gepubliceerd op 12 september 2003
Decreet houdende instemming met het aanhangsel van 4 juni 2003 tot wijziging van het samenwerkingsakkoord gesloten op 20 februari 1995 door de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest i.v.m. de permanente vorming van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen en de voogdij over het Instituut voor permanente vorming van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen
17 JULI 2003. - Decreet houdende instemming met het aanhangsel van 4 juni 2003 tot wijziging van het samenwerkingsakkoord gesloten op 20 februari 1995 door de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest i.v.m. de permanente vorming van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen en de voogdij over het Instituut voor permanente vorming van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen (1)
De Waalse Gewestraad heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt :
Artikel 1.Dit decreet regelt krachtens artikel 138 van de Grondwet een aangelegenheid bedoeld in artikel 128 van de Grondwet.
Art. 2.Er wordt ingestemd met het aanhangsel van 4 juni 2003 tot wijziging van het samenwerkingsakkoord gesloten op 20 februari 1995 door de Franse Gemeenschapscommissie, de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest i.v.m. de permanente vorming van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen en de voogdij over het Instituut voor permanente vorming van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen.
De tekst van het aanhangsel gaat bij dit decreet.
Art. 3.Dit besluit treedt in werking op 1 september 2003.
Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Namen, 17 juli 2003.
De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Economie, K.M.O.'s, Onderzoek en Nieuwe Technologieën, S. KUBLA De Minister van Vervoer, Mobiliteit en Energie, J. DARAS De Minister van Begroting, Huisvesting, Uitrusting en Openbare Werken, M. DAERDEN De Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Leefmilieu, M. FORET De Minister van Landbouw en Landelijke Aangelegenheden, J. HAPPART De Minister van Binnenlandse Aangelegenheden en Ambtenarenzaken, Ch. MICHEL De Minister van Sociale Aangelegenheden en Gezondheid, Th. DETIENNE De Minister van Tewerkstelling en Vorming, Ph. COURARD (1) Zitting 2002-2003. Stukken van de Raad . - 523 (2002-2003), nrs. 1 en 2.
Volledig verslag . Openbare vergadering van 9 juli 2003.
Bespreking. Stemming.
BIJLAGE Aanhangsel tot wijziging van het samenwerkingsakkoord gesloten op 20 februari 1995 door de Franse Gemeenschapscommissie, de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest i.v.m. de permanente vorming van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen en de voogdij over het Instituut voor permanente vorming van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen Gelet op de artikelen 1, 39, 127, 128, 134 en 138 van de Grondwet;
Gelet op artikel 4, 16o, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, gewijzigd bij de wet van 8 augustus 1988;
Gelet op het decreet van 3 juli 1991 betreffende de voortgezette opleiding voor de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen;
Gelet op het decreet II van de Raad van de Franse Gemeenschap van 19 juli 1993 tot toekenning van de uitoefening van sommige bevoegdheden van de Franse Gemeenschap aan het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie, inzonderheid op de artikelen 3, 4o, en 10, § 1;
Gelet op het decreet III van de Vergadering van de Franse Gemeenschapscommissie van 22 juli 1993 tot toekenning van de uitoefening van sommige bevoegdheden van de Franse Gemeenschap aan het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie, inzonderheid op de artikelen 3, 4o, en 10, § 1;
Gelet op het decreet II van de Raad van het Waalse Gewest van 22 juli 1993 betreffende de overheveling van sommige bevoegdheden van de Franse Gemeenschap naar het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie, inzonderheid op de artikelen 3, 4o, en 10, § 1;
Gelet op het samenwerkingsakkoord gesloten op 20 februari 1995 door de Franse Gemeenschapscommissie, de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest i.v.m. de permanente vorming van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen en de voogdij over het Instituut voor permanente vorming van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen;
Gelet op het decreet van de Waalse Gewestraad van 4 mei 1995 houdende instemming met voornoemd samenwerkingsakkoord van 20 februari 1995;
Gelet op het decreet van de Vergadering van de Franse Gemeenschapscommissie van 18 december 1995 houdende instemming met voornoemd samenwerkingsakkoord van 20 februari 1995;
Gelet op het decreet van de Raad van de Franse Gemeenschap van 18 maart 1996 houdende instemming met voornoemd samenwerkingsakkoord van 20 februari 1995;
Gelet op de beraadslaging van de Regering van de Franse Gemeenschap van 14 november 2002;
Gelet op de beraadslaging van de Waalse Regering van 7 november 2002;
Gelet op de beraadslaging van het College van de Franse Gemeenschapscommissie van 14 november 2002;
Overwegende dat het systeem van de dubbele voogdij over het Instituut voor permanente vorming van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen (IFPME) het uitstippelen en de tenuitvoerlegging van het vormingsbeleid kan belemmeren vanwege de strakke besluitvormingsprocedures en de verplichtingen die voortvloeien uit de toepassing van de 80/20-sleutel voor de financiering van gemeenschappelijke diensten;
Dat die toestand, wat de kwaliteit van de aangeboden diensten betreft, weinig positieve gevolgen heeft voor de begunstigden van de vorming, voornamelijk voor de leerlingen en stagiairs die de opleiding tot bedrijfsleider volgen;
Dat het vormingsaanbod daardoor aan attractiviteit verliest alhoewel het bijzonder hoge percentages inzake inschakeling op de arbeidsmarkt mogelijk maakt;
Dat de personeelsleden sinds de oprichting van het `IFPME` nog steeds op een statuut wachten omdat in feite niet bepaald kan worden wie onder de Franse Gemeenschapscommissie en wie onder het Waalse Gewest ressorteert;
Overwegende dat de huidige structuur van het `IFPME` niet meer beantwoordt aan de evolutie van de vormingsactiviteiten die zich ontwikkelen en veelzijdiger worden naar gelang van de specifieke sociaal-economische behoeften van de Gewesten;
Dat de beheerscontracten die het `IFPME` in juli 1998 met de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering heeft gesloten al voorzagen in de verschuiving van belangrijke opdrachten van de gemeenschappelijke diensten naar de gedecentraliseerde entiteiten, namelijk de `Waalse coördinatie` enerzijds en de `territoriale directie Brussel` anderzijds;
Dat de moeilijkheden die in het dagelijks beheer ondervonden worden de gewenste cohesie van de acties duidelijk aantasten binnen het netwerk van vormingscentra, ondanks de wil om de solidariteit tussen Wallonië en Brussel op een dynamische en vrijwillige basis te vrijwaren en niet een einde te maken aan voornoemd samenwerkingsakkoord;
Dat bijgevolg in onderlinge overeenstemming een oplossing moet worden gevonden om de naar aanleiding van bovenbedoelde vaststellingen aan het licht gebrachte toestand te verhelpen;
Overwegende dat de organisatie van het `IFPME` moet worden herzien via de sluiting door de Regering van het Waalse Gewest, de Regering van de Franse Gemeenschap en het College van de Franse Gemeenschapscommissie, van een samenwerkingsakkoord tot wijziging van het akkoord aangegaan op 25 februari 1995 door de Franse Gemeenschapscommissie, de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest i.v.m. de permanente vorming van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen en de voogdij over het Instituut voor permanente vorming van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen;
De Franse Gemeenschap, vertegenwoordigd door haar Regering in de persoon van haar Minister-President, de heer Hervé Hasquin;
Het Waalse Gewest, vertegenwoordigd door zijn Regering in de persoon van haar Minister-President, de heer Jean-Claude Van Cauwenberghe, en in de persoon van haar Minister van Tewerkstelling en Vorming, Mevr.
Marie Arena;
De Franse Gemeenschapscommissie, vertegenwoordigd door haar College in de persoon van zijn Voorzitter, de heer Eric TOMAS, belast met Onderwijs, Beroepsomscholing - en Bijscholing, Leerlingenvervoer, Betrekkingen met de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest en Internationale Betrekkingen, en in de persoon van zijn Minister van Beroepsvorming en Permanente Vorming en van het Gehandicaptenbeleid, de heer Willem Draps, Zijn het volgende overeengekomen :
Artikel 1.In artikel 1 van het samenwerkingsakkoord gesloten op 25 februari 1995 door de Franse Gemeenschapscommissie, de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest i.v.m. de permanente vorming van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen en de voogdij over het Instituut voor permanente vorming van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen worden de volgende wijzigingen aangebracht: a) in het eerste lid worden de woorden `Hoge Raad voor de Middenstand` vervangen door de woorden `Hoge raad voor zelfstandigen en kleine en middelgrote ondernemingen.` b) het tweede lid wordt gewijzigd als volgt : `Ze omvat: 1o de leertijd; 2o de opleiding tot ondernemingshoofd; 3o de voortgezette vorming; 4o de pedagogische vervolmaking.`
Art. 2.Artikel 2 van voornoemd samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 2.De leertijd is een afwisselende kwalificerende opleiding die een opleiding op de werkvloer omvat, alsook leergangen voor algemene vorming en beroepsopleiding. De leertijd bereidt bovendien voor op de opleiding tot ondernemingshoofd.
Hij is het voorwerp van een leerovereenkomst.`
Art. 3.Artikel 3 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 3.De leerovereenkomst is een overeenkomst waarbij een ondernemingshoofd zich ertoe verbindt een leerling een algemene en technische kwalificerende opleiding te geven of te doen geven en waarbij een leerling zich ertoe verbindt de theoretische vakken en de bedrevenheid vereist voor de uitoefening van het beroep aan te leren onder de leiding en het toezicht van het ondernemingshoofd, alsmede de voor zijn opleiding vereiste cursussen te volgen. De overeenkomst is het voorwerp van een erkenning door de in artikel 15bis bedoelde entiteit.
De leerling volgt de vormingscursussen in één van de in artikel 16 bedoelde centra van zijn keuze.`
Art. 4.Artikel 5 van hetzelfde akkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 5.§ 1. Na advies van het in artikel 15 bedoelde Instituut, bepalen het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering, na eensluidend advies van respectievelijk de Waalse Regering en het College van de Franse Gemeenschapscommissie, met inachtneming van het vrije verkeer van de leerlingen tussen de in artikel 16 bedoelde Centra: 1o de lijst van de beroepen die het voorwerp van een opleiding kunnen uitmaken, onder degene bedoeld in artikel 1; 2o de voorwaarden voor de toegang tot de leertijd; 3o de duur van de leertijd, die niet meer dan vier jaar mag bedragen; 4o de voorwaarden voor de organisatie van de cursussen, de doorlopende evaluatie en de examens; 5o de minimale voorwaarden waaraan de programma's van de leertijd moeten voldoen; 6o de voorwaarden waaronder de leerlingen de vrije keuze van een in artikel 16 bedoeld centrum genieten. § 2. Het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering bepalen, ieder wat hem (haar) betreft, na advies van de entiteit bedoeld in artikel 15bis en die onder zijn (haar) bevoegdheid ressorteert: 1o de modaliteiten betreffende de leerovereenkomst; 2o de beroepsmodaliteiten alsook de voorwaarden voor de erkenning van de leerovereenkomsten en voor de schorsing of intrekking ervan; 3o de voorwaarden waaraan de bedrijven moeten voldoen om de leerlingen een praktische opleiding te mogen geven in het kader van de leertijd.`
Art. 5.Artikel 6 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 6.De opleiding tot ondernemingshoofd is een voorbereiding op de uitoefening van een leidende functie in een kleine en middelgrote onderneming of op de uitoefening van een zelfstandig beroep. Ze alterneert een theoretische opleiding en een praktische opleiding op de werkvloer. De theoretische opleiding omvat cursussen bedrijfsbeheer en beroepskennis.
Afgezien van de beroepspraktijk die via een stageovereenkomst op de werkvloer moet worden opgedaan, kunnen de Waalse Regering en het College van de Franse Gemeenschapscommissie, ieder wat haar (hem) betreft, per soort beroep voorzien in andere bijzondere modaliteiten voor de praktische opleiding.
De kandidaat volgt de cursussen theoretische opleiding in een in artikel 16 bedoeld centrum van zijn keuze.`
Art. 6.Het vierde lid van artikel 7 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `Het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering kunnen, ieder wat hem (haar) betreft en in de gevallen die ze bepalen, voorzien in het uitreiken van attesten die aantonen dat de kandidaat een gedeelte van de opleiding heeft gevolgd of dat hij voor een gedeelte van de examens is geslaagd, als de opleiding in de vorm van modulen is georganiseerd of als een coherent gedeelte van het opleidingsprogramma overeenstemt met een regelgeving betreffende de uitoefening van een activiteit.`
Art. 7.Artikel 8 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 8.§ 1. Na advies van het in artikel 15 bedoelde Instituut, bepalen het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering, respectievelijk na eensluidend advies van de Waalse Regering en van het College van de Franse Gemeenschapscommissie, met inachtneming van het vrije verkeer van de kandidaten tussen de in artikel 16 bedoelde centra : 1o de lijst van de in artikel 1 bedoelde beroepen die het voorwerp kunnen uitmaken van een opleiding tot ondernemingshoofd; 2o de voorwaarden voor de toelating van de kandidaten; 3o de duur van de opleiding tot ondernemingshoofd, die niet meer dan drie jaar mag bedragen; 4o de voorwaarden voor de organisatie van de cursussen, de doorlopende evaluatie en de examens; 5o de minimale voorwaarden waaraan de programma's voor de opleiding tot ondernemingshoofd moeten voldoen; 6o de voorwaarden waaronder de kandidaten de vrije keuze van een in artikel 16 bedoeld centrum genieten. § 2. Het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering bepalen, ieder wat hem (haar) betreft en na advies van de in artikel 15bis bedoelde entiteit die onder haar bevoegdheid ressorteert : 1o de maatregelen voor de organisatie van een stage in een bedrijf; 2o de beroepsmodaliteiten voor elke persoon tegen wie een beslissing is genomen door de in artikel 15bis bedoelde entiteit; 3o de voorwaarden waaraan de ondernemingen moeten voldoen om een praktische opleiding te kunnen geven in het kader van de stage-overeenkomst.`
Art. 8.In hoofdstuk I wordt de titel van afdeling 4 vervangen door de volgende titel : `Doorlopende opleiding`.
Art. 9.Artikel 9 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 9.Met de doorlopende opleiding kunnen de personen die de opleiding tot ondernemingshoofd succesvol hebben voltooid, de houders van een zelfstandig beroep of van leidende functies in een kleine of middelgrote onderneming alsook hun medewerkers hun beroepsbekwaamheid vergroten, zich aanpassen aan nieuwe technieken en aan de economische, juridische en maatschappelijke ontwikkeling of zich voorbereiden een kleine en middelgrote onderneming op te richten of over te nemen. De doorlopende opleiding omvat allerlei activiteiten i.v.m. het levenslang leren.`
Art. 10.Artikel 10 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt opgeheven.
Art. 11.Artikel 11 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt opgeheven.
Art. 12.Artikel 12 van het samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 12.Het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering regelen, ieder wat hem (haar) betreft, de organisatie van de doorlopende opleiding en kunnen, in de gevallen die ze bepalen, ieder wat hem (haar) betreft, getuigschriften uitreiken die het bezoek of de bekwaamheid aantonen.`
Art. 13.In hoofdstuk I wordt afdeling 5, die artikel 13 van het samenwerkingsakkoord bevat, opgeheven.
Art. 14.Artikel 14 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 14.De pedagogische vervolmaking beoogt de verbetering van de pedagogische en beroepskennis van elke persoon belast met een opdracht van doorlopende opleiding. Die cursus wordt gegeven in de vorm van lezingen, vormingscyclussen of andere activiteiten die de pedagogische waarde kunnen verhogen.
Het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering regelen, ieder wat hem (haar) betreft, de organisatie van de pedagogische vervolmaking.`
Art. 15.Artikel 15 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 15.Het Instituut voor permanente vorming van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen, hierna `Instituut` genoemd, opgericht bij het decreet van 3 juli 1991 betreffende de permanente vorming van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen, wordt gezamenlijk beheerd door de Regering van de Franse Gemeenschap, het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering.
Het Instituut is een instelling van openbaar nut met rechtspersoonlijkheid, ingedeeld bij de instellingen van categorie B bedoeld in de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut. Het valt onder alle bepalingen van voormelde wet die betrekking hebben op de instellingen van die categorie.
Het Instituut vervult de opdrachten bedoeld in artikel 20.`
Art. 16.Er wordt een artikel 15bis ingevoegd, luidend als volgt : `Art. 15bis . De Franse Gemeenschapscommissie en het Waalse Gewest vertrouwen, ieder wat haar (hem) betreft, de in artikel 20bis bedoelde opdrachten toe aan een entiteit die zij aanwijzen of oprichten.`
Art. 17.Artikel 16 van het samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 16.§ 1. Op voorstel van de in artikel 15bis bedoelde entiteit die onder hun gezag valt, bepalen het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering, ieder wat hem (haar) betreft, de voorwaarden voor de erkenning van de centra voor permanente vorming van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen, hierna `centra` genoemd, alsook voor de intrekking daarvan.
De centra worden opgericht als verenigingen zonder winstoogmerk die onder de toepassing vallen van de wet van 27 juni 1921 waarbij de rechtspersoonlijkheid wordt toegekend aan verenigingen zonder winstoogmerk en aan instellingen van openbaar nut.
Het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering erkennen, ieder wat hem (haar) betreft, de centra en trekken hun erkenning in op de voordracht van de in artikel 15bis bedoelde entiteit die onder zijn (haar) gezag valt. De verenigingen zijn uitsluitend toegankelijk voor : 1o de gewestelijke beroepsorganisaties van middenstanders en zelfstandigen die voldoen aan de vereisten vastgelegd bij of krachtens de op 28 mei 1979 gecoördineerde wetten betreffende de organisatie van de Middenstand en de uitvoeringsbesluiten ervan; 2o de interprofessionele organisaties die lid zijn van een nationaal interprofessioneel verbond dat voldoet aan de vereisten vastgelegd bij of krachtens de op 28 mei 1979 gecoördineerde wetten betreffende de organisatie van de Middenstand en de uitvoeringsbesluiten ervan. De statuten van de vereniging moeten voldoen aan de voorwaarden gesteld door het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering, ieder wat hem (haar) betreft.
Ze verbinden zich ertoe o.a. de in artikel 22 bedoelde opdrachten te vervullen. § 2. Op voorstel van de in artikel 15bis bedoelde entiteit die onder hun gezag valt, bepalen het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering, ieder wat hem (haar) betreft, de voorwaarden voor de erkenning van de directeurs van de Centra alsook voor de intrekking daarvan.`
Art. 18.Artikel 17 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 17.Het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering richten, ieder wat hem (haar) betreft, beroepscommissies op.
Het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering bepalen, ieder wat hem (haar) betreft, de werkingsmodaliteiten voor die commissies.
De beroepscommissies vervullen de in artikel 25 bedoelde opdrachten.
Elke in artikel 15bis bedoelde entiteit mag met de andere samenwerkingsakkoorden sluiten om o.a. te voorzien in de aanwezigheid van respectieve waarnemers binnen elke beroepscommissie.`
Art. 19.Artikel 18 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt opgeheven.
Art. 20.Artikel 19 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt opgeheven.
Art. 21.Artikel 20 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 20.De opdrachten van het Instituut bestaan erin : 1o het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering volgens de in artikel 33 bedoelde modaliteiten advies te geven i.v.m. : a) de lijst van de beroepen die het voorwerp kunnen uitmaken van een leertijd of een opleiding tot ondernemingshoofd;b) de toegangsvoorwaarden voor die opleidingen;c) de duur ervan;d) de minimale voorwaarden waaraan de opleidingsprogramma's moeten voldoen;e) de voorwaarden voor de organisatie van de cursussen, de doorlopende evaluatie en de examens;f) de voorwaarden waaronder de leerlingen en de kandidaten voor de opleiding tot ondernemingshoofd de vrije keuze van een in artikel 16 bedoeld centrum genieten; 2o na te gaan of er coherentie bestaat tussen de programma's voor de leertijd en die voor de opleiding tot ondernemingshoofd die overgelegd worden door elke entiteit bedoeld in artikel 16, alsook tussen de desbetreffende toepassingsmodaliteiten; 3o de doorlopende opleiding voor de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen te vertegenwoordigen binnen het consortium voor het valideren van de vaardigheden, ingesteld krachtens het samenwerkingsakkoord betreffende het valideren van de vaardigheden op het gebied van de doorlopende beroepsopleiding, dat op 23 oktober 2002 gesloten werd tussen de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie; 4o de doorlopende opleiding te vertegenwoordigen binnen elke commissie ingesteld door de Franse Gemeenschap om de overbruggingsmogelijkheden tussen het Secundair Onderwijs en de doorlopende opleiding te onderzoeken; 5o de werken van de Commissie voor de homologatie van de getuigschriften en diploma's m.b.t. de permanente vorming voor de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen voor te bereiden; 6o de Regering van de Franse Gemeenschap, het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering op verzoek advies te geven i.v.m. de in dit artikel bedoelde opdrachten.`
Art. 22.Er wordt een artikel 20bis ingevoegd, luidend als volgt : `Art. 20bis . De in artikel 15bis bedoelde entiteit heeft de volgende opdrachten : 1o samen met de centra de in hoofdstuk I bedoelde opdrachten organiseren en bevorderen; 2o de door de centra georganiseerde leercursussen en de cursussen betreffende de opleiding tot ondernemingshoofd erkennen, coördineren en subsidiëren, alsook zorgen voor het pedagogische toezicht daarop; 3o de door het centrum georganiseerde doorlopende opleidingsactiviteiten erkennen, coördineren en subsidiëren; 4o in samenwerking met de centra de pedagogische vervolmaking organiseren; 5o de partijen advies geven en aanwezig zijn bij het sluiten van het leercontract of van de stageovereenkomst; 6o de leercontracten erkennen en de erkenning opschorten of intrekken; 7o toezicht houden op het verloop van de leertijd of van de stage op de werkvloer; 8o op voorstel van de beroepscommissies de programma's betreffende de leertijd en de opleiding tot ondernemingshoofd opstellen; 9o de organisatie van de doorlopende opleiding en van de examens coördineren in het kader van de leertijd, van de opleiding tot ondernemingshoofd en van de doorlopende opleiding; 10o de beroepsaanvragen betreffende de leertijd en de opleiding tot ondernemingshoofd behandelen; 11o de doorlopende opleiding voor de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen vertegenwoordigen binnen het consortium voor het valideren van de vaardigheden, ingesteld krachtens het samenwerkingsakkoord betreffende het valideren van de vaardigheden op het gebied van de doorlopende beroepsopleiding, dat op 23 oktober 2002 gesloten werd tussen de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie; 12o de doorlopende opleiding vertegenwoordigen binnen verschillende advies- of erkenningsorganen inzake opleiding; 13o het College van de Franse Gemeenschapscommissie of de Waalse Regering op verzoek advies geven m.b.t. de in dit artikel bedoelde opdrachten.
Onverminderd de in artikel 20 bedoelde opdrachten die aan het Instituut toevertrouwd worden, kunnen andere opdrachten toegewezen worden door het College van de Franse Gemeenschapscommissie of de Waalse Regering, ieder wat hem (haar) betreft, aan de in artikel 15bis bedoelde entiteit, na advies van deze laatste en volgens de modaliteiten respectievelijk vastgelegd door de Vergadering van de Franse Gemeenschapscommissie of door de Waalse Gewestraad.`
Art. 23.Artikel 21 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 21.Voor de vervulling van hun respectieve opdrachten mogen het Instituut en de in artikel 15bis bedoelde entiteit onder elkaar of met de andere operatoren van het onderwijs, de opleiding of de inschakeling, akkoordprotocollen sluiten of, in voorkomend geval, partnerschaps- en samenwerkingsakkoorden.`
Art. 24.Artikel 22 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 22.De centra worden belast met : 1o het beheer en de bevordering, met de medewerking van de in artikel 15bis bedoelde entiteit waaronder ze ressorteren, van de leertijd, de opleiding tot ondernemingshoofd en de doorlopende opleiding; 2o de organisatie van de cursussen, de doorlopende evaluatie en de examens i.v.m. de leertijd, de opleiding tot ondernemingshoofd en de doorlopende opleiding; 3o de pedagogische begeleiding van de voor de leergangen ingeschreven leerlingen; 4o het uitwerken van de programma's van de doorlopende opleiding en de organisatie van de activiteiten die ermee gepaard gaan; 5o het uitreiken van de attesten, getuigschriften en diploma's waarvan sprake in de artikelen 4, 7 en 12. Andere opdrachten kunnen aan de centra toevertrouwd worden door het College van Gemeenschapscommissie of door de Waalse Regering, ieder wat hem (haar) betreft, na advies van de in artikel 15bis bedoelde entiteit die onder zijn (haar) gezag ressorteert.`
Art. 25.Artikel 23 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 23.In het kader van hun opdrachten nemen de centra, onder de coördinatie van de in artikel 15bis bedoelde entiteit waaronder ze ressorteren, elk initiatief met het oog op de ontwikkeling of de verbetering van de doorlopende opleiding.`
Art. 26.Artikel 24 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 24.De in artikel 15bis bedoelde entiteiten alsook de centra kunnen gezamenlijk met de beroeps- en interprofessionele verbonden doorlopende opleidingsactiviteiten voeren.`
Art. 27.Artikel 27 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 25.De opdracht van de beroepscommissies bestaat er o.a. in de in artikel 15bis bedoelde entiteit waaronder ze ressorteren advies te geven of voorstellen te doen over : 1o de inhoud van de programma's voor de leertijd en voor de opleiding tot ondernemingshoofd; 2o het tot stand brengen van pedagogische middelen betreffende de leertijd en de opleiding tot ondernemingshoofd; 3o de evaluatie- en examennormen die toepasselijk zijn bij de leertijd en de opleiding tot ondernemingshoofd; 4o elk initiatief te nemen inzake de doorlopende opleiding.`
Art. 28.Artikel 26 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt opgeheven.
Art. 29.Artikel 27 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt opgeheven.
Art. 30.Artikel 28 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 28.Het Instituut wordt bestuurd door een Raad van bestuur bestaande uit : 1o een voorzitter en een ondervoorzitter; 2o acht leden ter vertegenwoordiging van beroepsverenigingen die voldoen aan de eisen gesteld bij of krachtens de op 28 mei 1979 gecoördineerde wetten betreffende de organisatie van de Middenstand; 3o acht leden ter vertegenwoordiging van de verschillende interprofessionele organisaties die voldoen aan de eisen gesteld bij of krachtens de op 28 mei 1979 gecoördineerde wetten betreffende de organisatie van de Middenstand; 4o vier leden die de centra met raadgevende stem vertegenwoordigen.
Hoogstens twee derde van de leden van de Raad van bestuur mag van hetzelfde geslacht zijn.
Die leden mogen niet tot het personeel van de centra behoren.`
Art. 31.Artikel 29 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt opgeheven.
Art. 32.Artikel 30 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 30.§ 1. De voorzitter van de Raad van bestuur wordt benoemd door de Waalse Regering op eenparig voorstel van de leden van de Raad van bestuur. Bij gebrek aan eenparigheid benoemt de Waalse Regering de voorzitter op eigen initiatief.
De ondervoorzitter van de Raad van bestuur wordt benoemd door het College van de Franse Gemeenschapscommissie op eenparig voorstel van de leden van de Raad van bestuur. Bij gebrek aan eenparigheid benoemt het College van de Franse Gemeenschapscommissie de ondervoorzitter op eigen initiatief. § 2. De Waalse Regering benoemt : 1o zes van de in artikel 28, 2o, bedoelde leden van de Raad van bestuur op een dubbele lijst van kandidaten voorgedragen door elk beroepsverbond; 2o zes van de in artikel 28, 3o, bedoelde leden van de Raad van bestuur op een dubbele lijst van kandidaten voorgedragen door elk interprofessioneel verbond; 3o drie van de in artikel 28, 4o, bedoelde leden van de Raad van bestuur op een dubbele lijst van kandidaten voorgedragen door elk centrum gelegen in het Franse taalgebied. § 3. Het College van de Franse Gemeenschapscommissie benoemt : 1o twee van de in artikel 28, 2o, bedoelde leden van de Raad van bestuur op een dubbele lijst van kandidaten voorgedragen door elk beroepsverbond; 2o twee van de in artikel 28, 3o, bedoelde leden van de Raad van bestuur op een dubbele lijst van kandidaten voorgedragen door elk interprofessioneel verbond; 3o één van de in artikel 28, 4o, bedoelde leden van de Raad van bestuur op een dubbele lijst van kandidaten voorgedragen door elk centrum gelegen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.`
Art. 33.Artikel 31 van het samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 31.De voorzitter, ondervoorzitter en leden worden benoemd voor vier jaar. Elk lid dat niet langer de hoedanigheid heeft op grond waarvan het aangewezen werd, wordt geacht ontslagnemend te zijn.
Aan het einde van hun mandaat, blijven de voorzitter, de ondervoorzitter en de andere leden hun functie volledig vervullen zolang niet in hun vervanging is voorzien. Elk lid dat niet langer deel uitmaakt van de raad van bestuur, wordt vervangen binnen drie maanden. In dat geval voleindigt het nieuwe lid het mandaat van zijn voorganger.
Binnen een termijn van drie maanden na het ontslag of voor het verstrijken van het mandaat van de in artikel 28, 2o tot 4o, bedoelde leden, verzoeken het College van de Franse Gemeenschapscommissie, enerzijds, en de Waalse Regering, anderzijds, de beroepsverbonden, de interprofessionele verbonden en de centra om hun kandidaten voor te dragen, telkens op een dubbele lijst.`
Art. 34.Artikel 32 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 32.De Raad van bestuur is bevoegd om : 1o alle strategische en principiële beslissingen te nemen die betrekking hebben op de opdrachten van het Instituut; 2o het College van de Franse Gemeenschapscommissie, de Waalse Regering en de Regering van de Franse Gemeenschap advies te geven over het beleid inzake doorlopende opleiding; in die hoedanigheid kan hij o.a. voorstellen doen i.v.m. wijzigingen in decreten of besluiten die het Instituut moet uitvoeren; 3o andere beslissingen te nemen dan die betreffende het dagelijks beheer, m.a.w. beslissingen die betrekking hebben op de aan het Instituut toevertrouwde opdrachten, alsook die betreffende één punt dat bij hem aanhangig wordt gemaakt door de in artikel 38 bedoelde leidend ambtenaar; 4o een begrotingsontwerp over te leggen aan de Regering van de Franse Gemeenschap, aan het College van de Franse Gemeenschapscommissie en aan de Waalse Regering.
Hij beschikt over alle nodige bevoegdheden voor de uitoefening van voornoemde opdrachten.
De in artikel 38 bedoelde leidend ambtenaar bezorgt de Raad van bestuur om de drie maanden een verslag over de uitvoering van de beslissingen van de Raad.`
Art. 35.Artikel 33 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 33.De Raad van bestuur brengt advies uit op verzoek van de Regering van de Franse Gemeenschap, het College van de Franse Gemeenschapscommissie of de Waalse Regering binnen dertig kalenderdagen na verzending van het verzoek. Bij gebreke hiervan wordt het advies geacht gegeven te zijn.
Als het Instituut krachtens de artikelen 5 en 8 om advies verzocht wordt en als het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering niet kunnen instemmen met dat advies, geven ze de Raad van bestuur kennis van de motieven waarop ze hun beslissing gronden.`
Art. 36.Artikel 34 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 34.De Raad van bestuur stelt zijn huishoudelijk reglement op onder de gezamenlijke goedkeuring van het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering. Het reglement voorziet met name in : 1o de regels i.v.m. de bijeenroeping van de raad; 2o de regels i.v.m. het voorzitterschap van de raad bij afwezigheid of verhindering van de voorzitter en de ondervoorzitter; 3o de bepaling van de handelingen van dagelijks beheer; 4o de modaliteiten voor het verlenen van de adviezen bedoeld in artikel 33 of 33bis ; 5o de modaliteiten voor de aanwijzing van de persoon die het secretariaat van de Raad van bestuur waarneemt.`
Art. 37.Artikel 35 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt opgeheven.
Art. 38.In artikel 36 van hetzelfde samenwerkingsakkoord worden de woorden `van de vergoedingen en` geschrapt.
Art. 39.Artikel 37 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 37.De Regering van de Franse Gemeenschap, het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering wijzen, ieder wat haar (hem) betreft, een commissaris aan om de bij de wet van 16 maart 1954 vastgelegde bevoegdheden uit te oefenen.
De leidend ambtenaar van elke in artikel 15bis bedoelde entiteit woont de Raad van bestuur van het Instituut met raadgevende stem bij.`
Art. 40.Artikel 38 van hetzelfde samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 38.De Regering van de Franse Gemeenschap, het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering benoemen in onderlinge overeenstemming de leidend ambtenaar op de gezamenlijke voordracht van Leden van het College van de Franse Gemeenschapscommissie en van de Waalse Regering die bevoegd zijn voor de doorlopende opleiding.
De Regering van de Franse Gemeenschap, het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering wijzen ieder één van de drie personeelsleden van de hoogste rang aan.`
Art. 41.In artikel 39 van hetzelfde samenwerkingsakkoord worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) in het eerste lid worden de woorden `De administrateur-generaal` vervangen door de woorden `De leidend ambtenaar`;b) in het derde lid worden de woorden `bedoeld in artikel 41` ingevoegd tussen de het woord `personeel` en het woord `en zorgt`;c) in het vijfde lid worden de woorden `de administrateur-generaal` vervangen door de woorden `de leidend ambtenaar`.
Art. 42.Artikel 40 van het samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 40.Als de leidend ambtenaar verhinderd is, wordt het in artikel 41 bedoelde personeelslid van niveau 1, met de hoogste graad en met de grootste anciënniteit in de functie, aangewezen om zijn ambt waar te nemen.`
Art. 43.Artikel 41 van het samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 41.De Regering van de Franse Gemeenschap, het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering detacheren personeelsleden die ressorteren onder hun diensten alsook diensten of instellingen die ressorteren onder hun gezag, overeenkomstig de bepalingen die hun statuut regelen.
De Regering van de Franse Gemeenschap, het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering bepalen gezamenlijk het organigram van het Instituut.`
Art. 44.Artikel 41bis van het samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `Art. 41bis . De Regering van de Franse Gemeenschap, het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering erkennen dat de pensioenregeling van de statutaire personeelsleden geregeld wordt door de overeenkomst voor het beheer van het pensioenfonds van het personeel van het Instituut, ondertekend op 25 maart 1992 door het Instituut en de Algemene Spaar- en Lijfrentekas.
Die pensioenregeling treedt in werking op 1 januari 1992.`
Art. 45.§ 1. Artikel 42 van het samenwerkingsakkoord wordt gewijzigd als volgt : `
Art. 42.Voor de uitoefening van de in artikel 20 bedoelde opdrachten, komt het Instituut op voorstel van de Raad van bestuur in aanmerking voor een begroting die bestaat uit werkingsschenkingen vastgelegd door de Franse Gemeenschap, de Franse Gemeenschapscommissie en het Waalse Gewest.
De verdeelsleutel voor de schenkingen van de Franse Gemeenschap, de Franse Gemeenschapscommissie en het Waalse Gewest wordt respectievelijk vastgelegd als volgt : 25 % , 15 % en 60 % . § 2. Bij de inwerkingtreding van dit samenwerkingsakkoord zorgen de Franse Gemeenschap, de Franse Gemeenschapscommissie en het Waalse Gewest ervoor dat het Instituut beschikt over het meubilair dat noodzakelijk is voor zijn werking.`
Art. 46.De artikelen 42bis en 42ter van het samenwerkingsakkoord worden opgeheven.
Art. 47.Artikel 43 van het samenwerkingsakkoord wordt opgeheven.
Art. 48.In artikel 44 van voornoemd samenwerkingsakkoord wordt het woord `toelagen` vervangen door het woord `schenkingen` en worden de woorden `de Franse Gemeenschap` ingevoegd tussen `de begroting van` en `de Franse Gemeenschapscommissie`.
Art. 49.De artikelen 45 tot 49 van voornoemd samenwerkingsakkoord worden opgeheven.
Art. 50.Artikel 50 van het samenwerkingsakkoord wordt opgeheven.
Art. 51.Er wordt een artikel 52 ingevoegd, luidend als volgt : `
Art. 52.§ 1. De lichamelijke of onlichamelijke roerende goederen i.v.m. het ambt van elk overeenkomstig artikel 53 overgeplaatst personeelslid, worden overgeheveld naar de Franse Gemeenschapscommissie of het Waalse Gewest, al naar gelang het geval.
De archieven van het Instituut worden verdeeld onder het Instituut, de Franse Gemeenschapscommissie en het Waalse Gewest en, in voorkomend geval, naar deze laatste twee overgeheveld, overeenkomstig een lijst opgesteld in een akkoordprotocol tussen het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering.
De toegang tot de door het Instituut bewaarde archieven is vrij en kosteloos voor de in artikel 15bis bedoelde entiteiten.
Onder voorbehoud van de toepassing van artikel 42, § 2, worden de roerende goederen die niet vermeld worden in de vorige leden, verdeeld onder het Instituut, de Franse Gemeenschapscommissie en het Waalse Gewest en, in voorkomend geval, naar deze laatste twee overgeheveld, overeenkomstig de lijst opgesteld in een akkoordprotocol tussen het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering.
De roerende goederen worden overgeheveld in de staat waarin ze zich bevinden, samen met de desbetreffende rechten en verplichtingen.
Onder voorbehoud van de toepassing van de artikelen 1 en 3, § 3, van de wet van 30 juni 1994 betreffende het auteursrecht en de naburige rechten, worden alle intellectuele of industriële eigendomsrechten betreffende werken, scheppingen of door het Instituut ingevoerde opleidingsprogramma's overgeheveld naar de Franse Gemeenschapscommissie en het Waalse Gewest, overeenkomstig de modaliteiten vastgelegd in een akkoordprotocol tussen het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering. § 2. De onroerende goederen, waarvan de inventaris vermeld staat in bijlage I bij dit samenwerkingsakkoord, worden, samen met de desbetreffende rechten en verplichten, van ambtswege naar het Waalse Gewest overgeheveld in de staat waarin ze zich bevinden. § 3. De rechten en verplichtingen die voortvloeien uit de contracten en verbintenissen aangegaan door het Instituut worden verdeeld onder het Instituut, de Franse Gemeenschapscommissie en het Waalse Gewest en, in voorkomend geval, naar deze laatste twee overgeheveld, overeenkomstig de verdeling vermeld in bijlage II bij dit samenwerkingsakkoord. § 4. De Franse Gemeenschapscommissie en het Waalse Gewest volgen het Instituut op wat betreft het geheel van de verplichtingen aangaande het personeel of de overgehevelde goederen, alsook wat betreft de geschillen waarbij het Instituut partij is en die betrekking hebben op de in artikel 20bis bedoelde opdrachten.`
Art. 52.Er wordt een artikel 53 ingevoegd, luidend als volgt : `
Art. 53.§ 1. Het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering wijzen, ieder wat hem (haar) betreft, de personeelsleden van het Instituut aan die naar de Franse Gemeenschapscommissie en het Waalse Gewest overgeplaatst worden, hetzij als statutair personeel, hetzij als contractueel personeel.
De overgeplaatste personeelsleden behouden hun graad of een gelijkaardige graad en hun hoedanigheid, alsook de bezoldiging en de anciënniteit die ze hadden of die ze zouden hebben gehad indien ze de functie waarvan ze houder waren op het ogenblik van hun overplaatsing, hadden blijven uitoefenen binnen het Instituut. § 2. De personeelsleden die een betrekking bekleden binnen de diensten van het Instituut, zoals bedoeld in bijlage III bij dit samenwerkingsakkoord, worden van ambtswege overgeplaatst naar de Franse Gemeenschapscommissie of het Waalse Gewest. § 3. De personeelsleden die niet bedoeld worden in paragraaf 2 van dit artikel en waarvan de lijst vermeld wordt in bijlage IV bij dit samenwerkingsakkoord, worden overeenkomstig de hierna bepaalde modaliteiten hetzij naar de Franse Gemeenschapscommissie hetzij naar het Waalse Gewest overgeplaatst.
De in het vorige lid bedoelde personeelsleden worden bij overeenkomstig dit samenwerkingsakkoord genomen dienstorder in kennis gesteld van de lijst van de door de Franse Gemeenschapscommissie en het Waalse Gewest in te vullen betrekkingen. Ze delen hun voorkeur tussen beide instellingen schriftelijk mee binnen twintig kalenderdagen.
Ze richten hun aanvraag rechtstreeks aan de voorzitter van de Raad van bestuur van het Instituut, die ontvangst daarvan bericht. Hij richt de aanvraag aan de toezichthoudende Ministers binnen vijf kalenderdagen.
De personeelsleden met de vereiste bekwaamheid worden voor elke in te vullen betrekking per graad ingedeeld en in de volgende volgorde overgeplaatst : 1o het lid van de betrokken dienst dat, in voorkomend geval, in de dienstorder vermeld staat; 2o binnen dezelfde betrokken dienst of, bij gebrek aan kandidaat van genoemde dienst, het personeelslid met de grootste graadanciënniteit; 3o met gelijke graadanciënniteit, het personeelslid met de grootste dienstanciënniteit; 4o met gelijke dienstanciënniteit, het oudste personeelslid.
De nog in te vullen betrekkingen worden ingevuld bij overplaatsing van ambtswege, in de omgekeerde volgorde van degene bedoeld in het vorige lid, van de personeelsleden die geen voldoening hebben gekregen bij de eerste overplaatsing. § 4. Als een personeelslid een hogere functie uitoefent binnen het Instituut, wordt voor zijn overplaatsing alleen rekening gehouden met zijn graad. Als hij vanaf de datum van zijn overplaatsing en zonder onderbreking dezelfde hogere functie uitoefent als binnen het Instituut, wordt hij geacht de uitoefening van de vroegere functie voort te zetten.`
Art. 53.De onafhankelijke leersecretarissen die nog in functie zijn op de datum van inwerkingtreding van dit samenwerkingsakkoord, behouden hun huidige statuut tot 31 juli 2007, met inachtneming van de voorwaarden gesteld door het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de Waalse Regering, ieder wat hem (haar) betreft.
Art. 54.Het decreet van 3 juli 1991 betreffende de voortgezette opleiding voor de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen, wordt opgeheven, met uitzondering van de artikelen 15, eerste en tweede lid, en 50.
Namen, 4 juni 2003.
Voor de Franse Gemeenschap : De Minister-President, H. HASQUIN Voor het Waalse Gewest : De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Tewerkstelling en Vorming, Mevr. M. ARENA Voor de Franse Gemeenschapscommissie : De Voorzitter, bevoegd voor Onderwijs, Beroepsomscholing en -Bijscholing, Leerlingenvervoer, de Betrekkingen met de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest, alsook voor Internationale Betrekkingen, E. TOMAS De Minister van Beroepsopleiding en Permanente Vorming van de Middenstand en van het Gehandicaptenbeleid, W. DRAPS
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Bijlage 2 Rechten en verplichtingen die voortvloeien uit de door het IFPME aangegane contracten en verbintenissen. 2.1. Verhuurde onroerende goederen De rechten en verplichtingen van het Instituut betreffende de verhuurde onroerende goederen worden overgedragen of gehandhaafd overeenkomstig onderstaande verdeling, met inbegrip van huurcontracten en elke andere verbintenis verbonden met het gebruik of onderhoud daarvan, met name verzekerings-, ondernemings- of dienstcontracten alsook leveringscontracten, met name voor water, gas, elektriciteit, telefoon en andere communicatiemiddelen : 2.1.1. Het Instituut bewaart de rechten en verplichtingen betreffende het volgende onroerende goed : Kunstlaan 39, te 1040 Brussel. 2.1.2. Overdracht naar de Franse Gemeenschapscommissie van de terbeschikkingstelling van het volgende gebouw : - kantoren van de Territoriale Directie Brussel, Stallestraat 292B , te 1180 Brussel. 2.1.3. Overdracht naar het Waalse Gewest van de rechten en verplichtingen betreffende de volgende onroerende goederen : - `Coordination wallonne`- boulevard Audent 14/5 en 14/4, te 6000 Charleroi - Territoriale Directie Henegouwen - boulevard Audent 31/1, te 6000 Charleroi - Dienst Charleroi - rue Léopold 19, te 6000 Charleroi - Dienst Bergen - chaussée de Binche 101D , blok 3, te 7000 Bergen - Dienst Doornik - rue E. Delwart 12, 7500 Doornik - Territoriale Directie Namen - avenue Golenvaux 25, te 5000 Namen - Dienst Waals Brabant - rue de la Station 17, te 1300 Limal - Dienst Waals Brabant - rue de Mons 125, te 1480 Tubeke - Dienst Namen - rue Henri Lemaîte 69, te 5000 Namen - Dienst Libramont - rue de la Scierie 15, te 6800 Libramont - Dienstwaarneming Vielsalm bij het `Institut Luxembourgeois de Promotion sociale` - Territoriale Directie Luik en Dienst Luik - rue Château Massart 11, te 4000 Luik - Dienst Verviers - rue de la Cité 2, te 4800 Verviers - Dienst Hoei - avenue des Ardennes 7/21, te 4500 Hoei Alsook alle andere overeenkomst(en) aangegaan met organen of instellingen met het oog op de punctuele terbeschikkingstelling van lokalen bestemd voor de dienstwaarnemingen van de toezichthoudende Afgevaardigden. 2.2. Rechten en verplichtingen betreffende de ontwikkeling van software 2.2.1. De rechten en verplichtingen die voortvloeien uit het gebruik van specifieke software voor de uitoefening van de eigen activiteit moeten worden overgedragen naar de Franse Gemeenschapscommissie en het Waalse Gewest, overeenkomstig de modaliteiten vastgesteld in een akkoordprotocol tussen de Franse Gemeenschapscommissie en het Waalse Gewest : - GAP Paie (betaalt opleiders). 2.2.2. De rechten en verplichtingen die voortvloeien uit het gebruik van specifieke software voor de uitoefening van de eigen activiteit moeten worden overgedragen naar het Waalse Gewest : - ShéHérazade - Arno - Félix - Bob Software - boekhouding 2.3. Overdracht van internationale overeenkomsten en partnerschappen buiten de Europese Gemeenschap De rechten en verplichtingen die voortvloeien uit contracten en verbintenissen met internationale partners buiten de Europese Gemeenschap, worden overgedragen : 1) Naar de Franse Gemeenschapscommissie : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 2) Naar het Waalse Gewest Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 2.4. Overdracht van overeenkomsten en partnerschappen Europa 1) Naar de Franse Gemeenschapscommissie : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Alsook alle rechten en verplichtingen die voortvloeien uit de contracten en verbintenissen aangegaan door het Instituut voor de uitvoering van de door de Europese Unie gefinancierde projecten en gesloten met erkende Brusselse vormingscentra. 2) Naar het Waalse Gewest Overgedragen worden : alle rechten en verplichtingen die voortvloeien uit alle contracten en verbintenissen aangegaan door het Instituut voor de uitvoering van de actie `P.M.E. CREATION` en gesloten met operatoren of instellingen die werkzaam zijn op het Franse taalgebied, met inbegrip van vormingscentra.
Overgedragen worden : alle rechten en verplichtingen die voortvloeien uit alle contracten en verbintenissen aangegaan door het Instituut voor de uitvoering van de door de Europese Unie gefinancierde projecten en gesloten met operatoren of instellingen die werkzaam zijn op het Franse taalgebied, met inbegrip van erkende vormingscentra.
De volgende rechten en verbintenissen worden naar het Waalse Gewest overgedragen : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 2.5. Overdracht van gewestelijke en gemeenschapsovereenkomsten en -partnerschappen De rechten en verplichtingen die voortvloeien uit contracten en verbintenissen met gewestelijke en gemeenschapspartners worden verdeeld als volgt : 1) Naar de Franse Gemeenschapscommissie : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 2) Naar het Waalse Gewest : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 2.6. Overdracht van overige overeenkomsten (Diensten) Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Bijlage 3 Van ambtswege overgebrachte personeelsleden 3.1. Lijst van het personeel dat van ambtswege wordt overgebracht naar de Franse Gemeenschapscommissie Territoriale Directie Brussel Stallestraat 292bis - 1180 UKKEL Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 3.2. Lijst van het personeel dat van ambtswege wordt overgebracht naar het Waalse Gewest 3.2.1. `Coordination wallonne` `Coordination wallonne` Boulevard Audent 14/5 - 6000 CHARLEROI Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 3.2.2. Territoriale Directie Henegouwen Territoriale Directie Henegouwen Boulevard Audent 31, bus 26, (1e verdieping) - 6000 CHARLEROI Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Dienst Charleroi Dienst Charleroi Rue Léopold 19 - 6000 CHARLEROI Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Dienst Bergen Dienst Bergen Chaussée de Binche 101D , Blok C, (3e verdieping) - 7000 BERGEN Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Dienst Doornik Dienst Doornik Boulevard Delwart 12 - 7500 DOORNIK Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 3.2.3. Territoriale Directie Namen Territoriale Directie Namen Avenue Golenveaux 25, bus 8, (4e verdieping) - 5000 NAMEN Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Dienst Waals Brabant Dienst Waals Brabant Rue de la Station 17 - 1300 LIMAL Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Dienst Namen Dienst Namen Rue Henri Lemaître 69 - 5000 NAMEN Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Dienst Dinant Dienst Dinant Rue Fétis 63C , Site Remacle - 5500 BOUVIGNES (DINANT) Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Dienst Luxemburg Dienst Luxemburg Rue de la Scierie 15 - 6800 LIBRAMONT Avenue Général Patton 10 - 6700 AARLEN Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 3.2.4. Territoriale Directie Luik Territoriale Directie Luik Rue du Château Massart 11 - 4000 LUIK Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Dienst Verviers Dienst Verviers Rue de la Cité 2 - 4800 VERVIERS Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Dienst Luik Dienst Luik Rue du Château Massart 11 - 4000 LUIK Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Dienst Hoei Dienst Hoei Avenue des Ardennes 7/2 - 4500 HOEI Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Bijlage 4 : Lijst van het personeel van de Centrale Dienst Centrale Dienst Kunstlaan 39 - 1040 BRUSSEL Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld