gepubliceerd op 21 juni 2019
Besluit van de Waalse Regering tot uitvoering van het decreet van 28 februari 2019 betreffende de controle van de wetgevingen en reglementeringen inzake het economisch beleid, het tewerkstellingsbeleid en het wetenschappelijk onderzoek alsook de invoering van administratieve geldboeten toepasselijk in geval van inbreuk op deze wetgevingen en reglementeringen
4 APRIL 2019. - Besluit van de Waalse Regering tot uitvoering van het decreet van 28 februari 2019 betreffende de controle van de wetgevingen en reglementeringen inzake het economisch beleid, het tewerkstellingsbeleid en het wetenschappelijk onderzoek alsook de invoering van administratieve geldboeten toepasselijk in geval van inbreuk op deze wetgevingen en reglementeringen
De Waalse Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 20;
Gelet op het decreet van 27 juni 1996 betreffende de afvalstoffen, inzonderheid op de artikelen 6, § 5, vervangen door het decreet van 10 mei 2012 en gewijzigd bij het decreet van 16 februari 2017 en 18bis, ingevoegd bij het decreet van 10 mei 2012;
Gelet op de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, inzonderheid op artikel 11, vervangen door de wet van 6 juni 2010, en gewijzigd bij de wetten van 11 februari 2013 en 15 januari 2018;
Gelet op de wet van 20 juli 2001 tot bevordering van buurtdiensten en -banen, inzonderheid op artikel 7/1, ingevoegd bij het decreet van 28 april 2016, en gewijzigd bij het decreet van 28 februari 2019;
Gelet op het decreet van 11 maart 2004 betreffende de erkenning en de subsidiëring van de gewestelijke zendingen voor arbeidsbemiddeling, inzonderheid op artikel 11, lid 2, vervangen door het decreet van 28 februari 2019;
Gelet op het decreet van 27 mei 2004 betreffende de adviesverlenende agentschappen inzake sociale economie, inzonderheid op artikel 31, vervangen door het decreet van 28 februari 2019;
Gelet op het decreet van 14 december 2006 betreffende de erkenning en de subsidiëring van de "Initiatives de développement de l'emploi dans le secteur des services de proximité à finalité sociale" (initiatieven tot ontwikkeling van de werkgelegenheid in de sector van de buurtdiensten met een maatschappelijk doel), afgekort : 'I.D.E.S.S., inzonderheid op artikel 18, vervangen door het decreet van 28 februari 2019;
Gelet op het decreet van 3 april 2009 betreffende de registratie of de erkenning van de arbeidsbemiddelingsbureaus, inzonderheid op artikel 15, vervangen door het decreet van 28 februari 2019: Gelet op het decreet van 21 december 2016 houdende de toekenning van steun via een in het Waalse Gewest geïntegreerd steunportfolio aan projectontwikkelaars en kleine en middelgrote ondernemingen, ter bevordering van het ondernemerschap of de groei, en strekkende tot de oprichting van een databank van authentieke bronnen die verbonden is met die geïntegreerde portefeuille, inzonderheid op de artikelen 1, § 3, en 14, lid 2;
Gelet op het decreet van 28 februari 2019 betreffende de controle van de wetgevingen en reglementeringen inzake het economisch beleid, het tewerkstellingsbeleid en het wetenschappelijk onderzoek alsook de invoering van administratieve geldboeten toepasselijk in geval van inbreuk op deze wetgevingen en reglementeringen, inzonderheid op de artikelen 1, 2, 6, lid 1, 32, 34, 35, 38, 49, 56, 61, 63 en 88;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 6 december 2001 tot aanwijzing van de sociale inspecteurs die toezicht en controle uitoefenen op de naleving van de wetgeving op het tewerkstellingsbeleid, de beroepsreconversie en -recyclage;
Gelet op het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 28 februari 2003 tot uitvoering van het samenwerkingsakkoord, gesloten op 20 december 2002 tussen het Vlaams Gewest, het Waals Gewest, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de erkenning van ondernemingen die gemachtigd zijn om dienstencheques te gebruiken;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 26 januari 2006 tot uitvoering van het decreet van 27 mei 2004 betreffende de adviesverlenende agentschappen inzake sociale economie;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 21 juni 2007 tot uitvoering van het besluit van de Waalse Regering van 14 december 2006 betreffende de erkenning en de subsidiëring van de initiatieven tot ontwikkeling van de werkgelegenheid in de sector van de buurtdiensten met een maatschappelijk doel, afgekort : "I.D.E.S.S.";
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 12 december 2008 tot aanwijzing van de sociale inspecteurs die toezicht en controle uitoefenen op de naleving van de wetgeving op het tewerkstellingsbeleid, de beroepsreconversie en -recyclage;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 27 mei 2009 tot uitvoering van het decreet van 11 maart 2004 betreffende de gewestelijke incentives ten gunste van grote ondernemingen;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 10 december 2009 tot uitvoering van het decreet van 3 april 2009 betreffende de registratie en de erkenning van de arbeidsbemiddelingsbureaus;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 8 maart 2012 tot uitvoering van artikel 2 van het decreet van 20 november 2008 betreffende de sociale economie met het oog op de ontwikkeling van sociale economiebedrijven in de immobiliënsector;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 3 april 2014 tot erkenning en subsidiëring van de verenigingen zonder winstoogmerk en de vennootschappen met een sociaal oogmerk die actief zijn in de sector van het hergebruik en de voorbereiding op hergebruik;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2017 houdende uitvoering van de hoofdstukken 1, 3 en 4 van het decreet van 21 december 2016 houdende de toekenning van steun via een in het Waalse Gewest geïntegreerd steunportfolio aan projectontwikkelaars en kleine en middelgrote ondernemingen, ter bevordering van het ondernemerschap of de groei, en strekkende de oprichting van een databank van authentieke bronnen die verbonden is met die geïntegreerde portefeuille;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 22 juni 2017 tot uitvoering van het decreet van 2 februari 2017 betreffende de steun voor tewerkstelling ten behoeve van de doelgroepen;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 12 oktober 2018;
Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 25 oktober 2018;
Gelet op het advies van de Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 4 oktober 2018;
Gelet op advies A.1395 van de "Conseil wallon de l'économie sociale marchande" (Waalse Raad voor sociale markteconomie), gegeven op 26 november 2018 ;
Gelet op het rapport van 19 oktober 2018 opgesteld overeenkomstig artikel 3, 2°, van het decreet van 11 april 2014 houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 inPeking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen;
Gelet op het verzoek om adviesverlening binnen een termijn van 30 dagen, gericht aan de Raad van State op 1 maart 2019, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Gelet op het uitblijven van advies binnen deze termijn;
Gelet op artikel 84, § 4, lid 2, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Gelet op advies nr. 168/2018 van de Gegevensbeschermingsautoriteit, uitgebracht op 19 december 2019;
Op de voordracht van de Minister van Economie, Tewerkstelling en Onderzoek;
Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Begripsomschrijvingen en algemene bepalingen
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: 1° decreet van 28 februari 2019: het decreet van 28 februari 2019 betreffende de controle van de wetgevingen en reglementeringen inzake het economisch beleid, het tewerkstellingsbeleid en het wetenschappelijk onderzoek alsook de invoering van administratieve geldboeten toepasselijk in geval van inbreuk op deze wetgevingen en reglementeringen;2° de Administratie: de directies van het Operationeel Directoraat-generaal Economie, Tewerkstelling en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst die aanvragen voor subsidies, vergoedingen of uitkeringen beheren;3° het Departement Inspectie: het Departement Inspectie van het Operationele Directoraat-generaal Economie, Tewerkstelling en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst;4° de inspecteurs: de statutaire ambtenaren en de contractuele personeelsleden van het Departement Inspectie die beëdigd zijn;5° e-PV: het proces-verbaal tot vaststelling van inbreuken, opgesteld, geregistreerd of verzonden middels de daartoe voorziene computerapplicatie overeenkomstig het model bedoeld in artikel 100/2 van het Sociaal Strafwetboek;6° de databank e-PV: de databank bedoeld in artikel 100/6 van het Sociaal Strafwetboek waarin de gegevens van de e-PV's, vervat in het model bedoeld in artikel 100/2 van het Sociaal Strafwetboek, evenals de gegevens vervat in de bijlagen bij deze e-PV's, opgenomen en bewaard worden;7° het beheerscomité: het beheerscomité van de databank e-PV, bedoeld in artikel 100/8 van het Sociaal Strafwetboek;8° de gegevensbank Amadeus: de gegevensbank van de Directie Coördinatie en Ondersteuning van de Economische en Sociale Inspectie van het Departement Inspectie, die de gegevens bevat betreffende de haar toegekende opdrachten.
Art. 2.De termijnen vastgesteld in het kader van het decreet van 28 februari 2019 en van dit besluit worden berekend volgens deze regels: 1° de dag van de akte, die het beginpunt van de termijn is, in de termijnberekening inbegrepen;2° de vervaldag wordt meegerekend in de termijn;3° wanneer die dag evenwel een zaterdag, zondag of wettelijke feestdag is, wordt de vervaldag naar de eerstkomende werkdag verschoven.
Art. 3.Behoudens andersluidende bepaling vervat in het decreet van 28 februari 2019 gebeurt elke verzending van stukken, informatie of gegevens in het kader van het decreet en dit besluit ofwel per post ofwel digitaal.
Art. 4.Ter uitvoering van artikel 49, § 3, van het decreet van 28 februari 2019 kan de administratie de behandeling van de aanvragen tot verkrijging van subsidies, vergoedingen of uitkeringen in volgende gevallen opschorten: 1° Wanneer de natuurlijke of rechtspersoon die aan de controle is onderworpen, een eisbare schuld heeft tegenover de Europese Unie, de Staat, de Franse Gemeenschap, het Gewest, of de Waalse Dienst voor Beroepsopleiding en Arbeidsbemiddeling "Forem";2° Wanneer de controle op het bestaan wijst van inbreuken die bestraft zouden kunnen worden met een strafrechtelijke geldboete van 100 tot 1000 euro of een administratieve geldboete van 50 tot 500 euro of een zwaardere straf, een gevangenisstraf inbegrepen;3° Wanneer de controle op het bestaan wijst van onregelmatigheden die het voorwerp zouden kunnen uitmaken van een procedure tot intrekking van de erkenning, opschorting van de erkenning of terugvordering van de subsidie. De opschorting bedoeld in lid 1 wordt beperkt tot een maximum van twaalf maanden.
Art. 5.De directeur van de betrokken directie van het Departement Inspectie of de statutaire of contractuele personeelsleden die hij daartoe aanwijst kunnen, overeenkomstig artikel 34 van het decreet van 28 februari 2019, het tijdstip waarop een afschrift van de tekst van het verhoor van de gehoorde persoon overgemaakt moet worden, bij een gemotiveerde beslissing uitstellen. HOOFDSTUK II. - e-PV en databank Amadeus Afdeling 1. - Elektronische informatie-uitwisseling en e-PV
Art. 6.De elektronische informatie-uitwisseling in het kader van het e-PV en de gegevensbank Amadeus gebeurt overeenkomstig de bepalingen van Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG, van de wet van 30 juli 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens en van de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de sociale zekerheid.
Bij de verwerking van de persoonsgegevens overeenkomstig dit hoofdstuk wordt gebruik gemaakt van de identificatienummers bedoeld in artikel 8, § 1, van de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de sociale zekerheid.
Art. 7.Met het oog op de elektronische informatie-uitwisseling bedoeld in artikel maken de sociaal inspecteurs hun processen-verbaal tot vaststelling van inbreuken elektronisch aan via de daartoe ontworpen informaticatoepassing overeenkomstig het in artikel 100/2 van het Sociaal Strafwetboek bedoeld uniform model dat door het Beheerscomité wordt vastgesteld.
Art. 8.§ 1. Het e-PV wordt door de opsteller of opstellers elektronisch ondertekend door middel van de gekwalificeerde elektronische handtekening in de zin van artikel 3.12. van verordening (EU) nr. 910/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 23 juli 2014 betreffende elektronische identificatie en vertrouwensdiensten voor elektronische transacties in de interne markt en tot intrekking van Richtlijn 1999/93/EG. § 2. Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt, onverminderd de artikelen 1322 en volgende van het Burgerlijk Wetboek, het e-PV dat door de opsteller of opstellers elektronisch werd ondertekend overeenkomstig § 1, gelijkgesteld met een proces-verbaal op papieren drager ondertekend door middel van een handgeschreven handtekening. § 3. In afwijking van § 1 kan de Regering bepalen dat het e-PV, dat wordt aangemaakt overeenkomstig artikel 6, eerste lid, onder de voorwaarden, volgens de nadere regels en, in voorkomend geval, voor de duur die zij bepaalt, op papieren drager wordt opgesteld en wordt ondertekend met een handgeschreven handtekening. Afdeling 2. - Amadeus-databank
Art. 9.De gegevens opgenomen in de databank Amadeus zijn: 1° de datum van opstelling en het het nummer van het proces-verbaal;2° de vermelding van het feit dat het een proces-verbaal betreft, opgesteld op eigen initiatief door de verbalisant of ter uitvoering van een onderzoeksopdracht opgelegd door een gerechtelijke autoriteit;3° de dienst waartoe de verbaliserend ambtenaar behoort;4° de naam van de verbaliserend ambtenaar;5° de identiteit, ofwel het Rijksregisternummer, ofwel het ondernemingsnummer of het bedrijfseenheidsnummer van de Kruispuntbank der Ondernemingen, en het adres van de woonplaats of van de maatschappelijke zetel van iedere persoon van wie vermoed wordt dat zij (mede)dader van een inbreuk is;6° de identiteit, ofwel het Rijksregisternummer, ofwel het ondernemingsnummer of het bedrijfseenheidsnummer en het adres van de woonplaats of van de maatschappelijke zetel van iedere persoon die burgerrechtelijk aansprakelijk is voor een inbreuk;7° in voorkomend geval, de identiteit, het adres van de woonplaats en het Rijksregisternummer van iedere werknemer of iedere betrokken persoon of persoon beschouwd als betrokken bij een inbreuk;8° de kwalificatie van de vastgestelde inbreuken, evenals het opschrift van de wetteksten of reglementaire teksten waarin de overtreden bepaling(en) vervat is (zijn), evenals het bedrag van de opgelopen geldboete;9° plaats, datum en uur waarop de inbreuk is vastgesteld;10° de adresgegevens van het betrokken parket;11° het dossiernummer en statuut ervan;12° de beslissingen betreffende de inbreuken op de wetgevingen en reglementeringen bedoeld in artikel 3 van het decreet van 28 februari 2019;13° de adresgegevens van de contactpersonen belast met het dossier;14° het rekeningnummer van de betaler van de administratieve geldboete.
Art. 10.De beheerder van de databank Amadeus stelt een regelmatig bijgewerkte lijst op van de personen gemachtigd om daar toegang toe te hebben.
Art. 11.De categorieën ambtenaren die een toegang tot Amadeus hebben zijn, de sanctionerend ambtenaar bedoeld in artikel 20, de leden van de Directie Coördinatie en Ondersteuning van de Economische en Sociale Inspectie van het Departement Inspectie, evenals de inspecteurs van het Departement Inspectie.
Het toegangsniveau van de categorieën ambtenaren bedoeld in lid 1 voor de toegang tot de relevante gegevens varieert al naar gelang de uitgeoefende opdracht. HOOFDSTUK III. - Inspectiediensten Afdeling 1. - Legitimatiebewijs van de inspecteurs
Art. 12.De directeur-generaal van het Operationeel Directoraat-generaal Economie, Tewerkstelling en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst verstrekt de inspecteurs een legitimatiebewijs.
Art. 13.Het legitimatiebewijs neemt de vorm aan van een kaart in rechthoekige vorm, van het formaat `identiteitskaart', namelijk 86,60 mm X 53,98 mm. Op de voorkant staat, op één centimeter van de bovenrand, een horizontaal, gekleurd strepenpatroon. Op de achterkant staat, in het midden van de kaart, een horizontaal gekleurd strepenpatroon, alsook het embleem van het Waalse Gewest in de rechter benedenhoek.
De inhoud, vermeld in bijlage 1, staat op het legitimatiebewijs afgedrukt.
Art. 14.Het legitimatiebewijs heeft een geldigheidsduur van tien jaar, te rekenen van het opstellen ervan.
Art. 15.Er kan tijdelijk door de directeur-generaal bedoeld in artikel 12 aan de inspecteur een voorlopige titel worden uitgereikt, bestaande uit een papieren informatiedrager met minstens de inhoudelijke gegevens van bijlage 1, in het geval van een aanvraag voor een nieuw legitimatiebewijs of het verlies van het legitimatiebewijs, en enkel voor de termijn nodig voor het aanmaken van een nieuwe kaart.
Art. 16.Wanneer de houder ervan zijn ambt niet meer vervult of tijdelijk dan wel definitief de machtiging heeft verloren om bedoeld ambt uit te oefenen, wordt het legitimatiebewijs teruggegeven aan de Departement Inspectie. Afdeling 2. - Deontologische regels
Art. 17.De deontologische regels bedoeld in artikel 32 van het decreet van 28 februari 2019 zijn opgenomen in bijlage 2. Afdeling 3. - Bijzondere controlemethodologie
Art. 18.§ 1. Het Departement Inspectie stelt de prioriteiten inzake controle vast door gebruik te maken van statistieke onderzoekstechnieken zoals gegevensvergelijking, gegevensonderzoek en onderzoek van interne en externe databanken.
Het Departement Inspectie baseert zich ook op directe en indirecte bronnen zoals klachten en aangiften of antecedenten van werkgevers. § 2. Het Departement Inspectie stelt zijn controles af op de gegevens en de informatie die het bezit en gebruikt de technieken bedoeld in § 1 met inachtneming van het decreet van 28 februari 2019. § 3. Om zijn opsporingen en eventuele vaststellingen van inbreuken te verrichten, kan de inspecteur elke techniek bedoeld in § 1 gebruiken. § 4. De inspecteur kan in meerdere fases tot een controle overgaan door de onderzoekstechniek(en) aan te wenden die hem bij elke stap het meest relevant lijken.
Art. 19.De staalafnametechniek zoals bedoeld in artikel 35 van het decreet van 28 februari 2019 wordt door het Departement Inspectie gedefinieerd in functie van de nagestreefde doelstellingen en de krijtlijnen van de controle. De inspecteur kan partiële controles uitvoeren, onder gebruikmaking van iedere en ongeacht welke staalafnametechniek. In voorkomend geval worden keuze en inhoud van de door de inspecteur gebruikte methode in diens inspectieverslag toegelicht.
Voor de controle van de individuele dossiers gaat de inspecteur na, of de bestaande databanken volledig zijn, verricht hij rechtzettingen en verwijdert hij als verkeerd of meermaals opgenomen vastgestelde gegevens.
Om de staalafnamegewijs bekomen resultaten te extrapoleren, stelt de inspecteur een staal samen dat voldoet aan een toevallig tot stand gekomen, eenvoudige typologie zonder herinvoering ervan in een bevolking of een laag zodat een referentiestaal bekomen wordt dat exptrapoleerbaar is en een betrouwbaarheidsinterval kan bereiken van vijfennegentig percent of meer rondom de staalafnamewaarde.
Het staal kan al dan niet gestratificeerd zijn, op grond van criteria aangepast aan de regeling die aan controle wordt onderworpen of iedere andere fraude-indicator.
De inspecteur kan het percentage in het extrapoleerbare referentiestaal vastgestelde onregelmatigheden extrapoleren naar enkel de onderzochte referentiebevolking of de onderzochte referentielaag. HOOFDSTUK IV. - Administratieve geldboetes
Art. 20.De sanctionerend ambtenaar is de inspecteur-generaal van het Departement Inspectie of ieder statutair of contractueel personeelslid van niveau aan dat daartoe aangewezen wordt.
Art. 21.De kosten voor het afschrift bedoeld in artikel 56 van het decreet van 28 februari 2019 worden vastgesteld overeenkomstig de artikelen 2 tot 4 van het besluit van de Waalse Regering van 9 juli 2018 tot vaststelling van de type-documenten die te gebruiken zijn en het bedrag van de retributie die gevraagd moet worden ter uitvoering van het decreet van 30 maart 1995 betreffende de openbaarheid van bestuur.
De kosten voor de administratieve procedure bedoeld in de artikelen 61 en 63 van het decreet van 28 februari 2019 worden vastgesteld overeenkomstig de geldende posttarieven.
Deze kosten mogen niet meer bedragen dan 1.000 euro. HOOFDSTUK V. - Wijzigingsbepalingen Afdeling 1. - Bepalingen tot wijziging van het koninklijk besluit van
12 december 2001 betreffende de dienstencheques
Art. 22.Artikel 1, lid 1, van het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques wordt aangevuld met de punten 13° tot 23°, luidend als volgt: "13° initiële bevolking: de gezamenlijke gegevens waarop de controle betrekking heeft; 14° laag: deel van een initiële bevolking, bepaald in functie van één of meerdere criteria;15° referentiebevolking: het deel van de initiële bevolking die, na verwijdering en rechtzetting van de redundante en onjuiste gegevens, de te onderzoeken gegevens vormt;16° referentielaag: het deel van een laag, na verwijdering en rechtzetting van de redundante en onjuiste gegevens, de te onderzoeken gegevens vormt;17° staal: de geselecteerde gegevens uit een bevolking of een laag;18° referentiestaal: de geselecteerde gegevens uit een bevolking of een laag of uit een referentielaag;19° extrapoleerbaar referentiestaal: referentiestaal gevormd op toevallige, eenvoudige wijze en zonder herinvoering;20° extrapolatie: veralgemening van de resultaten waargenomen in een extrapoleerbaar referentiestaal naar de globaliteit van de referentiebevolking of de referentielaag waaruit het staal afgenomen is;21° betrouwbaarheidsinterval: de gezamenlijke waarden vervat tussen een infimum en een supremum, verkregen na onderzoek van een staal. Deze gezamenlijke waarden bieden een waarschijnlijkheid van vijfennegentig percent of meer dat de exacte waarde van de parameter in de bevolking is vervat; 22° de omvang van het betrouwbaarheidsinterval: het verschil tussen de waarde van het supremum en die van het infimum in het betrouwbaarheidsinterval;23° het Departement Inspectie: het Departement Inspectie van het Operationele Directoraat-generaal Economie, Tewerkstelling en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst; 24° de inspecteurs: de statutaire en contractuele personeelsleden van het Departement Inspectie die beëdigd zijn.".
Art. 23.In artikel 10bis, § 1, van hetzelfde besluit, woorden leden 3 en 4, ingevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 14 december 2012 en gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 1 december 2016, vervangen als volgt: "De inspecteurs aangewezen door de Regering controleren de toepassing van de wet en van de uitvoeringsbesluiten ervan en oefenen het toezicht uit op de inachtneming ervan, uitgezonderd de bepalingen bedoeld in afdeling 2 van Hoofdstuk II van de wet.
De inspecteurs oefenen die controle uit overeenkomstig de bepalingen van het decreet van 28 februari 2019 betreffende de controle van de wetgevingen en reglementeringen inzake het economisch beleid, het tewerkstellingsbeleid en het wetenschappelijk onderzoek alsook de invoering van administratieve geldboeten toepasselijk in geval van inbreuk op deze wetgevingen en reglementeringen.".
Art. 24.In hetzelfde besluit worden de artikelen 10bis/1 tot 10bis/5 ingevoegd, luidend als volgt : "Art. 10bis/1. Ter uitvoering van artikel 7/1 van de wet van 20 juli 2001 tot bevordering van buurtdiensten en -banen kunnen de erkende dienstenchequeondernemingen die het voorwerp van de controle uitmaken geselecteerd worden volgens een methodologie aangepast aan de controlestrategie bepaald bij het Departement Inspectie, meer bepaald op basis van een risico-analyse.
De controle strekt er meer bepaald toe, het volume aan terugbetalingen verricht aan de erkende ondernemingen, de realiteit van het aantal uren prestaties en terugbetaalde dienstencheques na te gaan, en meer in het algemeen de naleving van de voorwaarden vastgesteld bij de wetgeving en de erkenningsbesluiten.
Art. 10bis/2. De inspecteur kan een controle in meerdere fases uitvoeren door bij elke stap de onderzoekstechniek(en) toe te passen die het best aan het behandelde dossier is (zijn) aangepast. De inspecteur onderzoekt één of meerdere aspecten van de regeling door verscheidene informaties te kruisen zoals: de gegevens betreffende de gebruikers van de regeling, betreffende de werknemers, de geregistreerde dienstencheques, de activiteiten van de erkende onderneming, de documenten en iedere andere desbetreffende informatie.
De inspecteur onderzoek de authentieke gegevensbronnen of andere, evenals de erkenningsdossiers. Hij gaat na, of de bestaande databases volledig zijn en bepaalt de referentiebevolking.
Voor de controle kan de inspecteur nagaan, of de terugbetalingsaanvragen bij het uitgiftebedrijf ingediend door de erkende onderneming en de informatie die zij aan "Forem" en aan het uitgiftebedrijf, evenals aan de functionele directie heeft overgemaakt, met elkaar overeenstemmen.
De inspecteur consolideert deze gegevens en kan eveneens verscheidene informatie gebruiken uit directe en indirecte bronnen, zoals gegevensvergelijking, gegevensuitdieping, antecedenten van de werkgever, interne en externe databases, meldingen van andere administraties, klachten of aangiftes.
Art. 10bis/3. Overeenkomstig artikel 35 van het decreet van 28 februari 2019 betreffende de controle van de wetgevingen en reglementeringen inzake het economisch beleid, het tewerkstellingsbeleid en het wetenschappelijk onderzoek alsook de invoering van administratieve geldboeten toepasselijk in geval van inbreuk op deze wetgevingen en reglementeringen kan de inspecteur overgaan tot het onderzoek van een staal voor alle of een deel van de te controleren aspecten.
Daarvoor kan de inspecteur: 1° alle onderzoekstechnieken en -methodes door elkaar gebruiken om een te onderzoeken referentiebevolking of referentielaag te vormen en er de onregelmatigheden op te sporen ten opzichte van de regeling waarvan de inachtneming ter controle voorligt;2° en, in voorkomend geval een trekking van het toevallige, eenvoudige type zonder herinvoering in een referentiebevolking of een referentielaag verrichten om aldus een extrapoleerbaar referentiestaal te vormen.In dat geval kan de inspecteur het percentage vastgestelde onregelmatigheden in het staal extrapoleren naar de referentiebevolking of de referentielaag.
Art. 10bis/4. § 1. Bij vaststelling van een percentage onregelmatigheden in het referentiestaal dat lager is dan twintig percent van het aantal gecontroleerde gegevens kan de inspecteur ofwel: 1° de terugvordering voorstellen in verband met, enkel, de vastgestelde onregelmatigheden en de controle beëindigen;2° de controle verderzetten waarbij hij in zijn verslag de redenen motiveert die deze beslissing motiveren. § 2. Bij vaststelling van een percentage onregelmatigheden in het referentiestaal dat hoger is dan twintig percent van het aantal gecontroleerde gegevens kan de inspecteur ofwel: 1° een tweede, al dan niet gelaagd, referentiestaal onderzoeken.In dat geval stelt de inspecteur de terugvordering voor in verband met, enkel, de vastgestelde onregelmatigheden in beide referentiestalen; 2° desnoods zijn onderzoekingen heroriënteren en nieuwe aspecten of criteria selecteren die onderzocht dienen te worden in functie van de in aanmerking genomen criteria;3° een extrapoleerbaar staal samenstellen, al dan niet gelaagd in de onderzochte referentiebevolking of -laag, waardoor een betrouwbaarheidsinterval bekomen kan worden van vijfennegentig percent of meer rondom de waarde van de staalafname, met een maximale omvang van tien percentpunt. § 3. Als het onderzoek van het eerste referentiestaal op meer dan tachtig percent onregelmatigheden wijst, bepaalt de inspecteur een extrapoleerbaar staal en het percentage vastgestelde onregelmatigheden wordt geëxtrapoleerd naar de gezamenlijke referentiebevolking of -laag. § 4. Onverminderd de terugvorderingen voorgesteld op grond van niet-extrapoleerbare vaststellingen, stelt de inspecteur, onder gebruikmaking van een extrapoleerbaar staal, de terugvordering van een bedrag van de subsidie voor berekend op basis van het percentage van het infimum van het betrouwbaarheidsinterval, geëxtrapoleerd naar de subsidie betreffende de onderzochte referentiebevolking of -laag. § 5. Bij het gebruikmaken van de extrapolatiemethode omschrijft de inspecteur de gebruikte methodologie in zijn verslag en geeft het betrouwbaarheidsinterval en de omvang van het betrouwbaarheidsinterval aan.
Art. 10bis/5. Overeenkomstig artikel 37 van het decreet van 28 februari 2019 betreffende de controle van de wetgevingen en reglementeringen inzake het economisch beleid, het tewerkstellingsbeleid en het wetenschappelijk onderzoek alsook de invoering van administratieve geldboeten toepasselijk in geval van inbreuk op deze wetgevingen en reglementeringen, kan de erkende onderneming het vermoeden voortvloeiend uit de extrapolatie bedoeld in de artikelen 10bis/3 en 10bis/4 omdraaien door de geldigheid van het geheel of van een deel van het percentage van de betwiste subsidie aan te tonen.".
Art. 25.Artikel 11bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 1 december 2016, wordt opgeheven. Afdeling 2. - Wijzigingsbepaling van het besluit van de Waalse
Regering van 27 februari 2003 tot uitvoering van het samenwerkingsakkoord, gesloten op 20 december 2002 tussen het Vlaams Gewest, het Waals Gewest, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de erkenning van ondernemingen die gemachtigd zijn om dienstencheques te gebruiken;
Art. 26.In het besluit van de Waalse Regering van 27 februari 2003 tot uitvoering van het samenwerkingsakkoord, gesloten op 20 december 2002 tussen het Vlaams Gewest, het Waals Gewest, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de erkenning van ondernemingen die gemachtigd zijn om dienstencheques te gebruiken wordt artikel 20 vervangen door hetgeen volgt: "
Art. 20.De beëdigde statutaire en contractuele personeelsleden van het Departement Inspectie van het Operationeel Directoraat-generaal Economie, Tewerkstelling en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst, aangewezen door de Regering, gaan de toepassing van het samenwerkingsakkoord en dit besluit na overeenkomstig de bepalingen van het decreet van 28 februari 2019 betreffende de controle van de wetgevingen en reglementeringen inzake het economisch beleid, het tewerkstellingsbeleid en het wetenschappelijk onderzoek alsook de invoering van administratieve geldboeten toepasselijk in geval van inbreuk op deze wetgevingen en reglementeringen.". Afdeling 3. - Wijzigingsbepaling van het besluit van de Waalse
Regering van 26 januari 2006 tot uitvoering van het decreet van 27 mei 2004 betreffende de adviesverlenende agentschappen inzake sociale economie
Art. 27.In het besluit van de Waalse Regering van 26 januari 2006 tot uitvoering van het decreet van 27 mei 2004 betreffende de adviesverlenende agentschappen inzake sociale economie, wordt artikel 17 vervangen door hetgeen volgt: "
Art. 17.De beëdigde statutaire en contractuele personeelsleden van het Departement Inspectie van het Operationeel Directoraat-generaal Economie, Tewerkstelling en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst, aangewezen door de Regering, gaan de toepassing van dit decreet en het uitvoeringsbesluit ervan na, en oefenen het toezicht op de inachtneming ervan uit.
De inspecteurs oefenen die controle uit overeenkomstig de bepalingen van het decreet van 28 februari 2019 betreffende de controle van de wetgevingen en reglementeringen inzake het economisch beleid, het tewerkstellingsbeleid en het wetenschappelijk onderzoek alsook de invoering van administratieve geldboeten toepasselijk in geval van inbreuk op deze wetgevingen en reglementeringen.". Afdeling 4. - Wijzigingsbepaling van het besluit van de Waalse
Regering van 21 juni 2007 tot uitvoering van het besluit van de Waalse Regering van 14 december 2006 betreffende de erkenning en de subsidiëring van de initiatieven tot ontwikkeling van de werkgelegenheid in de sector van de buurtdiensten met een maatschappelijk doel, afgekort : "I.D.E.S.S."
Art. 28.Artikel 15 van het besluit van de Waalse Regering van 21 juni 2007 tot uitvoering van het decreet van de Waalse Regering van 14 december 2006 betreffende de erkenning en de subsidiëring van de initiatieven tot ontwikkeling van de werkgelegenheid in de sector van de buurtdiensten met een maatschappelijk doel, afgekort : "I.D.E.S.S.", wordt vervangen als volgt: "
Art. 15.De beëdigde statutaire en contractuele personeelsleden van het Departement Inspectie van het Operationeel Directoraat-generaal Economie, Tewerkstelling en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst, aangewezen door de Regering, gaan de toepassing van dit besluit na, en oefenen het toezicht op de inachtneming ervan uit.
De inspecteurs oefenen die controle uit overeenkomstig de bepalingen van het decreet van 28 februari 2019 betreffende de controle van de wetgevingen en reglementeringen inzake het economisch beleid, het tewerkstellingsbeleid en het wetenschappelijk onderzoek alsook de invoering van administratieve geldboeten toepasselijk in geval van inbreuk op deze wetgevingen en reglementeringen.". Afdeling 5. - Wijzigingsbepalingen van het besluit van de Waalse
Regering van 27 mei 2009 tot uitvoering van het decreet van 11 maart 2004 betreffende de erkenning en de subsidiëring van de gewestelijke zendingen voor arbeidsbemiddeling
Art. 29.Artikel 1, lid 1, van het besluit van de Waalse Regering van 27 mei 2009 tot uitvoering van het decreet van 11 maart 2004 betreffende de erkenning en de subsidiëring van de gewestelijke zendingen voor arbeidsbemiddeling, wordt aangevuld met punten 8° tot 18°, luidend als volgt: "8° initiële bevolking: de gezamenlijke gegevens waarop de controle betrekking heeft; 9° laag: deel van een initiële bevolking, bepaald in functie van één of meerdere criteria;10° referentiebevolking: het deel van de initiële bevolking die, na verwijdering en rechtzetting van de redundante en onjuiste gegevens, de te onderzoeken gegevens vormt;11° referentielaag: het deel van een laag dat, na verwijdering en rechtzetting van de redundante en onjuiste gegevens, de te onderzoeken gegevens vormt;12° staal: de geselecteerde gegevens uit een bevolking of een laag;13° referentiestaal: de geselecteerde gegevens uit een bevolking of een laag of uit een referentielaag;14° extrapoleerbaar referentiestaal: referentiestaal gevormd op toevallige, eenvoudige wijze en zonder herinvoering;15° extrapolatie: veralgemening van de resultaten waargenomen in een extrapoleerbaar referentiestaal naar de globaliteit van de referentiebevolking of de referentielaag waaruit het staal afgenomen is;16° betrouwbaarheidsinterval: de gezamenlijke waarden vervat tussen een infimum en een supremum, verkregen na onderzoek van een staal. Deze gezamenlijke waarden bieden een waarschijnlijkheid van vijfennegentig percent of meer dat de exacte waarde van de parameter in de bevolking is vervat; 17° de omvang van het betrouwbaarheidsinterval: het verschil tussen de waarde van het supremum en die van het infimum in het betrouwbaarheidsinterval;18° het Departement Inspectie: het Departement Inspectie van het Operationele Directoraat-generaal Economie, Tewerkstelling en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst; 19° de inspecteurs: de statutaire en contractuele personeelsleden van het Departement Inspectie die beëdigd zijn.".
Art. 30.In hetzelfde besluit wordt een hoofdstuk VI/1, bevattende de artikelen 20/1 tot 20/6, ingevoegd, luidend als volgt : "Hoofdstuk VI/1
Art. 20/1.§ 1. Ter uitvoering van artikel 11 van het decreet van 11 maart 2004 betreffende de erkenning en de subsidiëring van de gewestelijke zendingen voor arbeidsbemiddeling kunnen de erkende gewestelijke zendingen geselecteerd worden volgens een methodologie aangepast aan de controlestrategie die, met name op basis van een risico-analyse, bepaald wordt door het Departement Inspectie. § 2. De controle strekt er meer bepaald toe, na te gaan in welke mate de begunstigden, begeleid door de gewestelijke zending, in aanmerking komen, evenals de geldigheid van de contractualiseringsfases, en meer bepaald de inachtneming van de voorwaarden vastgesteld bij de wetgeving en het erkenningsbesluit.
Art. 20/2.§ 1. Voor de controle van de individuele dossiers gaat de inspecteurs over tot het onderzoek van de lijst begunstigden opgenomen in het activiteitenverslag van het gecontroleerde werkjaar en trekt er de begunstigden van af die over een afwijking beschikken bovenop het gemachtigd percentage te beginnen bij degenen die het laatst in de gewestelijke zending zijn gestapt. De na deze telling overblijvende begunstigden vormen de referentiebevolking vanaf welke de bevolkingslagen en de referentiestalen worden samengesteld en die onderzocht zullen worden op grond van de methode omschreven in de paragrafen 2 en 3.
De inspecteur kan een percentage individuele dossiers controleren van begunstigden, met een minimum aan te controleren dossiers volgens het aantal begunstigden begeleid door de gewestelijke zending.
De dossiers bedoeld in lid 2 worden geselecteerd rekening gehouden met het aandeel begunstigden die de verschillende contractualiseringsfases bereikt hebben onder de referentiebevolking, zoals bepaald in lid 1, en vormen de referentielagen. § 2. Bij vaststelling van een percentage onregelmatigheden in het referentiestaal dat lager is dan twintig percent van het aantal gecontroleerde gegevens kan de inspecteur: 1° de terugvordering voorstellen in verband met, enkel, de vastgestelde onregelmatigheden en de controle beëindigen;2° de controle verderzetten waarbij hij in zijn verslag de redenen motiveert die deze beslissing motiveren. § 3. Bij vaststelling van een percentage onregelmatigheden in het referentiestaal dat hoger is dan twintig percent van het aantal gecontroleerde gegevens kan de inspecteur ofwel: 1° een tweede, al dan niet gelaagd, referentiestaal onderzoeken.In dat geval stelt de inspecteur de terugvordering voor in verband met, enkel, de vastgestelde onregelmatigheden in beide referentiestalen; 2° desnoods zijn onderzoekingen heroriënteren en nieuwe aspecten of criteria selecteren die onderzocht dienen te worden in functie van de in aanmerking genomen criteria;3° een extrapoleerbaar referentiestaal samenstellen, al dan niet gelaagd in de onderzochte referentiebevolking of -laag, waardoor een betrouwbaarheidsinterval bekomen kan worden van vijfennegentig percent of meer rondom de waarde van de staalafname, met een maximale omvang van tien percentpunt. § 4. Als het onderzoek van het eerste referentiestaal wijst op meer dan vierentwintig percent onregelmatigheden, bepaalt de inspecteur een extrapoleerbaar referentiestaal, en het percentage vastgestelde onregelmatigheden wordt geëxtrapoleerd naar de gezamenlijke referentiebevolking of -laag.
Art. 20/3.Onverminderd de terugvorderingen voorgesteld op grond van niet-extrapoleerbare vaststellingen, stelt de inspecteur, onder gebruikmaking van een extrapoleerbaar staal, de terugvordering van een bedrag van de subsidie berekend op basis van het percentage van het infimum van het betrouwbaarheidsinterval, geëxtrapoleerd naar de subsidie betreffende de onderzochte referentiebevolking of -laag.
Art. 20/4.Bij het gebruikmaken van de extrapolatiemethode omschrijft de inspecteur de gebruikte methodologie in zijn verslag en geeft het betrouwbaarheidsinterval en de omvang van het betrouwbaarheidsinterval aan.
Art. 20/5.Overeenkomstig artikel 37 van het decreet van 28 februari 2019 betreffende de controle van de wetgevingen en reglementeringen inzake het economisch beleid, het tewerkstellingsbeleid en het wetenschappelijk onderzoek alsook de invoering van administratieve geldboeten toepasselijk in geval van inbreuk op deze wetgevingen en reglementeringen, kan de erkende onderneming het vermoeden voortvloeiend uit de extrapolatie bedoeld in de artikelen 10bis/3 en 10bis/4 omdraaien door de geldigheid van het geheel of van een deel van het percentage van de betwiste subsidie aan te tonen.". Afdeling 6. - Wijzigingsbepaling van het besluit van de Waalse
Regering van 10 december 2009 tot uitvoering van het decreet van 3 april 2009 betreffende de registratie en de erkenning van de arbeidsbemiddelingsbureaus
Art. 31.In het besluit van de Waalse Regering van 10 december 2009 tot uitvoering van het decreet van 3 april 2009 betreffende de registratie en de erkenning van de arbeidsbemiddelingsbureaus wordt artikel 14 opgeheven. Afdeling 7. - Wijzigingsbepaling van het besluit van de Waalse
Regering van 8 maart 2012 tot uitvoering van artikel 2 van het decreet van 20 november 2008 betreffende de sociale economie met het oog op de ontwikkeling van sociale economiebedrijven in de immobiliënsector
Art. 32.Artikel 8 van op het besluit van de Waalse Regering van 8 maart 2012 tot uitvoering van artikel 2 van het decreet van 20 november 2008 betreffende de sociale economie met het oog op de ontwikkeling van sociale economiebedrijven in de immobiliënsector wordt vervangen door hetgeen volgt: "
Art. 8.De beëdigde statutaire en contractuele personeelsleden van het Departement Inspectie van het Operationeel Directoraat-generaal Economie, Tewerkstelling en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst, aangewezen door de Regering, gaan de toepassing van dit besluit na, en oefenen het toezicht op de inachtneming ervan uit.
De inspecteurs oefenen die controle uit overeenkomstig de bepalingen van het decreet van 28 februari 2019 betreffende de controle van de wetgevingen en reglementeringen inzake het economisch beleid, het tewerkstellingsbeleid en het wetenschappelijk onderzoek alsook de invoering van administratieve geldboeten toepasselijk in geval van inbreuk op deze wetgevingen en reglementeringen.". Afdeling 8. - Wijzigingsbepaling van het besluit van de Waalse
Regering van 3 april 2014 tot erkenning en subsidiëring van de verenigingen zonder winstoogmerk en de vennootschappen met een sociaal oogmerk die actief zijn in de sector van het hergebruik en de voorbereiding op hergebruik
Art. 33.In artikel 11, lid 5, van het besluit van de Waalse Regering van 3 april 2014 tot erkenning en subsidiëring van de verenigingen zonder winstoogmerk en de vennootschappen met een sociaal oogmerk die actief zijn in de sector van het hergebruik en de voorbereiding op hergebruik worden de woorden "volgens de modaliteiten bepaald bij het decreet van 5 februari 1998 houdende toezicht en controle op de naleving van de wetgeving betreffende het tewerkstellingsbeleid" vervangen door de woorden: "overeenkomstig de bepalingen van het decreet van 28 februari 2019 betreffende de controle van de wetgevingen en reglementeringen inzake het economisch beleid, het tewerkstellingsbeleid en het wetenschappelijk onderzoek alsook de invoering van administratieve geldboeten toepasselijk in geval van inbreuk op deze wetgevingen en reglementeringen.". Afdeling 9. - Wijzigingsbepalingen van het besluit van de Waalse
Regering van 23 februari 2017 houdende uitvoering van de hoofdstukken 1, 3 en 4 van het decreet van 21 december 2016 houdende de toekenning van steun via een in het Waalse Gewest geïntegreerd steunportfolio aan projectontwikkelaars en kleine en middelgrote ondernemingen, ter bevordering van het ondernemerschap of de groei, en strekkende de oprichting van een databank van authentieke bronnen die verbonden is met die geïntegreerde portefeuille
Art. 34.Artikel 1 van het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2017 houdende uitvoering van de hoofdstukken 1, 3 en 4 van het decreet van 21 december 2016 houdende de toekenning van steun via een in het Waalse Gewest geïntegreerd steunportfolio aan projectontwikkelaars en kleine en middelgrote ondernemingen, ter vergoeding van de diensten ter bevordering van het ondernemerschap of de groei, en strekkende de oprichting van een databank van authentieke bronnen die verbonden is met die geïntegreerde portefeuille, wordt aangevuld met een punt 8° als volgt : "8° de personeelsleden aangewezen door de Regering: de beëdigde statutaire en contractuele personeelsleden van het Departement Inspectie van het Operationeel Directoraat-generaal Economie, Tewerkstelling en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst.".
Art. 35.In hetzelfde besluit wordt een artikel 23/1 ingevoegd, luidend als volgt : "Art 23/1. De personeelsleden aangewezen door de Regering gaan de toepassing van dit besluit na en oefenen het toezicht uit op de inachtneming ervan.
De inspecteurs oefenen die controle uit overeenkomstig de bepalingen van het decreet van 28 februari 2019 betreffende de controle van de wetgevingen en reglementeringen inzake het economisch beleid, het tewerkstellingsbeleid en het wetenschappelijk onderzoek alsook de invoering van administratieve geldboeten toepasselijk in geval van inbreuk op deze wetgevingen en reglementeringen.".
Art. 36.In artikel 23 van hetzelfde besluit wordt lid 1 aangevuld als volgt : "overeenkomstig de bepalingen van het decreet van 28 februari 2019 betreffende de controle van de wetgevingen en reglementeringen inzake het economisch beleid, het tewerkstellingsbeleid en het wetenschappelijk onderzoek alsook de invoering van administratieve geldboeten toepasselijk in geval van inbreuk op deze wetgevingen en reglementeringen.". Afdeling 10. - Wijzigingsbepalingen van het besluit van de Waalse
Regering van 22 juni 2017 tot uitvoering van het decreet van 2 februari 2017 betreffende de steun voor tewerkstelling ten behoeve van de doelgroepen
Art. 37.In artikel 1 van het besluit van de Waalse Regering van 22 juni 2017 tot uitvoering van het decreet van 2 februari 2017 betreffende de steun voor tewerkstelling ten behoeve van de doelgroepen wordt een punt 3° ingevoegd, luidend als volgt: "3° het Departement Inspectie: het Departement Inspectie van het Operationele Directoraat-generaal Economie, Tewerkstelling en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst.".
Art. 38.In artikel 14 van hetzelfde besluit worden volgende wijzigingen ingevoerd: 1° in paragraaf 1, lid 1, worden de woorden " deSociale Inspectie van het Departement Inspectie van het Operationeel Directoraat-generaal Economie, Werk en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst" vervangen door de woorden "het Departement Inspectie" en het woord "ze" door het woord "het";2° in paragraaf 1, tweede lid, worden de woorden "de Sociale inspectie" vervangen door de woorden "de Inspectie";3° in paragraaf 1, vierde lid, worden de woorden "de Sociale inspectie" vervangen door de woorden "de Inspectie";4° in paragraaf 2 worden de woorden "de Sociale inspectie" vervangen door de woorden "de Inspectie" en het woord "ze" door het woord "het". HOOFDSTUK VI. - Opheffingsbepalingen
Art. 39.Opgeheven worden: 1° het besluit van de Waalse Regering van 6 december 2001 tot aanwijzing van de sociale inspecteurs die toezicht en controle uitoefenen op de naleving van de wetgeving op het tewerkstellingsbeleid, de beroepsreconversie en -recyclage;2° het besluit van de Waalse Regering van 12 december 2008 tot aanwijzing van de sociale inspecteurs die toezicht en controle zullen uitoefenen op de naveling van de wetgeving betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 24 november 2011. HOOFDSTUK VII. - Slotbepalingen
Art. 40.Het decreet van 28 februari 2019 en dit besluit treden in werking de tiende dag volgend op de dag van bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.
Art. 41.De Minister van Economie, Industrie, Onderzoek, Innovatie, Digitale Technologieën, Tewerkstelling en Vorming is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 4 april 2019.
Voor de Regering : De Minister-President, W. BORSUS De Minister van Economie, Industrie, Onderzoek, Innovatie, Digitale Technologieën, Tewerkstelling en Vorming, P.-Y. JEHOLET