gepubliceerd op 30 maart 2010
Koninklijk besluit tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 4 en 31 met betrekking tot de belasting over de toegevoegde waarde
22 MAART 2010. - Koninklijk besluit tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 4 en 31 met betrekking tot de belasting over de toegevoegde waarde (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, artikel 58bis, § 6, ingevoegd bij de wet van 22 april 2003, artikel 76, § 2, vervangen bij de wet van 28 december 1992 en gewijzigd bij de wet van 26 november 2009 en artikel 80, eerste lid, vervangen bij de wet van 22 december 1989;
Gelet op het koninklijk besluit nr. 4 van 29 december 1969 met betrekking tot de teruggaven inzake belasting over de toegevoegde waarde;
Gelet op het koninklijk besluit nr. 31 van 2 april 2002 met betrekking tot de toepassingsmodaliteiten van de belasting over de toegevoegde waarde ten aanzien van de handelingen verricht door niet in België gevestigde belastingplichtigen;
Overwegende artikel 15 van de Richtlijn 2008/9/EG van de Raad van 12 februari 2008 tot vaststelling van nadere voorschriften voor de in Richtlijn 2006/112/EG vastgestelde teruggaaf van de belasting over de toegevoegde waarde aan belastingplichtigen die niet in de lidstaat van teruggaaf maar in een andere lidstaat gevestigd zijn;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 4 februari 2010;
Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, d.d. 10 februari 2010;
Gelet op advies nr. 47.845/1 van de Raad van State, gegeven op 4 maart 2010, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel 9 van het koninklijk besluit nr. 4 van 29 december 1969 met betrekking tot de teruggaven inzake belasting over de toegevoegde waarde, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 15 mei 1984, 30 december 1986, 19 april 1991, 29 december 1992, 14 april 1993, 20 juli 2000, 16 juni 2003, 15 juli 2003, 20 februari 2004 en 9 december 2009, worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) in paragraaf 2 worden de woorden « vóór het verstrijken van het derde kalenderjaar volgend op dat waarin de oorzaak van de teruggaaf zich heeft voorgedaan » vervangen door de woorden « uiterlijk op 30 september van het kalenderjaar volgend op het tijdvak waarop het teruggaafverzoek betrekking heeft »;b) in paragraaf 3 worden de woorden « vóór het verstrijken van het derde kalenderjaar volgend op dat waarin de oorzaak van de teruggaaf zich heeft voorgedaan » vervangen door de woorden « uiterlijk op 30 september van het kalenderjaar volgend op het tijdvak waarop het teruggaafverzoek betrekking heeft ».
Art. 2.In artikel 7, § 2, eerste lid, van het koninklijk besluit nr. 31 van 2 april 2002 met betrekking tot de toepassingsmodaliteiten van de belasting over de toegevoegde waarde ten aanzien van de handelingen verricht door niet in België gevestigde belastingplichtigen, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 9 december 2009, worden de woorden « vóór het verstrijken van het derde kalenderjaar volgend op dat waarin de oorzaak van de teruggaaf zich heeft voorgedaan » vervangen door de woorden « uiterlijk op 30 september van het kalenderjaar volgend op het tijdvak waarop het teruggaafverzoek betrekking heeft ».
Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2010.
Art. 4.De Minister bevoegd voor Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 22 maart 2010.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 3 juli 1969, Belgisch Staatsblad van 17 juli 1969. Wet van 22 december 1989, Belgisch Staatsblad van 29 december 1989.
Wet van 28 december 1992, Belgisch Staatsblad van 31 december 1992, 1e editie.
Wet van 22 april 2003, Belgisch Staatsblad van 13 mei 2003.
Wet van 26 november 2009, Belgisch Staatsblad van 4 december 2009.
Koninklijk besluit nr. 4 van 29 december 1969, Belgisch Staatsblad van 31 december 1969.
Koninklijk besluit nr. 31 van 2 april 2002, Belgisch Staatsblad van 11 april 2002, 1e editie.
Koninklijk besluit van 15 mei 1984, Belgisch Staatsblad van 31 mei 1984.
Koninklijk besluit van 30 december 1986, Belgisch Staatsblad van 10 januari 1987.
Koninklijk besluit van 19 april 1991, Belgisch Staatsblad van 30 april 1991.
Koninklijk besluit van 29 december 1992, Belgisch Staatsblad van 31 december 1992, 4e editie.
Koninklijk besluit van 14 april 1993, Belgisch Staatsblad van 30 april 1993.
Koninklijk besluit van 20 juli 2000, Belgisch Staatsblad van 30 augustus 2000, 1e editie.
Koninklijk besluit van 16 juni 2003, Belgisch Staatsblad van 27 juni 2003, 4de editie.
Koninklijk besluit van 15 juli 2003, Belgisch Staatsblad van 8 augustus 2003.
Koninklijk besluit van 20 februari 2004, Belgisch Staatsblad van 27 februari 2004, 3e editie.
Koninklijk besluit van 9 december 2009, Belgisch Staatsblad van 17 december 2009, 2e editie.
Gecoördineerde wetten op de Raad van State, koninklijk besluit van 12 januari 1973, Belgisch Staatsblad van 21 maart 1973.