Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Regering Van De Franse Gemeenschap van 17 september 2019
gepubliceerd op 27 september 2019

Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de verdeling van de bevoegdheden onder de Ministers en tot regeling van de ondertekening van de akten van de Regering

bron
ministerie van de franse gemeenschap
numac
2019014724
pub.
27/09/2019
prom.
17/09/2019
ELI
eli/besluit/2019/09/17/2019014724/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

17 SEPTEMBER 2019. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de verdeling van de bevoegdheden onder de Ministers en tot regeling van de ondertekening van de akten van de Regering


De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op de artikelen 127 tot 129 van de Grondwet, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen, inzonderheid gewijzigd bij de bijzondere wetten van 8 augustus 1988, 5 mei 1993, 16 juli 1993, 13 juli 2001, 12 augustus 2003, 19 juli 2012 en 6 januari 2014;

Gelet op het bijzonder decreet van 3 april 2014Relevante gevonden documenten type bijzonder decreet prom. 03/04/2014 pub. 25/06/2014 numac 2014029357 bron ministerie van de franse gemeenschap Bijzonder decreet betreffende de bevoegdheden van de Franse Gemeenschap waarvan de uitoefening naar het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie wordt overgedragen sluiten betreffende de bevoegdheden van de Franse Gemeenschap waarvan de uitoefening naar het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie wordt overgedragen;

Gelet op het bijzonder decreet van 13 juli 1999Relevante gevonden documenten type bijzonder decreet prom. 13/07/1999 pub. 17/07/1999 numac 1999029406 bron ministerie van de franse gemeenschap Bijzonder decreet houdende verhoging van het maximumaantal Regeringsleden in uitvoering van artikelen 123, § 2, van de Grondwet en 63, § 4, van de bijzondere wet tot hervorming der instellingen van 8 augustus 1980, zoals gewijzigd bij de wetten van 8 augustus 1988 en van 16 juli 1993 sluiten houdende verhoging van het maximumaantal leden van de Regering van de Franse Gemeenschap;

Overwegende dat de Regering de mogelijkheid moet worden geboden om zo doeltreffend mogelijk te kunnen werken;

Gelet op de bijzonder dringende noodzakelijkheid, voor de Regering van de Franse Gemeenschap, samengesteld met toepassing van artikel 60 van de voormelde bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen, te zorgen voor de continuïteit van de openbare dienst;

Op de voordracht van de Minister-President;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In de zin van dit besluit, dient te worden verstaan onder: 1° "Minister" : een Minister, Lid van de Regering van de Franse Gemeenschap;2° "Wet" : de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen, inzonderheid gewijzigd bij de wetten van 8 augustus 1988, 5 mei 1993, 16 juli 1993, 13 juli 2001, 12 augustus 2003, 19 juli 2012 en 6 januari 2014;3° "Decreet" : het bijzonder decreet van 3 april 2014Relevante gevonden documenten type bijzonder decreet prom. 03/04/2014 pub. 25/06/2014 numac 2014029357 bron ministerie van de franse gemeenschap Bijzonder decreet betreffende de bevoegdheden van de Franse Gemeenschap waarvan de uitoefening naar het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie wordt overgedragen sluiten betreffende de bevoegdheden van de Franse Gemeenschap waarvan de uitoefening naar het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie wordt overgedragen.

Art. 2.Pierre-Yves Jeholet, Minister-President, is bevoegd voor : 1° de coördinatie van het Regeringsbeleid en van de mededelingen in verband daarmee;2° de intra-Belgische betrekkingen, met inbegrip van het aanhangig maken van vraagstukken bij het Overlegcomité Federale Regering, Regeringen van de Gemeenschappen en Gewesten, de werking van de instellingen en de betrekkingen met het Parlement;3° de internationale betrekkingen, met inbegrip van de betrekkingen met de Europese instellingen, en de ontwikkelingssamenwerking zoals bedoeld in artikel 6 ter van de wet;4° het verzoek om vervolgingen te bevelen, de deelneming aan de uitwerking van de bindende richtlijnen van het strafrechtelijk beleid en de deelneming aan de vergaderingen van het College van procureurs-generaal, zoals bedoeld in artikel 11bis van de wet;5° de coördinatie van de dossiers betreffende de Europese structuurfondsen, de toepassing en de evaluatie ervan, met inbegrip van de betrekkingen met de Europese, nationale en gewestinstellingen;6° de evaluatie, de prospectie en de statistiek;7° de verdeling van de middelen uit de Nationale Loterij.

Art. 3.Frédéric Daerden, Vice-President en Minister van Begroting, Ambtenarenzaken, Gelijke Kansen en belast met het toezicht op "Wallonie-Bruxelles Enseignement", is bevoegd voor: 1° de begroting, de financiën en de thesaurie;2° de ambtenarenzaken en het bestuur;3° de administratieve vereenvoudiging;4° het e-government en de administratieve informatica;5° de vestiging van de diensten en instellingen, alsook het beheer van onroerende zaken;6° het authenticeren van de handelingen met een onroerend karakter, zoals bedoeld in artikel 6quinquies van de wet;7° de gelijke kansen en interculturaliteit;8° het toezicht op "Wallonie-Bruxelles Enseignement";9° de schoolgebouwen.

Art. 4.Bénédicte Linard, Vice-President en Minister van Kind, Gezondheid, Cultuur, Media en Vrouwenrechten, is bevoegd voor : 1° de culturele aangelegenheden, zoals bedoeld in artikel 4, 1°, 3°, 4°, 5°, 8°, 10°, 13°, van de wet, met inbegrip van de filmsector;2° de filmkeuring, met het oog op de toegang van minderjarigen tot bioscoopzalen, zoals bedoeld in artikel 5, V, van de wet;3° het gezondheidsbeleid, dat behoort tot de opdrachten die aan de "Office de la naissance et de l'enfance" worden toegewezen, zoals bedoeld in artikel 3, 6°, f), van het decreet;4° de bijstand aan personen, die behoort tot de opdrachten die aan de "Office de la naissance et de l'enfance" worden toegewezen, zoals bedoeld in artikel 3, 7°, a) van het decreet;5° de vakantiecentra, inzonderheid voor de aangelegenheden bepaald in de artikelen 4, 7°, 12°, 14°, en 5 van de wet, onverminderd artikel 138 van de Grondwet en de ter uitvoering ervan aangenomen decreten;6° de activiteiten en diensten inzake preventieve geneeskunde bestemd voor zuigelingen, kinderen, leerlingen en studenten, zoals bedoeld in artikel 3, 6°, e), van het decreet;7° de kinderopvang;8° de coördinatie van het Regeringsbeleid met betrekking tot de verwezenlijking van de rechten van het kind;9° de "Office de la naissance et de l'enfance » ;10° de inhoudelijke en technische aspecten van de audiovisuele en de auditieve mediadiensten, zoals bedoeld in artikel 4, 6° van de wet, met uitzondering van het uitzenden van mededelingen van de federale regering;11° de hulp aan de geschreven pers, zoals bedoeld in artikel 4, 6° bis, van de wet;12° vrouwenrechten.

Art. 5.Valérie Glatigny, Minister van Hoger Onderwijs, Onderwijs voor Sociale Promotie, Universitaire Ziekenhuizen, Hulpverlening aan de Jeugd, Justitiehuizen, Jeugd, Sport en de Promotie van Brussel, is bevoegd voor : 1° het hoger onderwijs, met inbegrip van : a.het universitair onderwijs, b. het niet-universitair hoger onderwijs, van het korte type en het lange type;c. het kunstonderwijs van het hogere niveau, met inbegrip van de conservatoria;d. de statuten van het personeel van het hoger onderwijs;2° de studietoelagen en -leningen;3° de universitaire ziekenhuizen, zoals bedoeld in artikel 3, 6°, a), van het decreet, en de revalidatieovereenkomsten die met de universitaire ziekenhuizen worden gesloten, zoals bedoeld in artikel 3, 6°, b), van het decreet;4° de "Académie royale de Médecine", zoals bedoeld in artikel 3, 6°, c), van het decreet;5° de erkenning en de contingentering van de gezondheidszorgberoepen;6° de "Société scientifique de médecine générale";7° het wetenschappelijk onderzoek, met inbegrip van de aanmoediging van de vorming van navorsers, zoals bedoeld in artikel 4, 2°, van de wet;8° de kredieten voor fundamenteel onderzoek, afkomstig uit de Diensten voor Programmatie van het Wetenschapsbeleid, uit Volksgezondheid en Economische Zaken, en de kredieten bestemd voor het Nationaal Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek en het Instituut tot Aanmoediging van het Wetenschappelijk Onderzoek in Nijverheid en Landbouw;9° de "Académie royale des Sciences" ;10° het onderwijs voor sociale promotie;11° de statuten van het personeel van het onderwijs voor sociale promotie;12° het afstandsonderwijs;13° de bijstand aan personen, zoals bedoeld bij artikel 3, 7°, b) tot f), van het decreet;14° het jeugdbeleid, zoals bedoeld in artikel 4, 7° van de wet;15° de organisatie, de werking en de opdrachten van de justitiehuizen en van de bevoegde dienst die de uitwerking en de opvolging van het elektronisch toezicht organiseert, zoals bedoeld in artikel 5, III, van de wet;16° de financiering van de toeristische infrastructuur op het grondgebied van het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad;17° de promotie van Brussel op nationaal en internationaal niveau;18° het toezicht op de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;19° het bijwonen van het College van de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en van het verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, met toepassing van artikel 76 van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen;20° de lichamelijke opvoeding, de sport en het openluchtleven, zoals bedoeld in artikel 4, 9°, van de wet, met uitsluiting van de aangelegenheden bedoeld bij artikel 3, 1°, van het decreet;21° de sportmedische keuring, zoals bedoeld in artikel 3, 6°, g) van het decreet.

Art. 6.Caroline Désir, Minister van Onderwijs, is bevoegd voor: 1° het onderwijs, zoals bepaald in artikel 127, § 1, eerste lid, 2°, van de Grondwet, met uitzondering van het onderwijs voor sociale promotie, met inbegrip van : a.het basisonderwijs; b. het secundair onderwijs;c. de aangelegenheid bepaald in artikel 4, 11°, van de wet, met uitzondering van de opdrachten toevertrouwd aan de "Office de la naissance et de l'enfance";d. de beroepsomscholing en - bijscholing;e. het kunstonderwijs met beperkt leerplan;f. het kunstonderwijs van het secundair niveau;g. de inspectie van het onderwijs;h. de parascolaire activiteiten, de hulppersonen voor het onderwijs en de informatie;i. de post- en parascolaire vorming, zoals bedoeld in artikel 4, 12°, van de wet;j. de statuten van het personeel van het leerplichtonderwijs, met uitzondering van het hoger onderwijs;k. de intellectuele, morele en sociale vorming, zoals bedoeld in artikel 4, 14°, van de wet;l. de psycho-medisch-sociale centra;m. het gespecialiseerd onderwijs;n. de Europese scholen;o. de schooloriëntatie;p. de netoverschrijdende sturing.

Art. 7.De ondertekening van de decreten en besluiten kan, in de titel van de Minister, alleen de vermelding bevatten van de aangelegenheid waarop de decreten en besluiten betrekking hebben.

De decreten en besluiten van de Regering worden door de Minister-President medeondertekend.

Art. 8.Het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 18 april 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de regering van de franse gemeenschap prom. 18/04/2016 pub. 20/04/2016 numac 2016029191 bron ministerie van de franse gemeenschap Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de verdeling van de bevoegdheden onder de Ministers en tot regeling van de ondertekening van de akten van de Regering sluiten tot vaststelling van de verdeling van de bevoegdheden onder de Ministers en tot regeling van de ondertekening van de akten van de Regering wordt opgeheven.

Art. 9.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het wordt ondertekend.

Art. 10.De Ministers worden, ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 17 september 2019.

De Minister-President, P.-Y. JEHOLET De Vice-President en Minister van Begroting, Ambtenarenzaken, Gelijke Kansen en belast met het toezicht op "Wallonie-Bruxelles Enseignement", F. DAERDEN De Vice-President en Minister van Kind, Gezondheid, Cultuur, Media en Vrouwenrechten, B. LINARD De Minister van Hoger Onderwijs, Onderwijs voor Sociale Promotie, Universitaire Ziekenhuizen, Hulpverlening aan de Jeugd, Justitiehuizen, Jeugd, Sport en de Promotie van Brussel, V. GLATIGNY De Minister van Onderwijs, C. DESIR

^