gepubliceerd op 01 september 2005
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 mei 2003, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en vaststelling van zijn statuten
10 AUGUSTUS 2005. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 mei 2003, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en vaststelling van zijn statuten (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het vervoer;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Besluit :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 20 mei 2003, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en vaststelling van zijn statuten.
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Nice, 10 augustus 2005.
ALBERT Van Koningswege : Voor de Minister van Werk, afwezig : De Minister van Begroting en Overheidsbedrijven, J. VANDE LANOTTE _______ Nota Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Paritair Comité voor het vervoer Collectieve arbeidsovereenkomst van 20 mei 2003 Oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en vaststelling van zijn statuten (Overeenkomst geregistreerd op 25 september 2003 onder het nummer 67700/CO/140) INLEIDING Binnen het Paritair Comité voor het vervoer bij toepassing van de wet van 7 januari 1958, betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid (Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958) wordt een fonds voor bestaanszekerheid opgericht, waarvan de statuten hieronder zijn vastgesteld.
Dit nieuwe fonds voor bestaanszekerheid zal alle rechten en verplichtingen overnemen van het "Sociaal Fonds voor taxi- en taxibestelwagenbedrijven", Metrologielaan 8, 1130 Brussel, vanaf de datum van inwerkingtreding van deze collectieve arbeidsovereenkomst. HOOFDSTUK I. - Benaming, zetel, doel, duur
Artikel 1.Vanaf 1 januari 2003 wordt een fonds voor bestaanszekerheid opgericht tussen de Nationale Groepering van Taxi-en Locatieautobedrijven (GTL), ACV Transport en Communicatie (ACV-Transcom) en De Belgische Transportarbeidersbond (BTB), genaamd "Sociaal Fonds voor de taxiondernemingen en de diensten voor verhuur van voertuigen met chauffeur", hierna "het fonds" genoemd (bij toepassing van de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid).
Art. 2.De maatschappelijke zetel van het fonds is gevestigd te 1130 Brussel - Metrologielaan nr. 8. Hij kan door het Paritair Comité voor het vervoer, naar elke andere plaats in België worden overgebracht op voorstel van de leden van dit Comité die de werkgevers en de werknemers van de sector van de taxiondernemingen en de diensten voor het verhuur van voertuigen met chauffeur vertegenwoordigen.
Art. 3.Het fonds heeft als doel het organiseren en het verzekeren van : 1. De toekenning en de betaling van aanvullende sociale voordelen aan de werklieden en werksters, bedoeld in artikel 5, b);2. De inning en de invordering van de bijdragen ten laste van de werkgevers bedoeld in artikel 5, a), overeenkomstig artikel 21 van deze statuten. Het fonds is eveneens bevoegd voor alle materies die verband houden met de beroepsopleiding en met de bevordering van de tewerkstelling van de chauffeurs, alsook met de promotie van het beroep van chauffeur en de sector van de taxiondernemingen en de diensten voor het verhuur van voertuigen met chauffeur.
Art. 4.a. Deze collectieve arbeidsovereenkomst gaat in werking op 1 januari 2003.
Het fonds is ingesteld voor de duur van één jaar.
Op 1 januari van elk jaar wordt zij stilzwijgend verlengd voor een periode van 1 jaar, behoudens opzegging door één der partijen, uiterlijk zes maanden voor het verstrijken van de collectieve arbeidsovereenkomst bij een ter post aangetekend schrijven, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het vervoer.
De procedure van ontbinding van het fonds wordt bepaald in artikel 17 van deze collectieve arbeidsovereenkomst.
Art. 4.b. Vanaf de datum van inwerkingtreding van deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt het fonds het op 1 januari 1969 opgerichte "Sociaal Fonds voor taxi- en taxibestelwagenbedrijven". Het fonds neemt het activa en passiva evenals alle rechten en verplichtingen die onstaan zijn tussen de oprichtingsdatum van het "Sociaal Fonds voor taxi- en taxibestelwagenbedrijven" van 1 januari 1969 en de oprichtingsdatum van het fonds over.
Bij de oprichting van het fonds wordt het "Sociaal Fonds voor taxi- en taxibestelwagenbedrijven" opgeheven.
Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt daardoor : De collectieve arbeidsovereenkomst van 25 februari 1969, gesloten in het Nationaal Paritair Comité voor het vervoer, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid, genoemd "Sociaal Fonds voor de taxi- en taxibestelwagenbedrijven" en tot vaststelling van zijn statuten, een laatste maal gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 augustus 2002. HOOFDSTUK II. - Toepassingsgebied
Art. 5.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing : a) op de werkgevers die tot de sector van de taxiondernemingen en de diensten voor het verhuur van voertuigen met chauffeur behoren en onder het Paritair Comité voor het vervoer ressorteren;b) op de werklieden en werksters die door de sub a) bedoelde werkgevers worden tewerkgesteld. HOOFDSTUK III. - Toegekende voordelen
Art. 6.Bij collectieve arbeidsovereenkomst gesloten in de schoot van het Paritair Comité voor het vervoer en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit, worden de voordelen bepaald die door het sociaal fonds worden toegekend, alsook de categorieën van werklieden die recht hebben op die voordelen. HOOFDSTUK IV. - Beheer
Art. 7.Het fonds wordt beheerd door een raad van beheer, paritair samengesteld uit vertegenwoordigers van de representatieve werknemer- en werkgeversorganisaties vertegenwoordigd in het Paritair Comité voor het vervoer.
Deze raad bestaat uit twaalf leden, zijnde zes werkgevers- en zes werknemers-vertegenwoordigers.
De leden van de raad van beheer worden door het Paritair Comité voor het vervoer benoemd op voordracht van de representatieve werknemer- en werkgeverorganisaties vertegenwoordigd in het Paritair Comité voor het vervoer.
Art. 8.Elk jaar wijst de raad van beheer onder zijn leden de voorzitter en drie ondervoorzitters aan. De voorzitter en één der ondervoorzitters behoren tot de groep de werkgevers. Twee ondervoorzitters behoren tot de groep der werknemers.
Art. 9.De raad van beheer wordt door zijn voorzitter, in overleg met zijn ondervoorzitters, bijeengeroepen. De voorzitter is ertoe gehouden de raad tenminste eenmaal per semester bijeen te roepen en telkens wanneer ten minste twee leden van de raad het eisen.
De uitnodiging vermeldt de agenda.
Van de vergaderingen van de raad van beheer worden notulen opgesteld.
Deze notulen worden door de voorzitter van de vergadering en een der ondervoorzitters, behorend tot de groep der werknemers, ondertekend.
De uittreksels van deze notulen worden door de voorzitter of twee beheerders ondertekend.
Wanneer tot stemming moet worden overgegaan, dient een gelijk aantal leden van elke afvaardiging aan de stemming deel te nemen. Is het getal ongelijk, dan onthoudt (onthouden) zich het jongste lid (de jongste leden).
De raad kan slechts geldig beslissen over de op de agenda voorkomende kwesties en in aanwezigheid van ten minste de helft van de leden die tot de werknemersafvaardiging en ten minste de helft van de leden die tot de werkgeversafvaardiging behoren.
Indien de aanwezigheidsvereiste voorzien in de vorige paragraaf niet wordt vervuld, zal op initiatief van de voorzitter of minstens twee beheerders een nieuwe vergadering van de raad van beheer kunnen worden opgeroepen over dezelfde agendapunten. Voor deze nieuwe vergadering geldt geen aanwezigheids-quorum. De oproeping daartoe dient steeds te gebeuren bij aangetekend schrijven, gericht aan alle bestuurders.
De beslissingen worden met een meerderheid van twee derden der stemmen genomen, behoudens in geval een tweede vergadering wordt opgeroepen overeenkomstig de vorige paragraaf, in welk geval beslissingen kunnen worden genomen met een gewone meerderheid van stemmen.
Art. 10.De raad van beheer heeft tot taak het fonds te beheren en alle maatregelen te treffen die voor zijn goede werking zijn vereist.
Hij beschikt over de meest uitgebreide bevoegdheden inzake het beheer en de leiding van het fonds.
De raad van beheer treedt in rechte op in naam van het fonds, in navolging en op verzoek van de voorzitter of van een tot dat doel afgevaardigde beheerder.
De raad van beheer kan bijzondere bevoegdheden overdragen aan één of meer van zijn leden of zelfs aan derden.
Voor alle andere handelingen dan die waarvoor de raad een speciale volmacht heeft verleend, volstaan de gezamenlijke handtekeningen van vier beheerders (twee van werknemerszijde en twee van werkgeverszijde).
De verantwoordelijkheid van de beheerders beperkt zich tot de uitvoering van hun mandaat en zij gaan geen enkele persoonlijke verbintenis aan betreffende hun beheer ten opzichte van de verplichtingen van het fonds. HOOFDSTUK V. - Financiering
Art. 11.Om de financiering van de voordelen voorzien bij artikel 6, te verzekeren, beschikt het fonds over de bijdragen die door de in artikel 5, a) bedoelde werkgevers verschuldigd zijn.
Art. 12.De bijdrage van de werkgevers wordt vastgesteld door een collectieve arbeidsovereenkomst, afgesloten in het Paritair Comité voor het vervoer en die algemeen verbindend wordt verklaard.
Art. 13.De inning en de invordering van de bijdragen worden door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid verzekerd bij toepassing van artikel 7 van de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid.
Van de door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aan het fonds gestorte bedragen worden de kosten bepaald door de raad van beheer.
Deze kosten hebben betrekking op : a) de werking van het sociaal fonds;b) de beroepsopleidingen;c) de rechtsbijstand in het kader van de oneerlijke concurrentie;d) de vergoedingen voortvloeiend uit artikel 6 van deze collectieve arbeidsovereenkomst;e) alle kosten, die de raad van bestuur nodig acht om de doelstellingen van het fonds te realiseren. HOOFDSTUK VI. - Budget - Rekeningen
Art. 14.Het boekjaar vangt aan op 1 januari en sluit af op 31 december.
Art. 15.Elk jaar, uiterlijk gedurende de maand december, wordt een budget voor het volgend jaar voorgelegd ter goedkeuring door de raad van beheer.
Art. 16.De rekeningen van het verstreken jaar worden op 31 december afgesloten.
De raad van beheer, evenals de door het Paritair Comité voor het vervoer aangewezen revisor of boekhouder, maken jaarlijks elk een schriftelijk verslag op betreffende de uitvoering van hun opdracht gedurende het verstreken jaar. De revisor of boekhouder wordt aangeduid op voorstel van de leden van het Paritair Comité voor het vervoer, die de werkgevers en de werknemers van de sector van de taxiondernemingen en de diensten voor de verhuur van voertuigen met chauffeur vertegenwoordigen.
De jaarrekening samen met de hierboven bedoelde schriftelijke jaarverslagen, moeten elk jaar ter goedkeuring aan het Paritair Comité voor het vervoer worden voorgelegd. HOOFDSTUK VII. - Ontbinding - Vereffening
Art. 17.De ontbinding van het fonds geschiedt in de omstandigheden voorzien in artikel 4 van deze collectieve arbeidsovereenkomst.
De voorzitter van het Paritair Comité voor het vervoer roept binnen de maand na de ontvangst van het ter post aangetekend schrijven het Paritair Comité voor het vervoer samen.
Op voorstel van de leden van het Paritair Comité voor het vervoer die de werkgevers en de werknemers van de sector van de taxiondernemingen en de diensten voor het verhuur van voertuigen met chauffeur vertegenwoordigen, wijst het Paritair Comité voor het vervoer de vereffenaars aan en bepaalt hun bevoegdheid en hun bezoldiging(*), alsmede de bestemming van het patrimonium. * De vereffenaar, die afgevaardigd wordt vanuit de representatieve werknemer- en werkgeversorganisaties vertegenwoordigd in het Paritair Comité voor het vervoer en elk vereffenaar die lid is van de raad van bestuur van het fonds kan geen bezoldiging ontvangen. Het gaat hier over de bezoldigingen naar eventuele externe vereffenaars.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 augustus 2005.
Voor de Minister van Werk, afwezig : De Minister van Begroting en Overheidsbedrijven, J. VANDE LANOTTE