gepubliceerd op 05 december 2006
Koninklijk besluit houdende hervorming van de bijzondere loopbaan van de ambtenaren van niveau A bij de Hulp- en Voorzorgskas voor zeevarenden
10 NOVEMBER 2006. - Koninklijk besluit houdende hervorming van de bijzondere loopbaan van de ambtenaren van niveau A bij de Hulp- en Voorzorgskas voor zeevarenden
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op het koninklijk besluit van 3 april 1997 houdende maatregelen met het oog op de responsabilisering van de openbare instellingen van sociale zekerheid, met toepassing van artikel 47 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels, bekrachtigd bij de wet van 12 december 1997, inzonderheid op artikel 21, § 1;
Gelet op het koninklijk besluit van 20 september 1998 tot vaststelling van de weddenschalen verbonden aan de bijzondere graden bij de Hulp- en Voorzorgskas voor zeevarenden, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 4 december 2001 en 20 maart 2003;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 2 februari 2005;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 3 maart 2005;
Gelet op het protocol van 21 december 2005 van het Sectorcomité XX;
Gelet op het advies van het College van Openbare instellingen van de Sociale Zekerheid gegeven op 24 maart 2006;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 6 januari 2006;
Gelet op advies 40551/1 van de Raad van State, gegeven op 13 juni 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Integratie van de bijzondere graden in de loopbaan van niveau A
Artikel 1.Bij de Hulp- en Voorzorgskas voor zeevarenden worden de volgende graden afgeschaft : 1° directeur;2° adjunct-directeur. Ze worden respectievelijk in een vakklasse A3 en een vakklasse A2 benoemd. Ze dragen de titel van hun afgeschafte graad.
Art. 2.§ 1. De ambtenaren die op 1 december 2004 titularis zijn van een van de afgeschafte graden die hierna in kolom 1 zijn opgenomen, bezoldigd in een weddenschaal opgenomen in kolom 2, worden ambtshalve benoemd in de klasse die in kolom 3 is opgenomen, bezoldigd in de weddenschaal opgenomen in kolom 4 en dragen de titel hier tegenover vermeld in kolom 5.
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld § 2. In afwijking van § 1 bekomen de ambtenaren voorheen bekleed met de graad van directeur en bezoldigd in de hieronder vermelde weddenschaal, de weddenschaal A33 zodra ze een geldelijke anciënniteit van ten minste veertien jaar hebben. 33.978,98 - 48.694,01 112 x 1.337,73 (Kl 24 j. - Niv. A Gr. B) § 3. In afwijking van § 1 behouden de ambtenaren bekleed met de titel van adjunct-directeur (afgeschafte graad), ambtshalve benoemd in de vakklasse A2 en bezoldigd in de weddenschaal A21, het voordeel van de hierna vermelde weddenschaal voor zover deze voordeliger is : 25.507,15 - 37.925,77 31 x 624,27 112 x 958,71 (Kl 24 j. - Niv. A Gr. B) In afwijking van § 1 behouden de ambtenaren bekleed met de titel van directeur (afgeschafte graad), ambtshalve benoemd in de vakklasse A3 en bezoldigd in de weddenschaal A32, het voordeel van de hierna vermelde weddenschaal 13B voor zover deze voordeliger is : 30.715,07 - 49.443,29 142 x 1.337,73 (Kl 24 j. - Niv. A Gr. B)
Art. 3.§ 1. De klasse-anciënniteit van de ambtenaren, benoemd in toepassing van artikel 2, is gelijk aan de graadanciënniteit die verkregen was in de graad waarvan ze op 30 november 2004 titularis waren.
De anciënniteit verkregen in niveau 1 wordt geacht verkregen te zijn in niveau A. De door deze ambtenaren verkregen geldelijke anciënniteit wordt geacht verkregen te zijn in de nieuwe weddenschaal. HOOFDSTUK II. - Overgangs-, opheffings- en slotbepalingen
Art. 4.Het koninklijk besluit van 20 september 1998 tot vaststelling van de weddenschalen verbonden aan de bijzondere graden bij de Hulp- en Voorzorgskas voor zeevarenden, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 4 december 2001 en 20 maart 2003 wordt opgeheven.
Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 december 2004.
Art. 6.Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 10 november 2006.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, R. DEMOTTE