DIENSTEN VAN DE EERSTE MINISTER

Federale diensten voor wetenschappelijke, technische en culturele aangelegenheden Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen - Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis - Algemeen Rijksarchief en Rijksarchief in de Provinciën - Koninklijke Bibliotheek van België - Koninklijke Sterrenwacht van België - Koninklijk Meteorologisch Instituut van België - Koninklijk Museum voor Midden-Afrika - Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium. - Benoemingen. - Eervolle ontslagen. - Ontslagen Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen Bij koninklijk besluit van 1 maart 1998, wordt Mevr. Germonpre, Mietje B.N., assistent met mandaat bij het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen, met ingang van 5 februari 1998 bevestigd in rang A van de wetenschappelijke loopbaan van het wetenschappelijk personeel en benoemd tot eerstaanwezend assistent bij dezelfde instelling.

Bij koninklijk besluit van 8 mei 1998, wordt Mevr. Germonpre, Mietje B.N., eerstaanwezend assistent bij het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen, met ingang van 1 maart 1998 bevorderd tot rang B van de wetenschappelijke loopbaan van het wetenschappelijk personeel en benoemd tot werkleider bij dezelfde instelling.

Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis Bij koninklijk besluit van 13 maart 1998, wordt de heer Cauwe, Nicolas J.F.R.M.Gh., attaché met mandaat bij de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis, met ingang van 1 december 1997 benoemd tot assistent bij dezelfde instelling voor de verdere duur van zijn mandaat.

Bij koninklijk besluit van 8 mei 1998, wordt Mevr. Dumortier, Claire B.P.C., assistent met mandaat bij de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis, met ingang van 17 januari 1998 bevestigd in rang A van de wetenschappelijke loopbaan van het wetenschappelijk personeel en benoemd tot eerstaanwezend assistent bij dezelfde instelling.

Bij koninklijk besluit van 8 mei 1998, wordt de heer De Keyser, Ignace M.A.R., eerstaanwezend assistent bij de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis, met ingang van 1 januari 1998 bevorderd tot rang B van de wetenschappelijke loopbaan van het wetenschappelijk personeel en benoemd tot werkleider bij dezelfde instelling.

Bij koninklijk besluit van 18 mei 1998, wordt Mevr. Meurant, Anne, eerstaanwezend assistent bij de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis, met ingang van 1 januari 1998 bevorderd tot rang B van de wetenschappelijke loopbaan van het wetenschappelijk personeel en benoemd tot werkleider bij dezelfde instelling.

Bij koninklijk besluit van 18 mei 1998, wordt Mevr. Taupin, Claire J.M., attaché bij de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis, met ingang van 1 januari 1998 benoemd tot assistent bij dezelfde instelling.

Algemeen Rijksarchief en Rijksarchief in de Provinciën Bij koninklijk besluit van 8 mei 1998, wordt de heer Hannick, Pierre J.Y.M., eerstaanwezend assistent, hoofd van een afdeling bij het Algemeen Rijksarchief en Rijksarchief in de Provinciën, met ingang van 1 februari 1998 bevorderd tot rang B van de wetenschappelijke loopbaan van het wetenschappelijk personeel en benoemd tot werkleider bij dezelfde instelling.

Bij koninklijk besluit van 8 mei 1998, wordt de heer de Moreau de Gerbehaye, Claude E.Gh., assistent met mandaat bij het Algemeen Rijksarchief en Rijksarchief in de Provinciën, met ingang van 1 februari 1998 voor een tweede mandaat benoemd tot assistent bij dezelfde instelling.

Bij hetzelfde koninklijk besluit van 8 mei 1998, wordt Mevr.

Depoortere, Rolande A-C.A.H., assistent met mandaat bij het Algemeen Rijksarchief en Rijksarchief in de Provinciën, met ingang van 1 februari 1998 voor een tweede mandaat benoemd tot assistent bij dezelfde instelling.

Bij koninklijk besluit van 8 mei 1998, wordt Mevr. Vancoppenolle, Chantal M.C., assistent met mandaat bij het Algemeen Rijksarchief en Rijksarchief in de Provinciën, met ingang van 1 februari 1998 voor een tweede mandaat van twee jaar benoemd tot assistent bij dezelfde instelling.

Bij koninklijk besluit van 8 mei 1998, wordt de heer Nijssen, Rombout F.E.M., attaché met mandaat bij het Algemeen Rijksarchief en Rijksarchief in de Provinciën, met ingang van 1 februari 1998 bevestigd in rang A van de wetenschappelijke loopbaan van het wetenschappelijk personeel en benoemd tot eerstaanwezend assistent bij dezelfde instelling.

Bij koninklijk besluit van 8 mei 1998, wordt de heer Gadeyne, Guy R., assistent bij het Algemeen Rijksarchief en Rijksarchief in de Provinciën, met ingang van 1 februari 1998 benoemd tot eerstaanwezend assistent bij dezelfde instelling.

Bij koninklijk besluit van 19 juni 1998, wordt de heer Oosterbosch, Michel L.G., assistent met mandaat bij het Algemeen Rijksarchief en Rijksarchief in de Provinciën, met ingang van 1 april 1998 bevestigd in rang A van de wetenschappelijke loopbaan van het wetenschappelijk personeel en benoemd tot eerstaanwezend assistent bij dezelfde instelling.

Bij koninklijk besluit van 5 juli 1998 wordt aan de heer Warlop, Ernest P.E., geboren op 2 januari 1935, met ingang van 1 februari 1999 eervol ontslag verleend uit zijn ambt van hoofd van een afdeling bij het Algemeen Rijksarchief en Rijksarchief in de Provinciën.

De betrokkene mag zijn aanspraak op een rustpensioen laten gelden en is ertoe gemachtigd de eretitel van zijn ambt te voeren.

Koninklijk Bibliotheek van België Bij koninklijk besluit van 5 juni 1998, wordt Mevr. Rzesos Elzbieta, assistent bij de Koninklijke Bibliotheek van België, met ingang van 1 november 1997 bevorderd tot rang B van de wetenschappelijke loopbaan van het wetenschappelijk personeel en benoemd tot werkleider bij dezelfde instelling.

Bij hetzelfde koninklijk besluit van 5 juni 1998 wordt het koninklijk besluit van 5 februari 1998, waarbij Mevr. Rzesos, Elzbieta, wordt benoemd tot werkleider bij de Koninklijke Bibliotheek van België, ingetrokken.

Bij koninklijk besluit van 5 juli 1998 wordt aan de heer Vermaut, Joseph P., geboren op 27 november 1933, met ingang van 1 december 1998 eervol ontslag verleend uit zijn ambt van werkleider bij de Koninklijke Bibliotheek van België.

De betrokkene mag zijn aanspraak op een rustpensioen laten gelden en is ertoe gemachtigd de eretitel van zijn ambt te voeren.

Koninklijke Sterrenwacht van België Bij koninklijk besluit van 5 juni 1998, wordt de heer Clette, Frédéric L.G., assistent met mandaat bij de Koninklijke Sterrenwacht van België, met ingang van 1 februari 1998 bevestigd in rang A van de wetenschappelijke loopbaan van het wetenschappelijk personeel en benoemd tot eerstaanwezend assistent bij dezelfde instelling.

Bij hetzelfde koninklijk besluit van 5 juni 1998, wordt de heer Francis, Olivier N.J., assistent met mandaat bij de Koninklijke Sterrenwacht van België, met ingang van 1 februari 1998 bevestigd in rang A van de wetenschappelijke loopbaan van het wetenschappelijk personeel en benoemd tot eerstaanwezend assistent bij dezelfde instelling.

Bij hetzelfde koninklijk besluit van 5 juni 1998, wordt de heer Warnant, René J.Gh.R., assistent met mandaat bij de Koninklijke Sterrenwacht van België, met ingang van 1 februari 1998 bevestigd in rang A van de wetenschappelijke loopbaan van het wetenschappelijk personeel en benoemd tot eerstaanwezend assistent bij dezelfde instelling.

Bij koninklijk besluit van 5 juni 1998, wordt Mevr. Bruyninx, Carine, assistent met mandaat bij de Koninklijke Sterrenwacht van België, met ingang van 1 februari 1998 bevestigd in rang A van de wetenschappelijke loopbaan van het wetenschappelijk personeel en benoemd tot eerstaanwezend assistent bij dezelfde instelling.

Bij hetzelfde koninklijk besluit van 5 juni 1998, wordt de heer Vanneste, Kris, assistent met mandaat bij de Koninklijke Sterrenwacht van België, met ingang van 5 februari 1998 bevestigd in rang A van de wetenschappelijke loopbaan van het wetenschappelijk personeel en benoemd tot eerstaanwezend assistent bij dezelfde instelling.

Bij koninklijk besluit van 5 juni 1998, wordt de heer Blomme, Ronny H., eerstaanwezend assistent bij de Koninklijke Sterrenwacht van België, met ingang van 1 maart 1998 bevorderd tot rang B van de wetenschappelijke loopbaan van het wetenschappelijk personeel en benoemd tot werkleider bij dezelfde instelling.

Bij koninklijk besluit van 5 juli 1998 wordt aan de heer Vauterin, Paul J.J., op zijn verzoek, met ingang van 16 juli 1998, ontslag verleend uit zijn ambt van assistent bij de Koninklijke Sterrenwacht van België.

Koninklijk Meteorologisch Instituut van België Bij koninklijk besluit van 15 juli 1998 wordt aan de heer Crommelynck, Dominique, geboren op 8 juli 1933, met ingang van 1 augustus 1998 eervol ontslag verleend uit zijn ambt van hoofd van een departement bij het Koninklijk Meteorologisch Instituut van België.

De betrokkene mag zijn aanspraak op een rustpensioen laten gelden en is ertoe gemachtigd de eretitel van zijn ambt te voeren.

Bij hetzelfde koninklijk besluit van 15 juli 1998 wordt het koninklijk besluit van 18 mei 1998 ingetrokken, waarbij aan de heer Crommelinck, Dominique met ingang van 1 augustus 1998 eervol ontslag wordt verleend uit zijn ambt.

Koninklijk Museum voor Midden-Afrika Bij koninklijk besluit van 15 juli 1998, wordt de heer Trefois, Philippe P.M.Gh., assistent met mandaat bij het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika, met ingang van 1 maart 1998 voor een tweede mandaat benoemd tot assistent bij dezelfde instelling.

Bij koninklijk besluit van 15 juli 1998, wordt de heer Wastiau, Boris, attaché met mandaat bij het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika, met ingang van 1 juni 1998 voor een tweede mandaat benoemd tot attaché bij dezelfde instelling.

Bij koninklijk besluit van 15 juli 1998, wordt Mevr. Bouttiaux, Anne-Marie S., attaché met mandaat bij het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika, met ingang van 1 mei 1998 voor een tweede mandaat benoemd tot attaché bij dezelfde instelling.

Bij koninklijk besluit van 15 juli 1998, wordt Mevr. Van Schuylenbergh, Patricia M.M.Y.J., attaché met mandaat bij het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika, met ingang van 1 juli 1998 voor een tweede mandaat benoemd tot attaché bij dezelfde instelling.

Bij koninklijk besluit van 15 juli 1998, wordt M. Maes, Freddy L.A.M.A., assistent met mandaat bij het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika, met ingang van 1 maart 1998 voor een tweede mandaat benoemd tot assistent bij dezelfde instelling.

Bij koninklijk besluit van 15 juli 1998, wordt Mevr. De Meersman, Martine M.C.P., attaché met mandaat bij het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika, met ingang van 1 maart 1998 voor een tweede mandaat van twee jaar benoemd tot attaché bij dezelfde instelling.

Bij koninklijk besluit van 15 juli 1998, wordt Mevr.Cornelissen, Elisabeth R.G., assistent met mandaat bij het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika, met ingang van 1 maart 1998 bevestigd in rang A van de wetenschappelijke loopbaan van het wetenschappelijk personeel en benoemd tot eerstaanwezend assistent bij dezelfde instelling.

Bij koninklijk besluit van 15 juli 1998, wordt Mevr. Bastin, Yvonne E.M.L., assistent met mandaat bij het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika, met ingang van 1 maart 1998 bevestigd in rang A van de wetenschappelijke loopbaan van het wetenschappelijk personeel en benoemd tot eerstaanwezend assistent bij dezelfde instelling.

Bij koninklijk besluit van 15 juli 1998, wordt Mevr. Cornelis, Sabine J.C.H., assistent met mandaat bij het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika, met ingang van 1 mei 1998 bevestigd in rang A van de wetenschappelijke loopbaan van het wetenschappelijk personeel en benoemd tot eerstaanwezend assistent bij dezelfde instelling.

Bij koninklijk besluit van 5 juli 1998 wordt aan de heer Thys van den Audenaerde, Dirk F.E., geboren op 14 maart 1934, met ingang van 1 april 1999 eervol ontslag verleend uit zijn ambt van Directeur bij het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika.

De betrokkene mag zijn aanspraak op een rustpensioen laten gelden en is ertoe gemachtigd de eretitel van zijn ambt te voeren.

Bij koninklijk besluit van 5 juli 1998 wordt aan Mevr. Fouarge, Claire R.M.Gh., met ingang van 1 juli 1998, op haar verzoek, ontslag verleend uit haar ambt van attaché bij het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika.

Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium Bij koninklijk besluit van 19 juni 1998, wordt de heer Jansen, Jacques L.Y.M., assistent bij het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium, met ingang van 1 april 1998 bevorderd tot rang B van de wetenschappelijke loopbaan van het wetenschappelijk personeel en benoemd tot werkleider bij dezelfde instelling.

Bij hetzelfde koninklijk besluit van 19 juni 1998, wordt in artikel 1 van het koninklijk besluit van 18 juni 1979 waarbij de heer Jansen, Jaak, met ingang van 1 november 1978 wordt bevestigd in rang A van de wetenschappelijke loopbaan van het wetenschappelijk personeel in de graad van assistent bij het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium, de naam Jaak Jansen vervangen door de naam Jacques Jansen.

Bij koninklijk besluit van 5 juli 1998 wordt de heer Van De Walle, Raphaël J.R., werkleider en benoemd tot hoofd van een departement bij het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium, met ingang van 6 maart 1998, ontlast van deze functie van hoofd van een departement en benoemd tot hoofd van het departement I "Documentatie" bij dezelfde instelling.

Bij hetzelfde koninklijk besluit van 5 juli 1998 wordt de heer De Witte, Eddy Fr.J., werkleider en benoemd tot hoofd van een afdeling bij het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium en tot hoofd van het departement II "Chemisch en fysisch Onderzoek" bij dezelfde instelling, met ingang van 6 maart 1998 ontlast van deze functies van hoofd van een departement en van hoofd van een afdeling en benoemd tot hoofd van het departement II "Laboratoria" en tot hoofd van de afdeling 5 "Methodologie van de Conservering en van de Monumentenzorg" bij dezelfde instelling.

Bij hetzelfde koninklijk besluit van 5 juli 1998 wordt de heer de Henau, Pierre, werkleider en benoemd tot hoofd van een afdeling bij het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium en tot hoofd van het departement III "Conservatie en Restauratie" bij dezelfde instelling, met ingang van 6 maart 1998 ontlast van deze functies van hoofd van een departement en van hoofd van een afdeling en benoemd tot hoofd van het departement III "Conservatie-Restauratie" en tot hoofd van de afdeling 7 "Beeldhouwkunst en Kunstnijverheden" bij dezelfde instelling.

Bij hetzelfde koninklijk besluit van 5 juli 1998 wordt de heer Wouters, Jan J., werkleider en benoemd tot hoofd van de afdeling 4 "Organische Stoffen" bij het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium, met ingang van 6 maart 1998 ontlast van deze functie van hoofd van een afdeling en benoemd tot hoofd van de afdeling 4 "Materialen en Technieken" bij dezelfde instelling.

Bij hetzelfde koninklijk besluit van 5 juli 1998 wordt de heer Soumeryn-Schmit, Daniel P.S.R.J, werkleider en benoemd tot hoofd van de afdeling 2 "Inventaris en wetenschappelijk Onderzoek (Waals Gewest)" bij het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium, met ingang van 6 maart 1998 ontlast van deze functie van hoofd van een afdeling en benoemd tot hoofd van de afdeling 1 "Inventaris en Fotoateliers" bij dezelfde instelling.

Bij hetzelfde koninklijk besluit van 5 juli 1998 wordt de heer Janssens, Wilfried E., werkleider en benoemd tot hoofd van de afdeling 1 "Inventaris en wetenschappelijk Onderzoek (Vlaams Gewest)" bij het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium, met ingang van 6 maart 1998 ontlast van deze functie van hoofd van een afdeling en benoemd tot hoofd van de afdeling 2 "Databanken" bij dezelfde instelling.

Het beroep tot nietigverklaring van de voormelde akten met individuele strekking kan voor de afdeling administratie van de Raad van State worden gebracht binnen zestig dagen na deze bekendmaking. Het verzoekschrift dient bij ter post aangetekende brief aan de Raad van State (adres : Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel) te worden toegezonden.