Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 28 december 2006
gepubliceerd op 29 december 2006

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 11 juni 1993 inzake de samenstelling, de organisatie, de werking en de onafhankelijkheid van de cel voor financiële informatieverwerking

bron
federale overheidsdienst financien en federale overheidsdienst justitie
numac
2006010072
pub.
29/12/2006
prom.
28/12/2006
ELI
eli/besluit/2006/12/28/2006010072/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

28 DECEMBER 2006. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 11 juni 1993 inzake de samenstelling, de organisatie, de werking en de onafhankelijkheid van de cel voor financiële informatieverwerking


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van het terrorisme, met name artikel 11, § 7, zoals gewijzigd door de wet van 10 augustus 1998;

Gelet op het koninklijk besluit van 11 juni 1993 inzake de samenstelling, de organisatie, de werking en de onafhankelijkheid van de cel voor financiële informatieverwerking, met name artikel 12, § 2, tweede lid, en § 3, gewijzigd door de koninklijk besluiten van 30 mei 1994, van 23 februari 1995, van 10 augustus 1998, van 4 februari 1999, van 28 december 1999, van 20 juli 2000, en van 21 september 2004, van 15 december 2005 en van 1 mei 2006;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën in toepassing van artikel 14, § 1, 2° van het koninklijk besluit betreffende de administratieve en budgettaire controle.

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 20 december 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2° van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Gelet op de hoogdringendheid om het bedrag van de bijdrage van een marktonderneming van de Belgische gereglementeerde markt in werkingskosten van de cel voor financiële informatieverwerking voor het lopend jaar te verminderen; dat dit anders zou resulteren in een bijdrage die totaal buiten verhouding staat ten opzichte van de toedracht van de Belgische marktondernemingen in de werking van de Cel voor financiële informatieverwerking;

Overwegende dat de wet van 12 januari 2004 houdende wijziging van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld, de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen en de wet van 6 april 1995 inzake het statuut van en het toezicht op de beleggingsondernemingen, de bemiddelaars en de beleggingsadviseurs, in werking getreden op 2 februari 2004, het toepassingsgebied van de wet van 11 januari 1993 heeft uitgebreid tot nieuwe categorieën ondernemingen en personen, waaronder de marktondernemingen van de Belgische gereglementeerde markten, behoudens wat hun openbare opdrachten betreft;

Overwegende dat de memorie van toelichting van artikel 3 van voormelde wet van 12 januari 2004 uitdrukkelijk stelt dat : « Daar marktondernemingen verantwoordelijk zijn voor de organisatie van de financiële markten in het algemeen, alsook voor de toelating, de schrapping en de schorsing van de marktleden en van de financiële instrumenten in het bijzonder, kunnen zij binnen het kader van deze bevoegdheden geconfronteerd worden met verrichtingen of feiten die kunnen verband houden met witwassen of met financiering van terrorisme »;

Overwegende dat, overeenkomstig artikel 11, § 7 van de wet van 11 januari 1993, de Koning bij een in Ministerraad overlegd koninklijk besluit de bijdragen bepaalt in de werkingskosten van de Cel, die verschuldigd zijn door de in de artikelen 2 en 2bis van deze wet bedoelde ondernemingen en personen, en de wijze waarop deze worden geïnd;

Overwegende dat artikel 12, §§ 2 en 3, van het koninklijk besluit van 11 juni 1993 inzake de samenstelling, de organisatie, de werking en de onafhankelijkheid van de cel voor financiële informatieverwerking, bepaalt dat de beoogde ondernemingen en personen elk jaar bijdragen betalen in de werkingskosten van de cel; dat de bijdrage verschuldigd door de marktondernemingen van de Belgische gereglementeerde markten bestaat uit een forfaitair bedrag, vermeerderd met een variabel bedrag;

Overwegende dat het bedrag van deze bijdrage niet in verhouding staat tot de werkelijke toedracht van de marktondernemingen van de Belgische gereglementeerde markten in de werklast van de cel voor financiële informatieverwerking; dat het dan ook aangewezen is de bijdrage van de marktondernemingen van de Belgische gereglementeerde markten te vervangen door een forfaitaire bijdrage;

Overwegende dat voornoemd koninklijk besluit van 11 juni 1993 onverwijld in die zin dient te worden aangepast;

Overwegende dat deze wijziging dient te worden toegepast met retroactieve werking tot 1 januari 2006; dat anders het bedrag van de bijdrage dat voor het jaar 2006 zou moeten worden geïnd, zou moeten worden berekend overeenkomstig artikel 12, §§ 2 en 3 van voormeld koninklijk besluit van 11 juni 1993; dat dit zou leiden tot een bijdrage die volkomen buiten verhouding staat tot de toedracht van de Belgische marktondernemingen in de werking van de cel voor financiële informatieverwerking;

Op de voordracht van Onze Minister van Financiën en van Onze Minister van Justitie en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 12, § 2, tweede lid van het koninklijk besluit van 11 juni 1993 inzake de samenstelling, de organisatie, de werking en de onafhankelijkheid van de cel voor financiële informatieverwerking wordt een punt 4°bis toegevoegd, luidende als volgt : « 4bis ° 2.850 EUR voor de ondernemingen bedoeld in artikel 2, eerste lid, 20° van dezelfde wet; »

Art. 2.In artikel 12, § 3, van het koninklijk besluit van 11 juni 1993 inzake de samenstelling, de organisatie, de werking en de onafhankelijkheid van de cel voor financiële informatieverwerking, gewijzigd door het koninklijk besluit van 21 september 2004, wordt het eerste lid, 12° opgeheven.

Art. 3.Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2006.

Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 28 december 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS De Vice-Eerste Minister en Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX

^