für seinen Bereich, mit der Ausführung des vorliegenden Erlasses beauftragt.