Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 26 januari 2007
gepubliceerd op 14 maart 2007

Koninklijk besluit houdende integratie van sommige ambtenaren van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering in de loopbaan van niveau A

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2007022236
pub.
14/03/2007
prom.
26/01/2007
ELI
eli/besluit/2007/01/26/2007022236/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

26 JANUARI 2007. - Koninklijk besluit houdende integratie van sommige ambtenaren van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering in de loopbaan van niveau A


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het koninklijk besluit van 3 april 1997 houdende maatregelen met het oog op de responsabilisering van de openbare instellingen van sociale zekerheid, met toepassing van artikel 47 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels, bekrachtigd bij de wet van 12 december 1997, inzonderheid op artikel 21, §§ 1 en 3;

Gelet op het koninklijk besluit van 8 november 1998 tot vaststelling van de diverse geldelijk bepalingen toepasselijk op de bijzondere graden bij het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 4 december 2001 en 13 maart 2003;

Gelet op het koninklijk besluit van 24 januari 2002 houdende vaststelling van het statuut van het personeel van de openbare instellingen van sociale zekerheid, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 24 oktober 2003 en 30 november 2003;

Gelet op het koninklijk besluit van 4 augustus 2004 betreffende de loopbaan van niveau A van het Rijkspersoneel, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 mei 2005;

Gelet op het advies van het Algemeen Beheerscomité van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, gegeven op 26 september 2005;

Gelet op het advies van de Regeringscommissaris van begroting, gegeven op 4 oktober 2005;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 12 april 2006;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 24 januari 2006;

Gelet op het advies van het College van de Openbare Instellingen van Sociale Zekerheid, gegeven op 14 juli 2006;

Gelet op het protocol van 4 augustus 2006 van het Sectorcomité XX;

Gelet op het advies 41250/3 van de Raad van State, gegeven op 19 september 2006;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Integratie van sommige ambtenaren in de nieuwe loopbaan van niveau A Afdeling 1. - Bijzondere graden

Artikel 1.§ 1. De ambtenaren die op 1 december 2004 titularis zijn van één van de geschrapte graden die hierna in kolom 1 zijn opgenomen en bekleed zijn met een weddenschaal die in kolom 2 is opgenomen, worden ambtshalve benoemd in de klasse die in kolom 3 is opgenomen, bezoldigd in de weddenschaal die in kolom 4 is opgenomen en dragen ze de titel hier tegenover vermeld in kolom 5.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

§ 2. De klasseanciënniteit van de ambtenaren, benoemd in toepassing van § 1, is gelijk aan de graadanciënniteit welke verkregen was op 1 december 2004 in de graad waarvan ze titularis waren.

De anciënniteit verkregen in niveau 1 wordt geacht verkregen te zijn in niveau A. § 3. De door deze ambtenaren verkregen geldelijke anciënniteit wordt geacht verkregen te zijn in de nieuwe weddenschaal. § 4. In afwijking van § 1, en in voorkomend geval, behouden de ambtenaren het voordeel van de weddenschaal van de graad waarmee ze waren bekleed, voorzover deze gunstiger is.

Art. 2.In afwijking van artikel 1 worden de ambtenaren, voorheen bekleed met een geschrapte graad die in kolom 1 is opgenomen en bezoldigd in de weddenschaal die in kolom 2 is opgenomen, en die ten minste een geldelijke anciënniteit hebben zoals vermeld in kolom 3, geïntegreerd in de weddenschaal die in kolom 4 is opgenomen.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 3.§ 1. De volgende graden worden geschrapt : Actuaris;

Actuaris-directeur;

Actuariaatsinspecteur (vlakke loopbaan in uitdoving);

Actuaris (vlakke loopbaan in uitdoving);

Geneesheer-inspecteur;

Geneesheer-inspecteur-directeur;

Geneesheer-inspecteur-generaal;

Apotheker (vlakke loopbaan in uitdoving);

Hoofdapotheker-directeur (vlakke loopbaan in uitdoving);

Sociaal inspecteur-generaal. § 2. De volgende graden worden afgeschaft : Geneesheer-directeur-generaal;

Adjunct-administrateur-generaal;

Administrateur-generaal. § 3. In afwijking van de artikelen 3 en 4 van het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel bevat niveau A de afgeschafte graden van administrateur-generaal, adjunct-administrateur-generaal en geneesheer-directeur-generaal. De ambtenaren bekleed met deze graden worden in een vakklasse A5 benoemd.

Ze dragen de titel van hun afgeschafte graad. Afdeling 2. - Gemene graden

Art. 4.§ 1. In afwijking van artikel 216, § 1, van het koninklijk besluit van 4 augustus 2004 betreffende de loopbaan van niveau A van het Rijkspersoneel, wordt de ambtenaar die op 1 december 2004 titularis is van de geschrapte graad van sociaal inspecteur-directeur en bekleed met de bijzondere weddenschaal 33.978,98 - 48.694,01, geïntegreerd in de weddenschaal A32. § 2. In afwijking van § 1 wordt de ambtenaar die op 1 december 2004 titularis is van de geschrapte graad van sociaal inspecteur-directeur en bezoldigd in de bijwondere weddenschaal 33.978,98 - 48.694,01 en die ten minste een geldelijke anciënniteit heeft van veertien jaar, geïntegreerd in de weddenschaal A33. § 3. De bepalingen van artikel 1, § 4, zijn van toepassing. HOOFDSTUK II. - Overgangs-opheffings- en slotbepalingen

Art. 5.De ambtenaren, voorheen bekleed met de graad van actuaris en bezoldigd in de weddenschaal 10E, die op 30 november 2004 ten minste achttien jaar graadanciënniteit hebben, bekomen de bijzondere weddenschaal 30.188,87 - 42.897,20 op de eerste dag van de maand volgend op de datum van hun inschrijving voor een gecertificeerde opleiding, voor zover ze erin geslaagd zijn en ze op dat ogenblik geen gunstiger regeling genieten.

Art. 6.De ambtenaren, voorheen bekleed met de graad van actuariaatsinspecteur (vlakke loopbaan in uitdoving) en bezoldigd in de weddenschaal 10E, bekomen de weddenschaal 13C, zodra ze achtien jaar klasseanciënniteit hebben en voorzover ze op dat ogenblik geen gunstiger weddenschaal genieten.

Art. 7.De ambtenaren, voorheen bekleed met de graad van geneesheer-inspecteur en bezoldigd in de bijwondere weddenschaal 34.573,62 - 48.879,34 bekomen automatisch de bijzondere weddenschaal 37.880,51 - 53.003,97, zodra ze een gecumuleerde anciënniteit van negen jaar hebben in hun vorige graad van rang 10 en in vakklasse A3.

Art. 8.De ambtenaren, voorheen bekleed met de graad van geneesheer-inspecteur en bezoldigd in de bijzondere weddenschaal 37.880,51 - 53.003,97 die op 30 november 2004 ten minste achttien jaar graadanciënniteit hebben, bekomen de bijzondere weddenschaal 38.508,33 - 54.039,89, op de eerste dag van de maand volgend op de datum van hun inschrijving voor een gecertificeerde opleiding, voorzover ze erin geslaagd zijn en ze op dat ogenblik geen gunstiger regeling genieten.

Art. 9.De ambtenaren, voorheen bekleed met de graad van apotheker (vlakke loopbaan in uitdoving) en bezoldigd in de weddenschaal 10E, bekomen de weddenschaal 13D, zodra er achttien jaar klasseanciënniteit hebben en voorzover ze op dat ogenblik geen gunstiger weddenschaal genieten.

Art. 10.Voor de periode van 1 december 2004 tot de datum van de inwerkingtreding van het koninklijk besluit dat de verschillende functies van geneesheer-inspecteur in vakklassen indeelt, overeenkomstig artikel 5ter van het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel, kunnen de geslaagden van een vergelijkende selectie van geneesheer-inspeceur benoemd worden in de klasse waarin de geschrapte graad geïntegreerd is overeenkomstig artikel 1, § 1, van dit besluit.

Art. 11.In het koninklijk besluit van 8 november 1998 tot vaststelling van de diverse geldelijke bepalingen toepasselijk op de bijzondere graden bij het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, worden opgeheven : 1° artikel 5;2° artikel 6;3° artikel 7;4° artikel 8;5° artikel 9, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 4 december 2001 en 13 maart 2003;6° artikel 10;7° artikel 11, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 4 december 2001 en 13 maart 2003;8° artikel 12, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 4 december 2001 en 13 maart 2003;9° artikel 13, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 4 december 2001 en 13 maart 2003;10° artikel 14, gewijzigd bij de koninklijk besluit van 4 december 2001;11° artikel 15;12° artikel 16;13° artikel 17;14° artikel 18;15° artikel 19;16° artikel 21, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 4 december 2001 en 13 maart 2003;17° artikel 22, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 4 december 2001 en 13 maart 2003.

Art. 12.Het koninklijk besluit van 8 november 1998 betreffende de hiërarchische indeling van de bijzondere graden waarvan de ambtenaren van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering titularis kunnen zijn, wordt opgeheven.

Art. 13.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 december 2004.

Art. 14.Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 26 januari 2007.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, R. DEMOTTE

^