gepubliceerd op 05 januari 2018
Koninklijk besluit houdende toekenning van een uitzonderlijke en tijdelijke subsidie aan de verenigingen waarmee de Dienst Voogdij protocolakkoorden heeft afgesloten in uitvoering van de artikelen 7bis, § 3 en 13, § 3 van het koninklijk besluit van 22 december 2003, en laatst gewijzigd bij besluit van 13 oktober 2015
21 NOVEMBER 2017. - Koninklijk besluit houdende toekenning van een uitzonderlijke en tijdelijke subsidie aan de verenigingen waarmee de Dienst Voogdij protocolakkoorden heeft afgesloten in uitvoering van de artikelen 7bis, § 3 en 13, § 3 van het koninklijk besluit van 22 december 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 22/12/2003 pub. 29/01/2004 numac 2004009010 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit tot uitvoering van Titel XIII, Hoofdstuk 6 « Voogdij over niet-begeleide minderjarige vreemdelingen » van de programmawet van 24 december 2002 type koninklijk besluit prom. 22/12/2003 pub. 31/12/2003 numac 2003000912 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit betreffende de eindejaarstoelage voor de leden van de openbare brandweerdiensten sluiten, en laatst gewijzigd bij besluit van 13 oktober 2015
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de artikelen 121 tot 124 van de wet van 22 mei 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale staat;
Gelet op de programmawet van 24 december 2002Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 24/12/2002 pub. 31/03/2011 numac 2011000173 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Programmawet type programmawet prom. 24/12/2002 pub. 31/12/2002 numac 2002021488 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet (1) type programmawet prom. 24/12/2002 pub. 31/12/2002 numac 2002021495 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet (1) sluiten, Titel XIII, Hoofdstuk 6 "Voogdij over niet begeleide minderjarige vreemdelingen", en het laatst gewijzigd bij de wet van 12 mei 2014;
Gelet op de wet van 25 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/12/2016 pub. 29/12/2016 numac 2016003483 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Wet houdende de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2017 sluiten houdende de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2017, en gewijzigd bij wet van 10 juli 2017 houdende eerste aanpassing van de algemene uitgaven -begroting voor het begrotingsjaar 2017;
Gelet op artikel 7bis, § 3 van het koninklijk besluit van 22 december 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 22/12/2003 pub. 29/01/2004 numac 2004009010 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit tot uitvoering van Titel XIII, Hoofdstuk 6 « Voogdij over niet-begeleide minderjarige vreemdelingen » van de programmawet van 24 december 2002 type koninklijk besluit prom. 22/12/2003 pub. 31/12/2003 numac 2003000912 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit betreffende de eindejaarstoelage voor de leden van de openbare brandweerdiensten sluiten, en laatst gewijzigd bij besluit van 13 oktober 2015, tot uitvoering van Titel XIII, Hoofdstuk 6 "Voogdij over niet begeleide minderjarige vreemdelingen" van de programmawet van 24 december 2002Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 24/12/2002 pub. 31/03/2011 numac 2011000173 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Programmawet type programmawet prom. 24/12/2002 pub. 31/12/2002 numac 2002021488 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet (1) type programmawet prom. 24/12/2002 pub. 31/12/2002 numac 2002021495 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet (1) sluiten, inzonderheid.
Gelet op de protocolakkoorden tussen de dienst Voogdij van de FOD Justitie en de volgende verenigingen : « Centrum voor Algemeen Welzijnswerk Brabantia », « Exil », « Rode Kruis Vlaanderen » en « Service de Solidarité socialiste »;
Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 11 oktober 2017;
Overwegende dat een krediet van 634 000,00 euro op de organisatieafdeling 40, activiteitenprogramma 23, basisallocatie 33.00.03 van de administratieve begroting van het FOD Justitie voor het begrotingsjaar 2017 is ingeschreven;
Overwegende dat de verhoogde instroom van asielzoekers in 2015 en 2016 een aanzienlijke toename van het aantal niet begeleide minderjarige vreemdelingen met zich heeft meegebracht en dat het aantal lopende voogdijen nog steeds uitzonderlijk hoog is;
Overwegende dat het noodzakelijk is om over elke niet-begeleide minderjarige een voogd aan te wijzen, teneinde de wettelijke verplichtingen in dat opzicht na te komen en te voorzien in de bescherming en de vertegenwoordiging van de niet-begeleide minderjarige vreemdelingen;
Overwegende dat de verenigingen waarmee een protocolovereenkomst werd afgesloten, in 2016 zijn overgegaan tot de aanwerving van één of meerdere voogden overeenkomstig de hierna vastgestelde verdeling;
Op de voordracht van de Minister van Justitie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Aan de verenigingen waarmee de Dienst Voogdij van de FOD Justitie een protocol heeft afgesloten, worden de volgende toelagen in toepassing van artikel 7bis, § 3 van het voornoemd koninklijk besluit van 22 december 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 22/12/2003 pub. 29/01/2004 numac 2004009010 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit tot uitvoering van Titel XIII, Hoofdstuk 6 « Voogdij over niet-begeleide minderjarige vreemdelingen » van de programmawet van 24 december 2002 type koninklijk besluit prom. 22/12/2003 pub. 31/12/2003 numac 2003000912 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit betreffende de eindejaarstoelage voor de leden van de openbare brandweerdiensten sluiten toegekend : - 130.000 euro van het Centrum voor Algemeen Welzijnswerk Brabantia, met ondernemingsnummer 0414 527 520 voor de tewerkstelling van twee voogden; - 130.000 euro van het Rode Kruis - Vlaanderen Internationaal, met ondernemingsnummer 0461 634 084 voor de tewerkstelling van twee voogden; - 65.000 euro aan Exil, met ondernemings-nummer 0431 750 562 voor de tewerkstelling van één voogd; - 65.000 euro aan de Service de Solidarité Socialiste, met ondernemingsnummer 0425 451 896 voor de tewerkstelling van één voogd.
Art. 2.De toelagen toegekend door artikel 1 van dit besluit zijn bestemd voor de werking van de voogd van 1 januari 2017 tot en met 31 december 2017 die is inschreven op de lijst van de erkende voogden van de dienst Voogdij.
De voogd neemt ten minste vijfentwintig voogdijen gelijktijdig onder zijn hoede en deze voorwaarde van vijfentwintig voogdijen moet zijn voldaan op de eerste dag van de derde maand volgend op de indiensttreding van de voogd.
Het aantal voogdijen komt overeen met voltijdse eenheden en kan indien gewenst worden verdeeld in maximaal 2 halftijdse functies.
De subsidie kan slechts aangewend worden voor de wedde van de voogd, de installatie - en werkingskosten van de voogd, de reis - en verblijfskosten en alle andere uitgaven verbonden aan de uitoefening van de voogdijen.
Art. 3.De toelagen bedoeld in artikel 1, § 1 en § 2 worden aangerekend op het activiteiten - programma 23, basisallocatie 33.00.03, organisatieafdeling 40, van de administratieve begroting van de Federale Overheidsdienst Justitie voor het begrotingsjaar 2017, binnen de grenzen van de beschikbare kredieten.
Art. 4.De subsidie zal worden uitbetaald in twee schijven. Een eerste schijf van 80% te betalen na de ondertekening van dit besluit. Een tweede schijf van 20% bij het voorleggen van de bewijsstukken.
Art. 5.De volgende bedragen die de eerste schijf van de toelagen betreffen, worden respectievelijk gestort : - honderd en vierduizend euro (130.000 x 80% = 104.000 euro) op de bankrekening BE 84 2100 4713 3059 van het Centrum voor Algemeen Welzijnswerk Brabantia, met ondernemingsnummer 0414 527 520. - Achtentachtigduizend achthonderd vierendertig euro (111 042 x 80% = 88 834 euro) op de bankrekening BE66 2100 9121 7943 van het Rode Kruis - Vlaanderen Internationaal, met ondernemings-nummer 0461 634 084. - Tweeënvijftigduizend euro (65.000 euro x 80% = 52 000 euro) op de bankrekening BE47 0011 8306 8580 van Exil, met ondernemingsnummer 0431 750 562. - Tweeënvijftigduizend euro (65.000 euro x 80% = 52 000 euro) op de bankrekening BE 59 8774 5594 0126 van Service de Solidarité Socialiste, met ondernemings-nummer 0425 451 896.
De bedragen van de tweede schijf zullen na overlegging van de bewijsstukken op deze respectievelijke bankrekeningen gestort worden.
Art. 6.De bewijsstukken betreffende het werkingsjaar waarop de subsidie betrekking heeft, namelijk een lijst per maand per werknemer-voogd en onder voorbehoud van aanvaarding door de FOD Justitie, worden ten laatste op 1 februari 2018 aan de FOD Justitie toegezonden. Deze lijst moet de datum van erkenning of de datum van indiensttreding van de werknemer - voogd en de naam en het dossiernummer van de niet begeleide minderjarige vreemdelingen onder diens hoede bevatten.
Art. 7.§ 1. Een terugvordering zal aan de vereniging worden gevraagd indien blijkt dat de subsidie niet rechtstreeks voor de installatie en de ondersteuning van de werking van de voogd werd aangewend.
Indien niet aan de voorwaarde is voldaan wat het aantal uitgeoefende voogdijen betreft en/of de voogd minder dan één jaar in dienst was, zal de subsidie pro rata van 1/12 per maand dat niet aan de voornoemde voorwaarden werd voldaan, worden teruggevorderd van de betrokken vereniging. § 2. De beslissing tot terugvordering van toelage wordt bij aangetekende brief ter kennis gebracht. Na verloop van een termijn van dertig dagen wordt de beslissing tot terugvordering definitief, tenzij de vereniging of openbare instelling zijn opmerkingen heeft meegedeeld. In dat geval brengt de minister van Justitie uiterlijk twee maanden na ontvangst van de opmerkingen zijn definitieve beslissing ter kennis van de vereniging of de openbare instelling. De vereniging of de openbare instelling stort het verschuldigde bedrag terug uiterlijk drie maanden na de definitieve beslissing tot terugvordering.
Art. 8.De Minister bevoegd voor Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 21 november 2017.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Justitie, K. GEENS