gepubliceerd op 01 december 2016
Ministerieel besluit tot vaststelling van de regels voor de medische controle van toepassing op de personeelsleden van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
20 JUNI 2016. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de regels voor de medische controle van toepassing op de personeelsleden van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
De Minister van Openbaar Ambt, Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen, gewijzigd door de bijzondere wet van 16 juli 1993, het artikel 4;
Gelet op de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut, artikel 11, § 1, vervangen door het koninklijk besluit nr. 4 van 18 april 1967;
Gelet op de Ordonnantie van 8 september 1994 houdende oprichting van de Economische en Sociale Raad van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, artikel 8;
Gelet het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 26 september 2002Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 26/09/2002 pub. 26/11/2002 numac 2002031554 bron ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 26/09/2002 pub. 26/11/2002 numac 2002031559 bron ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vijfde wijziging van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 26 september 2002 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest sluiten houdende het administratief en geldelijk statuut van de ambtenaren van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, laatst gewijzigd op 1 juni 2002; artikel 227, lid 1.
Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 27 maart 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 27/03/2014 pub. 05/06/2014 numac 2014031406 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 27/03/2014 pub. 05/06/2014 numac 2014031405 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren van het ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest sluiten houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren van de instellingen van openbaar but van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, artikel 244;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën gegeven op 15 juli 2015 Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 22 juli 2015;
Gelet op het protocol nr. 2016/5 van Sector XV van 1 februari 2016;
Gelet op het advies van de raad van bestuur van de Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij van 28 maart 2015;
Gelet op het advies van het beheerscomité van de Gewestelijke Vennootschap van de Haven van Brussel van 27 maart 2015;
Gelet op het advies van het beheerscomité van de Brusselse Gewestelijke Dienst voor Arbeidsbemiddeling van 30 april 2015;
Gelet op het advies van de Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijke Gewest van 2 maart 2015;
Gelet op het advies 59.159/4 van de Raad van State, gegeven op 20 april 2016, in toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Gelet op de Gendertest uitgevoerd op 14 april 2016, Besluit : HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied en begripsomschrijving
Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op de personeelsleden de instellingen vernoemd in artikel 2 van het Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 27 mars 2014 houdende het administratief statuut en bezoldigingsregeling van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit, wordt verstaan onder : 1° personeelslid, het statutaire of contractuele personeelslid van de instellingen vermeld in artikel 2 van het Besluit van de Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 27 maart 2014 houdend het administratief en geldelijk statuut van het personeel van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.2° Werkgever : de instellingen vermeld in artikel 2 van het Besluit van de Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 27 maart 2014 houdend het administratief en geldelijk statuut van het personeel van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.3° de functionele chef : personeelslid die de leiding en/of dagelijkse controle heeft over het functioneren van een team ingevolge diens functiebeschrijving. HOOFDSTUK 2. - Verplichtingen van het personeelslid in geval van ziekte Afdeling 1. - Verplichting de hiërarchie op de hoogte te brengen
Art. 3.Het personeelslid brengt zijn/haar functionele chef of de persoon die daartoe werd aangeduid, op de hoogte van zijn/haar afwezigheid door elk bestaand communicatiemiddel : persoonlijk of in geval van overmacht via een tussenpersoon, op de eerste dag afwezigheid, Op het eerste uur van het vaste ochtendschema of als hij/zij een specifiek uurrooster heeft, v~~r de normale start van zijn activiteiten.
Als hij/zij zijn/haar functionele chef niet kan bereiken, verwittigt hij/zij een van zijn/haar hiërarchisch meerderen of een persoon aangewezen door zijn/haar functionele chef.
Als het personeelslid niet thuis of op zijn/haar gewoonlijke verblijfplaats is, deelt hij/zij zijn/haar tijdelijke adres en elke adreswijziging mee aan de werkgever of zijn mandataris.
Art. 4.De functionele chef of de aangewezen persoon brengt onmiddellijk de dienst Human Resources van de instelling op de hoogte, die op haar beurt de medische controledienst op de hoogte brengt. Afdeling 2. - Verplichting voor het zieke personeelslid om zich een
medisch attest te laten uitschrijven en het op te sturen naar de werkgever of zijn mandataris.
Art. 5.De werkgever brengt de gegevens van zijn mandataris, controledienst of aangewezen persoon ter kennis van zijn personeel.
Art. 6.§ 1. Een personeelslid dat afwezig is wegens ziekte moet zich, op zijn/haar kosten en door zijn/haar behandelende arts, een medisch certificaat laten uitschrijven via het formulier waarvan het model terug te vinden is in bijlage 1.
Het personeelslid schrijft zelf zijn/haar naam, stamnummer en adres op en eventueel zijn/haar tijdelijke verblijfplaats.
De behandelende arts noteert op het medische attest het nodige aantal dagen van arbeidsongeschiktheid en vermeldt of het personeelslid al dan niet zijn/haar domicilie of verblijfplaats mag verlaten. § 2. Het personeelslid verstuurt via elke geschikte manier het medische attest binnen de twee werkdagen, te rekenen vanaf de dag van de onbeschikbaarheid en op zijn/haar kosten naar de werkgever of zijn mandataris.
Art. 7.In afwijking van artikel 6 mag een personeelslid dat één dag afwezig is wegens ziekte zes keer per lopend kalenderjaar ervan afzien zich een medisch attest te laten uitschrijven door een arts voor die afwezigheid van een dag.
Hij/Zij verwittigt zijn/haar hiërarchie volgens de bepalingen vermeld in afdeling 1 en stuurt de dag zelf via de post of e-mail op zijn/haar kosten een formulier voor een afwezigheid wegens ziekte van één dag, via het formulier waarvan het model terug te vinden is in bijlage 2, naar de medische controledienst, om de dienst op de hoogte te brengen van zijn/haar afwezigheid van een dag.
Hij/Zij vult zelf zijn/haar naam, stamnummer en adres en eventueel zijn/haar tijdelijke verblijfplaats in. Afdeling 3. - Gevolgen als de documenten laattijdig verstuurd worden
Art. 8.Behoudens overmacht, wanneer het medische attest of het formulier voor een afwezigheid van een dag niet verstuurd wordt binnen de termijn waarin afdeling 2 van dit hoofdstuk voorziet, kan de afwezigheid als ongewettigd beschouwd worden voor de ongeschiktheidsdagen die voorafgaan aan de indiening of verzending van het attest. HOOFDSTUK 3. - Werkhervatting
Art. 9.Het personeelslid hervat het werk na de periode gedekt door zijn/haar attest.
Art. 10.Als het personeelslid niet in staat is het werk te hervatten, stuurt hij/zij een nieuw medisch attest naar de medische controledienst, binnen de twee werkdagen van de verlenging.
Hij/Zij brengt zijn/haar functionele chef diezelfde dag nog op de hoogte, of een van zijn/haar hiërarchisch meerderen of een persoon aangewezen door zijn/haar functionele chef, via elk werkbaar systeem.
De procedure vermeld in hoofdstuk 1 van dit besluit is van toepassing. HOOFDSTUK 4. - Verloop van de medische controle
Art. 11.Een door de medische controledienst aangewezen arts mag de medische controle verrichten op initiatief van de voornoemde dienst of op verzoek van de directie Human Resources, van de functionele chef of van een hiërarchische meerdere, of door middel van het formulier waarvan het model terug te vinden is in bijlage 3, of via een systeem voorzien door de medische dienst : thuis bij het personeelslid of op zijn/haar tijdelijke verblijfplaats, op werkdagen, of bij specifieke werkuren, op de dagen van normaal werk. van 9 tot 18 uur.
De controlearts is niet verplicht zijn/haar bezoek aan te kondigen.
Hij/Zij moet wel zijn/haar identiteit en opdracht bewijzen.
Art. 12.Het personeelslid mag niet weigeren om een controlearts die beantwoordt aan de bepalingen van de wet van 13 juni 1999Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/06/1999 pub. 13/07/1999 numac 1999012524 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Wet betreffende de controlegeneeskunde type wet prom. 13/06/1999 pub. 23/11/1999 numac 1999015206 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en internationale samenwerking Wet houdend instemming met de Overeenkomst betreffende de sociale zekerheid tussen het Koninkrijk België en de Republiek Chili, en administratieve schikking houdende de modaliteiten van toepassing van de Overeenkomst betreffende de sociale zekerheid tussen het Koninkrijk België en de Republiek Chili, gedaan te Brussel op 9 september 1996 (2) type wet prom. 13/06/1999 pub. 12/01/2000 numac 1999015096 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en internationale samenwerking Wet tot aanpassing aan de totstandkoming van de Europese Economische Ruimte van sommige wetten en besluiten ter uitvoering van verordeningen en richtlijnen van de instellingen van de Europese Gemeenschappen type wet prom. 13/06/1999 pub. 12/01/2000 numac 1999015095 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en internationale samenwerking Wet tot aanpassing aan de totstandkoming van de Europese Economische Ruimte van sommige wetten en besluiten ter uitvoering van verordeningen en richtlijnen van de instellingen van de Europese Gemeenschappen sluiten betreffende de controlegeneeskunde binnen te laten of zich door hem/haar te laten onderzoeken.
Het personeelslid neemt alle maatregelen om de controlearts in staat te stellen zijn/haar bezoek af te leggen en zijn/haar onderzoek uit te voeren in goede omstandigheden tussen 9 en 18 u.
Art. 13.Als het personeelslid afwezig is tijdens het controlebezoek en het medische attest vermeldt dat hij/zij het huis mag verlaten, kan de controlearts hem/haar vragen naar zijn/haar kabinet te komen voor een controleonderzoek tussen 9 en 18 u, en bij specifieke werkuren, tijdens de normale werkuren.; de controle- en verplaatsingskosten zijn ten laste van de administratie.
Enkel de kosten van het openbaar vervoer die niet gedekt worden door een persoonlijk abonnement of een derde betaler worden terugbetaald mits voorlegging van een vervoersbewijs.
In het geval het niet mogelijk is het openbaar vervoer te gebruiken, worden de vervoerkosten voor verplaatsingen die niet met het openbaar vervoer worden gedaan, terugbetaald mits voorlegging van een vervoersbewijs, vergezeld van een rechtvaardiging.
Art. 14.Behoudens overmacht, wanneer de controlearts de controle niet kan uitvoeren omdat het personeelslid afwezig is hoewel hij/zij het huis niet mag verlaten of omdat het personeelslid weigert zich te onderwerpen aan het controleonderzoek, kan de afwezigheid wegens ziekte als ongewettigd worden beschouwd. HOOFDSTUK 5. - Beslissing van de controlearts
Art. 15.Als de controlearts van oordeel is dat de afwezigheid wegens ziekte gewettigd is, wordt het personeelslid daar onmiddellijk van op de hoogte gebracht via een document dat ter ontvangst ondertekend moet worden. De controlearts of het controle-organisme brengt ook de directie Human Resources op de hoogte.
Art. 16.Onverminderd artikel 17, als de controlearts van oordeel is dat de afwezigheid van het personeelslid wegens ziekte niet gewettigd is en dat hij/zij in staat is het werk te hervatten, wordt het personeelslid daar onmiddellijk van op de hoogte gebracht en ontvangt het een document dat ter ontvangst ondertekend moet worden. De controlearts brengt ook de directie Human Resources op de hoogte via de controledienst.
In dat geval hervat het personeelslid meteen het werk, tenzij hij deze beslissing aanvecht (zie hoofdstuk 6, arbitrageprocedure).
Als het personeelslid de beslissing van de controlearts niet betwist en het werk niet onmiddellijk hervat, wordt zijn/haar afwezigheid beschouwd als onwettig.
De dienst belast met Human Resources brengt onmiddellijk de functionele chef van het personeelslid op de hoogte. HOOFDSTUK 6. - Arbitrageprocedure
Art. 17.§ 1. Indien de controlearts oordeelt dat de afwezigheid wegens ziekte niet gewettigd is, overhandigt hij zo snel mogelijk zijn schriftelijke bevindingen aan het personeelslid. Indien het personeelslid op dat moment niet akkoord kan gaan met de vaststellingen van de controlearts, zal dit door deze laatste worden genoteerd op het document voorzien in artikel 16. De controlearts brengt de directie Human Resources daarvan onmiddellijk op de hoogte via de controledienst en neemt daarop binnen 24 uur contact op met de arts die het medisch attest heeft afgeleverd.
Als de behandelende arts en de controlearts het eens worden, wordt hun beslissing definitief. § 2. Worden beide artsen het niet eens, dan wijzen ze onmiddellijk in onderlinge overeenstemming en met toestemming van het personeelslid een arbitragearts aan. Als beide artsen het niet eens worden over deze aanwijzing, dan wijst de meest gerede partij binnen de twee werkdagen na de vaststellingen van de controlearts een arbitragearts aan die voldoet aan de bepalingen van de wet van 13 juni 1999Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/06/1999 pub. 13/07/1999 numac 1999012524 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Wet betreffende de controlegeneeskunde type wet prom. 13/06/1999 pub. 23/11/1999 numac 1999015206 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en internationale samenwerking Wet houdend instemming met de Overeenkomst betreffende de sociale zekerheid tussen het Koninkrijk België en de Republiek Chili, en administratieve schikking houdende de modaliteiten van toepassing van de Overeenkomst betreffende de sociale zekerheid tussen het Koninkrijk België en de Republiek Chili, gedaan te Brussel op 9 september 1996 (2) type wet prom. 13/06/1999 pub. 12/01/2000 numac 1999015096 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en internationale samenwerking Wet tot aanpassing aan de totstandkoming van de Europese Economische Ruimte van sommige wetten en besluiten ter uitvoering van verordeningen en richtlijnen van de instellingen van de Europese Gemeenschappen type wet prom. 13/06/1999 pub. 12/01/2000 numac 1999015095 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en internationale samenwerking Wet tot aanpassing aan de totstandkoming van de Europese Economische Ruimte van sommige wetten en besluiten ter uitvoering van verordeningen en richtlijnen van de instellingen van de Europese Gemeenschappen sluiten betreffende de controlegeneeskunde en die op de lijst staat die werd opgesteld in uitvoering van de voornoemde wet.
De arbitragearts voert het medisch onderzoek uit en doet een uitspraak over het medische geschil binnen de drie werkdagen volgend op zijn aanwijzing. Alle andere vaststellingen blijven onder het beroepsgeheim vallen.
De eventuele verplaatsingskosten voor de werknemer zijn voor rekening van de verliezende partij.
De arbitragearts brengt zijn beslissing in kennis van de persoon die het medisch attest heeft afgeleverd en van de controlearts. De directie human resources en het personeelslid worden hiervan per aangetekend schrijven of aangetekende e-mail op de hoogte gesteld.
De beslissing van de arbitragearts is definitief. § 3. Als de arbitragearts beslist dat de afwezigheid wegens ziekte van het personeelslid gerechtvaardigd is, moeten de kosten voor deze procedure betaald worden door de administratie.
Als de arbitragearts beslist dat de afwezigheid wegens ziekte van het personeelslid niet gerechtvaardigd is, moeten de kosten voor deze procedure betaald worden door het personeelslid. Als, in dit geval, het personeelslid niet onmiddellijk het werk hervat, wordt zijn/haar afwezigheid beschouwd als ongewettigd.
Art. 18.De controlearts brengt de dienst Human Resources van de instelling op de hoogte van deze beslissing, en de directie brengt op haar beurt de functionele chef van het personeelslid op de hoogte. HOOFDSTUK 7. - Spontane medische controle
Art. 19.Op basis van een met redenen omklede beslissing van de directeur-generaal of de Adjunct-directeur-generaal van de instelling of de persoon die daartoe werd gemandateerd, en na advies van de medische controle, kan een personeelslid onder de spontane medische controle van de medische controledienst geplaatst worden.
Het personeelslid kan eveneens onder spontane medische controle geplaatst als hij/zij de medische controle met opzet weigert of hindert.
Art. 20.De Directeur-generaal of de Adjunct-Directeur-generaal van de instelling of de persoon die daartoe werd gemandateerd beslist ook over de opheffing van die plaatsing onder spontane controle.
Het personeelslid wordt ervan op de hoogte gebracht dat hij/zij onder spontane medische controle wordt geplaatst.
Art. 21.Naast de gewoonlijke verplichtingen, zoals de hiërarchie verwittigen en naar de medische controledienst ofwel een medisch attest ofwel een formulier voor een afwezigheid wegens ziekte van één dag opsturen, gaat de persoon die onder spontane medische controle is geplaatst spontaan naar de controlearts van zijn/haar regio als het medisch attest dat toelaat voor een controle. Daartoe contacteert het personeelslid de medische controledienst, die hem/haar de naam, het adres en het telefoonnummer meedeelt van de controlearts. Als de betrokkene zich niet kan verplaatsen, verwittigt hij/zij de controlearts op de eerste ziektedag vóór tien uur, of het eerste uur van zijn voorziene uurrooster.
Het personeelslid kan aan de werkgever of aan zijn/haar mandataris vragen om te worden vrijgesteld van de medische controle in geval van zware ziekte of langdurige ziekte.
Art. 22.Het personeelslid dat onder spontane medische controle is geplaatst en dat zich niet onderwerpt aan de voornoemde controle volgens de hierboven beschreven regels, wordt beschouwd als onwettig afwezig. HOOFDSTUK 8. - Sancties
Art. 23.Bij een ongewettigde afwezigheid zoals gedefinieerd in dit besluit of bij verzuim van een van de plichten vermeld in dit besluit : wordt het statutaire personeelslid van rechtswege op non-activiteit gesteld; wordt het contractueel personeelslid onderworpen aan de sancties vermeld in artikel 31 van de wet van 3 juli 1978Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/07/1978 pub. 03/07/2008 numac 2008000527 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten type wet prom. 03/07/1978 pub. 12/03/2009 numac 2009000158 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten sluiten betreffende de arbeidsovereenkomsten. HOOFDSTUK 9. - Ziekteverlof dat in het buitenland moet plaatsvinden
Art. 24.De voorafgaande toestemming van de medische controledienst is vereist opdat het personeelslid tijdens zijn/haar ziekteverlof in het buitenland mag verblijven.
Het personeelslid dient zijn/haar aanvraag in bij zijn werkgever of zijn mandataris : met een attest van de behandelende arts dat het verblijf in het buitenland verantwoordt, uiterlijk één week voor de vertrekdatum.
Art. 25.Bij hoogdringendheid meldt het personeelslid zich spontaan aan bij de arts aangewezen door de medische controledienst opdat de controlearts eventueel toestemming kan verlenen voor het verblijf in het buitenland.
Art. 26.Als de behandelende arts en de controlearts het niet eens worden, wordt er een arbitragearts aangewezen. De arbitrageprocedure vermeld in hoofdstuk 6 is van toepassing.
Brussel, 20 juni 2016.
De Minister-President van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, belast met Plaatselijke Besturen, Territoriale Ontwikkeling, Stedelijk Beleid, Monumenten en Landschappen, Studentenaangelegenheden, Toerisme, Openbaar Ambt, Wetenschappelijk Onderzoek, Openbare Netheid en de Haven Van Brussel, R. VERVOORT
Bijlage 1 bij het ministerieel besluit van 20 juni 2016 tot vaststelling van de regels voor de medische controle van toepassing op de personeelsleden van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (vertrouwelijk)
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij het ministerieel besluit van 20 juni 2016 tot vaststelling van de regels voor de medische controle van toepassing op de personeelsleden van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Brussel, 20 juni 2016.
De Minister-President van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, belast met Plaatselijke Besturen, Territoriale Ontwikkeling, Stedelijk Beleid, Monumenten en Landschappen, Studentenaangelegenheden, Toerisme, Openbaar Ambt, Wetenschappelijk Onderzoek, Openbare Netheid en de Haven Van Brussel, R. VERVOORT
Bijlage 2 bij het ministerieel besluit van 20 juni 2016 tot vaststelling van de regels voor de medische controle van toepassing op de personeelsleden van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (vertrouwelijk)
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij het ministerieel besluit van 20 juni 2016 tot vaststelling van de regels voor de medische controle van toepassing op de personeelsleden van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Brussel, 20 juni 2016.
De Minister-President van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, belast met Plaatselijke Besturen, Territoriale Ontwikkeling, Stedelijk Beleid, Monumenten en Landschappen, Studentenaangelegenheden, Toerisme, Openbaar Ambt, Wetenschappelijk Onderzoek, Openbare Netheid en de Haven Van Brussel, R. VERVOORT
Bijlage 3 bij het ministerieel besluit van 20 juni 2016 tot vaststelling van de regels voor de medische controle van toepassing op de personeelsleden van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (vertrouwelijk)
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij het ministerieel besluit van 20 juni 2016 tot vaststelling van de regels voor de medische controle van toepassing op de personeelsleden van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Brussel, 20 juni 2016.
De Minister-President van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, belast met Plaatselijke Besturen, Territoriale Ontwikkeling, Stedelijk Beleid, Monumenten en Landschappen, Studentenaangelegenheden, Toerisme, Openbaar Ambt, Wetenschappelijk Onderzoek, Openbare Netheid en de Haven Van Brussel, R. VERVOORT