gepubliceerd op 18 mei 2020
Koninklijk besluit tot verlenging van sommige maatregelen genomen bij het Koninklijk besluit nr. 12 van 21 april 2020 met betrekking tot de verlenging van de termijnen van de rechtspleging voor de Raad van State en de schriftelijke behandeling van de zaken
18 MEI 2020. - Koninklijk besluit tot verlenging van sommige maatregelen genomen bij het Koninklijk besluit nr. 12 van 21 april 2020 met betrekking tot de verlenging van de termijnen van de rechtspleging voor de Raad van State en de schriftelijke behandeling van de zaken
VERSLAG AAN DE KONING Sire, Bij het Koninklijk besluit nr. 12 van 21 april 2020 met betrekking tot de verlenging van de termijnen van de rechtspleging voor de Raad van State en de schriftelijke behandeling van de zaken dat Uwe Majesteit heeft genomen met toepassing van de bijzondere machten
wet van 27 maart 2020Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
27/03/2020
pub.
30/03/2020
numac
2020040938
bron
federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister
Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1)
type
wet
prom.
27/03/2020
pub.
30/03/2020
numac
2020040937
bron
federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister
Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1)
type
wet
prom.
27/03/2020
pub.
03/04/2020
numac
2020030524
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling
type
wet
prom.
27/03/2020
pub.
03/04/2020
numac
2020030525
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling
sluiten (I), werden een aantal maatregelen getroffen met betrekking tot de Raad van State. Enerzijds werden bij artikel 1 de instellings- en behandelingstermijnen die vervallen tijdens de crisisperiode, op dat ogenblik bepaald tot 3 mei 2020, verlengd tot 30 dagen na afloop van die periode. Anderzijds regelt artikel 2 de procedure die gevolgd moet worden inzake de vorderingen tot schorsing wegens uiterst dringende noodzakelijkheid en de vorderingen tot bevelen van voorlopige maatregelen wegens uiterst dringende noodzakelijkheid. Artikel 3 van het vermelde KB biedt de mogelijkheid dat bepaalde vorderingen en beroepen zonder behandeling in openbare terechtzitting kunnen behandeld worden gedurende de in artikel 1 bepaalde periode. In artikel 4 van het vermeld KB wordt de elektronische regeling voor procedurestukken en aanvullende stukken voorzien. Artikel 5 van het vermeld KB voorziet een regeling voor elke kennisgeving en mededelingen, waarbij de elektronische mogelijkheden verruimd worden en rekening wordt gehouden met particulieren die geen gebruik kunnen maken van elektronische procedures.
Met het koninklijk besluit van 4 mei 2020Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 04/05/2020 pub. 04/05/2020 numac 2020041152 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk Besluit tot verlenging van sommige maatregelen genomen bij het Koninklijk Besluit nr. 12 van 21 april 2020 met betrekking tot de verlenging van de termijnen van de rechtspleging voor de Raad van State en de schriftelijke behandeling van de zaken sluiten `tot verlenging van sommige maatregelen genomen bij het Koninklijk besluit nr. 12 van 21 april 2020 met betrekking tot de verlenging van de termijnen van de rechtspleging voor de Raad van State en de schriftelijke behandeling van de zaken', werd de periode bedoeld in de artikelen 2, 3, 4 en 5 verlengd tot en met 18 mei 2020.
Met het voorliggend ontwerp-KB wordt de periode bedoeld in de artikelen 2, 3, 4 en 5 van het KB nr. 12 van 21 april 2020 verlengd tot en met 30 juni 2020.
Met de maatregelen van KB nr. 12 van 21 april 2020 werd onder meer zoveel als mogelijk tegemoet gekomen aan de moeilijkheden voor de werking van de Raad van State veroorzaakt door het gaandeweg stilvallen van het maatschappelijk, economisch en administratief leven, als gevolg van de strengere veiligheidsvoorschriften die de Regering heeft genomen ter bestrijding van de dreiging van het Covid-19-virus en de daaruit voortvloeiende beperkingen van het openbaar leven en van de bewegingsvrijheid. Die "afgeleide" maatregelen zijn uiteraard tijdelijk, in die zin dat ze slechts gerechtvaardigd zijn in het licht van de veiligheidsmaatregelen die zelf tijdelijk zijn.
De einddatum van de bij de artikelen 2, 3, 4 en 5 van het KB nr. 12 genomen maatregelen is momenteel vastgesteld op 18 mei 2020 omdat de strenge veiligheidsmaatregelen alvast tot die datum waren aangehouden.
Inmiddels is beslist dat een groot aantal van die veiligheidsmaatregelen zal worden verlengd, en dat de maatregelen slechts op gefaseerde wijze zullen worden versoepeld. De actuele versoepelingen en de algemene volksgezondheidssituatie volstaan niet om de bij het KB nr. 12 genomen "afgeleide" maatregelen zonder meer op te heffen. Precies daarom is er in het Koninklijk besluit nr. 12 in voorzien dat de einddatum van de gelding van de "afgeleide" maatregelen door de Koning kan worden aangepast, vanzelfsprekend in functie van en verantwoord door de evolutie.
De bepalingen vervat in de artikelen 2, 3, 4 en 5 van K.B. nr. 12 van 21 april 2020, moeten nogmaals verlengd worden wegens onvoldoende gewijzigde toestand op gebied van de volksgezondheidssituatie, en dit tot en met 30 juni 2020.
De maatregelen die hierbij worden verlengd zijn belangrijk om de fysieke sociale interactie te beperken en dit om de verspreiding van het coronavirus maximaal te beperken.
De Raad van State is voorbereid om fysieke zittingen te organiseren, maar een verlenging beperkt het veiligheidsrisico en laat toe dat er meer zaken zullen kunnen afgewerkt worden dan in een scenario met enkel fysieke zittingen, waar per definitie de veiligheidsmaatregelen de afhandeling praktisch wordt bemoeilijkt, met vertragingen tot gevolg.
De verlenging tot 18 mei 2020 speelt niet voor het instellen en behandelen van gewone annulatieberoepen (art. 1 van KB nr. 12), ook daarvoor wordt nu geen verlenging van de maatregelen gevraagd. Voor de zaken in uiterst dringende noodzakelijkheid (UDN) zou er zonder een nieuwe verlenging op korte termijn een fysieke zitting georganiseerd moeten worden. Het is niet omdat dit mogelijk is, dat dit ook vanuit een veiligheidsstandpunt wenselijk is.
Een verlenging zoals hierbij voorgesteld laat toe dat er enkele tientallen zaken sneller afgehandeld kunnen worden, wat ook voor de rechtszoekende een goede zaak is. In de normale procedure is dit niet een verplichte alternatieve werkwijze, maar kunnen de maatregelen rond organisatie pas ten volle spelen wanneer alle partijen daarom verzoeken of daarmee akkoord gaan (art. 3 van KB nr. 12).
Voor zaken die een normale behandelingstermijn kennen, speelt het voordeel van een nieuwe verlenging in de eindfase van de procedure (vaak anderhalf jaar na het verzoekschrift, na het opmaken van het verslag van de auditeur). Nieuwe annulatieberoepen die de normale procedure volgen zullen gezien de beperkte verlenging praktisch gesproken niet van de voorgestelde verlengingsmaatregel kunnen genieten.
De datum van 30 juni 2020 laat de Raad van State toe om door middel van de in de betrokken bepalingen voorziene maatregelen (inzonderheid de schriftelijke procedure) tientallen zaken te behandelen welke zonder die maatregelen zouden moeten worden uitgesteld totdat de COVID-19-voorzorgsmaatregelen op het vlak van social distancing en hygiëne een einde hebben genomen. Zonder de verlenging van die maatregelen moeten al die zaken immers behandeld worden met openbare "fysieke" zittingen. De COVID-19-voorzorgsmaatregelen, die ongetwijfeld nog lange tijd van kracht zullen blijven, hebben tot gevolg dat het aantal fysieke zittingen dat kan worden gehouden zonder gevaar voor de gezondheid van partijen, advocaten, publiek, ambtsdragers en personeelsleden van de Raad van State slechts een minieme fractie vertegenwoordigt van het aantal zaken die schriftelijk kunnen worden afgehandeld volgens de procedures bepaald in de artikelen 2, 3, 4 en 5, van het KB nr. 12.
Het enorme nut van de bedoelde maatregelen wordt bewezen door het gegeven dat de Raad van State daardoor meer dan 130 arresten kan wijzen die anders, gelet op de COVID-19-voorzorgsmaatregelen niet hadden kunnen uitgesproken worden.
De datum van 30 juni 2020 laat de Raad van State dan ook toe om zich in de gegeven omstandigheden zo goed als mogelijk te organiseren teneinde zoveel als mogelijk zaken te behandelen en daarbij alle voorzorgsmaatregelen in acht te nemen.
Opdat er geen hiaat zou zijn tussen de tekst van het KB nr. 12, zoals impliciet gewijzigd door het bovenvermelde koninklijk besluit van 4 mei 2020Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 04/05/2020 pub. 04/05/2020 numac 2020041152 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk Besluit tot verlenging van sommige maatregelen genomen bij het Koninklijk Besluit nr. 12 van 21 april 2020 met betrekking tot de verlenging van de termijnen van de rechtspleging voor de Raad van State en de schriftelijke behandeling van de zaken sluiten, en de voorgestelde wijziging, wordt de inwerkingtreding bepaald op 19 mei 2020.
Ik heb de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, P. DE CREM
18 MEI 2020. - Koninklijk besluit tot verlenging van sommige maatregelen genomen bij het Koninklijk besluit nr. 12 van 21 april 2020 met betrekking tot de verlenging van de termijnen van de rechtspleging voor de Raad van State en de schriftelijke behandeling van de zaken FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 27 maart 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040938 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040937 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030524 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030525 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling sluiten die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus Covid-19 (I);
Gelet op het Koninklijk besluit nr. 12 van 21 april 2020 met betrekking tot de verlenging van de termijnen van de rechtspleging voor de Raad van State en de schriftelijke behandeling van de zaken;
Gelet op het koninklijk besluit van 4 mei 2020Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 04/05/2020 pub. 04/05/2020 numac 2020041152 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk Besluit tot verlenging van sommige maatregelen genomen bij het Koninklijk Besluit nr. 12 van 21 april 2020 met betrekking tot de verlenging van de termijnen van de rechtspleging voor de Raad van State en de schriftelijke behandeling van de zaken sluiten tot verlenging van sommige maatregelen genomen bij het Koninklijk besluit nr. 12 van 21 april 2020 met betrekking tot de verlenging van de termijnen van de rechtspleging voor de Raad van State en de schriftelijke behandeling van de zaken';
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 8 mei 2020;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 13 mei 2020;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, artikel 3, § 1;
Gezien de dringende noodzakelijkheid, die het onmogelijk maakt het advies van de afdeling wetgeving van de Raad van State in te winnen, zelfs binnen een verkorte termijn van vijf dagen, gezien de periodes die bij dit besluit worden verlengd verstrijken op 18 mei 2020, ofwel in die datum hun grondslag vinden;
Overwegende de dringende noodzakelijkheid zo vlug mogelijk een antwoord te bieden op de moeilijkheden die het maatschappelijk, economisch, gerechtelijk en administratief leven ondervindt als gevolg van de maatregelen die genomen worden tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19;
Overwegende het ministerieel besluit van 15 mei 2020Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 15/05/2020 pub. 15/05/2020 numac 2020020991 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Ministerieel besluit houdende wijziging van het ministerieel besluit van 23 maart 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken sluiten houdende wijziging van het Ministerieel besluit van 23 maart 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken;
Op de voordracht van de Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.De periode bedoeld in artikelen 2, 3, 4 en 5 van het Koninklijk besluit nr. 12 van 21 april 2020 met betrekking tot de verlenging van de termijnen van de rechtspleging voor de Raad van State en de schriftelijke behandeling van de zaken wordt verlengd tot en met 30 juni 2020.
Art. 2.Dit besluit treedt in werking op 19 mei 2020.
Art. 3.De Minister bevoegd voor Veiligheid en Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 18 mei 2020.
FILIP Van Koningswege : De minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, P. DE CREM