gepubliceerd op 27 mei 2024
Wet houdende diverse bepalingen betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke
16 MEI 2024. - Wet houdende diverse bepalingen betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt :
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.
HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van de wet van 26 juni 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/06/1990 pub. 22/07/2009 numac 2009000474 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke sluiten betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke
Art. 2.Het opschrift van de wet van 26 juni 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/06/1990 pub. 22/07/2009 numac 2009000474 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke sluiten betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke wordt vervangen als volgt: "Wet inzake de bescherming opgelegd aan een persoon met een psychiatrische aandoening".
Art. 3.In de artikelen 2 en 23 van dezelfde wet, wordt het woord "geesteszieke" telkens vervangen door de woorden "persoon met een psychiatrische aandoening".
Art. 4.In de artikelen 5, 7 tot 22, 24, 25, 27, 28, 30, 32, 34 en 36 van dezelfde wet, wordt het woord "zieke" telkens vervangen door de woorden "persoon met een psychiatrische aandoening".
Art. 5.In de artikelen 7, § 2, vierde lid, en 30 van dezelfde wet wordt het woord "geneesheer-psychiater" telkens vervangen door de woorden "arts-psychiater".
Art. 6.In de artikelen 11, 13, 16, 18, 22, 24, 25, 27, 29, 32 en 34 van dezelfde wet wordt het woord "geneesheer" telkens vervangen door het woord "arts".
Art. 7.In de artikelen 12, 13, 16, 17, 18, 19, 20, 21, 22 en 37 van dezelfde wet wordt het woord "geneesheer-diensthoofd" telkens vervangen door het woord "arts-diensthoofd".
Art. 8.In de artikelen 13, 25, 36 en 41 van dezelfde wet wordt het woord "geneesheren" telkens vervangen door het woord "artsen".
Art. 9.In de Franse tekst van de artikelen 15, 19, § 3 en 22, derde lid, van dezelfde wet, worden de woorden "la mise en observation" telkens vervangen door de woorden "la mesure de protection".
Art. 10.In hoofdstuk I van dezelfde wet wordt een artikel 1/1 ingevoegd, luidende: "
Art. 1/1.Voor de toepassing van deze wet wordt onder "psychiatrische aandoening" verstaan: een volgens de huidige stand van de wetenschap als zodanig omschreven aandoening die de realiteitsperceptie, het oordeelsvermogen, de denkprocessen, de stemming of de controle over diens daden ernstig kan verstoren.
De onaangepastheid aan de zedelijke, maatschappelijke, religieuze, politieke of andere waarden wordt niet als een psychiatrische aandoening beschouwd.".
Art. 11.In artikel 2 van dezelfde wet worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in de Franse tekst van het eerste lid worden de woorden "qu'il" telkens vervangen door de woorden "qu'elle";2° het tweede lid wordt opgeheven.
Art. 12.Artikel 3 van dezelfde wet wordt vervangen als volgt: "
Art. 3.Degene die zich vrij en zonder voorwaarden laat opnemen in een residentiële instelling, kan deze te allen tijde verlaten."
Art. 13.In artikel 3/1 van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 10 maart 2019Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 30/12/1999 numac 1999010222 bron ministerie van justitie Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers type wet prom. 07/05/1999 pub. 29/06/1999 numac 1999009706 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van sommige bepalingen van het Strafwetboek, van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, van de wet van 5 maart 1998 betreffende de voorwaardelijke invrijheidsstelling en tot wijziging van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964 sluiten5, worden de woorden "opneming ter observatie" vervangen door de woorden "beschermende observatiemaatregel".
Art. 14.In dezelfde wet wordt het opschrift van hoofdstuk II vervangen als volgt: "Hoofdstuk II. Beschermingsmaatregelen".
Art. 15.In hoofdstuk II van dezelfde wet wordt het opschrift van afdeling 1 vervangen als volgt: "Afdeling 1. Algemene bepalingen".
Art. 16.Artikel 4 van dezelfde wet wordt vervangen als volgt: "
Art. 4.Wanneer de omstandigheden bedoeld in artikel 2 zich voordoen, kunnen de volgende beschermingsmaatregelen bij rechterlijke beslissing worden uitgesproken overeenkomstig de regels bepaald bij deze wet: - een beschermende observatiemaatregel; - een vrijwillige behandeling onder voorwaarden."
Art. 17.In hoofdstuk II, afdeling 1, van dezelfde wet wordt een artikel 4/1 ingevoegd, luidende: "
Art. 4/1.De beschermende observatiemaatregel vindt plaats in een residentiële instelling.
Onder "residentiële instelling" wordt verstaan: een instelling hiertoe erkend door de overheden bevoegd voor het gezondheidsbeleid op grond van de artikelen 128, 130 en 135 van de Grondwet die voldoende veiligheidsgaranties biedt voor de betrokkene en de samenleving, en een observatie mogelijk maakt, indien nodig met tussenkomst van externe diensten."
Art. 18.In hoofdstuk II, afdeling 1, van dezelfde wet wordt een artikel 4/2 ingevoegd, luidende: "
Art. 4/2.§ 1. De vrijwillige behandeling onder voorwaarden gebeurt in elk geval onder de voorwaarde dat de persoon met een psychiatrische aandoening zich residentieel of ambulant laat behandelen, overeenkomstig het in paragraaf 2 bedoelde behandelingsplan.
Naast de in het eerste lid bedoelde voorwaarde kan de rechter ook voorwaarden opleggen betreffende het gedrag van de persoon met een psychiatrische aandoening, met name inzake de verblijfplaats, de geneeskundige behandeling of de maatschappelijke hulpverlening, voor zover deze voorwaarden het gevaar, voortvloeiend uit de psychiatrische aandoening, beïnvloeden.
Een vrijwillige behandeling onder voorwaarden kan enkel worden uitgesproken indien de persoon met een psychiatrische aandoening alle voorwaarden aanvaardt en redelijkerwijs mag worden verwacht dat ze zullen worden nageleefd. § 2. Een behandelingsplan dat door de arts die verantwoordelijk zal zijn voor de behandeling is opgesteld in overleg met de persoon met een psychiatrische aandoening en, indien mogelijk, in samenwerking met zijn naaste omgeving, moet door de persoon met een psychiatrische aandoening worden voorgelegd.
Deze arts wordt verder in deze wet "de verantwoordelijke voor de uitvoering van de vrijwillige behandeling onder voorwaarden" genoemd.
Het behandelingsplan bevat: - een onderdeel waaruit blijkt dat het overleg tot toestemming heeft geleid en op welke grond de arts die verantwoordelijk zal zijn voor de behandeling tot het oordeel komt dat redelijkerwijs is aan te nemen dat de persoon met een psychiatrische aandoening de door laatstgenoemde voorgestelde vrijwillige behandeling onder voorwaarden zal volgen; - de therapeutische middelen die zullen worden toegepast teneinde het in artikel 2 bedoelde gevaar zoveel als mogelijk af te wenden.
De Koning bepaalt een model van behandelingsplan".
Art. 19.In hoofdstuk II van dezelfde wet wordt een afdeling 2, die de artikelen 5 tot 9 bevat, ingevoegd, luidende "Procedure".
Art. 20.In hoofdstuk II, afdeling 2, van dezelfde wet, ingevoegd bij artikel 19, wordt het opschrift van onderafdeling 1 vervangen als volgt: "Onderafdeling 1. Gewone procedure".
Art. 21.In artikel 5 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wetten van 6 augustus 1993 en 13 juni 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, eerste lid, worden de woorden "opneming ter observatie" vervangen door de woorden "beschermende observatiemaatregel of een vrijwillige behandeling onder voorwaarden". In de Franse tekst wordt het woord "interessé" vervangen door het woord "intéressée"; 2° in paragraaf 1, tweede lid, 2, worden de woorden "wiens plaatsing ter observatie" vervangen door de woorden "ten aanzien van wie een beschermende observatiemaatregel of een vrijwillige behandeling onder voorwaarden";3° in de Franse tekst van paragraaf 1, tweede lid, 4, worden de woorden "où il se trouve" vervangen door de woorden "où elle se trouve";4° paragraaf 1, vierde lid, wordt aangevuld met de woorden "en zijn bewindvoerder";5° paragraaf 2 wordt vervangen als volgt: "Op straffe van niet-ontvankelijkheid van de vordering moet hieraan een omstandig geneeskundig verslag worden toegevoegd dat, op basis van een onderzoek dat ten hoogste vijftien dagen oud is, de gezondheidstoestand van de persoon voor wie de beschermingsmaatregel wordt gevraagd evenals de symptomen van de psychiatrische aandoening beschrijft en vaststelt dat is voldaan aan de voorwaarden bedoeld in artikel 2. Onverminderd artikel 17, derde lid, mag dit omstandig geneeskundig verslag niet worden opgesteld door de arts die om de maatregel verzoekt of door een arts die een bloed- of aanverwant tot de vierde graad van de verzoeker of van de persoon met een psychiatrische aandoening is.
Indien er omstandigheden zijn die gerechtvaardigde twijfel doen ontstaan over de onpartijdigheid of onafhankelijkheid van de arts die het omstandig geneeskundig verslag heeft opgesteld, dan kan de persoon met een psychiatrische aandoening de rechtbank verzoeken te voorzien in zijn vervanging en een nieuw omstandig geneeskundig verslag.
Weigert een arts het omstandig geneeskundig verslag op te maken, verwijst hij de verzoeker door naar een andere arts.
De Koning bepaalt een model van omstandig geneeskundig verslag.
De Koning kan de opmaak van het omstandig geneeskundig verslag voorbehouden aan enkel de artsen die een specifieke vorming hebben gevolgd, waarvan Hij de inhoud preciseert."
Art. 22.In artikel 7 van dezelfde wet, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 20 februari 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 30/12/1999 numac 1999010222 bron ministerie van justitie Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers type wet prom. 07/05/1999 pub. 29/06/1999 numac 1999009706 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van sommige bepalingen van het Strafwetboek, van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, van de wet van 5 maart 1998 betreffende de voorwaardelijke invrijheidsstelling en tot wijziging van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964 sluiten2, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° paragraaf 1 wordt vervangen als volgt: " § 1.Bij gebrek aan een advocaat verzoekt de rechter bij ontvangst van het verzoekschrift de stafhouder of het bureau voor juridische bijstand om onverwijld van ambtswege een advocaat aan te wijzen."; 2° in paragraaf 2 worden de woorden "wiens opneming ter observatie" vervangen door de woorden "voor wie een beschermingsmaatregel"; 3° paragraaf 2, tweede lid, wordt vervangen als volgt: "Binnen dezelfde termijn geeft de griffier aan de persoon met een psychiatrische aandoening, aan zijn advocaat en, in voorkomend geval, aan zijn wettelijke vertegenwoordiger en aan zijn bewindvoerder bij gerechtsbrief kennis van het verzoekschrift."; 4° paragraaf 2 wordt aangevuld met twee leden, luidende: "De advocaat van de persoon met een psychiatrische aandoening heeft toegang tot het dossier, met inbegrip van het omstandig geneeskundig verslag. De advocaat van de persoon met een psychiatrische aandoening kan het omstandig geneeskundig verslag overmaken aan de arts-psychiater bedoeld in paragraaf 3."; 5° paragraaf 3 wordt vervangen als volgt: " § 3.Overeenkomstig paragraaf 2, vierde lid, kan de persoon met een psychiatrische aandoening een arts-psychiater kiezen om hem bij te staan. Indien hij de naam van een door hem gekozen arts-psychiater niet heeft medegedeeld aan de griffier, kan de rechter er een aanwijzen."; 6° in paragraaf 4, tweede lid, worden de woorden "de geneesheer-psychiater" vervangen door de woorden "de bewindvoerder, de arts-psychiater bedoeld in paragraaf 3";7° paragraaf 5, eerste lid, wordt vervangen door drie leden, luidende: "Op de vastgestelde dag en het vastgestelde uur hoort de rechter de persoon met een psychiatrische aandoening, de verzoeker, alsmede alle andere personen die hij dienstig acht te horen.Deze hoorzittingen gebeuren in aanwezigheid van de advocaat van de persoon met een psychiatrische aandoening.
De rechter hoort, zo mogelijk, de echtgenoot, de wettelijk samenwonende of de persoon met wie de persoon met een psychiatrische aandoening een feitelijk gezin vormt, de bloedverwanten tot de tweede graad, de personen die belast zijn met de dagelijkse zorg van de persoon met een psychiatrische aandoening of hem begeleiden. Ingeval de persoon met een psychiatrische aandoening het ouderlijk gezag heeft over de persoon van een kind, hoort de rechter zo mogelijk de andere ouder en, in voorkomend geval, degene aan wie het minderjarige kind is toevertrouwd. Indien de persoon met een psychiatrische aandoening minderjarig is, hoort de rechter zo mogelijk zijn wettelijke vertegenwoordigers.
De rechter kan ambtshalve of op verzoek van de persoon met een psychiatrische aandoening, van het tweede lid gedeeltelijk of volledig afwijken indien ernstige omstandigheden zulks rechtvaardigen."; 8° in de Franse tekst van paragraaf 5, tweede lid, worden de woorden "où celui-ci se trouve" vervangen door de woorden "où celle-ci se trouve".
Art. 23.In artikel 8 van dezelfde wet, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 20 februari 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 30/12/1999 numac 1999010222 bron ministerie van justitie Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers type wet prom. 07/05/1999 pub. 29/06/1999 numac 1999009706 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van sommige bepalingen van het Strafwetboek, van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, van de wet van 5 maart 1998 betreffende de voorwaardelijke invrijheidsstelling en tot wijziging van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964 sluiten2, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, tweede lid, worden de woorden "ten laatste" ingevoegd tussen de woorden "openbare zitting" en de woorden "binnen tien dagen";2° paragraaf 1 wordt aangevuld met een lid, luidende: "Wanneer de rechter van plan is een vrijwillige behandeling onder voorwaarden uit te spreken, kan hij in een voorlopig vonnis een nieuwe terechtzitting bepalen binnen een termijn die niet langer mag zijn dan vijftien dagen vanaf de uitspraak van het vonnis om de persoon met een psychiatrische aandoening in staat te stellen het behandelingsplan bedoeld in artikel 4/2, § 2, voor te leggen.Hij kan aan deze beslissing de voorwaarden bedoeld in artikel 4/2, § 1, tweede lid, verbinden."; 3° paragraaf 2, tweede lid, wordt vervangen als volgt: "Hij zendt een niet-ondertekend afschrift van het vonnis aan de raadslieden, aan de procureur des Konings en in voorkomend geval, aan de wettelijke vertegenwoordiger, de bewindvoerder, de arts-psychiater bedoeld in artikel 7, § 3, en de vertrouwenspersoon van de persoon met een psychiatrische aandoening."; 4° paragraaf 2 wordt aangevuld met twee leden, luidende: "Hij geeft, in voorkomend geval, kennis van het beschikkende gedeelte van het vonnis aan de echtgenoot, de wettelijk samenwonende en de persoon met wie de persoon met een psychiatrische aandoening een feitelijk gezin vormt.Ingeval de persoon met een psychiatrische aandoening het ouderlijk gezag heeft over de persoon van een kind, geeft de griffier eveneens kennis van het beschikkende gedeelte van het vonnis aan de andere ouder en, in voorkomend geval, aan de persoon wie het minderjarig kind is toevertrouwd.
De rechter kan ambtshalve of op verzoek van de persoon met een psychiatrische aandoening, van het derde lid gedeeltelijk of volledig afwijken indien ernstige omstandigheden zulks rechtvaardigen."; 5° paragraaf 3, eerste lid, wordt vervangen als volgt: "Indien de rechter het verzoek inwilligt, spreekt hij een beschermende observatiemaatregel of een vrijwillige behandeling onder voorwaarden uit."; 6° paragraaf 3, tweede lid, wordt vervangen als volgt: "Wanneer de rechter een beschermende observatiemaatregel uitspreekt, wijst hij de residentiële instelling aan waarin de persoon met een psychiatrische aandoening ter observatie wordt opgenomen.De griffier geeft bij gerechtsbrief kennis van het vonnis aan de directeur van de residentiële instelling, verder in deze wet de directeur van de instelling genoemd."; 7° in paragraaf 3 wordt tussen het tweede en het derde lid een lid ingevoegd, luidende: "Indien de rechter een vrijwillige behandeling onder voorwaarden uitspreekt, geeft de griffier bij gerechtsbrief kennis van het vonnis aan de verantwoordelijke voor de uitvoering van de vrijwillige behandeling onder voorwaarden."; 8° in paragraaf 3 wordt het derde lid, dat het vierde lid wordt, vervangen als volgt: "In geval van een beschermende observatiemaatregel, treft de directeur van de instelling onmiddellijk na de kennisgeving alle nodige maatregelen voor de uitvoering ervan.In geval van een vrijwillige behandeling onder voorwaarden treft de verantwoordelijke voor de uitvoering van de vrijwillige behandeling onder voorwaarden onmiddellijk na de kennisgeving alle nodige maatregelen voor de uitvoering ervan."
Art. 24.In dezelfde wet wordt het opschrift van hoofdstuk II, afdeling 2, onderafdeling 2, vervangen als volgt: "Onderafdeling 2. Spoedprocedure".
Art. 25.Artikel 9 van dezelfde wet, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 20 februari 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 30/12/1999 numac 1999010222 bron ministerie van justitie Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers type wet prom. 07/05/1999 pub. 29/06/1999 numac 1999009706 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van sommige bepalingen van het Strafwetboek, van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, van de wet van 5 maart 1998 betreffende de voorwaardelijke invrijheidsstelling en tot wijziging van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964 sluiten2, wordt vervangen als volgt: "
Art. 9.§ 1. In spoedeisende gevallen kan de procureur des Konings van de plaats waar de persoon met een psychiatrische aandoening zich bevindt, of, in voorkomend geval, de procureur des Konings bedoeld in artikel 1, § 2, vierde lid, optreden: 1° ambtshalve na het schriftelijk advies van een door hem aangewezen arts;of, 2° op schriftelijk verzoek van een belanghebbende, dat vergezeld moet gaan van het in artikel 5, § 2, bedoelde verslag. Het advies of het verslag moeten het spoedeisend karakter aantonen.
Zodra een maatregel wordt genomen, verzoekt de procureur des Konings de stafhouder of het bureau voor juridische bijstand om onverwijld van ambtswege een advocaat aan te wijzen. § 2. De procureur des Konings kan beslissen dat de persoon met een psychiatrische aandoening voor een klinische evaluatie zal worden opgenomen in een residentiële instelling in de zin van artikel 4/1, tweede lid, of in een andere instelling die voldoende veiligheidsgaranties biedt voor de betrokkene en de samenleving, en een observatie mogelijk maakt, indien nodig met tussenkomst van externe diensten, die hij aanwijst.
De klinische evaluatie mag alleen getroffen worden onder dezelfde voorwaarden voorzien in artikel 2, met uitzondering van de voorwaarde van het gebrek aan enige andere geschikte behandeling.
De klinische evaluatie heeft een maximumduur van achtenveertig uur.
Deze termijn van achtenveertig uur gaat in zodra de persoon van zijn vrijheid beroofd is.
De procureur des Konings geeft kennis van zijn beslissing tot klinische evaluatie aan de directeur van de instelling, aan de persoon met een psychiatrische aandoening en, in voorkomend geval, aan diens wettelijke vertegenwoordiger, aan diens advocaat en aan diens bewindvoerder. De Koning bepaalt de wijze waarop de beslissing van de procureur des Konings wordt uitgevoerd.
Tijdens de klinische evaluatieperiode wordt de persoon bewaakt en onderworpen aan een grondige evaluatie. De arts maakt op basis van de klinische evaluatie het in artikel 5, § 2, bedoelde verslag op.
De procureur des Konings kan, op elk moment, de klinische evaluatie beëindigen zonder verdere maatregelen. § 3. Binnen vierentwintig uren na de vrijheidsberoving of, in geval van klinische evaluatie, voor het einde van de termijn van achtenveertig uur bedoeld in paragraaf 2, derde lid, kan de procureur des Konings op grond van het verslag bedoeld in artikel 5, § 2: 1° een beschermende observatiemaatregel overeenkomstig artikel 4/1, bevelen;2° een vrijwillige behandeling onder voorwaarden overeenkomstig artikel 4/2 voorstellen en, in voorkomend geval, deze beslissing verbinden aan de voorwaarden bedoeld in artikel 4/2, § 1, tweede lid. Binnen vierentwintig uren na zijn beslissing geeft hij kennis van zijn beslissing aan de rechter van de verblijfplaats, of bij gebreke daarvan, van de woonplaats of, bij gebreke daarvan aan de rechter van de plaats waar de persoon met een psychiatrische aandoening zich bevindt en dient bij hem het verzoekschrift, bedoeld in artikel 5 in.
Binnen dezelfde termijn geeft hij van zijn beslissing en van zijn verzoekschrift kennis aan de persoon met een psychiatrische aandoening en, in voorkomend geval, aan diens wettelijke vertegenwoordiger, aan diens advocaat en aan diens bewindvoerder.
Hij geeft, in voorkomend geval, kennis van zijn beslissing aan de echtgenoot, de wettelijk samenwonende en de persoon met wie de persoon met een psychiatrische aandoening een feitelijk gezin vormt, aan de persoon bij wie de persoon met een psychiatrische aandoening verblijft en, in voorkomend geval, aan de belanghebbende die de procureur des Konings hierom heeft verzocht. Ingeval de persoon met een psychiatrische aandoening het ouderlijk gezag heeft over de persoon van een kind, geeft de procureur des Konings eveneens kennis van zijn beslissing en van zijn verzoekschrift aan de andere ouder en, in voorkomend geval, aan de persoon wie het minderjarig kind is toevertrouwd.
Hij kan ambtshalve of op verzoek van de persoon met een psychiatrische aandoening, van het vierde lid gedeeltelijk of volledig afwijken indien ernstige omstandigheden zulks rechtvaardigen.
Wanneer hij een beslissing neemt bedoeld in het eerste lid, 1°, geeft hij binnen dezelfde termijn kennis van zijn beslissing aan de directeur van de residentiële instelling.
De Koning bepaalt de wijze waarop de beslissing van de procureur des Konings wordt uitgevoerd.
De procedure bedoeld in de artikelen 6, 7 en 8 is van toepassing.
Als de procureur des Konings het in het tweede lid bedoelde verzoekschrift niet binnen de gestelde termijn heeft ingediend of indien de rechter geen beslissing heeft genomen binnen de termijn bedoeld in artikel 8, vervalt de door de procureur des Konings getroffen maatregel."
Art. 26.In dezelfde wet wordt het hoofdstuk II, afdeling 2, onderafdeling 3, dat de artikelen 10 tot 12 bevat, het hoofdstuk II, afdeling 3, luidende: "Afdeling 3. Modaliteiten van de beschermende observatiemaatregel".
Art. 27.In artikel 10, eerste lid, van dezelfde wet, worden de woorden "De directeur van de instelling schrijft" vervangen door de woorden "Ingeval een beschermende observatiemaatregel wordt bevolen, schrijft de directeur van de instelling".
Art. 28.In artikel 11 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 20 februari 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 30/12/1999 numac 1999010222 bron ministerie van justitie Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers type wet prom. 07/05/1999 pub. 29/06/1999 numac 1999009706 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van sommige bepalingen van het Strafwetboek, van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, van de wet van 5 maart 1998 betreffende de voorwaardelijke invrijheidsstelling en tot wijziging van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964 sluiten2, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het eerste lid wordt vervangen als volgt: "Tijdens de beschermende observatiemaatregel wordt de persoon met een psychiatrische aandoening bewaakt, grondig onderzocht en behandeld met inachtneming van de beperkte duur van de maatregel." 2° in de Franse tekst worden in het tweede lid de woorden "seul ou accompagné" vervangen door de woorden "seule ou accompagnée"; 3° het tweede lid wordt aangevuld met de woorden ", noch dat hij met zijn instemming beroepsarbeid verricht buiten de instelling."; 4° in het derde lid worden de woorden "opneming ter observatie" vervangen door het woord "beschermingsmaatregel";5° in de Franse tekst wordt in het derde lid het woord "il" vervangen door het woord "elle";6° in de Franse tekst worden in het derde lid de woorden "le directeur de l'établissement" telkens vervangen door de woorden "le directeur de l'institution résidentielle";7° in het derde lid worden de woorden "de advocaat, de bewindvoerder," ingevoegd tussen de woorden "wettelijke vertegenwoordiger," en de woorden "de echtgenoot".
Art. 29.In dezelfde wet wordt artikel 12, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 20 februari 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 30/12/1999 numac 1999010222 bron ministerie van justitie Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers type wet prom. 07/05/1999 pub. 29/06/1999 numac 1999009706 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van sommige bepalingen van het Strafwetboek, van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, van de wet van 5 maart 1998 betreffende de voorwaardelijke invrijheidsstelling en tot wijziging van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964 sluiten2, vervangen als volgt: "
Art. 12.Indien de persoon met een psychiatrische aandoening ten aanzien van wie een beschermende observatiemaatregel werd bevolen tijdens de uitvoering ervan de instelling ontvlucht, wordt de maatregel opgeschort tijdens de periode van ontvluchting. De opschorting overstijgt de resterende duur van de beschermende observatiemaatregel niet.
Indien de persoon met een psychiatrische aandoening wordt teruggevonden vóór het verstrijken van de duur van de beschermingsmaatregel, wordt de beschermende observatiemaatregel verder gezet zoals voorheen, zonder uitbreiding van de voorziene duur.
Indien nodig kan na afloop van deze termijn een nieuwe procedure worden ingeleid overeenkomstig de artikelen 5 tot 9.
Indien de persoon met een psychiatrische aandoening wordt teruggevonden na het verstrijken van de oorspronkelijk voorziene duur van de beschermingsmaatregel, moet een nieuwe beschermende observatiemaatregel worden bevolen indien zijn toestand dit vereist, zoals bedoeld in artikel 2 en overeenkomstig de artikelen 5 tot 9.
Bij de ontvluchting en bij de eventuele heropname, deelt de arts-diensthoofd zulks mee aan de directeur van de instelling. Deze laatste verwittigt onmiddellijk de magistraat die de beslissing genomen heeft, de rechter voor wie de zaak aanhangig is, de procureur des Konings, de persoon die de beschermingsmaatregel heeft gevraagd, evenals de wettelijke vertegenwoordiger, de advocaat, de bewindvoerder, de echtgenoot, de wettelijk samenwonende en de persoon met wie de persoon met een psychiatrische aandoening een feitelijk gezin vormt. Ingeval de persoon met een psychiatrische aandoening het ouderlijk gezag heeft over de persoon van een kind, verwittigt de directeur van de instelling voor de beslissing wordt uitgevoerd eveneens de andere ouder en, in voorkomend geval, de persoon aan wie het minderjarig kind is toevertrouwd."
Art. 30.In dezelfde wet wordt hoofdstuk II, afdeling 2, hoofdstuk II, afdeling 4, dat de artikelen 12/1 tot 15 bevat, luidende: "Afdeling 4. Duur van de beschermingsmaatregelen".
Art. 31.In hoofdstuk II, afdeling 4, vroeger hoofdstuk II, afdeling 2, wordt het opschrift van onderafdeling 1 opgeheven.
Art. 32.In dezelfde wet wordt een artikel 12/1 ingevoegd, luidende: "
Art. 12/1.De initiële duur van de beschermingsmaatregelen bedoeld in artikel 4 mag niet langer zijn dan veertig dagen.
Als een beschermingsmaatregel wordt voorafgegaan door een klinische evaluatie zoals bedoeld in artikel 9, beginnen de veertig dagen te lopen vanaf de start van de klinische evaluatie."
Art. 33.In artikel 13 van dezelfde wet, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 13 juni 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/06/2006 pub. 19/07/2006 numac 2006009573 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de wetgeving betreffende de jeugdbescherming en het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het eerste lid wordt vervangen door twee leden, luidende: "Indien de toestand van de persoon met een psychiatrische aandoening een verlenging van de beschermende observatiemaatregel vereist, zendt de directeur van de instelling, ten minste vijftien dagen vóór het verstrijken van de beschermende observatiemaatregel, aan de rechter een omstandig verslag van de arts-diensthoofd dat de noodzaak van verlenging van de beschermende maatregel bevestigt. Indien de toestand van de persoon met een psychiatrische aandoening een verlenging van de voorwaarden verbonden aan de vrijwillige behandeling onder voorwaarden vereist, zendt de verantwoordelijke voor de uitvoering van de vrijwillige behandeling onder voorwaarden, ten minste vijftien dagen vóór het verstrijken van de termijn bepaald voor de vrijwillige behandeling onder voorwaarden, aan de rechter een omstandig verslag dat de noodzaak van verlenging van de voorwaarden verbonden aan de vrijwillige behandeling bevestigt."; 2° het vroegere vierde lid, dat het vijfde lid wordt, wordt vervangen als volgt: "Hij stelt de duur vast van de verlenging van de beschermingsmaatregel, die telkens één jaar niet te boven mag gaan."; 3° in het vroegere vijfde lid, dat het zesde lid wordt, worden de woorden "of van de behandelende arts" ingevoegd tussen de woorden "van de geneesheer-diensthoofd" en de woorden ", hoort de rechter".
Art. 34.Artikel 14 van dezelfde wet wordt vervangen als volgt: "
Art. 14.Wanneer de beslissing bedoeld in artikel 13 definitief is, kan de rechter, hetzij ambtshalve, hetzij op verzoek van de persoon met een psychiatrische aandoening of van enige belanghebbende, te allen tijde tot herziening daarvan overgaan.
Het verzoek tot herziening moet worden gesteund door een verklaring van een arts.
De persoon die de beschermingsmaatregel heeft gevraagd, wordt bij gerechtsbrief in de zaak betrokken met een uitnodiging om te verschijnen.
De rechter wint het advies in, naar gelang van het geval, van de arts-diensthoofd of van de verantwoordelijke voor de vrijwillige behandeling onder voorwaarden.
De tussenkomst van een advocaat, overeenkomstig artikel 7, § 1, is verplicht. In de oproeping van de persoon met een psychiatrische aandoening wordt vermeld dat hij het recht heeft een andere advocaat te kiezen.
De rechter neemt onverwijld een beslissing op tegenspraak.
De procureur des Konings vervolgt de tenuitvoerlegging van het vonnis op de door de Koning bepaalde wijze.
Ten aanzien van de in artikel 1, § 2, bedoelde personen herziet de jeugdrechtbank de beslissing tot verlenging ten minste om de zes maanden, of ten minste om de drie maanden als de maatregel genomen is op grond van artikel 52 van de wet van 8 april 1965Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/04/1965 pub. 02/08/2010 numac 2010000404 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de jeugdbescherming, het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd en het herstel van de door dit feit veroorzaakte schade. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de jeugdbescherming, het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd en het herstel van de door dit feit veroorzaakte schade."
Art. 35.In hoofdstuk II van dezelfde wet wordt een afdeling 5 ingevoegd, die de artikelen 15 tot 19 bevat, luidende: "Afdeling 5. Wijziging van de beschermingsmaat- regelen".
Art. 36.In afdeling 5, ingevoegd bij artikel 35, wordt een onderafdeling 1 ingevoegd, die artikel 15 bevat, luidende: "Onderafdeling 1. Wijziging van behandelende arts".
Art. 37.Artikel 15 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 20 februari 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 30/12/1999 numac 1999010222 bron ministerie van justitie Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers type wet prom. 07/05/1999 pub. 29/06/1999 numac 1999009706 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van sommige bepalingen van het Strafwetboek, van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, van de wet van 5 maart 1998 betreffende de voorwaardelijke invrijheidsstelling en tot wijziging van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964 sluiten2, wordt vervangen als volgt: "
Art. 15.Tijdens de vrijwillige behandeling onder voorwaarden kan de persoon met een psychiatrische aandoening, met het oog op een meer geschikte behandeling, kiezen voor een andere behandelende arts.
De beslissing wordt genomen in overleg met de arts die verantwoordelijk is voor de behandeling, hetzij op initiatief van de persoon met een psychiatrische aandoening zelf, hetzij op verzoek van de nieuwe behandelende arts.
Deze arts wordt de nieuwe verantwoordelijke voor de uitvoering van de vrijwillige behandeling onder voorwaarden.
De nieuwe behandelende arts past het behandelingsplan overeenkomstig artikel 4/2 aan en deelt de beslissing tot wijziging van behandelende arts mee aan de rechter, aan de procureur des Konings en de voormalige verantwoordelijke voor de uitvoering van de vrijwillige behandeling onder voorwaarden. Hij brengt de beslissing ter kennis van van de wettelijke vertegenwoordiger van de persoon met een psychiatrische aandoening, van de advocaat, van de bewindvoerder en, in voorkomend geval, van de arts-psychiater bedoeld in artikel 7, § 3, en de vertrouwenspersoon die de persoon met een psychiatrische aandoening heeft gekozen, evenals van de persoon die de beschermingsmaatregel heeft gevraagd. Hij verwittigt daarnaast ook de echtgenoot, de wettelijk samenwonende en de persoon met wie de persoon met een psychiatrische aandoening een feitelijk gezin vormt. Ingeval de persoon met een psychiatrische aandoening het ouderlijk gezag heeft over de persoon van een kind, brengt hij eveneens de andere ouder op de hoogte van de beslissing en, in voorkomend geval, de persoon aan wie het minderjarig kind is toevertrouwd."
Art. 38.In dezelfde wet wordt het opschrift van hoofdstuk II, afdeling 5, onderafdeling 2, vervangen als volgt: "Onderafdeling 2. Vervanging van de beschermende observatiemaatregel door een vrijwillige behandeling onder voorwaarden".
Art. 39.In artikel 16 van dezelfde wet, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 20 februari 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 30/12/1999 numac 1999010222 bron ministerie van justitie Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers type wet prom. 07/05/1999 pub. 29/06/1999 numac 1999009706 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van sommige bepalingen van het Strafwetboek, van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, van de wet van 5 maart 1998 betreffende de voorwaardelijke invrijheidsstelling en tot wijziging van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964 sluiten2 worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het eerste lid wordt vervangen als volgt: "Gedurende de beschermende observatiemaatregel kan de arts-diensthoofd te allen tijde, in een gemotiveerd verslag en met instemming van de persoon met een psychiatrische aandoening, een beslissing nemen om de beschermende observatiemaatregel te vervangen door een vrijwillige behandeling onder voorwaarden onder bepaling van de voorwaarden inzake verblijfplaats, geneeskundige behandeling of maatschappelijke hulpverlening en na opstelling van het behandelingsplan bedoeld in artikel 4/2, § 2.Het behandelingsplan vermeldt de verantwoordelijke voor de uitvoering van de vrijwillige behandeling onder voorwaarden.
Tijdens deze vrijwillige behandeling onder voorwaarden, wordt de beschermende observatiemaatregel geschorst. De vrijwillige behandeling onder voorwaarden overstijgt de duur van de beschermende observatiemaatregel of de verlenging ervan niet. De beschermende observatiemaatregel wordt opgeheven indien tijdens de vrijwillige behandeling onder voorwaarden niet tot wederopname is besloten."; 2° in het derde lid wordt het woord "nazorg" vervangen door de woorden "een vrijwillige behandeling onder voorwaarden" en worden de woorden "verder verblijf" telkens vervangen door de woorden "de beschermende observatiemaatregel".
Art. 40.In voornoemde afdeling 5 van hoofdstuk II wordt een onderafdeling 2/1 ingevoegd, dat het artikel 17 bevat, luidende "Vervanging van de vrijwillige behandeling onder voorwaarden door een beschermende observatiemaatregel".
Art. 41.Artikel 17 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 20 februari 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 30/12/1999 numac 1999010222 bron ministerie van justitie Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers type wet prom. 07/05/1999 pub. 29/06/1999 numac 1999009706 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van sommige bepalingen van het Strafwetboek, van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, van de wet van 5 maart 1998 betreffende de voorwaardelijke invrijheidsstelling en tot wijziging van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964 sluiten2, wordt vervangen als volgt: "
Art. 17.Als niet voldaan is aan de voorwaarden of als de geestestoestand zulks vereist, kan de vrijwillige behandeling onder voorwaarden door een beschermende observatiemaatregel vervangen worden.
In geval van toepassing van artikel 16 brengt de verantwoordelijke voor de uitvoering van de vrijwillige behandeling onder voorwaarden de arts-diensthoofd op de hoogte. De arts-diensthoofd kan besluiten dat de persoon met een psychiatrische aandoening opnieuw in de residentiële instelling zal worden opgenomen. Artikel 16, tweede en derde lid, is van toepassing.
In de andere gevallen brengt de verantwoordelijke voor de uitvoering van de vrijwillige behandeling onder voorwaarden de rechter die de beslissing heeft genomen en de procureur des Konings hiervan op de hoogte. Hierbij wordt een omstandig geneeskundig verslag toegevoegd.
De artikelen 7 en 8 zijn van toepassing. Indien nodig kan de procureur des Konings de spoedprocedure bedoeld in artikel 9 opstarten."
Art. 42.In dezelfde wet wordt artikel 18, gewijzigd bij de wetten van 13 juni 2006 en 20 februari 2017, vervangen als volgt: "
Art. 18.§ 1. Gedurende de beschermende observatiemaatregel kan de persoon met een psychiatrische aandoening, met het oog op een meer geschikte behandeling, naar een andere residentiële instelling worden overgebracht.
De beslissing wordt, na overleg met de persoon met een psychiatrische aandoening, genomen door de arts-diensthoofd in overeenstemming met de arts-diensthoofd van de andere dienst, hetzij op eigen initiatief, hetzij op verzoek van enige belanghebbende, hetzij op verzoek van een bevoegde arts-inspecteur van de residentiële instellingen.
De arts-diensthoofd deelt zijn beslissing mondeling en schriftelijk mee aan de persoon met een psychiatrische aandoening en wijst er hem op dat hij hiertegen een rechtsmiddel kan instellen. Hij deelt ze ook mee aan de rechter, aan de procureur des Konings evenals aan de directeur van de instelling. Deze laatste brengt de beslissing van de arts-diensthoofd per aangetekende zending ter kennis van de wettelijke vertegenwoordiger van de persoon met een psychiatrische aandoening, van de advocaat, van de bewindvoerder en, in voorkomend geval, van de arts-psychiater bedoeld in artikel 7, § 3, en de vertrouwenspersoon die de persoon met een psychiatrische aandoening heeft gekozen, evenals van de persoon die de beschermende observatiemaatregel heeft gevraagd. De directeur van de instelling verwittigt daarnaast ook de echtgenoot, de wettelijk samenwonende en de persoon met wie de persoon met een psychiatrische aandoening een feitelijk gezin vormt. Ingeval de persoon met een psychiatrische aandoening het ouderlijk gezag heeft over de persoon van een kind, brengt de directeur van de instelling eveneens de andere ouder op de hoogte van de beslissing en, in voorkomend geval, de persoon aan wie het minderjarig kind is toevertrouwd. § 2. De persoon met een psychiatrische aandoening, zijn wettelijke vertegenwoordiger, zijn advocaat, zijn bewindvoerder of zijn arts, evenals de verzoeker kunnen, naargelang het geval, binnen acht dagen na de mondelinge en schriftelijke mededeling bedoeld in paragraaf 1, derde lid, of, in voorkomend geval, het versturen van de aangetekende zending, tegen de beslissing waarbij de overbrenging wordt gelast of geweigerd, een rechtsmiddel instellen. Het rechtsmiddel wordt ingesteld bij verzoekschrift neergelegd ter griffie van het vredegerecht of de jeugdrechtbank waar tot de maatregel werd besloten.
De artikelen 7 en 8 zijn van toepassing.
De rechter doet uitspraak bij voorrang boven alle andere zaken.
Wanneer de persoon met een psychiatrische aandoening het schriftelijk advies van een arts van zijn keuze heeft overgelegd en dit advies verschilt van dat van de arts-diensthoofd, hoort de rechter, in aanwezigheid van de advocaat van de persoon met een psychiatrische aandoening, de artsen op tegenspraak.
De uitvoering van de beslissing tot overbrenging wordt opgeschort gedurende de termijn van acht dagen en gedurende de behandeling van het rechtsmiddel. Artikel 10 is van toepassing."
Art. 43.In dezelfde wet wordt hoofdstuk II, onderafdeling 4, hoofdstuk II, afdeling 6, luidende: "Afdeling 6. Einde van de beschermingsmaatregelen".
Art. 44.Artikel 19 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 20 februari 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 30/12/1999 numac 1999010222 bron ministerie van justitie Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers type wet prom. 07/05/1999 pub. 29/06/1999 numac 1999009706 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van sommige bepalingen van het Strafwetboek, van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, van de wet van 5 maart 1998 betreffende de voorwaardelijke invrijheidsstelling en tot wijziging van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964 sluiten2, wordt vervangen als volgt: "
Art. 19.§ 1. De beschermingsmaatregelen bedoeld in artikel 4 lopen ten einde vóór het verstrijken van hun termijn, indien dat wordt beslist door: 1° hetzij de rechter die de beschermingsmaatregel heeft genomen, op verzoek van de persoon met een psychiatrische aandoening of van enige belanghebbende.De artikelen 7 en 8 zijn mede van toepassing tenzij het verzoek kennelijk ongegrond is en geen enkel nieuw betekenisvol element bevat. Het advies van de arts-diensthoofd of van de behandelende arts, naar gelang van het geval, wordt steeds gevraagd. 2° hetzij de procureur des Konings die de beschermingsmaatregel heeft genomen, zolang de rechter niet heeft beslist.Hij brengt voorafgaand aan het ontslag van de persoon met een psychiatrische aandoening de in artikel 9 bedoelde personen hiervan op de hoogte en deelt aan de rechter en aan deze personen mee of hij afziet van zijn vordering. § 2. De arts-diensthoofd kan, uit eigen beweging of op verzoek van enige belanghebbende, beslissen dat de beschermende observatiemaatregel niet langer nodig is in een gemotiveerd verslag waarin hij vaststelt dat de toestand van de persoon met een psychiatrische aandoening deze maatregel niet langer rechtvaardigt.
De arts-diensthoofd deelt zijn beslissing mee aan de persoon met een psychiatrische aandoening, de procureur des Konings en aan de directeur van de instelling. Deze laatste verwittigt onmiddellijk en voor het ontslag de magistraat die de beslissing genomen heeft, de rechter voor wie de zaak aanhangig is, de persoon die de beschermingsmaatregel heeft gevraagd, evenals de wettelijke vertegenwoordiger, de advocaat, de bewindvoerder, de echtgenoot, de wettelijk samenwonende en de persoon met wie de persoon met een psychiatrische aandoening een feitelijk gezin vormt. Ingeval de persoon met een psychiatrische aandoening het ouderlijk gezag heeft over de persoon van een kind, verwittigt de directeur van de instelling voor het ontslag eveneens de andere ouder en, in voorkomend geval, de persoon aan wie het minderjarig kind is toevertrouwd. § 3. De verantwoordelijke voor de vrijwillige behandeling onder voorwaarden kan, uit eigen beweging of op verzoek van enige belanghebbende, beslissen dat de voorwaarden verbonden aan de vrijwillige behandeling onder voorwaarden niet langer nodig zijn in een gemotiveerd verslag waarin hij vaststelt dat de toestand van de persoon met een psychiatrische aandoening deze maatregel niet langer rechtvaardigt.
De verantwoordelijke voor de vrijwillige behandeling onder voorwaarden deelt zijn beslissing mee aan de persoon met een psychiatrische aandoening en aan de procureur des Konings. Hij verwittigt onmiddellijk en voor het einde van de behandeling de magistraat die de beslissing genomen heeft, de rechter voor wie de zaak aanhangig is, de persoon die de beschermingsmaatregel heeft gevraagd, evenals de wettelijke vertegenwoordiger, de advocaat, de bewindvoerder, de echtgenoot, de wettelijk samenwonende en de persoon met wie de persoon met een psychiatrische aandoening een feitelijk gezin vormt. Ingeval de persoon met een psychiatrische aandoening het ouderlijk gezag heeft over de persoon van een kind, verwittigt hij voor het einde van de behandeling eveneens de andere ouder en, in voorkomend geval, de persoon aan wie het minderjarig kind is toevertrouwd.
In geval van toepassing van artikel 16 deelt de verantwoordelijke voor de vrijwillige behandeling onder voorwaarden zijn beslissing ook mee aan de arts-diensthoofd.
Deze beslissing brengt de opheffing van de beschermende observatiemaatregel mee. § 4. De beslissing waarmee aan de beschermingsmaatregel een einde wordt gemaakt, wordt onmiddellijk uitgevoerd.
De vonnissen en beslissingen vermeld in dit artikel zijn niet vatbaar voor enig rechtsmiddel, uitgezonderd de vonnissen die het verzoek kennelijk ongegrond verklaren."
Art. 45.Artikel 20 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wetten van 18 juli 1991 en 13 juni 2006, wordt vervangen als volgt: "
Art. 20.Na afloop van de beschermende observatiemaatregel staat het de betrokkene vrij de instelling te verlaten. De directeur van de instelling brengt de betrokkene hiervan op de hoogte.
Na afloop van de vrijwillige behandeling onder voorwaarden komt er een einde aan de voorwaarden verbonden aan de vrijwillige behandeling. De verantwoordelijke voor de uitvoering van de vrijwillige behandeling onder voorwaarden brengt de betrokkene hiervan op de hoogte.".
Art. 46.In artikel 21 van dezelfde wet, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 17 maart 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/03/2013 pub. 14/06/2013 numac 2013009163 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot hervorming van de regelingen inzake onbekwaamheid en tot instelling van een nieuwe beschermingsstatus die strookt met de menselijke waardigheid sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid worden de woorden "het verder verblijf" vervangen door de woorden "de beschermende observatiemaatregel";2° in de Franse tekst wordt in het tweede lid het woord "celui-ci" vervangen door het woord "celle-ci";3° in het tweede lid worden de woorden "en de advocaat" ingevoegd tussen de woorden "wettelijke vertegenwoordiger" en de woorden "te hebben gehoord;4° in de Franse tekst wordt in het derde lid het woord "il" vervangen door het woord "elle" en het woord "inscrit" vervangen door het woord "inscrite";5° in het derde lid worden de woorden "en zijn advocaat" ingevoegd tussen de woorden "wettelijke vertegenwoordiger" en de woorden ";en aan de persoon onder wiens gezag hij wordt geplaatst".
Art. 47.In hoofdstuk II, afdeling 2, wordt het opschrift van onderafdeling 5 opgeheven.
Art. 48.Artikel 22 van dezelfde wet, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 13 juni 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/06/2006 pub. 19/07/2006 numac 2006009573 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de wetgeving betreffende de jeugdbescherming en het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd sluiten, wordt opgeheven.
Art. 49.n dezelfde wet wordt het opschrift van hoofdstuk III vervangen als volgt: "Hoofdstuk III. - Verpleging in een familiale omgeving of een instelling".
Art. 50.In artikel 23 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 13 juni 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/06/2006 pub. 19/07/2006 numac 2006009573 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de wetgeving betreffende de jeugdbescherming en het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in de Franse tekst worden de woorden "de le soigner" vervangen door de woorden "de la soigner";2° de woorden "of een instelling" worden ingevoegd tussen de woorden "in een gezin" en het woord "toelaten";3° het woord "zieke" wordt telkens vervangen door de woorden "persoon met een psychiatrische aandoening";4° in de Franse tekst worden het woord "celui-ci" vervangen door het woord "celle-ci".
Art. 51.In artikel 24 van dezelfde wet, vervangen bij de wet van 18 juli 1991Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 30/12/1999 numac 1999010222 bron ministerie van justitie Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers type wet prom. 07/05/1999 pub. 29/06/1999 numac 1999009706 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van sommige bepalingen van het Strafwetboek, van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, van de wet van 5 maart 1998 betreffende de voorwaardelijke invrijheidsstelling en tot wijziging van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964 sluiten4 en laatstelijk gewijzigd bij de wet van 20 februari 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 30/12/1999 numac 1999010222 bron ministerie van justitie Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers type wet prom. 07/05/1999 pub. 29/06/1999 numac 1999009706 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van sommige bepalingen van het Strafwetboek, van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, van de wet van 5 maart 1998 betreffende de voorwaardelijke invrijheidsstelling en tot wijziging van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964 sluiten2, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, tweede lid, worden de woorden "ten laatste" ingevoegd tussen de woorden "openbare zitting" en de woorden "binnen tien dagen"; 2° paragraaf 2, tweede lid wordt vervangen als volgt: "Hij zendt een niet-ondertekend afschrift van het vonnis aan de raadslieden, aan de procureur des Konings en in voorkomend geval, aan de wettelijke vertegenwoordiger, de bewindvoerder, de arts-psychiater bedoeld in artikel 7, § 3, en de vertrouwenspersoon van de persoon met een psychiatrische aandoening."; 3° paragraaf 2 wordt aangevuld met twee leden, luidende: "Hij geeft, in voorkomend geval, kennis van het beschikkend gedeelte van de beslissing aan de echtgenoot, de wettelijk samenwonende en de persoon met wie de persoon met een psychiatrische aandoening een feitelijk gezin vormt.Ingeval de persoon met een psychiatrische aandoening het ouderlijk gezag heeft over de persoon van een kind, geeft de griffier eveneens kennis van het beschikkend gedeelte van de beslissing aan de andere ouder en, in voorkomend geval, aan de persoon wie het minderjarig kind is toevertrouwd.
De rechter kan, ambtshalve of op verzoek van de persoon met een psychiatrische aandoening, van het derde lid gedeeltelijk of volledig afwijken indien ernstige omstandigheden zulks rechtvaardigen."; 4° in de Franse tekst van paragraaf 3, eerste lid, worden de woorden "de le traiter" vervangen door de woorden "de la traiter";5° in paragraaf 3, eerste lid worden de woorden "of aan de verantwoordelijke van een instelling," ingevoegd tussen de woorden "bepaalde persoon" en de woorden "de persoon";6° in paragraaf 3, derde lid, worden de woorden "aan de persoon die opdracht heeft" vervangen door de woorden "aan de persoon of aan de verantwoordelijke van de instelling die opdracht heeft";7° paragraaf 3, vierde lid, wordt aangevuld met de woorden "of de instelling".
Art. 52.In artikel 25 van dezelfde wet, vervangen bij de wet van 18 juli 1991Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 30/12/1999 numac 1999010222 bron ministerie van justitie Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers type wet prom. 07/05/1999 pub. 29/06/1999 numac 1999009706 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van sommige bepalingen van het Strafwetboek, van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, van de wet van 5 maart 1998 betreffende de voorwaardelijke invrijheidsstelling en tot wijziging van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964 sluiten4 en gewijzigd bij de wet van 13 juni 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/06/2006 pub. 19/07/2006 numac 2006009573 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de wetgeving betreffende de jeugdbescherming en het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, eerste lid, worden de woorden "of de instelling" ingevoegd tussen de woorden "in een gezin" en de woorden "na het verstrijken";2° in de Franse tekst van paragraaf 1, eerste lid, worden de woorden "de le traiter" vervangen door de woorden "de la traiter";3° in paragraaf 1, tweede lid, worden de woorden "twee jaar" vervangen door de woorden "één jaar";4° in paragraaf 2 wordt het woord "gezin" vervangen door de woorden "familiale omgeving of een instelling" en worden de woorden "twee jaar" vervangen door de woorden "één jaar".
Art. 53.In artikel 26 van dezelfde wet, worden de woorden "in artikel 22" vervangen door de woorden "in artikel 14".
Art. 54.In artikel 29 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 13 juni 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/06/2006 pub. 19/07/2006 numac 2006009573 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de wetgeving betreffende de jeugdbescherming en het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid worden de woorden "hetzij een opneming ter observatie in een psychiatrische dienst bevelen" vervangen door de woorden "hetzij een beschermende observatiemaatregel bevelen, hetzij een vrijwillige behandeling onder voorwaarden toestaan";2° in het derde lid worden de woorden "en derde" ingevoegd tussen de woorden "in het tweede" en het woord "geval";3° in het vierde lid worden de woorden "opneming ter observatie" vervangen door de woorden "beschermende observatiemaatregel of vrijwillige behandeling onder voorwaarden".
Art. 55.In artikel 30 van dezelfde wet, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 20 februari 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 30/12/1999 numac 1999010222 bron ministerie van justitie Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers type wet prom. 07/05/1999 pub. 29/06/1999 numac 1999009706 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van sommige bepalingen van het Strafwetboek, van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, van de wet van 5 maart 1998 betreffende de voorwaardelijke invrijheidsstelling en tot wijziging van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964 sluiten2, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° paragraaf 2, eerste lid, wordt vervangen als volgt: "Onder voorbehoud van artikel 19 kunnen de persoon met een psychiatrische aandoening, zelfs al is deze minderjarig, zijn wettelijke vertegenwoordiger of zijn advocaat, in voorkomend geval, zijn bewindvoerder, evenals alle partijen in het geding, hoger beroep instellen tegen de vonnissen door de rechter gewezen met toepassing van deze wet."; 2° in paragraaf 2, derde lid, worden de woorden "de artikelen 8, 9, 13, 22, 24, 25 en 26" vervangen door de woorden "de artikelen 8, 9, 13, 14, 24, 25 en 26 ";3° in de Franse tekst van paragraaf 3, tweede lid, wordt het woord "assisté" vervangen door het woord "assistée";4° in paragraaf 3, vierde lid, worden de woorden "de artikelen 13, 20, 22, 25 en 26" vervangen door de woorden "de artikelen 13, 14, 25 en 26"; 5° paragraaf 4, tweede lid, wordt vervangen als volgt: "Hij zendt een niet-ondertekend afschrift van het vonnis of het arrest of kennisgeving van het ontbreken van een vonnis of een arrest aan de raadslieden en, in voorkomend geval, aan de wettelijke vertegenwoordiger, de bewindvoerder, de arts-psychiater bedoeld in artikel 7, § 3 en de vertrouwenspersoon van de persoon met een psychiatrische aandoening."; 6° paragraaf 4 wordt aangevuld met twee leden, luidende: "Hij geeft, in voorkomend geval, kennis van het beschikkend gedeelte van het vonnis of het arrest of van het ontbreken van een vonnis of een arrest aan de echtgenoot, de wettelijk samenwonende en de persoon met wie de persoon met een psychiatrische aandoening een feitelijk gezin vormt.Ingeval de persoon met een psychiatrische aandoening het ouderlijk gezag heeft over de persoon van een kind, geeft de griffier eveneens kennis van het beschikkend gedeelte van het vonnis of het arrest of van het ontbreken van een vonnis of een arrest aan de andere ouder en, in voorkomend geval, aan de persoon wie het minderjarig kind is toevertrouwd.
De rechter kan ambtshalve of op verzoek van de persoon met een psychiatrische aandoening, van het derde lid gedeeltelijk of volledig afwijken indien ernstige omstandigheden zulks rechtvaardigen."
Art. 56.In artikel 32 van dezelfde wet, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 wordt het woord "geesteszieke" vervangen door de woorden "persoon met een psychiatrische aandoening";2° in paragraaf 2, tweede lid, worden de woorden "iedere psychiatrische dienst" vervangen door de woorden "elke residentiële instelling".
Art. 57.Artikel 33 van dezelfde wet, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 25 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 30/12/1999 numac 1999010222 bron ministerie van justitie Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers type wet prom. 07/05/1999 pub. 29/06/1999 numac 1999009706 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van sommige bepalingen van het Strafwetboek, van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, van de wet van 5 maart 1998 betreffende de voorwaardelijke invrijheidsstelling en tot wijziging van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964 sluiten1, wordt vervangen als volgt: "
Art. 33.Het toezicht op de naleving van deze wet in de residentiële instellingen wordt uitgeoefend door de procureur des Konings en de rechter van de plaats waar de instelling gelegen is, alsook door de artsen-inspecteurs hiertoe aangewezen door de overheden bevoegd voor het gezondheidsbeleid krachtens de artikelen 128, 130 en 135 van de Grondwet. De magistraten en de artsen die hiertoe opdracht hebben gekregen van de bevoegde overheden, alsmede de deskundigen aangewezen door de bevoegde rechter, hebben toegang tot de residentiële instellingen. Zij kunnen zich de registers, gehouden ter uitvoering van deze wet en alle stukken die zij nodig hebben voor het volbrengen van hun taak, doen voorleggen."
Art. 58.In artikel 34 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wetten van 13 juni 2006 en 30 juli 2013, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid worden de woorden "de griffiers en de toegevoegde griffiers," ingevoegd tussen de woorden "De reis- en verblijfskosten van de magistraten," en de woorden "de kosten en het ereloon van de deskundigen"; 2° het tweede lid wordt vervangen als volgt: "De kosten van vervoer, opneming, verblijf, ambulante behandeling en behandeling in een residentiële instelling of in een gezin of een instelling, en van eventuele overbrenging naar een andere residentiële instelling of een ander gezin, komen ten laste van de persoon met een psychiatrische aandoening of, indien het een minderjarige betreft, van zijn wettelijke vertegenwoordigers."; 3° in de Franse tekst van het derde lid wordt het woord "lui-même" vervangen door het woord "elle-même".
Art. 59.Artikel 35 van dezelfde wet, vervangen bij de wet van 6 augustus 1993Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/08/1993 pub. 18/12/1998 numac 1998015163 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende instemming met het Verdrag nr. 148 betreffende de bescherming van de werknemers tegen beroepsrisico's op de werkplaatsen als gevolg van luchtverontreiniging, lawaai en trillingen, aangenomen te Genève op 20 juni 1977 door de Internationale Arbeidsconferentie tijdens haar drieënzestigste zitting sluiten en gewijzigd bij de wet van 13 juni 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/06/2006 pub. 19/07/2006 numac 2006009573 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de wetgeving betreffende de jeugdbescherming en het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd sluiten, wordt vervangen als volgt: "
Art. 35.De krachtens artikel 627, 6°, van het Gerechtelijk Wetboek bevoegde vrederechter die een beschermende observatiemaatregel, een vrijwillige behandeling onder voorwaarden of een verpleging in een familiale omgeving of een instelling heeft uitgesproken, blijft bevoegd voor de verdere toepassing van deze wet, tenzij hij bij een met redenen omklede beslissing, ambtshalve of op verzoek van de persoon met een psychiatrische aandoening, van elke belanghebbende, of van de procureur des Konings, beslist heeft de zaak uit handen te geven ten voordele van de vrederechter van de nieuwe plaats waar de persoon met een psychiatrische aandoening wordt verzorgd of geplaatst is. In dit geval wordt laatstgenoemde vrederechter bevoegd.
Artikel 722 van het Gerechtelijk Wetboek is van toepassing."
Art. 60.In artikel 36 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 30 juli 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 30/12/1999 numac 1999010222 bron ministerie van justitie Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers type wet prom. 07/05/1999 pub. 29/06/1999 numac 1999009706 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van sommige bepalingen van het Strafwetboek, van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, van de wet van 5 maart 1998 betreffende de voorwaardelijke invrijheidsstelling en tot wijziging van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964 sluiten0, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in de bepaling onder 1° worden de woorden "psychiatrische dienst" vervangen door de woorden "residentiële instelling";2° in de bepaling onder 1°, a), wordt het woord "diensten" vervangen door het woord "instellingen" en wordt het woord "geesteszieken" vervangen door de woorden "personen met een psychiatrische aandoening";3° in de bepaling onder 1,° b) worden de woorden "van de psychiatrische diensten" opgeheven en worden de woorden "geneesheren-diensthoofd" vervangen door de woorden "artsen-diensthoofd";4° in de bepaling onder 1°, c), wordt het woord "zieken" vervangen door de woorden "personen met een psychiatrische aandoening";5° in de bepaling onder 3° wordt het woord "dienst" vervangen door het woord "instelling"; 6° de bepaling onder 4° wordt vervangen als volgt: "4° nadere regels stellen voor de beschermingsmaatregelen en de verlenging van de beschermingsmaatregelen, met inbegrip van de vrijwillige behandeling onder voorwaarden, evenals voor de overeenkomst die moet worden gesloten tussen de residentiële instelling en de diensten die gedurende vrijwillige behandeling onder voorwaarden de coördinatie van de zorg en van de opvang waarnemen;"; 7° in de Franse tekst van de bepaling onder 5° wordt het woord "soigné" vervangen door het woord "soignée"; 8° er wordt een bepaling onder 6° ingevoegd, luidende: "6° de wijze regelen waarop de kennisgevingen in het kader van deze wet moeten gebeuren en de gegevens bepalen die deze kennisgevingen bevatten."
Art. 61.In artikel 37 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 26 juni 2000Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/06/2000 pub. 29/07/2000 numac 2000003440 bron ministerie van financien Wet betreffende de invoering van de euro in de wetgeving die betrekking heeft op aangelegenheden als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet type wet prom. 26/06/2000 pub. 20/09/2000 numac 2000003559 bron ministerie van financien Wet tot wijziging van de wet van 4 april 1995 houdende fiscale en financiële bepalingen sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het woord "frank" wordt telkens vervangen door het woord "euro";2° het eerste lid wordt vervangen als volgt: "Onverminderd de bepalingen van de artikelen 147, 155, 156 en 434 tot 438 van het Strafwetboek, wordt gestraft met gevangenisstraf van een dag tot zeven dagen en met geldboete van één euro tot vijfentwintig euro of met een van die straffen alleen, de overtreding van de volgende bepalingen van deze wet: - artikel 4/2, § 3; - artikel 5, § 2, tweede lid; - artikel 8, § 3, tweede en derde lid; - artikel 9, § 2, derde lid, § 4, vierde lid; - artikel 10; - artikel 11; - artikel 12, vierde lid; - artikel 15, derde lid; - artikel 16, laatste lid; - artikel 18, § 1, laatste lid, § 2, laatste lid; - artikel 19, § 2, eerste en tweede lid, § 3, eerste en tweede lid, § 4; - artikel 20; - artikel 27; - artikel 32."; 3° in het zesde lid worden de woorden "psychiatrische dienst"vervangen door de woorden "residentiële instelling".
Art. 62.In artikel 42 van dezelfde wet worden de woorden "psychiatrische dienst" vervangen door de woorden "residentiële instelling".
HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen van het Gerechtelijk Wetboek
Art. 63.In artikel 508/13/1, § 2, 8°, van het Gerechtelijk Wet-boek, ingevoegd bij de wet van 31 juli 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 30/12/1999 numac 1999010222 bron ministerie van justitie Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers type wet prom. 07/05/1999 pub. 29/06/1999 numac 1999009706 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van sommige bepalingen van het Strafwetboek, van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, van de wet van 5 maart 1998 betreffende de voorwaardelijke invrijheidsstelling en tot wijziging van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964 sluiten6, worden de woorden "de geesteszieke persoon, wat de toepassing van de wet van 26 juni 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/06/1990 pub. 22/07/2009 numac 2009000474 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke sluiten betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke betreft" vervangen door de woorden "de persoon met een psychiatrische aandoening, wat de toepassing van de wet van 26 juni 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/06/1990 pub. 22/07/2009 numac 2009000474 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke sluiten inzake de bescherming opgelegd aan een persoon met een psychiatrische aandoening.".
Art. 64.In artikel 594, 15°, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 26 juni 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/06/1990 pub. 22/07/2009 numac 2009000474 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke sluiten, worden de woorden " wet van 26 juni 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/06/1990 pub. 22/07/2009 numac 2009000474 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke sluiten betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke" vervangen door de woorden " wet van 26 juni 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/06/1990 pub. 22/07/2009 numac 2009000474 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke sluiten inzake de bescherming opgelegd aan een persoon met een psychiatrische aandoening".
Art. 65.In artikel 627, 6° van hetzelfde Wetboek, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 8 januari 2004Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/01/2004 pub. 06/02/2004 numac 2004009020 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van artikel 627, 6°, van het Gerechtelijk Wetboek type wet prom. 08/01/2004 pub. 20/02/2004 numac 2004015014 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet betreffende de toetreding van België tot de Overeenkomst tussen de Regering van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland en de Regering van de Franse Republiek met betrekking tot de Europese Luchtmachtgroep, ondertekend te Londen op 6 juli 1998 en tot het Protocol ter amendering van de Overeenkomst met betrekking tot de Europese Luchtmachtgroep, ondertekend te Londen op 16 juni 1999 type wet prom. 08/01/2004 pub. 18/03/2004 numac 2004015009 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende instemming met de wijziging van artikel 1 van het Verdrag inzake het verbod of de beperking van het gebruik van bepaalde conventionele wapens die geacht kunnen worden buitensporig leed te veroorzaken of een niet-onderscheidende werking te hebben aangenomen te Genève op 21 december 2001 sluiten, worden de woorden " wet van 26 juni 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/06/1990 pub. 22/07/2009 numac 2009000474 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke sluiten betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke" telkens vervangen door de woorden " wet van 26 juni 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/06/1990 pub. 22/07/2009 numac 2009000474 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke sluiten inzake de bescherming opgelegd aan een persoon met een psychiatrische aandoening".
Art. 66.In artikel 1238, § 2, eerste lid, 1°, van hetzelfde Wet-boek, ingevoegd bij de wet van 21 december 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 30/12/1999 numac 1999010222 bron ministerie van justitie Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers type wet prom. 07/05/1999 pub. 29/06/1999 numac 1999009706 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van sommige bepalingen van het Strafwetboek, van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, van de wet van 5 maart 1998 betreffende de voorwaardelijke invrijheidsstelling en tot wijziging van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964 sluiten3, worden de woorden "de wet van 26 juni 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/06/1990 pub. 22/07/2009 numac 2009000474 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke sluiten betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke" vervangen door de woorden "de wet van 26 juni 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/06/1990 pub. 22/07/2009 numac 2009000474 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke sluiten inzake de bescherming opgelegd aan een persoon met een psychiatrische aandoening.".
HOOFDSTUK 4. - Wijziging van de wet van 5 augustus 1992Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/08/1992 pub. 21/10/1999 numac 1999015203 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en internationale samenwerking Wet houdende instemming met het Protocol houdende wijziging van artikel 81 van het Verdrag tot instelling van de Benelux Economische Unie van 3 februari 1958, opgemaakt te Brussel op 16 februari 1990 sluiten op het politieambt
Art. 67.In artikel 18 van de wet van 5 augustus 1992Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/08/1992 pub. 21/10/1999 numac 1999015203 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en internationale samenwerking Wet houdende instemming met het Protocol houdende wijziging van artikel 81 van het Verdrag tot instelling van de Benelux Economische Unie van 3 februari 1958, opgemaakt te Brussel op 16 februari 1990 sluiten op het politieambt, gewijzigd bij de wet van 7 december 1998, wordt het woord "geesteszieken" vervangen door de woorden "personen met een psychiatrische aandoening".
HOOFDSTUK 5. - Wijziging van de wet van 7 mei 1999Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 30/12/1999 numac 1999010222 bron ministerie van justitie Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers type wet prom. 07/05/1999 pub. 29/06/1999 numac 1999009706 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van sommige bepalingen van het Strafwetboek, van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, van de wet van 5 maart 1998 betreffende de voorwaardelijke invrijheidsstelling en tot wijziging van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964 sluiten op de kansspelen, de weddenschappen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers
Art. 68.In artikel 54, § 4, van de wet van 7 mei 1999Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 30/12/1999 numac 1999010222 bron ministerie van justitie Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers type wet prom. 07/05/1999 pub. 29/06/1999 numac 1999009706 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van sommige bepalingen van het Strafwetboek, van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, van de wet van 5 maart 1998 betreffende de voorwaardelijke invrijheidsstelling en tot wijziging van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964 sluiten op de kansspelen, de weddenschappen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 21 december 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 30/12/1999 numac 1999010222 bron ministerie van justitie Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers type wet prom. 07/05/1999 pub. 29/06/1999 numac 1999009706 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van sommige bepalingen van het Strafwetboek, van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, van de wet van 5 maart 1998 betreffende de voorwaardelijke invrijheidsstelling en tot wijziging van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964 sluiten3, worden de woorden "de wet van 26 juni 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/06/1990 pub. 22/07/2009 numac 2009000474 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke sluiten betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke" telkens vervangen door de woorden "de wet van 26 juni 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/06/1990 pub. 22/07/2009 numac 2009000474 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke sluiten inzake de bescherming opgelegd aan een persoon met een psychiatrische aandoening.".
HOOFDSTUK 6. - Wijziging van de wet van 8 juni 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/06/2006 pub. 09/06/2006 numac 2006009449 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens sluiten houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens
Art. 69.In artikel 5, § 4, van de wet van 8 juni 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/06/2006 pub. 09/06/2006 numac 2006009449 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens sluiten houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 7 januari 2018, worden de woorden "beslissing die een behandeling in een ziekenhuis beveelt, zoals bedoeld in de wet van 26 juni 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/06/1990 pub. 22/07/2009 numac 2009000474 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke sluiten betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke" telkens vervangen door de woorden "beschermende maatregel zoals bedoeld in artikel 4 van de wet van 26 juni 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/06/1990 pub. 22/07/2009 numac 2009000474 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke sluiten inzake de bescherming opgelegd aan een persoon met een psychiatrische aandoening.".
HOOFDSTUK 7. - Evaluatie
Art. 70.De toepassing van deze wet wordt geëvalueerd door de minister van Justitie en de minister van Volksgezondheid in het vijfde jaar na dat van de inwerkingtreding ervan.
HOOFDSTUK 8. - Overgangsbepaling
Art. 71.Deze wet is van toepassing op personen met een psychiatrische aandoening die ter observatie in een psychiatrische dienst werden opgenomen of ten aanzien van wie een verder verblijf werd gelast voor de inwerkingtreding van deze wet.
HOOFDSTUK 9. - Inwerkingtreding
Art. 72.Deze wet treedt in werking op 1 januari 2025.
De Koning kan een datum van inwerkingtreding bepalen voorafgaand aan de datum vermeld in het eerste lid.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 16 mei 2024.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Justitie, P. VAN TIGCHELT De Minister van Volksgezondheid, F. VANDENBROUCKE Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, P. VAN TIGCHELT _______ Nota (1) Kamer van volksvertegenwoordigers (www.dekamer.be) Stukken : 55 3721 Integraal Verslag : 2 mei 2024.