gepubliceerd op 17 juli 2014
Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse besluiten van de Vlaamse Regering betreffende de financiën en de begrotingen
9 MEI 2014. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse besluiten van de Vlaamse Regering betreffende de financiën en de begrotingen
De Vlaamse Regering, Gelet op de bijzondere
wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
08/08/1980
pub.
11/12/2007
numac
2007000980
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits
sluiten tot hervorming der instellingen, artikel 20, gewijzigd bij de wet van 16 juli 1993;
Gelet op de bijzondere wet van 16 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/01/1989 pub. 06/11/2008 numac 2008000907 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten, artikel 51;
Gelet op het bijzonder decreet van 7 juli 2006Relevante gevonden documenten type bijzonder decreet prom. 07/07/2006 pub. 17/10/2006 numac 2006036360 bron vlaamse overheid Bijzonder decreet over de Vlaamse instellingen sluiten over de Vlaamse instellingen, artikel 21;
Gelet op het decreet van 8 juli 2011Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/07/2011 pub. 05/08/2011 numac 2011035642 bron vlaamse overheid Decreet houdende regeling van de begroting, de boekhouding, de toekenning van subsidies en de controle op de aanwending ervan, en de controle door het Rekenhof sluiten houdende regeling van de begroting, de boekhouding, de toekenning van subsidies en de controle op de aanwending ervan, en de controle door het Rekenhof, artikel 3, § 1, 20, 26, vierde lid, 33, 35, § 4, 37, § 1, 38, § 3 en 39, § 2;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 19 januari 2001Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 19/01/2001 pub. 30/03/2001 numac 2001035298 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne type besluit van de vlaamse regering prom. 19/01/2001 pub. 16/03/2001 numac 2001035208 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering houdende de vaststelling van de criteria van toekenning van onderhoudstoelagen aan centra of diensten voor revalidatie sluiten houdende regeling van de begrotingscontrole en -opmaak;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2011 pub. 01/03/2012 numac 2012035190 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de boekhoudregels en de aanrekeningsregels die van toepassing zijn op de Vlaamse ministeries en betreffende de controle op de vastleggingskredieten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2011 pub. 02/02/2012 numac 2012035079 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de begroting en de boekhouding van de Vlaamse rechtspersonen sluiten betreffende de boekhoudregels en de aanrekeningsregels die van toepassing zijn op de Vlaamse ministeries en de diensten met afzonderlijk beheer en betreffende de controle op de vastleggingskredieten;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2011 pub. 01/03/2012 numac 2012035190 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de boekhoudregels en de aanrekeningsregels die van toepassing zijn op de Vlaamse ministeries en betreffende de controle op de vastleggingskredieten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2011 pub. 02/02/2012 numac 2012035079 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de begroting en de boekhouding van de Vlaamse rechtspersonen sluiten betreffende de begroting en de boekhouding van de Vlaamse rechtspersonen;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 10 maart 2014;
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 19 maart 2014;
Gelet op het advies nr. 55.851/1 van de Raad van State, gegeven op 23 april 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport;
Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK 1. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 januari 2001Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 19/01/2001 pub. 30/03/2001 numac 2001035298 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne type besluit van de vlaamse regering prom. 19/01/2001 pub. 16/03/2001 numac 2001035208 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering houdende de vaststelling van de criteria van toekenning van onderhoudstoelagen aan centra of diensten voor revalidatie sluiten houdende regeling van de begrotingscontrole en -opmaak
Artikel 1.In artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 januari 2001Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 19/01/2001 pub. 30/03/2001 numac 2001035298 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne type besluit van de vlaamse regering prom. 19/01/2001 pub. 16/03/2001 numac 2001035208 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering houdende de vaststelling van de criteria van toekenning van onderhoudstoelagen aan centra of diensten voor revalidatie sluiten houdende regeling van de begrotingscontrole en -opmaak, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juni 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° punt 3° wordt vervangen door wat volgt: "3° verrekening: de definitie, vermeld in artikel 2, 18°, van het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken;"; 2° er wordt een punt 10° toegevoegd, dat luidt als volgt: "10° bestelling: een concrete opdracht die in het kader van een raamovereenkomst of een dynamisch aankoopsysteem wordt geplaatst".
Art. 2.In artikel 6 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 23 juni 2006 en 10 december 2010, wordt paragraaf 2bis opgeheven.
Art. 3.In artikel 15 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 10 december 2010, 1 juni 2012 en 15 maart 2013, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 wordt punt 4° vervangen door wat volgt: "4° voorstellen met betrekking tot: a) de herverdelingen, vermeld in artikel 20, § 1, van het decreet van 8 juli 2011Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/07/2011 pub. 05/08/2011 numac 2011035642 bron vlaamse overheid Decreet houdende regeling van de begroting, de boekhouding, de toekenning van subsidies en de controle op de aanwending ervan, en de controle door het Rekenhof sluiten houdende regeling van de begroting, de boekhouding, de toekenning van subsidies en de controle op de aanwending ervan, en de controle door het Rekenhof;b) de herverdelingen, vermeld in artikel 20, § 2, van hetzelfde decreet, als het herverdelingen met betrekking tot kredietverleningen, deelnemingen en de aflossing van overheidsschuld betreft;c) de herverdelingen, vermeld in artikel 20, § 2, van hetzelfde decreet, als het herverdelingen betreft tussen verschillende programma's die behoren tot hetzelfde beleidsdomein;d) de herverdelingen van de vastleggingskredieten, vermeld in artikel 20, § 3, van hetzelfde decreet;e) de herverdelingen van de vereffeningskredieten, vermeld in artikel 20, § 3, van hetzelfde decreet, als het herverdelingen met betrekking tot kredietverleningen, deelnemingen, de aflossing van overheidsschuld, het over te dragen saldo en de spijziging van het reservefonds betreft; f) de herverdelingen van kredieten of overschrijdingen van limitatieve kredieten van een Vlaamse rechtspersoon zonder raad van bestuur, vermeld in artikel 9, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2011 pub. 01/03/2012 numac 2012035190 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de boekhoudregels en de aanrekeningsregels die van toepassing zijn op de Vlaamse ministeries en betreffende de controle op de vastleggingskredieten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2011 pub. 02/02/2012 numac 2012035079 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de begroting en de boekhouding van de Vlaamse rechtspersonen sluiten betreffende de begroting en de boekhouding van de Vlaamse rechtspersonen;"; 2° aan paragraaf 1 wordt een punt 5° toegevoegd, dat luidt als volgt: "5° het afsluiten van een meerjarige verbintenis als vermeld in artikel 7, § 4, 2°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 8 november 2013Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 08/11/2013 pub. 18/12/2013 numac 2013206869 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de algemene regels inzake subsidiëring sluiten betreffende de algemene regels inzake subsidiëring."; 3° aan paragraaf 2 wordt een punt 6° toegevoegd, dat luidt als volgt: "6° besluiten houdende de toekenning van een toelage aan de diensten met afzonderlijk beheer en de rechtspersonen als vermeld in artikel 4, § 1, van het decreet van 8 juli 2011Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/07/2011 pub. 05/08/2011 numac 2011035642 bron vlaamse overheid Decreet houdende regeling van de begroting, de boekhouding, de toekenning van subsidies en de controle op de aanwending ervan, en de controle door het Rekenhof sluiten houdende regeling van de begroting, de boekhouding, de toekenning van subsidies en de controle op de aanwending ervan, en de controle door het Rekenhof.".
Art. 4.Artikel 18 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 5 september 2008 en 10 december 2012, wordt vervangen door wat volgt: "
Art. 18.§ 1. Inzake overheidsopdrachten moet het advies gevraagd worden aan de inspecteur van Financiën als de geraamde waarde van de opdracht de volgende drempelbedragen (exclusief btw) bereikt: 1° als de opdracht gegund wordt door middel van een open of beperkte aanbesteding: a) voor een opdracht van werken of van leveringen: 500.000 euro; b) voor een opdracht van diensten: 250.000 euro; 2° als de opdracht gegund wordt door middel van een open of beperkte offerteaanvraag: a) voor een opdracht van werken of van leveringen: 150.000 euro; b) voor een opdracht van diensten: 85.000 euro; 3° als de opdracht gegund wordt door middel van een onderhandelingsprocedure met bekendmaking: a) voor een opdracht van werken of van leveringen: 150.000 euro; b) voor een opdracht van diensten: 85.000 euro; 4° als de opdracht gegund wordt door middel van een onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking: 85.000 euro; 5° als de opdracht gegund wordt door middel van een concurrentiedialoog: 200.000 euro. § 2/1. Voor overheidsopdrachten die de bovenvermelde drempelbedragen bereiken, wordt het advies gevraagd aan de inspecteur van Financiën over: 1° de motivering voor de principiële uitvoering van de opdracht en de keuze van de gunningsprocedure;2° het ontwerp van bestek of de opdrachtdocumenten;3° het voorstel tot gunning van een raamovereenkomst;4° het voorstel tot gunning op basis van het vergelijkend gunningsverslag. § 2/2. Voor de selectiebeslissing in het kader van een beperkte procedure, onderhandelingsprocedure met bekendmaking of concurrentiedialoog en de selectiebeslissing en beoordelingsbeslissing van de indicatieve offertes in het kader van een dynamisch aankoopsysteem, kan het advies van de Inspectie van Financiën vrijblijvend aangevraagd worden.
Het advies van de Inspectie van Financiën dient voor deze aangelegenheden verplicht aangevraagd als de geraamde waarde van de opdracht de volgende drempelbedragen (exclusief btw) bereikt: 1° 20.000.000 euro voor werken; 2° 10.000.000 euro voor leveringen; 3° 5.000.000 euro voor diensten. § 3. Ongeacht de geraamde waarde van de opdracht moeten de volgende overheidsopdrachten altijd voor advies worden voorgelegd: 1° de overheidsopdracht die gegund wordt door middel van een open of beperkte aanbesteding, waarbij de aanbestedende overheid voorstelt de opdracht niet aan de laagste inschrijver toe te wijzen;2° elke overheidsopdracht die de raming met meer dan 20% overschrijdt. § 4. Overeenkomsten op basis van een onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking in de zin van artikel 26, § 1, eerste lid, 2°, 3° en 4°, van de wet van 15 juni 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/06/2006 pub. 15/02/2007 numac 2006021341 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten sluiten betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten, die gegund worden aan de opdrachtnemer van de oorspronkelijke opdracht, worden voor advies voorgelegd aan de inspecteur van Financiën als het drempelbedrag, vermeld in artikel 18, § 1, 4°, bereikt wordt. § 5. Na overleg met de bevoegde inspecteur van Financiën wordt in een protocol dat gesloten wordt tussen de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, en de functioneel bevoegde minister, bepaald vanaf welk bedrag of vanaf welk relatief aandeel een wijziging van een opdracht voor voorafgaand advies aan de inspecteur van Financiën moet worden voorgelegd.
In voorkomend geval kan in dat protocol bepaald worden in welke mate de termijn van twaalf werkdagen, vermeld in artikel 10, derde lid, ingekort wordt, zonder dat die termijn minder dan vier werkdagen bedraagt, op voorwaarde dat de interne administratieve behandeling van de wijziging van een opdracht volgens dezelfde termijn verloopt. § 6. Bestellingen in het kader van een raamovereenkomst waar alle contractuele voorwaarden vastliggen, moeten voor advies worden voorgelegd aan de inspecteur van Financiën als de volgende drempelbedragen (exclusief btw) worden bereikt: 1° 500.000 euro voor werken; 2° 300.000 euro voor leveringen; 2° 100.000 euro voor diensten.
Als de bestelling bestaat uit continue prestaties, zoals exploitatie en recurrent onderhoud, slaan de bovenvermelde drempelbedragen op het geraamde totale bedrag van de bestelling over twaalf maanden, conform de bepalingen over de raming, vermeld in artikel 24 tot en met 28 van het koninklijk besluit van 15 juli 2011Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 15/07/2011 pub. 09/08/2011 numac 2011021058 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren type koninklijk besluit prom. 15/07/2011 pub. 28/06/2013 numac 2013000416 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren. - Duitse vertaling sluiten plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren. Indien de looptijd van de prestatie van de bestelling langer dan twaalf maanden bedraagt, dient de volledige bestelling afgetoetst aan de drempels van het eerste lid. § 7. Bestellingen in het kader van een raamovereenkomst waar niet alle contractuele voorwaarden vastliggen of in het kader van een dynamisch aankoopsysteem moeten voor advies worden voorgelegd aan de inspecteur van Financiën als het drempelbedrag (exclusief btw) van 85.000 euro wordt bereikt.
Als de bestelling bestaat uit continue prestaties, zoals exploitatie en recurrent onderhoud, slaat het bovenvermelde drempelbedrag op het geraamde totale bedrag van de bestelling over twaalf maanden, conform de bepalingen over de raming, vermeld in artikel 24 tot en met 28 van het koninklijk besluit van 15 juli 2011Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 15/07/2011 pub. 09/08/2011 numac 2011021058 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren type koninklijk besluit prom. 15/07/2011 pub. 28/06/2013 numac 2013000416 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren. - Duitse vertaling sluiten plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren. Indien de looptijd van de prestatie van de bestelling langer dan twaalf maanden bedraagt, dient de volledige bestelling afgetoetst aan de drempels van het eerste lid. § 8. Bestellingen in het kader van een raamovereenkomst of dynamisch aankoopsysteem, gesloten door een rechtspersoon die niet onder het toepassingsgebied van dit besluit valt, moeten voor advies worden voorgelegd aan de inspecteur van Financiën als het drempelbedrag (exclusief btw) van 85.000 euro wordt bereikt.
Als de bestelling bestaat uit continue prestaties, zoals exploitatie en recurrent onderhoud, slaat het bovenvermelde drempelbedrag op het geraamde totale bedrag van de bestelling over twaalf maanden, conform de bepalingen over de raming, vermeld in artikel 24 tot en met 28 van het koninklijk besluit van 15 juli 2011Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 15/07/2011 pub. 09/08/2011 numac 2011021058 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren type koninklijk besluit prom. 15/07/2011 pub. 28/06/2013 numac 2013000416 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren. - Duitse vertaling sluiten plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren. Indien de looptijd van de prestatie van de bestelling langer dan twaalf maanden bedraagt, dient de volledige bestelling afgetoetst aan de drempels van het eerste lid. § 9. Overeenkomsten die niet als een overheidsopdracht gekwalificeerd worden, moeten voor advies worden voorgelegd aan de inspecteur van Financiën vanaf een bedrag van 85.000 euro (exclusief btw).".
Art. 5.Artikel 20 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "
Art. 20.Een ontwerpenwedstrijd moet voor advies worden voorgelegd als de geraamde waarde van de opdracht van diensten die gegund wordt ter uitvoering van het resultaat van de ontwerpenwedstrijd, de volgende bedragen (exclusief btw) bereikt: 1° in geval van een open procedure: 150.000 euro; 2° in geval van een beperkte procedure: 85.000 euro.".
Art. 6.Artikel 24 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "
Art. 24.Indien de Inspectie van Financiën van mening is dat niet of niet in voldoende mate voldaan werd aan één of meerdere aspecten, vermeld in artikel 10, eerste lid, kan hij een ongunstig advies uitbrengen. In dat geval dient dit ongunstig advies gemotiveerd te worden en stelt de inspecteur van Financiën in zijn advies vast dat de voorgestelde uitgave niet mag verricht worden, onverminderd artikel 6 en 7.".
Hoofdstuk 2. Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2011 pub. 01/03/2012 numac 2012035190 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de boekhoudregels en de aanrekeningsregels die van toepassing zijn op de Vlaamse ministeries en betreffende de controle op de vastleggingskredieten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2011 pub. 02/02/2012 numac 2012035079 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de begroting en de boekhouding van de Vlaamse rechtspersonen sluiten betreffende de boekhoudregels en de aanrekeningsregels die van toepassing zijn op de Vlaamse ministeries en de diensten met afzonderlijk beheer en betreffende de controle op de vastleggingskredieten
Art. 7.Artikel 2/2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2011 pub. 01/03/2012 numac 2012035190 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de boekhoudregels en de aanrekeningsregels die van toepassing zijn op de Vlaamse ministeries en betreffende de controle op de vastleggingskredieten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2011 pub. 02/02/2012 numac 2012035079 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de begroting en de boekhouding van de Vlaamse rechtspersonen sluiten betreffende de boekhoudregels en de aanrekeningsregels die van toepassing zijn op de Vlaamse ministeries en de diensten met afzonderlijk beheer en betreffende de controle op de vastleggingskredieten, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 2012 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 15 maart 2013, wordt vervangen door wat volgt: "
Art. 2/2.§ 1. Het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, is vereist voor: 1° de herverdelingen, vermeld in artikel 20, § 1, van hetzelfde decreet;2° de herverdelingen, vermeld in artikel 20, § 2, van hetzelfde decreet, als het herverdelingen met betrekking tot kredietverleningen, deelnemingen en de aflossing van overheidsschuld betreft;3° de herverdelingen, vermeld in artikel 20, § 2, van hetzelfde decreet, als het herverdelingen betreft tussen verschillende programma's die behoren tot hetzelfde beleidsdomein;4° de herverdelingen van de vastleggingskredieten, vermeld in artikel 20, § 3, van hetzelfde decreet;5° de herverdelingen van de vereffeningskredieten, vermeld in artikel 20, § 3, van hetzelfde decreet, als het herverdelingen met betrekking tot kredietverleningen, deelnemingen, de aflossing van overheidsschuld, het over te dragen saldo en de spijziging van het reservefonds betreft. § 2. De Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, bevestigt zo snel mogelijk de ontvangst van een aanvraag tot herverdeling van kredieten en vermeldt daarbij de datum van ontvangst. Hij doet uitspraak over de herverdeling van kredieten binnen een periode van twaalf werkdagen vanaf de ontvangstdatum.
Als de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, geen uitspraak doet binnen een periode van twaalf werkdagen, wordt hij geacht in te stemmen met het voorstel van de functioneel bevoegde minister.
Als de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, zijn akkoord niet verleent, kan de functioneel bevoegde minister zijn voorstel ter beslissing voorleggen aan de Vlaamse Regering. § 3. De Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, bepaalt de nadere regels voor de indiening van een aanvraag tot herverdeling van kredieten.".
Art. 8.Artikel 7 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "
Art. 7.§ 1. De volgende uitgaven zijn vrijgesteld van het voorafgaande visum van de controleur van de vastleggingen: 1° de salarissen, de salaristoelagen, de vergoedingen en de sociale voordelen van de personeelsleden van de Vlaamse overheid;2° de salarissen en de salaristoelagen van de personeelsleden van de Nederlandstalige peutertuinen en kinderdagverblijven, alsook van de personeelsleden van het voor- en naschoolse toezicht, verbonden aan de scholen van het Gemeenschapsonderwijs in Brussel-Hoofdstad, alsook de salaristoelagen voor het leidinggevende en technische personeel van de erkende openbare gemeentelijke, provinciale en privaatrechtelijke bibliotheken;3° de salarissen en de salaristoelagen, fietsvergoedingen en vervoerkosten van de personeelsleden van het basis-, secundair, hoger onderwijs (met uitzondering van het universitair onderwijs), het buitengewoon onderwijs, het secundair volwassenenonderwijs, het hoger beroepsonderwijs, het deeltijds kunstonderwijs, de diensten voor beroepsoriëntering, de centra voor leerlingenbegeleiding, de onderwijsinspectie, de pedagogische begeleidingsdiensten, alsook de salarissen en de salaristoelagen voor de basiseducatie;4° de toelagen, de vergoedingen en de presentiegelden voor de afgevaardigden van de Vlaamse Regering;5° de schadevergoedingen, toegewezen op basis van een uitvoerbaar vonnis of arrest of een afgesloten dading;6° de aflossingen van kapitaal en rente, bepaald onder het beleidsdomein Financiën en Begroting;7° de betaling van de moratoriumintresten, verschuldigd aan belastingplichtigen in het kader van de inning van de onroerende voorheffing, de verkeersbelasting, de belasting op de inverkeerstelling en het eurovignet door het Vlaamse Gewest, van de heffing ter bestrijding van de leegstand en verkrotting van gebouwen of woningen, van de heffing ter bestrijding en voorkoming van de leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten;8° overheidsopdrachten, gesloten met een aanvaarde factuur; 9° alle werkingskosten die niet hoger zijn dan 8.500 euro; 10° de kantoorkosten, de huur en huurkosten, en de abonnementen op publicaties, ongeacht het bedrag ervan;11° de besluiten tot toekenning van subsidies, prijzen en giften waarvan het bedrag lager is dan 7000 euro;12° de toelagen aan de diensten met afzonderlijk beheer;13° de terugbetaling van ten onrechte geïnde ontvangsten;14° de honoraria van experts uit het buitenland, ongeacht het bedrag ervan, en de toelagen die voortvloeien uit regelingen met vreemde landen waarvan het bedrag lager is dan 1250 euro per begunstigde;15° de voorschotten en afrekeningen met betrekking tot de buitenlandse zendingen, ongeacht het bedrag ervan;16° de reiskosten van de personen die uit het buitenland komen of zich naar het buitenland begeven, ongeacht het bedrag ervan;17° de uitgaven voor nutsvoorzieningen en energiefacturen, ongeacht het bedrag ervan;18° de onroerende voorheffing op het patrimonium van het Vlaamse Gewest, ongeacht het bedrag ervan;19° de milieuheffingen, ongeacht het bedrag ervan;20° de uitgaven in het kader van de aanmoedigingspremies voor de openbare, de privé- en de socialprofitsector;21° de subsidies en loontegemoetkomingen in het kader van het derdearbeidscircuit, de gesubsidieerde contractuelen en de werkervaringsmaatregelen;22° de subsidies en loontegemoetkomingen in het kader van de invoegbedrijven, de sociale en beschutte werkplaatsen, de lokale diensteneconomie en de arbeidszorg;23° alle schuldvorderingen die voortvloeien uit contracten met vervrachters voor het strooien van dooizouten en het sneeuwruimen met betrekking tot de winterdienst, ongeacht het bedrag ervan; 24° de uitgaven waarvan het bedrag niet hoger is dan 37.500 euro voor het geïntegreerd beheers- en controlesysteem; 25° alle betalingen aan de nv Tunnel Liefkenshoek die voortvloeien uit het tolvrij openstellen van de Liefkenshoektunnel ten gevolge van verkeersincidenten of calamiteiten die een belangrijke hinder doen ontstaan op de ring van Antwerpen, de toegangswegen naar de ring of in de Kennedytunnel gedurende de verplichte omleiding, ongeacht het bedrag ervan;26° alle schuldvorderingen, ongeacht het bedrag ervan, die voortvloeien uit de herstelling van averijen aan elektrische en elektromechanische installaties op de gewestwegen en waterwegen, alsook het overige patrimonium dat onder de bevoegdheid van het agentschap Wegen en Verkeer valt;27° de betaling van de declaraties, inclusief de rentedeclaraties, met toepassing van het verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Vlaamse Gewest inzake de verruiming van de vaarweg in de Westerschelde, de werken op Nederlands grondgebied aan het kanaal Gent - Terneuzen en de realisatie van de langetermijnvisie Schelde, ongeacht het bedrag ervan;28° uitgaven die vrijgesteld zijn op basis van een decretale toelating. § 2. De uitgaven blijven onderhevig aan een a-posterioricontrole door de controleur van de vastleggingen. § 3. De uitgaven kunnen gelijktijdig aangerekend worden op het vastleggingskrediet en op het vereffeningskrediet. § 4. De budgettaire aanrekening op de vastleggingskredieten van budgetreserveringen waarvan de definitieve begunstigde of het bedrag per begunstigde nog niet bekend is op 31 december, moeten voorzien worden van het visum van de controleur van de vastleggingen om overgedragen te worden naar het volgende begrotingsjaar.".
Art. 9.Artikel 8/3 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 2012, wordt vervangen door wat volgt: "
Art. 8/3.§ 1. In de begroting van de dienst met afzonderlijk beheer moeten alle ontvangsten en alle uitgaven worden opgenomen. Een aanwending uit het reservefonds en het overgedragen saldo worden beschouwd als ontvangsten terwijl een spijziging van het reservefonds en het over te dragen saldo worden beschouwd als uitgaven. § 2. De begroting maakt een duidelijk onderscheid tussen de apparaatsuitgaven en de beleidsuitgaven van de dienst met afzonderlijk beheer.".
Art. 10.Artikel 8/4 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 2012, wordt vervangen door wat volgt: "
Art. 8/4.§ 1. Het saldo van het lopende jaar, verminderd met het totale bedrag van de aangegane verbintenissen die nog niet zijn vereffend, kan voor maximaal 10% worden aangewend voor de vorming of de spijziging van een reservefonds. De minister die belast is met het beheer van of het toezicht op de dienst met afzonderlijk beheer, kan dat percentage aanpassen met het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting.
De voorafname gebeurt tot de middelen van het reservefonds 10 % bedragen van het gemiddelde van de uitgaven van de drie voorafgaande begrotingsjaren, tenzij dat bedrag wordt gewijzigd op voorstel van de minister die belast is met het beheer van of het toezicht op de dienst met afzonderlijk beheer, met het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting. § 2. De aanwending uit het reservefonds en de aanwending van het gerealiseerde positieve begrotingssaldo van de dienst met afzonderlijk beheer is mogelijk op basis van een aanwendingsplan dat opgemaakt wordt door de minister die belast is met het beheer van of het toezicht op de dienst met afzonderlijk beheer. Het aanwendingsplan omvat ook een overzicht van de geplande spijziging van het reservefonds of het saldo en kan in voorkomend geval betrekking hebben op verschillende begrotingsjaren. § 3. Het ontwerp van begroting of de begrotingsaanpassing respectievelijk het aanwendingsplan wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de Vlaamse Regering.". HOOFDSTUK 3. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2011 pub. 01/03/2012 numac 2012035190 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de boekhoudregels en de aanrekeningsregels die van toepassing zijn op de Vlaamse ministeries en betreffende de controle op de vastleggingskredieten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2011 pub. 02/02/2012 numac 2012035079 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de begroting en de boekhouding van de Vlaamse rechtspersonen sluiten betreffende de begroting en de boekhouding van de Vlaamse rechtspersonen
Art. 11.Artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2011 pub. 01/03/2012 numac 2012035190 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de boekhoudregels en de aanrekeningsregels die van toepassing zijn op de Vlaamse ministeries en betreffende de controle op de vastleggingskredieten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2011 pub. 02/02/2012 numac 2012035079 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de begroting en de boekhouding van de Vlaamse rechtspersonen sluiten betreffende de begroting en de boekhouding van de Vlaamse rechtspersonen wordt vervangen door wat volgt: "
Art. 2.Dit besluit is van toepassing op alle Vlaamse rechtspersonen, vermeld in artikel 4, § 1, 2°, van het Rekendecreet.
Artikel 5, § 1, § 3, § 4, artikel 14 en artikel 15 van dit besluit zijn ook van toepassing op de Vlaamse rechtspersonen, vermeld in artikel 4, § 2, van het Rekendecreet.".
Art. 12.Artikel 6 van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2011 pub. 01/03/2012 numac 2012035190 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de boekhoudregels en de aanrekeningsregels die van toepassing zijn op de Vlaamse ministeries en betreffende de controle op de vastleggingskredieten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2011 pub. 02/02/2012 numac 2012035079 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de begroting en de boekhouding van de Vlaamse rechtspersonen sluiten betreffende de begroting en de boekhouding van de Vlaamse rechtspersonen wordt vervangen door wat volgt: "
Art. 6.De aanwending uit het reservefonds en de aanwending van het begrotingssaldo van de Vlaamse rechtspersoon zijn mogelijk op basis van een aanwendingsplan dat door de Vlaamse rechtspersoon opgemaakt wordt. Het aanwendingsplan omvat ook een overzicht van de geplande spijziging van het reservefonds of saldo en kan in voorkomend geval betrekking hebben op verschillende begrotingsjaren.".
Art. 13.Artikel 7 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "
Art. 7.Het ontwerp van begroting of de begrotingsaanpassing, met inbegrip van het investeringsplan en het aanwendingsplan, wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de inhoudelijk bevoegde minister, die het ontwerp van begroting of de begrotingsaanpassing vervolgens voorlegt aan de Vlaamse Regering.
Als de Vlaamse rechtspersoon beschikt over een raad van bestuur, keurt die het ontwerp van begroting of de begrotingsaanpassing goed voor hij het ontwerp aan de inhoudelijk bevoegde minister bezorgt.".
Art. 14.In artikel 9/1 van het hetzelfde besluit wordt een paragraaf 4 ingevoegd, die luidt als volgt: " § 4. De Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, bevestigt zo snel mogelijk de ontvangst van een aanvraag tot herverdeling van kredieten of tot overschrijding van limitatieve kredieten en vermeldt daarbij de datum van ontvangst. Hij doet uitspraak over de herverdeling van kredieten of over de overschrijding van limitatieve kredieten binnen een periode van twaalf werkdagen vanaf de ontvangstdatum.
Als de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, geen uitspraak doet binnen een periode van twaalf werkdagen, wordt hij geacht in te stemmen met het voorstel van de functioneel bevoegde minister.
Als de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, zijn akkoord niet verleent, kan de functioneel bevoegde minister zijn voorstel ter beslissing voorleggen aan de Vlaamse Regering.". HOOFDSTUK 4. - Slotbepalingen
Art. 15.De Vlaamse minister, bevoegd voor de financiën en de begrotingen, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 9 mei 2014.
De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport, Ph. MUYTERS