Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 23 april 2009
gepubliceerd op 24 juni 2009

Besluit van de Waalse Regering betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal van fruitgewassen, alsmede van fruitgewassen die voor de fruitteelt worden gebruikt

bron
waalse overheidsdienst
numac
2009202661
pub.
24/06/2009
prom.
23/04/2009
ELI
eli/besluit/2009/04/23/2009202661/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

23 APRIL 2009. - Besluit van de Waalse Regering betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal van fruitgewassen, alsmede van fruitgewassen die voor de fruitteelt worden gebruikt


De Waalse Regering, Gelet op de wet van 11 juli 1969 betreffende de bestrijdingsmiddelen en de grondstoffen voor de landbouw, tuinbouw, bosbouw en veeteelt, inzonderheid op artikel 2, zoals laatst gewijzigd bij de wet van 1 maart 2007 houdende diverse bepalingen;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 21 april 2005 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal van fruitgewassen, alsmede van fruitgewassen die voor de fruitteelt worden gebruikt;

Gelet op het overleg tussen de gewestregeringen en de federale overheid van 11 december 2008;

Gelet op advies 46.044/4 van de Raad van State, gegeven op 11 maart, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Doel en begripsomschrijvingen

Artikel 1.Bij dit besluit wordt Richtlijn 2008/90/EG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 29 september 2008 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal van fruitgewassen, alsmede van fruitgewassen die voor de fruitteelt worden gebruikt, omgezet.

Art. 2.In de zin van dit besluit wordt verstaan onder : 1° teeltmateriaal : zaad, plantendelen en alle plantmateriaal, inclusief onderstammen, bestemd voor de vermeerdering en de productie van fruitgewassen;2° fruitgewassen : de gewassen die bestemd zijn om, nadat zij in de handel zijn gebracht, te worden uitgeplant of herplant;3° ras : een plantengroep van één enkele botanische taxon, van de laagste bekende rang, die : a) kan worden omschreven met de kenmerken die verband houden met een bepaald genotype of een bepaalde combinatie van genotypen;b) van elke andere plantengroep kan worden onderscheiden met ten minste één van de genoemde kenmerken, en c) kan worden beschouwd als een eenheid, op grond van haar geschiktheid voor vermeerdering zonder veranderingen;4° cloon : een genetisch uniforme vegetatieve afstamming van één enige plant 5° prebasismateriaal : teeltmateriaal : a) dat volgens algemeen aanvaarde methoden werd bekomen met het oog op de instandhouding van de identiteit van het ras, met inbegrip van de relevante pomologische eigenschappen, alsmede ter voorkoming van ziekten;b) dat bestemd is voor de productie van basisteeltmateriaal of van gecertificeerd teeltmateriaal ander dan fruitgewassen;c) dat voldoet aan de specifieke voorschriften die van toepassing zijn op het prebasismateriaal en die overeenkomstig artikel 5 zijn vastgesteld, en d) waarvan bij officiële inspectie is erkend dat het aan de in punten a), b) en c) bedoelde eisen voldoet;6° basismateriaal : teeltmateriaal : a) dat volgens algemeen aanvaarde methoden werd bekomen met het oog op de instandhouding van de identiteit van het ras, met inbegrip van de relevante pomologische eigenschappen, alsmede ter voorkoming van ziekten, en dat rechtstreeks afkomstig is van prebasismateriaal of dat in een bekend aantal fasen vegetatief afstamt van prebasismateriaal;b) dat dient voor de productie van gecertificeerd materiaal;c) dat voldoet aan de specifieke voorschriften die van toepassing zijn op het basismateriaal en die overeenkomstig artikel 5 zijn vastgesteld, en d) waarvan bij officiële inspectie is erkend dat het aan de in punten a), b) en c) bedoelde eisen voldoet;7° gecertificeerd materiaal : a) teeltmateriaal : * dat rechtstreeks vegetatief verkregen is vanuit basis- of prebasismateriaal of, als het bestemd is om voor de productie van onderstammen, vanuit gecertificeerd zaad afkomstig van basisonderstammen of van gecertificeerde onderstammen; * dat dient voor de productie van fruitplanten; * dat voldoet aan de specifieke voorschriften die van toepassing zijn op het gecertificeerd materiaal en die overeenkomstig artikel 5 zijn vastgesteld, en * waarvan bij officiële inspectie is erkend dat het aan de in punten i), ii) en iii) bedoelde eisen voldoet; b) fruitgewassen die : * rechtstreeks zijn geproduceerd uit gecertificeerd teelmateriaal, basismateriaal of prebasismateriaal; * die dienen voor de productie van vruchten; c) die voldoen aan de specifieke voorschriften die van toepassing zijn op het gecertificeerd materiaal en die overeenkomstig artikel 5 zijn vastgesteld, en d) waarvan bij officiële inspectie is erkend dat ze aan de in punten i), ii) en iii) bedoelde eisen voldoen;8° CAC-materiaal (conformitas agraria communitatis ) : teeltmateriaal en fruitgewassen die : a) die de variëteitsidentiteit hebben en die voldoende zuiver zijn;b) die bestemd zijn voor de productie van teeltmateriaal, van fruitgewassen en/of van vruchten, en c) die voldoen aan de specifieke voorschriften die van toepassing zijn op het CAC-materiaal en die overeenkomstig artikel 5 zijn vastgesteld;9° leverancier : elke natuurlijke of rechtspersoon die beroepshalve minstens één van de volgende activiteiten verricht met betrekking tot teeltmateriaal of fruitgewassen : vermeerderen, produceren, beschermen en/of behandelen, invoeren en in de handel brengen.10° in de handel brengen : de verkoop, het bezit met het oog op de verkoop, het aanbieden voor verkoop en iedere beschikbaarstelling, levering of overdracht van teeltmateriaal of fruitgewassen aan derden, al dan niet tegen vergoeding, met het oog op commercieel gebruik;11° partij een aantal eenheden van een product, identificeerbaar door zijn homogene samenstelling en oorsprong;12° Minister : de Minister die de Landbouw onder zijn bevoegdheid heeft;13° Dienst : de Directie Kwaliteit van het Operationeel Directoraat-generaal Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu van de Waalse Overheidsdienst die de bevoegde overheid is voor de toepassing van dit besluit;14° officiële inspectie : de inspectie die door de Dienst of onder zijn verantwoordelijkheid wordt uitgeoefend.

Art. 3.§ 1. Dit besluit betreft het in de handel brengen binnen de Gemeenschap van de geslachten of soorten vermeld in bijlage I, alsook van hybriden daarvan. Dit besluit is tevens van toepassing op de onderstammen en andere plantendelen van andere geslachten of soorten dan die vermeld in bijlage I of van hybriden daarvan, wanneer materiaal van de in bijlage I vermelde geslachten of soorten of hun hybriden daarop wordt of moet worden geënt. § 2. Dit besluit is niet van toepassing op teeltmateriaal of fruitgewassen waarvan is aangetoond dat ze bestemd zijn voor uitvoer naar derde landen, op voorwaarde dat ze nauwkeurig als dusdanig geïdentificeerd en voldoende geïsoleerd zijn.

De uitvoeringsmaatregelen van het eerste lid, inzonderheid die betreffende de identificatie en de afzondering, worden door de Minister vastgesteld, overeenkomstig de door de Europese Unie goedgekeurde maatregelen. § 3. Dit besluit wordt genomen onverminderd de federale bevoegdheden inzake fytosanitaire aangelegenheden en, inzonderheid, de bepalingen van het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 betreffende de bestrijding van voor planten en plantaardige producten schadelijke organismen. HOOFDSTUK II. - Voorschriften van toepassing op teeltmateriaal en fruitgewassen

Art. 4.§ 1. Teeltmateriaal en fruitgewassen mogen slechts in de handel worden gebracht als : 1° het teeltmateriaal officieel als prebasismateriaal, basismateriaal of gecertificeerd materiaal is gecertificeerd of indien het voldoet aan de voorwaarden om als CAC-materiaal te worden aangemerkt;2° de fruitgewassen officieel als gecertificeerd materiaal zijn gecertificeerd of voldoen aan de voorwaarden om als CAC-materiaal te worden aangemerkt. § 2. Teeltmateriaal en fruitgewassen die bestaan uit een genetisch gemodificeerd organisme in de zin van artikel 2, 1° en 2° van het koninklijk besluit van 21 februari 2005 tot reglementering van de doelbewuste introductie in het leefmilieu evenals van het in de handel brengen van genetisch gemodificeerde organismen of van producten die er bevatten, worden alleen in de handel gebracht indien het genetisch gemodificeerde organisme uit hoofde van dit besluit of van Verordening (EG) nr. 1829/2003 is toegelaten.

Wanneer van fruitgewassen of van teeltmateriaal afgeleide producten bestemd zijn om te worden gebruikt als of in levensmiddelen in de zin van artikel 3 van Verordening (EG) nr. 1829/2003 of als of in diervoeders in de zin van artikel 15 van dezelfde verordening, worden het betrokken teeltmateriaal en het betrokken fruitgewas alleen in de handel gebracht indien het van dit materiaal afgeleide levensmiddel of diervoeder uit hoofde van die verordening is toegelaten. § 3. De bepalingen van § 1 zijn niet van toepassing wanneer teeltmateriaal of fruitgewassen in passende hoeveelheden in de handel worden gebracht en bestemd zijn voor wetenschappelijke doeleinden, voor selectie; of om te helpen de genetische verscheidenheid te behouden. De Minister kan de voorwaarden waaronder dat materiaal in de handel wordt gebracht, vaststellen met name als verkoopvoorwaarden bepaald zijn door de Europese Unie.

Art. 5.Voor elk geslacht of elke soort bedoeld in bijlage I bepaalt de Minister, overeenkomstig de door de Europese Unie aangenomen maatregelen, specifieke voorschriften die specificeren : 1° de voorwaarden betreffende kwaliteit en fytosanitaire toestand waaraan CAC-materiaal moet voldoen, inzonderheid de voorwaarden inzake het toegepaste vermeerderingsprocédé, de zuiverheid van het staand gewas en, behalve in het geval van onderstammen waarvan het materiaal niet tot een ras behoort, het rasaspect;2° de voorwaarden waaraan prebasismateriaal, basismateriaal en gecertificeerd materiaal moeten voldoen inzake kwaliteit (inclusief, voor prebasis- en basismateriaal, methoden voor de instandhouding van de identiteit van het ras en, indien van toepassing, van de kloon, met inbegrip van de relevante pomologische kenmerken), fytosanitaire toestand, de toegepaste onderzoeksmethoden en -procedures, het (de) toegepaste vermeerderingssyste(e)m(en) en, behalve in het geval van onderstammen waarvan het materiaal niet tot een ras behoort, het rasaspect;3° de voorwaarden waaraan onderstammen en andere plantendelen van andere dan de in bijlage I genoemde geslachten of soorten of hybriden daarvan moeten voldoen wanneer teeltmateriaal van de in bijlage I genoemde geslachten en soorten of hybriden daarvan daarop wordt geënt. HOOFDSTUK III. - Voorschriften waaraan leveranciers moeten voldoen

Art. 6.De leveranciers worden bij de Dienst officieel geregistreerd voor de activiteiten die zij uit hoofde van dit besluit uitoefenen.

Deze bepaling is niet van toepassing op leveranciers die teeltmateriaal voor fruitgewassen en fruitgewassen alleen aan niet-professionele eindverbruikers verkopen of leveren.

In voorkomend geval bepaalt de Minister de toepassingsvoorwaarden van dit artikel voor zover dergelijke voorwaarden voorgeschreven worden door de Europese Unie.

Art. 7.1° Het prebasis-, basis- en gecertificeerd materiaal alsook CAC-materiaal wordt geproduceerd onder de verantwoordelijkheid van leveranciers die teeltmateriaal en fruitgewassen produceren of vermeerderen. Daartoe doen deze leveranciers het volgende : a) zij identificeren en controleren kritische punten in hun productieproces die de kwaliteit van het materiaal beïnvloeden;b) houden gegevens betreffende de in punt a) bedoelde controle bij, die desgewenst door de Dienst kunnen worden onderzocht;c) nemen zo nodig monsters voor analyse in een laboratorium;en d) zorgen ervoor dat partijen teeltmateriaal tijdens de productie afzonderlijk identificeerbaar blijven.2° Indien op een bedrijf van een leverancier een schadelijk organisme dat in de bijlagen bij bovenvermeld koninklijk besluit van 10 augustus 2005 voorkomt of dat in de overeenkomstig artikel 5 van dit besluit vastgestelde specifieke voorschriften wordt bedoeld, wordt aangetroffen in een hogere mate dan in die specifieke voorschriften is toegestaan, meldt de leverancier dit onverwijld aan de Dienst, niettegenstaande de rapportageverplichtingen bedoeld in bovenvermeld koninklijk besluit van 10 augustus 2005. De leverancier voert alle door de Dienst opgelegde maatregelen uit, niettegenstaande de maatregelen opgelegd bij het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 en zijn uitvoeringsbesluiten. 3° De leveranciers houden ten minste drie jaar lang een register van hun verkoop of aankoop van teeltmateriaal of fruitgewassen bij.Die maatregel is niet van toepassing op leveranciers die overeenkomstig artikel 6 zijn vrijgesteld van registratie. 4° In voorkomend geval bepaalt de Minister de toepassingsmodaliteiten van § 1, voor zover dergelijke modaliteiten vastgesteld worden door de Europese Unie. HOOFDSTUK IV. - Aanduiding van het ras en etikettering

Art. 8.§ 1. Teeltmateriaal en fruitgewassen worden alleen in de handel gebracht met vermelding van het ras waartoe zij behoren.

Wanneer, bij onderstammen, het materiaal niet tot een ras behoort, wordt er verwezen naar de betrokken soort of naar de betrokken interspecifieke hybride. § 2. De rassen waarnaar wordt verwezen in § 1 van dit artikel zijn : 1° wettelijk beschermd uit hoofde van een kwekersrecht overeenkomstig bepalingen betreffende de bescherming van kweekproducten;2° officieel geregistreerd overeenkomstig § 4 of 3° algemeen bekend;een ras wordt als algemeen bekend beschouwd indien : a) het officieel is geregistreerd in een andere lidstaat van de Europese Unie;b) het het voorwerp uitmaakt van een aanvraag tot officiële registratie in een lidstaat van de Europese Unie, of van een aanvraag voor een kwekersrecht als bedoeld in punt 1, of c) het vóór 30 september 2012 op het Belgische grondgebied of op het grondgebied van een andere lidstaat van de Europese Unie reeds in de handel is gebracht, op voorwaarde dat het een officieel erkende beschrijving heeft. Het ras waarna overeenkomstig § 1 moet worden verwezen kan ook een ras zijn dat geen intrinsieke waarde heeft voor de commerciële plantaardige productie, mits dat ras een officieel erkende beschrijving heeft en het teeltmateriaal en de fruitgewassen op het Belgische grondgebied als CAC-materiaal in de handel worden gebracht en worden geïdentificeerd door middel van een verwijzing naar deze bepaling op het etiket en/of het document van de leverancier. § 3. Voor zover mogelijk moet ieder ras in alle lidstaten dezelfde benaming hebben, overeenkomstig de daartoe door de Europese Unie vastgestelde maatregelen of, bij gebrek, overeenkomstig aanvaarde internationale richtsnoeren. § 4. De rassen kunnen officieel geregistreerd worden indien gebleken is dat zij voldoen aan bepaalde officieel goedgekeurde voorwaarden en indien zij een officiële omschrijving hebben. Zij kunnen ook officieel worden geregistreerd indien hun materiaal reeds vóór 30 september 2012 op het grondgebied van de lidstaat in de handel is gebracht, op voorwaarde dat zij een officieel erkende beschrijving hebben.

Een genetisch gemodificeerd ras kan alleen officieel worden geregistreerd indien het genetisch gemodificeerde organisme waaruit het bestaat, overeenkomstig bovenvermeld koninklijk besluit van 21 februari 2005 of Verordening (EG) nr. 1829/2003 is toegelaten. Wanneer van fruitgewassen of van teeltmateriaal afgeleide producten bestemd zijn om te worden gebruikt als of in levensmiddelen in de zin van artikel 3 of als of in diervoeders in de zin van artikel 15 van dezelfde verordening, wordt het betrokken ras alleen officieel geregistreerd indien de van dit materiaal afgeleide levensmiddelen of diervoeders uit hoofde van die verordening zijn toegelaten. § 5. De eisen voor de in § 4 bedoelde officiële registratie worden door de Minister vastgesteld overeenkomstig de maatregelen aangenomen door de Europese Unie, en behelzen : 1° de voorwaarden voor officiële registratie die met name betrekking kunnen hebben op de eigenheid, bestendigheid en voldoende homogeniteit;2° de kenmerken die bij het onderzoek van de verschillende soorten ten minste dienen te worden onderzocht;3° de minimumeisen voor het verrichten van het onderzoek;4° de maximumperiode waarvoor de officiële registratie van een ras geldt.

Art. 9.Tijdens de groei, het rooien of het wegnemen van enten bij het uitgangsmateriaal worden teeltmateriaal en fruitgewassen in afzonderlijke partijen gehouden. Wanneer teeltmateriaal of fruitgewassen van verschillende oorsprong bij verpakking, opslag, vervoer of levering worden samengevoegd of gemengd, houdt de leverancier een register bij met de volgende gegevens : samenstelling van de partij en oorsprong van de samenstellende delen.

Art. 10.§ 1. Teeltmateriaal en fruitgewassen mogen slechts in voldoende homogene partijen in de handel worden gebracht indien zij : 1° hetzij gekwalificeerd zijn als CAC-materiaal en vergezeld gaan van een document dat door de leverancier is opgemaakt overeenkomstig de specifieke voorschriften vastgesteld overeenkomstig artikel 5.Wanneer op dit document een officiële verklaring voorkomt, moet deze duidelijk van de rest van de inhoud van het document gescheiden zijn, of 2° gekwalificeerd zijn als prebasismateriaal, basismateriaal of gecertificeerd materiaal en als zodanig gecertificeerd zijn door de Dienst in overeenstemming met de overeenkomstig artikel 5 vastgestelde specifieke voorschriften.In voorkomend geval bepaalt de Minister de voorschriften inzake het etiketteren en/of plomberen en verpakken van het teeltmateriaal en/of de fruitgewassen voor zover dergelijke voorschriften door de Europese Unie worden vastgesteld. § 2. Bij kleinhandel van teeltmateiaal en fruitgewassen aan een eindverbruiker die geen beroepsbeoefenaar is, kunnen de in § 1 bedoelde etiketteringsvoorschriften worden beperkt tot de noodzakelijke informatie betreffende het product. § 3. In het geval van teeltmateriaal of van een fruitgewas van een genetisch gemodificeerd ras moet op alle op het teeltmateriaal aangebrachte etiketten en op de bij het teeltmateriaal gevoegde begeleidende documenten in het kader van dit decreet, officieel of niet-officieel, duidelijk worden vermeld dat het een genetisch gemodificeerd ras betreft en moeten de eenduidige identificatienummers van de genetische wijzigingen vermeld worden. HOOFDSTUK V. - Ontheffingen

Art. 11.Artikel 10, § 1, is niet van toepassing op kleine producenten waarvan de volledige productie en verkoop van teeltmateriaal en fruitgewassen bestemd is voor uiteindelijk gebruik door personen op de lokale markt die niet beroepshalve betrokken zijn bij de productie van gewassen (lokaal verkeer). Het lokaal verkeer van teeltmateriaal en fruitgewassen geproduceerd door aldus vrijgestelde personen moet niet het voorwerp uitmaken van de controles en van de officiële inspectie bedoeld in artikel 14.

De Minister bepaalt in voorkomend geval de toepassingsmaatregelen betreffende andere eisen inzake de in het eerste lid bedoelde ontheffingen, in het bijzonder voor de begrippen "kleine producenten" en "lokale markt" en betreffende de procedures dienaangaande, voor zover dergelijke modaliteiten door de door de Europese Unie vastgesteld worden.

Art. 12.In geval van tijdelijke moeilijkheden bij de levering van teeltmateriaal of fruitgewassen die voldoen aan de eisen van dit besluit, als gevolg van natuurrampen of onvoorziene omstandigheden kan de Minister maatregelen aannemen die ertoe strekken het in de handel brengen van deze producten aan minder stringente eisen te onderwerpen, overeenkomstig de door de Europese Unie aangenomen maatregelen. HOOFDSTUK VI. - Teeltmateriaal en fruitgewassen die in derde landen zijn geproduceerd

Art. 13.Zolang de Europese Unie geen beslissing ter zake heeft genomen, bepaalt de Minister de voorwaarden voor de invoer van teeltmateriaal en fruitgewassen die buiten de Europese Unie worden geproduceerd. Die voorwaarden zijn tenminste gelijkwaardig aan de voorwaarden die op tijdelijke of permanente basis zijn opgenomen in de overeenkomstig artikel 5 aangenomen specifieke voorschriften. Indien in deze specifieke voorschriften niet in dergelijke voorwaarden is voorzien, dienen de voorwaarden voor de invoer tenminste gelijkwaardig te zijn aan de voorwaarden die gelden voor de productie op het grondgebied van het Waalse Gewest. HOOFDSTUK VII. - Controlemaatregelen

Art. 14.Teeltmateriaal en fruitgewassen worden tijdens de productie en het in de handel brengen officieel geïnspecteerd ten einde na te gaan of de eisen en voorwaarden van dit besluit in acht zijn genomen.

Daartoe heeft de Dienst op alle redelijke tijdstippen vrije toegang tot alle delen van de installaties van leveranciers. De controlemodaliteiten worden bepaald door de Minister, overeenkomstig de door de Europese Unie vastgestelde modaliteiten. De controleregels worden in verhouding gebracht met de categorie betrokken materiaal.

De Minister kan de in dit besluit bedoelde taken opdragen, te vervullen onder het gezag en de controle van de Dienst, aan elke publiek- of privaatrechtelijke rechtspersoon die krachtens zijn officieel erkende statuten uitsluitend belast is met specifieke opdrachten van openbaar nut, op voorwaarde dat die rechtspersoon en zijn leden geen persoonlijk voordeel halen uit het resultaat van de door hen getroffen maatregelen. Wanneer de controle gedelegeerd is, moet het controlereglement de instemming krijgen van de Dienst.

Art. 15.Er worden proeven of zo nodig tests op monsters uitgevoerd om na te gaan of het teeltmateriaal en de fruitgewassen voldoen aan de voorschriften en voorwaarden van dit besluit, met inbegrip van de fytosanitaire voorschriften.

Art. 16.§ 1. Wanneer bij de officiële inspectie bedoeld in artikel 14 of de proeven bedoeld in artikel 15 blijkt dat in de handel gebracht teeltmateriaal of fruitgewassen niet aan de eisen van dit besluit voldoen, neemt de Dienst elke passende maatregel om te bewerkstelligen dat deze producten aan deze bepalingen voldoen of, indien zulks niet mogelijk is, om het in de handel brengen in de Gemeenschap van teeltmateriaal of fruitgewassen die daar niet aan voldoen te verbieden. § 2. Wanneer blijkt dat teeltmateriaal of fruitgewassen die door een leverancier in de handel worden gebracht niet aan de eisen en voorwaarden van dit besluit voldoen, draagt de Dienst er zorg voor dat tegen deze leverancier passende maatregelen worden genomen. Wanneer deze leverancier teeltmateriaal of fruitgewassen niet in de handel mag brengen, stelt de Dienst de Commissie en de bevoegde nationale instanties van de lidstaten van de Europese Unie in kennis van dit verbod. Elke maatregel die tegen de leverancier wordt genomen, wordt ingetrokken zodra met voldoende zekerheid is vastgesteld dat teeltmateriaal of fruitgewassen bestemd om in de handel te worden gebracht door de leverancier in de toekomst zullen voldoen aan de eisen en voorwaarden van dit besluit. HOOFDSTUK VIII. - Algemene en slotbepalingen

Art. 17.De Minister kan wijzigingen aanbrengen in de lijst van de in bijlage vermelde geslachten en soorten, overeenkomstig de door de Europese Unie genomen beslissingen.

De Dienst stelt het controlereglement vast voor teeltmateriaal en fruitgewassen die op het grondgebied van het Waalse Gewest worden geproduceerd en bestemd zijn om in de handel te worden gebracht, overeenkomstig de bepalingen van dit besluit en van zijn uitvoeringsbesluiten.

Art. 18.De overtredingen van de bepalingen van dit besluit worden opgespoord, vastgesteld, vervolgd en gestraft overeenkomstig de bepalingen van de wet van 11 juli 1969 betreffende de bestrijdingsmiddelen en de grondstoffen voor de landbouw, tuinbouw, bosbouw en veeteelt. De bepalingen van het koninklijk besluit van 7 mei 2001 betreffende de administratieve geldboeten, bedoeld in artikel 10 van genoemde wet, zijn ook van toepassing. Voor de toepassing van dit besluit, is de aangewezen bevoegde ambtenaar de directeur-generaal van het Directoraat-generaal Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu van de Waalse Overheidsdienst en, bij verhindering, de ambtenaar die hem vervangt.

Art. 19.Tot en met 31 december 2018 wordt het in de handel brengen van teeltmateriaal en fruitgewassen toegelaten die afkomstig zijn van moederplanten die vóór 30 september 2012 bestonden en die vóór 31 december 2018 officieel gecertificeerd zijn of voldoen aan de voorwaarden om als CAC-materiaal te worden aangemerkt. Wanneer dat teeltmateriaal en die fruitgewassen in de handel worden gebracht, worden zij geïdentificeerd door middel van een verwijzing naar dit artikel op het etiket en/of het document. Na 31 december 2018 kunnen teeltmateriaal en fruitgewassen in de handel worden gebracht indien aan de voorschriften van dit besluit is voldaan

Art. 20.Dit besluit is van toepassing vanaf 30 september 2012. Bij dit besluit wordt het besluit van de Waalse Regering van 21 april 2005 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal van fruitgewassen, alsmede van fruitgewassen die voor de fruitteelt worden gebruikt, met ingang van 30 september 2012 opgeheven.

Art. 21.De Minister van Landbouw is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 23 april 2009.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme, B. LUTGEN

BIJLAGE I Lijst van geslachten en soorten waarvoor dit besluit van toepassing is Castanea sativa Mill.

Citrus L. Corylus avellana L. Cydonia oblonga Mill.

Ficus carica L. Fortunella Swingle Fragaria L. Juglans regia L. Malus Mill.

Olea europaea L. Pistacia vera L. Poncirus Raf.

Prunus amygdalus Batsch Prunus armeniacaL. Prunus avium (L.) L. Prunus cerasus L. Prunus domestica L. Prunus persica(L.) Batsch Prunus salicina Lindley Pyrus L. Ribes L. Rubus L. Vaccinium L. Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 23 april 2009 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal van fruitgewassen, alsmede van fruitgewassen die voor de fruitteelt worden gebruikt.

Namen, 23 april 2009.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme, B. LUTGEN

^