gepubliceerd op 27 juli 2021
Besluit 2021/464 van het College van de Franse Gemeenschapscommissie betreffende de organisatie van de doorlopende vorming in de permanente vorming ten behoeve van de middenstand en de kleine en middel grote ondernemingen
15 JULI 2021. - Besluit 2021/464 van het College van de Franse Gemeenschapscommissie betreffende de organisatie van de doorlopende vorming in de permanente vorming ten behoeve van de middenstand en de kleine en middel grote ondernemingen
Het College van de Franse Gemeenschapscommissie;
Gelet op het samenwerkingsakkoord gesloten op 20 februari 1995 door de Franse Gemeenschapscommissie, de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest betreffende de permanente vorming ten behoeve van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen en het toezicht van het "Institut de formation permanente pour les Classes moyennes et les petites et moyennes entreprises", goedgekeurd bij decreet van de Vergadering van de Franse Gemeenschapscommissie van 18 december 1995, artikel 17 gewijzigd bij aanhangsel van 4 juni 2003, goedgekeurd door het decreet van 17 juli 2003Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/07/2003 pub. 12/09/2003 numac 2003200774 bron ministerie van het waalse gewest Decreet houdende instemming met het aanhangsel van 4 juni 2003 tot wijziging van het samenwerkingsakkoord gesloten op 20 februari 1995 door de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest i.v.m. de permanente vorming van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen en de voogdij over het Instituut voor permanente vorming van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen sluiten;
Gelet op het besluit 2000/777 van het College van de Franse Gemeenschapscommissie betreffende de voortgezette opleiding en de beroepsomscholing in de permanente vorming ten behoeve van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën gegeven op 14/06;
Gelet op het akkoord van het Collegelid belast met de Begroting;
Gelet op het advies 69.124/2 van de Raad van State, gegeven op 21 april 2021, in toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2° van de gecoördineerde wetten op de Raad van State van 12 januari 1973;
Gelet op het verslag van 9 maart 2021 opgesteld overeenkomstig artikel 3, § 1, 2° van het decreet van 21 juni 2013 houdende de integratie van de genderdimensie in de beleidslijnen van de Franse Gemeenschapscommissie;
Gelet op het verslag van 9 maart 2021 opgesteld overeenkomstig artikel 4, § 3 van het decreet van 15 december 2016 betreffende de integratie van de handicapdimensie in de beleidslijnen van de Franse Gemeenschapscommissie Overwegende dat de huidige uitdagingen van de doorlopende vorming deel uitmaken van een samenhang met de arbeidsmarkt die ingrijpende economische, juridische en sociale transformaties ondergaat;
Overwegende dat de doorlopende vorming gebeurt in alle vormen van opleidingsactiviteiten gedurende gans het leven, zoals de beroepsomscholing maar ook de vervolmaking of bijscholing;
Overwegende dat het doel van doorlopende vorming het verwerven van aanvullende professionele vaardigheden is die burgers in staat stellen zich aan te passen aan de technieken die verband houden met een beroep;
Overwegende dat deze opleidingen het ook mogelijk maken om te voldoen aan de voorschriften en verplichte erkenningen;
Overwegende dat in deze context het besluit 2000/777 van het College van de Franse Gemeenschapscommissie betreffende de voortgezette opleiding en de beroepsomscholing in de permanente vorming ten behoeve van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen, in zijn erkenningsvoorwaarden niet meer voldoet aan de hierboven vermelde overwegingen en dat het noodzakelijk is om te zorgen voor een kader, een methodologie en een controle die de wettelijke en educatieve voorschriften garandeert;
Op voorstel van het Lid van het College belast met Beroepsopleiding, Besluit :
Artikel 1.Dit besluit regelt, overeenkomstig artikel 138 van de Grondwet, een materie bedoeld in artikel 127 van de Grondwet.
Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit, wordt verstaan onder: 1° de doorlopende vorming: de doorlopende vorming bepaald in artikel 9 van het samenwerkingsakkoord van 20 februari 1995 tussen de Franse Gemeenschapscommissie, de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest betreffende de Permanente vorming voor de Middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen en het toezicht van het "Institut de formation permanente pour les Classes moyennes et les petites et moyennes entreprises", goedgekeurd bij het decreet van de Vergadering van de Franse Gemeenschapscommissie van 18 december 1995, artikel 17 gewijzigd bij aanhangsel van 4 juni 2003, goedgekeurd door het decreet van 17 juli 2003Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/07/2003 pub. 12/09/2003 numac 2003200774 bron ministerie van het waalse gewest Decreet houdende instemming met het aanhangsel van 4 juni 2003 tot wijziging van het samenwerkingsakkoord gesloten op 20 februari 1995 door de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest i.v.m. de permanente vorming van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen en de voogdij over het Instituut voor permanente vorming van de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen sluiten;2° de SFPME: Service Formation PME die afhangt van de dienst voor beroepsopleiding van het directiebestuur van onderwijs en beroepsopleiding van de Franse Gemeenschapscommissie waarvan de opdrachten zijn vastgelegd in artikel 20 bis van voormeld samenwerkingsakkoord van 20 februari 1995;3° het centrum : espace formation PME INFAC-INFOBO, Grande école des indépendants et des PME de la Région bruxelloise, Centre de formation permanente pour les classes moyennes et les PME.4° de auditor: de persoon ingeschreven voor een doorlopende vorming.
Art. 3.Het centrum organiseert doorlopende vormingen waarvoor het de erkenning heeft gekregen van een bevoegde overheidsinstantie, opleidingen waarvoor het de voorafgaande erkenning heeft gekregen van de SFPME en doorlopende vormingen die niet onderworpen zijn aan een erkenning. Deze opleidingen zijn bedoeld voor: 1° personen die geconfronteerd worden met een proces van technologische of economische verandering of;2° personen die zich willen omscholen of;3° personen die hun vaardigheden in de uitoefening van hun beroep willen uitbreiden, hun beroepskwalificatie willen verhogen of de technische, wetgevende en maatschappelijke ontwikkelingen ervan willen begrijpen.
Art. 4.Voor de doorlopende vormingen die het door de SFPME erkend wil zien, dient het centrum minstens twee maanden voor de geplande opening van de inschrijvingen voor de doorlopende vorming een aanvraag tot erkenning in.
Art. 5.De aanvraag tot erkenning bevat de volgende gegevens: 1° de titel van de doorlopende vorming;2° het/de werkveld(en) en de bedoelde discipline(s);3° een algemene presentatie die ten minste het volgende omvat: a) de algemene doelstellingen;b) de activiteiten;c) de referenties van het beroep en/of de mogelijke wettelijke of reglementaire grondslagen in verband met de opleiding;d) de integratie van de vorming en aanverwante opleidingen zoals eventuele vrijstellingen en overstapmogelijkheden.4° de doelgroep en de eventuele vereiste voorkennis;5° de structuur van de doorlopende vorming die het volgende bevat: a) de duur, het aantal modules en lesuren per module;b) het programma en de inhoud ervan;c) de verworven kennis aan het einde van de opleiding;d) de voorgestelde lesmethoden 6° het soort evaluatie, de criteria en modaliteiten ervan en de titel die aan het einde van de opleiding wordt uitgereikt;7° het profiel en, in voorkomend geval, de kwalificaties, diploma's, certificeringen en eventuele specifieke vaardigheden van de opleider(s) die de doorlopende vorming zullen verstrekken;8° de nodige installaties en uitrusting.
Art. 6.De SFPME keurt de doorlopende vorming goed waarvan het erkenningsdossier aantoont dat zijn organisatie hem toelaat om de gedefinieerde doelstellingen te bereiken. Hiertoe kan de SFPME aanvullende informatie opvragen en wijzigingen voorstellen.
De SFPME kan de erkenning afhankelijk stellen van wijzigingen.
De erkenningsbeslissing wordt binnen 30 dagen na ontvangst van het volledige dossier aan het centrum meegedeeld. Bij gebreke van kennisgeving van een beslissing binnen 30 dagen, wordt de erkenning verkregen voor een periode van één jaar. Aan het einde van deze periode wordt door het centrum een nieuwe aanvraag tot erkenning ingediend overeenkomstig de artikelen 4 en 5.
Art. 7.De erkenning wordt gegeven voor een periode van 5 jaar. Aan het einde van deze periode, indien er geen wijziging is aangebracht aan de criteria en modaliteiten voorzien in het erkenningsdossier zoals vastgelegd in artikel 5, hernieuwt de SFPME de erkenning voor een nieuwe periode van 5 jaar op verzoek van het centrum.
Bij een wijziging van de criteria en modaliteiten voorzien in het erkenningsdossier, zoals bepaald in artikel 5, gedurende een erkenningsperiode, dient een nieuw verzoek te worden ingediend overeenkomstig de artikelen 4 en 5.
Art. 8.§ 1. Het centrum organiseert een evaluatie van de auditoren aan het einde van de doorlopende vorming. De kandidaat wordt beoordeeld volgens de criteria en modaliteiten voorzien in het erkenningsdossier. De auditoren die voor deze beoordeling geslaagd zijn, verkrijgen een Certificat d'Acquis de Formation Spécifique (CAFS) dat door het centrum namens de Franse Gemeenschapscommissie wordt afgegeven. § 2. Het centrum geeft bewijzen van deelname af aan auditoren die erom vragen.
Art. 9.Een subsidie wordt toegekend door de SFPME, binnen de grenzen van de begrotingskredieten voor de opleidingen die zijn erkend.
Art. 10.Het besluit 2000/777 van het College van de Franse Gemeenschapscommissie van 20 juli 2000 betreffende de voortgezette opleiding en de beroepsomscholing in de permanente vorming voor de middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen wordt opgeheven.
Art. 11.De overeenkomstig voormeld besluit goedgekeurde opleidingen behouden hun erkenning gedurende een periode van 3 jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit.
Art. 12.Het Lid van het College belast met Beroepsopleiding is belast met de uitvoering van deze beslissing.
Brussel, 15 juli 2021.
Voor het College van de Franse Gemeenschapscommissie : B. CLERFAYT Collegelid belast met Beroepsopleiding B. TRACHTE Voorzitster van het College