Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 08 mei 2018
gepubliceerd op 01 juni 2018

Koninklijk besluit tot bepaling van de lijst van de gegevens en informatie die geraadpleegd kunnen worden in het kader van de uitvoering van een veiligheidsverificatie

bron
federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister, federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking, federale overheidsdienst binnenlandse zaken, federale overheidsdienst justitie en ministerie van landsverdediging
numac
2018030937
pub.
01/06/2018
prom.
08/05/2018
ELI
eli/besluit/2018/05/08/2018030937/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

8 MEI 2018. - Koninklijk besluit tot bepaling van de lijst van de gegevens en informatie die geraadpleegd kunnen worden in het kader van de uitvoering van een veiligheidsverificatie


VERSLAG AAN DE KONING Sire, Het ontwerp van besluit waarvan wij de eer hebben het ter ondertekening aan Uwe Majesteit voor te leggen kadert in de ten uitvoerlegging van de wet van 23 februari 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 23/02/2018 pub. 01/06/2018 numac 2018031156 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen sluiten tot wijziging van de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 03/02/1999 numac 1999009051 bron ministerie van justitie Wet tot omzetting van de richtlijn 95/46/EG van 24 oktober 1995 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrij verkeer van die gegevens type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen sluiten betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen, (hierna "WVM") met betrekking tot het gewijzigde artikel 22sexies, § 1.

De wettelijke opdracht die de WVM toekent aan de 'veiligheidsoverheden', zoals gedefinieerd in artikel 22ter dat de overheid bedoeld in artikel 15, eerste lid en de aangewezen veiligheidsoverheden vermeldt, bestaat erin de veiligheidsmachtigingen of veiligheidsadviezen af te leveren of in te trekken die vereist zijn door de WVM of gevraagd worden door een bestuurlijke overheid voor de toelating tot de toegang tot bepaalde lokalen, gebouwen en terreinen waar zich geclassificeerde of 'gecategoriseerde' informatie, materieel of materialen bevinden, met toepassing van artikel 17ter van de wet van 15 april 1994Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/04/1994 pub. 14/10/2011 numac 2011000621 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en betreffende het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle. - Officieuze coördinatie in het Duits type wet prom. 15/04/1994 pub. 19/03/2013 numac 2013000145 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en betreffende het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle. - Duitse vertaling. - Erratum type wet prom. 15/04/1994 pub. 25/08/2017 numac 2017031028 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en betreffende het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle. - Officieuse coördinatie in het Duits. - Erratum sluiten betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en betreffende het Federaal Agentschap voor de Nucleaire Controle, of voor de toelating tot de uitoefening van een bepaald beroep, functie, opdracht of mandaat.

Die veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen worden door de veiligheidsoverheden afgeleverd nadat een veiligheidsverificatie is uitgevoerd. Op basis hiervan moeten die overheden bepalen of het individu voor wie de toegang tot lokalen, gebouwen en terreinen waar zich geclassificeerde of 'gecategoriseerde' informatie, materieel of materialen bevinden of tot dergelijke documenten, of die een beroep, functie, opdracht of mandaat uitoefent, wordt gevraagd, voldoende veiligheidsgaranties biedt om de openbare orde, de veiligheid of de bescherming van de fysieke integriteit van de personen te garanderen of geen mogelijke dreiging vormt zoals voorzien in artikel 8, 1° van de wet van 30 november 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 30/11/1998 pub. 18/12/1998 numac 1998007272 bron ministerie van landsverdediging Wet houdende regeling van de inlichtingen- en veiligheidsdienst sluiten houdende regeling van de inlichtingen- en veiligheidsdienst of artikel 12 van de WVM. In tegenstelling tot de veiligheidsonderzoeken die worden uitgevoerd in het kader van de machtigingsaanvragen, waarvoor de veiligheidsoverheid zoals gedefinieerd in artikel 15, eerste lid van de WVM, en de onderzoeksdiensten over uitgebreide onderzoeksmiddelen en een termijn van meerdere maanden naargelang van het niveau van de veiligheidsmachtiging beschikken, moeten de veiligheidsverificaties binnen een zeer korte termijn worden uitgevoerd. Ze zijn bovendien beperkt tot de consultatie en de evaluatie van gegevens en informatie zoals bepaald in artikel 22sexies van de WVM. Er bestaan verschillende categorieën van gegevens en informatie waarover de veiligheidsoverheden beschikken. Naast de gegevens en informatie bedoeld in artikel 22sexies § 1, eerste lid, 1° en 2° van de WVM, maken nog andere gegevens en informatie, hernomen in de punten 3° tot 5, waarvan moet worden vastgesteld of ze geschikt, relevant en niet-excessief zijn, het voorwerp uit van een consultatie en een evaluatie die, teneinde het proportionaliteitsprincipe met betrekking tot het doeleinde beoogd door de veiligheidsverificatie te respecteren, al dan niet systematisch worden uitgevoerd. Alsook, enkel de gegevens en informatie die hernomen worden onder 1° tot 4° maken het onderwerp uit van een systematische consultatie en evaluatie. Zij die het onderwerp uitmaken van 5°, worden niet geconsulteerd of geëvalueerd behalve wanneer ze pertinent en adequaat blijken om een veiligheidsverificatie in uitvoeren te completeren.

Artikel 8 van de wet van 23 februari 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 23/02/2018 pub. 01/06/2018 numac 2018031156 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen sluiten tot wijziging van de WVM legt voortaan op dat een lijst moet worden opgesteld van die andere gegevens en informatie. Deze lijst wordt bepaald in de artikelen 1 tot 3 van het koninklijk besluit dat u wordt voorgelegd.

Gelet op de snelle ontwikkeling van de maatschappij en van de beschikbare technische middelen enerzijds en de nieuwe terroristische dreigingen en ten aanzien van de openbare veiligheid anderzijds, zal dit koninklijk besluit mettertijd en naargelang van de evoluties aangepast moeten worden om zo volledig mogelijke veiligheidsverificaties mogelijk te maken, die steeds op relevante gegevens en informatie berusten ten opzichte van het doeleinde van die veiligheidsverificaties.

Artikelsgewijze commentaar Artikel 1 Artikel 22sexies, § 1, eerste lid, 3° van WVM bepaalt dat internationale politionele gegevensbanken geraadpleegd en geëvalueerd worden in het kader van de veiligheidsverificaties.

De gegevens en informatie met betrekking tot de betrokken personen zijn afkomstig van: 1° het Schengeninformatiesysteem.Deze gegevensbank bevat de identificatie van de gezochte, vermiste, van het Schengengrondgebied te verwijderen personen, alsook de identificatie van de gestolen, verduisterde, verdachte, op het Schengengrondgebied op te sporen vervoersmiddelen en voorwerpen op grond artikel 24 Verordening (EG) nr. 1987/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II). 2° een gegevensbank opgericht binnen de Internationale Organisatie voor Criminele Politie Interpol die de identificatie van internationaal gesignaleerde personen bevat met het oog op hun aanhouding, identificatie of lokalisatie volgens het reglement van Interpol met betrekking tot de dataverwerking III/IRPD/GA/2011. Wat de Schengen-gegevensbank betreft, worden enkel de gegevens met betrekking tot de verdachten of daders geraadpleegd door de Federale Politie. Deze laatste is een autoriteit die toestemming heeft en hernomen wordt in de Lijst van de tot directe bevraging van de in het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) opgenomen gegevens overeenkomstig artikel 31, lid 8, van Verordening (EG) nr. 1987/2006 van het Europees Parlement en de Raad en artikel 46, lid 8 van Besluit 2007/533/JBZ van de Raad betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (2017/C 228/01).

Naar aanleiding van het advies 25/2018 van de Commissie voor de Bescherming van de Persoonlijke Levenssfeer van 21 maart 2018 (hierna: "advies 25/2018"), punt 12-15, wordt verduidelijkt dat de signaleringen met betrekking tot getuigen in het kader van een gerechtelijke procedure worden niet geconsulteerd. Enkel de gegevens met betrekking tot verdachten, daders en verdwenen personen worden door de Federale Politie geconsulteerd. Wat betreft de verdwenen personen is het belangrijk om, in het kader van de openbare veiligheid, vast te stellen wanneer persoonsgegevens van een verdwenen persoon gebruikt worden of het gebruik door de persoon zelf betreft of dat het identiteitsdiefstal betreft. Wat de Interpol-gegevensbanken betreft, is de veiligheidsverificatie uitsluitend gebaseerd op de raadpleging van de gegevensbank 'Nominals'.

De raadpleging van die gegevensbanken en de evaluatie van de gegevens verschaffen essentiële informatie betreffende de in België verblijvende en niet in België verblijvende gesignaleerde personen om de te nemen maatregel ten aanzien van hen te kunnen uitvoeren. Deze gegevens zullen een grote invloed hebben op het advies of de beslissing die de veiligheidsoverheid zal nemen wat de waarborgen betreft die een persoon moet bieden die toegang wil krijgen tot de lokalen, gebouwen en terreinen waar zich geclassificeerde of gecategoriseerde informatie, materieel of materialen bevinden of die een beroep, functie, opdracht of mandaat wil uitoefenen zoals bepaald in artikel 22quinquies.

Artikel 2 Artikel 22sexies, § 1, eerste lid, 4° bevat de gegevens en informatie bedoeld in de artikelen 44/1 en 44/2 van de wet op het politieambt die de politiediensten meedelen met toestemming van de gerechtelijke overheden wat de gerechtelijke gegevens betreft.

Deze gegevens en informatie zijn opgenomen in: 1° de Algemene Nationale Gegevensbank zoals vermeld in artikel 44/2, tweede lid, 1° en enkel de persoonsgegevens bedoeld in artikel 44/5, § 1, 2° tot 6° en § 3, 1°, 2°, 5° en 6° van de wet op het politieambt uitgezonderd de persoonsgegevens die betrekking hebben op inbreuken bedoeld in artikel 2 van de wet van 2024 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties. De Algemene Nationale Gegevensbank bevat alle persoonsgebonden gegevens van bestuurlijke en gerechtelijke politie.

De inhoud, de procedure voor de voeding en verwerking van de gegevens van de ANG zijn duidelijk en nauwkeurig bepaald in de artikelen 44/5 en volgende van de wet op het politieambt en in de omzendbrief MFO3.

De informatie en gegevens die in aanmerking komen voor de veiligheidsverificaties zijn beperkt tot de hierboven bedoelde aangezien ze enkel verdachte personen of daders betreffen. Enkel de relevantie informatie wordt beoogd. De gegevens en informatie betreffende de getuigen en slachtoffers zijn uitgesloten uit het toepassingsgebied en kunnen niet worden gebruikt.

Deze gegevensbank wordt systematisch geraadpleegd in het kader van de veiligheidsverificaties. Deze raadpleging houdt in dat de processen-verbaal en de daarmee verband houdende verslagen worden gelezen wanneer dat nodig blijkt ten aanzien van de informatie die in de ANG wordt gevonden. Dit maakt een nauwkeurige evaluatie van het dossier mogelijk. Naar aanleiding van het advies 25/2018, punt 18, wordt verduidelijkt dat de betrokken politie diensten de gerechtelijke overheden zullen consulteren om vast te stellen welk gevolg er gegeven werd aan het dossier teneinde de evaluatie te kunnen vervolledigen. De verwerking van gerechtelijke gegevens mag geen afbreuk doen aan lopende gerechtelijke of opsporingsonderzoeken.

Teneinde de efficiëntie en de uniformiteit van de consulatie door de gerechtelijke politiediensten te garanderen, gebeurd deze op basis van de richtlijnen van het College van procureurs-generaal (Omzendbrief nr. COL 11/2005 van het College procureurs-generaal bij het Hof van beroep betreffende de classificatie en veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen van informatieverstrekking door de gerechtelijke overheden).

Van alle persoonsgegevens die in de Algemene Nationale Gegevensbank zijn opgenomen, zijn de biometrische gegevens (vingerafdrukken, iris ...) in bepaalde gevallen onontbeerlijk.

Om te weten of de personen die het voorwerp uitmaken van een veiligheidsverificatie bekend zijn in de verschillende gegevensbanken waartoe de veiligheidsoverheid toegang heeft, moeten ze eerst geïdentificeerd worden, wat voor Belgen mogelijk is via het Rijksregister, maar moeilijker is voor buitenlanders, want er bestaat geen equivalent voor het Belgische Rijksregister.

Een toegang tot biometrische gegevens maakt een zekere identificatie mogelijk wanneer de identiteitsdocumenten die sommige landen uitreiken niet betrouwbaar zijn. Die biometrische gegevens maken het ook mogelijk om naamgenoten van elkaar te onderscheiden. Naar aanleiding van het advies 25/2018, punt 19, wordt verduidelijkt dat de Federale Politie de biometrische gegevens slechts zal raadplegen wanneer er zich met betrekking tot een betrokkene die het voorwerp van een veiligheidsverificatie uitmaakt een probleem van identificatie voordoet.

Wat betreft de Algemene Dienst Inlichtingen en de Veiligheid van de Krijgsmacht kan de raadpleging van biometrische gegevens nodig zijn daar zij ook veiligheidsverificaties in het buitenland uitvoeren, meer bepaald voor de toegang tot operationele zones. In bepaalde delen van de wereld is het nodig om te evalueren of een bijkomende identificatie niet noodzakelijk is.

Gezien de beperkte termijnen om een veiligheidsverificatie uit te voeren is een vraag inzake echtheid van documenten, zoals wordt voorgesteld door de Commissie, niet mogelijk in alle gevallen.

Daarentegen kan de consultatie van biometrische gegevens noodzakelijk zijn zelfs wanneer de identificatie van een persoon die het onderwerp uitmaakt van de veiligheidsverificatie geen probleem stelt, maar, het is mogelijk dat de Politie de vingerafdruk van deze persoon heeft teruggevonden in het kader van een aanslag, zonder deze ten tijde van de aanslag aan de persoon te kunnen linken. In deze situatie is het enkel het biometrische gegeven dat toelaat om de persoon aan de aanslag te linken. 2° de bijzondere operationele politionele gegevensbank gelinkt aan terrorisme, radicalisme en extremisme, die wordt beheerd door de Centrale directie van de bestrijding van de georganiseerde criminaliteit. In toepassing van het artikel 44/11/3 van de wet op het politieambt, werd deze gegevensbank opgericht en aangekondigd aan het Controleorgaan op de politionele informatie om de informatie te coördineren die verwerkt wordt door de politiediensten en de internationale partners die belast zijn met de strijd tegen het terrorisme, extremisme en radicalisme.

De specifieke informatie en gegevens die deze gegevensbank bevat, zijn afkomstig van verschillende partners, zowel binnen de politie als internationale partners, die belast zijn met de strijd tegen het terrorisme, extremisme en radicalisme.

Deze gegevensbank bevat gegevens en informatie in verband met terrorisme, radicalisme en extremisme die niet in de ANG geregistreerd worden. De raadpleging van die gegevens in het kader van de veiligheidsverificaties is van essentieel belang om na te gaan of de persoon die het voorwerp uitmaakt van de verificatie bekendstaat voor links met terrorisme, radicalisme of extremisme en al dan niet een mogelijke dreiging vormt zoals beschreven in de artikelen 22bis en 22quinquies van de wet. Enkel de gegevens betreffende de personen die als verdachte of dader betrokken zijn, worden in deze context geraadpleegd. 3° de gemeenschappelijke gegevensbanken bedoeld in artikel 44/2, § 2 en opgericht in het kader van de voorkoming en de opvolging van terrorisme en extremisme wanneer het kan leiden tot terrorisme. Die gegevensbanken bevatten informatie op basis waarvan terrorisme en radicalisme kan worden voorkomen en opgevolgd. In het kader van een veiligheidsverificatie moet het aspect potentialiteit van een dreiging in de zin van artikel 8, 1° van de wet van 30 november 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 30/11/1998 pub. 18/12/1998 numac 1998007272 bron ministerie van landsverdediging Wet houdende regeling van de inlichtingen- en veiligheidsdienst sluiten houdende regeling van de inlichtingen en veiligheidsdiensten of van artikel 12 van de WVM in aanmerking worden genomen wanneer geëvalueerd wordt of een veiligheidsattest of een veiligheidsadvies al dan niet wordt toegekend. Enkel de gegevens betreffende de personen die als verdachte of dader betrokken zijn, worden in deze context geraadpleegd.

Artikel 3 Artikel 22sexies, § 1, eerste lid, 5° heeft betrekking op de andere gegevens en informatie die geëvalueerd moet worden in het kader van de veiligheidsverificaties.

Het betreft de gegevens en informatie met betrekking tot de betrokken personen die afkomstig zijn uit: 1° de identificatiegegevens, de gegevens betreffende de externe rechtspositie en de gerechtelijke gegevens van (voormalige) gedetineerden verwerkt door de Federale Overheidsdienst Justitie in het kader van zijn opdrachten betreffende de tenuitvoerlegging van vrijheidsbenemende straffen en maatregelen en het beheer van de inrichtingen waarin deze tenuitvoerlegging plaatsvindt. De raadpleging van deze categorieën van gegevens laat toe te beschikken over precieze en actuele informatie betreffende de personen die in België gedetineerd zijn of waren en worden in aanmerking genomen bij de evaluatie van het risico dat de persoon vormt die aan de veiligheidsverificatie wordt onderworpen.

Naar aanleiding van het advies 25/2018, punt 26, wordt verduidelijkt in het laatste lid van art. 3 dat het de leden van de Nationale Overheid bedoeld in artikel 21 van het koninklijk besluit van 24 maart 2000Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/03/2000 pub. 31/03/2000 numac 1999021596 bron diensten van de eerste minister, ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en internationale samenwerking, van binnenlandse zaken, van landsverdediging en van justitie Koninklijk besluit tot uitvoering van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen sluiten tot uitvoering van de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 03/02/1999 numac 1999009051 bron ministerie van justitie Wet tot omzetting van de richtlijn 95/46/EG van 24 oktober 1995 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrij verkeer van die gegevens type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen sluiten betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen zijn die de bovenstaande gegevens en informatie raadplegen. 2° het Kadaster Limosa van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid Het kadaster LIMOSA bevat de aangiften van de werkgever betreffende de woonplaats van de buitenlandse werknemer in België.Aangezien het voor de veiligheidsverificatie van essentieel belang is om te weten waar de buitenlandse werknemers zonder woonplaats in België verblijven om de brief betreffende hun verzoek tot veiligheidsattest naar hen te kunnen sturen, kan het nodig zijn om de gegevens betreffende de betrokken personen te raadplegen indien de veiligheidsoverheid niet over deze inlichting beschikt of indien er twijfel bestaat over de juistheid van deze inlichting.

Volgend op opmerking 2 in het advies 62.920/2 van 26 februari 2018 van de Raad van State, met betrekking tot artikel 3, 2°, van dit besluit wordt de verwijzing naar de machtigingen toegekend door het Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid, bedoeld in artikel 15 van de wet van 15 januari 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/01/1990 pub. 08/07/2010 numac 2010000396 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, ingevoegd.

Deze machtigingen werden gegeven op: o 5 juli 2016 in de machtiging SCSZG/16/148 met betrekking tot de elektronische mededeling van persoonsgegevens aan de politiediensten door middel van de webtoepassing DOLSIS; o 2 april 2013 in de machtiging CSSS/13/89 met betrekking tot de elektronische mededeling van persoonsgegevens aan de Veiligheid van de Staat door middel van de webtoepassing DOLSIS; o 4 oktober 2016 in de machtiging CSSSS/16/206 met betrekking tot de toegang tot de databank bevattende persoonsgegevens door het Openbaar Ministerie.

Naar aanleiding van het advies 25/2018, punten 28 en 29, wordt verduidelijkt dat de consultatie van deze gegevens noodzakelijk is, bijvoorbeeld wanneer werknemers afkomstig uit een EU lidstaat tijdens een korte periode werken komen uitvoeren voor de EU, of in het kader van technische correcties aan de nucleaire centrales. Deze gegevens worden verzameld door de Federale Politie in het kader van verificaties uitgevoerd in het kader van veiligheidsverificaties uitgevoerd door de Nationale Veiligheidsoverheid of door het FANC, de ADCC of de Federale Politie wanneer zij optreden als veiligheidsoverheid. 3° de informatie bezorgd door het Directoraat-generaal Luchtvaart (DGLV) Het DGLV ontvangt als bevoegde overheid informatie van de stakeholders in verband met de veiligheid van de burgerluchtvaart.Het gaat onder andere om de informatie afkomstig van de Security managers of van de personen die actief zijn in de burgerluchtvaart betreffende het gedrag van bepaalde mensen en de incidenten die een invloed op de veiligheid hebben. 4° de databank e-PV bedoeld in artikel 100/6, vierde lid, 1° van het Sociaal Strafwetboek. De raadpleging van de databank e-PV bedoeld in artikel 100/6 van het Sociaal Strafwetboek moet overwogen worden om te evalueren of de betrokken persoon niet verdacht wordt van een inbreuk inzake de bestrijding van illegale arbeid en/of sociale fraude.

De veiligheidsoverheden moeten met deze gegevens en informatie rekening kunnen houden bij de risicoanalyse met het oog op het afgeven van een veiligheidsadvies of veiligheidsattest.

Ook de databank e-PV is, net als het kadaster Limosa bedoeld in 2°, onderworpen aan een machtiging van het Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid, bedoeld in artikel 15 van de wet van 15 januari 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/01/1990 pub. 08/07/2010 numac 2010000396 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid. Deze machtiging wordt dan ook aangevraagd. Deze bepaling zal dan ook, via ministerieel besluit, pas in werking kunnen treden wanneer de machtiging werd toegekend.

Naar aanleiding van het advies 25/2018, punt 33, wordt verduidelijkt dat de machtiging werd aangevraagd aan het bovenvermelde Sectoraal Comité ten gunste van de Federale Politie, de Veiligheid van de Staat en de Algemene Dienst Inlichtingen en Veiligheid. 5° informatie van het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle De gegevens en informatie betreffende de analyse van het risico op nucleaire proliferatie of het risico op sabotage of betreffende feiten die kunnen leiden tot ernstige twijfels over de betrouwbaarheid van de betrokken persoon en waarvan de directeur-generaal van het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle of zijn afgevaardigde die verantwoordelijk is voor de afdeling van het Agentschap die bevoegd is voor de veiligheid, moeten door het FANC geraadpleegd kunnen worden. Die informatie of die gegevens, ongeacht of ze algemeen of meer specifiek en individueel zijn, vullen de informatie en gegevens aan die vermeld zijn in artikel 22sexies, § 1, 1° tot 4° en die aan de directeur-generaal of zijn afgevaardigde bezorgd kunnen zijn of waarvan de samenvatting bezorgd kan zijn door de inlichtingen- en veiligheidsdiensten of de gerechtelijke overheden. Het is absoluut noodzakelijk dat ze gebruikt kunnen worden om de motieven van de directeur-generaal of zijn afgevaardigde te staven om een veiligheidsattest toe te kennen of te weigeren, of in voorkomend geval, dat ze op zich deze toekenning of weigering kunnen motiveren.

Naar aanleiding van het advies 25/2018, punt 36, wordt verduidelijkt dat de informatie bedoeld in 5° hoofdzakelijk bedoeld is voor het FANC als veiligheidsoverheid. Deze gegevens mogen evenwel ook verstrekt worden in het kader van de uitvoering van andere veiligheidsverificaties. Hierbij het voorbeeld van een werknemer in de nucleaire sector die ook werken uitvoert in een andere technische omgeving waar een verificatie vereist is. Indien er feitengekend zijn bij het FANC, moeten deze gegevens ook in de andere procedures gebruikt worden.

Artikel 4 Artikel 4 bepaalt wanneer het besluit in werking treedt. Het besluit treedt, net als de wet die ze uitvoert, in werking de dag van haar publicatie in het Belgisch Staatsblad. Dit met uitzondering vanartikel 3, 4°, dat in werking treedt op de dag die wordt bepaald door de minister bevoegd voor Buitenlandse zaken. Dit zal niet zijn alvorens de machtiging van het Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid, bedoeld in artikel 15 van de wet van 15 januari 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/01/1990 pub. 08/07/2010 numac 2010000396 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, toegekend is voor de raadpleging van de e-PV databank.

Ik heb de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Eerste Minister, Ch. MICHEL De Minister van Justitie, K. GEENS De Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, J. JAMBON De Minister van Buitenlandse Zaken en Europese Zaken, D. REYNDERS De Minister van Defensie, S. VANDEPUT

Raad van State, afdeling Wetgeving advies 62.921/2 van 26 februari 2018 over een ontwerp van koninklijk besluit `tot vaststelling van de bedragen van de retributies die verschuldigd zijn voor de veiligheidsmachtigingen, voor de veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen afgegeven door de Nationale Veiligheidsoverheid en voor de veiligheidsattesten afgegeven door het Federale Agentschap voor Nucleaire Controle alsook van de verdeelsleutels bedoeld in artikel 22septies, zesde en achtste lid, van de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 03/02/1999 numac 1999009051 bron ministerie van justitie Wet tot omzetting van de richtlijn 95/46/EG van 24 oktober 1995 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrij verkeer van die gegevens type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen sluiten betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen' Op 31 januari 2018 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de Vice-Eersteminister en Minister van Buitenlandse en Europese Zaken, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen verzocht binnen een termijn van dertig dagen een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit `tot vaststelling van de bedragen van de retributies die verschuldigd zijn voor de veiligheidsmachtigingen, voor de veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen afgegeven door de Nationale Veiligheidsoverheid en voor de veiligheidsattesten afgegeven door het Federale Agentschap voor Nucleaire Controle alsook van de verdeelsleutels bedoeld in artikel 22septies, zesde en achtste lid, van de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 03/02/1999 numac 1999009051 bron ministerie van justitie Wet tot omzetting van de richtlijn 95/46/EG van 24 oktober 1995 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrij verkeer van die gegevens type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen sluiten betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen'.

Het ontwerp is door de tweede kamer onderzocht op 26 februari 2018.

De kamer was samengesteld uit Pierre Vandernoot, kamervoorzitter, Luc Detroux en Wanda Vogel, staatsraden, Christian Behrendt en Jacques Englebert, assessoren, en Béatrice Drapier, griffier.

Het verslag is uitgebracht door Jean-Baptiste Levaux, auditeur.

Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 26 februari 2018 .

Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten `op de Raad van State', gecoördineerd op 12 januari 1973, beperkt de afdeling Wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen voorafgaande vormvereisten.

Wat die drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de volgende opmerkingen.

Bijzondere opmerkingen Aanhef 1. Doordat artikel 22septies van de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 03/02/1999 numac 1999009051 bron ministerie van justitie Wet tot omzetting van de richtlijn 95/46/EG van 24 oktober 1995 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrij verkeer van die gegevens type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen sluiten `betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen' volledig vervangen wordt bij de op 18 januari 2018 aangenomen wet `houdende wijziging van de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 03/02/1999 numac 1999009051 bron ministerie van justitie Wet tot omzetting van de richtlijn 95/46/EG van 24 oktober 1995 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrij verkeer van die gegevens type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen sluiten betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen', dient in het tweede lid niet vermeld te worden dat deze bepaling ingevoegd is bij de programmawet (I) van 27 december 2006. Er moet daarentegen aangegeven worden dat dit artikel 22septies "vervangen" is bij de voormelde wet. 2. In de aanhef dient melding gemaakt te worden van onder andere de teksten die bij het ontworpen besluit opgeheven worden.(1) Doordat artikel 8 van het ontwerp strekt tot opheffing van het koninklijk besluit van 4 september 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 04/09/2013 pub. 07/10/2013 numac 2013015213 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Koninklijk besluit tot vaststelling van de bedragen van de retributies die verschuldigd zijn voor het afgeven van veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen sluiten `tot vaststelling van de bedragen van de retributies die verschuldigd zijn voor het afgeven van veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen', moet in een nieuw lid van de aanhef naar dat besluit verwezen worden.

De griffier, Béatrice Drapier De voorzitter, Pierre Vandernoot _______ Nota (1) Beginselen van de wetgevingstechniek - Handleiding voor het opstellen van wetgevende en reglementaire teksten, www.raadvst-consetat.be, tab "Wetgevingstechniek", aanbeveling 29.

8 MEI 2018. - Koninklijk besluit tot bepaling van de lijst van de gegevens en informatie die geraadpleegd kunnen worden in het kader van de uitvoering van een veiligheidsverificatie FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 03/02/1999 numac 1999009051 bron ministerie van justitie Wet tot omzetting van de richtlijn 95/46/EG van 24 oktober 1995 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrij verkeer van die gegevens type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen sluiten betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen, artikel 22sexies, § 1, tweede lid, ingevoegd door de wet van 23 februari 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 23/02/2018 pub. 01/06/2018 numac 2018031156 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen sluiten;

Gelet op het advies van de Nationale Veiligheidsraad, gegeven op 18 december 2017;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën van de Eerste Minister, gegeven op 20 december 2017, het advies van de Inspecteur van Financiën van de Vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken en Europese Zaken, gegeven op 13 december 2017, het advies van de Inspecteur van Financiën van de Vice-eerste minister, minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, gegeven op 12 december 2017, het advies van de Inspecteur van Financiën van de Minister van Justitie gegeven op 15 december 2017, het advies van de Inspecteur van Financiën van de Minister van Defensie gegeven op 13 december 2017, het advies van de Inspecteur van Financiën van de Federale Politie gegeven op 13 december 2017;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 22 januari 2018;

Gelet op het advies 25/2018 van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, gegeven op 21 maart 2018;

Gelet op het advies 62.920/2 van de Raad van State, gegeven op 26 februari 2018;

Gelet op het artikel 8 van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging sluiten houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging, is deze wet (/dit besluit) vrijgesteld van een regelgevingsimpactanalyse omdat het bepalingen inzake nationale veiligheid (of van openbare orde) betreft;

Op de voordracht van de Eerste Minister, de Vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken en Europese Zaken, de Vicepremier, minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, de Minister van Justitie, de Minister van Defensie en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De gegevens en informatie bedoeld in artikel 22sexies, § 1, eerste lid, 3° van de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 03/02/1999 numac 1999009051 bron ministerie van justitie Wet tot omzetting van de richtlijn 95/46/EG van 24 oktober 1995 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrij verkeer van die gegevens type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen sluiten betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen zijn de volgende: 1° de persoonsgegevens en informatie die verwerkt worden in het Schengeninformatiesysteem bedoeld in artikel 24 Verordening (EG) nr. 1987/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II); 2° de gegevens en informatie met betrekking tot de personen voor wie een signalering met het oog op hun aanhouding, lokalisatie of identificatie ingevoerd is in de gegevensbank opgericht binnen de Internationale organisatie voor Criminele Politie Interpol volgens het reglement van Interpol met betrekking tot de dataverwerking III/IRPD/GA/2011. De raadpleging van deze gegevens en informatie heeft als doel om de maatregelen te bepalen die tegen de betrokken personen genomen moeten worden. De signaleringen, uitgevoerd door alle Belgische en buitenlandse politiediensten die aan de overeenkomsten gebonden zijn en opgenomen in deze gegevensbanken, zijn nodig om het risico te evalueren dat een persoon vormt tegen wie maatregelen genomen moeten worden. Enkel de gegevens met betrekking tot verdachten, daders en verdwenen personen worden door de federale politie geconsulteerd.

Art. 2.De gegevens en informatie bedoeld in artikel 22sexies, § 1, eerste lid, 4° van de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 03/02/1999 numac 1999009051 bron ministerie van justitie Wet tot omzetting van de richtlijn 95/46/EG van 24 oktober 1995 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrij verkeer van die gegevens type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen sluiten betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen zijn de volgende: 1° de Algemene Nationale Gegevensbank zoals nader bepaald in artikel 44/2, § 1, tweede lid, 1° en enkel de persoonsgegevens bedoeld in artikel 44/5, § 1, 2° tot 6° en § 3, 1°, 2°, 5° en 6° van de wet op het politieambt uitgezonderd de persoonsgegevens die betrekking hebben op inbreuken bedoeld in artikel 2 van de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties. De raadpleging van de hierboven bedoelde gegevens en informatie laat toe om de feiten, misdrijven en te nemen maatregelen op het gebied van bestuurlijke en gerechtelijke politie vastgesteld en gedeeld met alle leden van de Belgische politiediensten te identificeren.

De kennisname van de aldus bepaalde processen-verbaal, verslagen en andere informatie is noodzakelijk opdat de veiligheidsoverheden het risico kunnen evalueren. De betrokken politiediensten zullen de gerechtelijke overheden consulteren om vast te stellen welk gevolg er aan het dossier werd gegeven teneinde de evaluatie te kunnen vervolledigen en, indien nodig deze bij te werken. 2° de persoonsgegevens en informatie in verband met terrorisme, radicalisme en extremisme die verwerkt worden in de bijzondere operationele politionele gegevensbank, die ontwikkeld werd en beheerd wordt door de Centrale directie van de bestrijding van de zware en georganiseerde criminaliteit, in toepassing van artikel 44/11/3 van de wet op het politieambt. De informatie uit deze gegevensbank vult de informatie aan die in de Algemene Nationale Gegevensbank opgenomen is. Ze levert ook essentiële elementen over eventuele banden van de betrokken personen met het terroristische, radicale of extremistische milieu. Een evaluatie van deze gegevens is nodig om de risico's voor de veiligheid of een mogelijke dreiging vast te stellen. 3° de persoonsgegevens en informatie die verwerkt worden in de gemeenschappelijke gegevensbanken, bedoeld in artikel 44/2, § 2 en opgericht in het kader van de voorkoming en de opvolging van terrorisme en extremisme wanneer dat tot terrorisme kan leiden. Deze gegevensbanken bevatten persoonsgegevens en informatie op basis waarvan een analyse gemaakt kan worden van de eventuele terroristische dreiging die uitgaat van de personen die het voorwerp uitmaken van de veiligheidsverificatie. De veiligheidsoverheden moeten over deze gegevens en informatie beschikken om een specifieke evaluatie te maken over de mogelijke banden van de betrokken personen met het terroristische milieu en/of het extremistische milieu dat tot terrorisme kan leiden.

Art. 3.De gegevens en informatie bedoeld in artikel 22sexies, § 1, eerste lid, 5° van de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 03/02/1999 numac 1999009051 bron ministerie van justitie Wet tot omzetting van de richtlijn 95/46/EG van 24 oktober 1995 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrij verkeer van die gegevens type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen sluiten betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen zijn de volgende: 1° de gegevens en informatie met betrekking tot de identificatie, de externe rechtspositie en de gerechtelijke gegevens van de personen die gedetineerd zijn of waren, verwerkt door de Federale Overheidsdienst Justitie in het kader van zijn opdrachten betreffende de tenuitvoerlegging van vrijheidsbenemende straffen en maatregelen en het beheer van de inrichtingen waarin deze tenuitvoerlegging plaatsvindt. De raadpleging van deze gegevens en informatie verschaft precieze elementen die ze in aanmerking moet nemen bij de evaluatie van het risico in verband met de situatie van de betrokken personen. 2° de gegevens met betrekking tot de betrokken personen die opgenomen zijn in de gegevensbank bedoeld in artikel 163 van de programma wet (I) van 27 december 2006 ("kadaster Limosa" genaamd). Via deze gegevens is het mogelijk om de verblijfplaats te bepalen van een buitenlandse werknemer zonder woonplaats in België en om aldus de gegevens te controleren die de betrokken persoon heeft verstrekt en om hem indien nodig een eventuele weigering te kunnen meedelen. 3° de persoonsgegevens en informatie met betrekking tot de veiligheid van de burgerluchtvaart die het Directoraat-generaal Luchtvaart aan de Nationale Veiligheidsoverheid verstrekt. Deze informatie heeft betrekking op de veiligheidsincidenten in verband met de wetgeving over de veiligheid van de burgerluchtvaart die zowel door het luchthavenpersoneel als de passagiers veroorzaakt worden.

Op basis van deze informatie over gepleegde feiten is het mogelijk om het risico te evalueren dat de betrokken personen vormen. 4° de gegevens en informatie met betrekking tot de verdachten bedoeld in artikel 100/6, vierde lid, 1° van het Sociaal Strafwetboek die opgenomen zijn in de databank e-PV. Er moet rekening worden gehouden met deze gegevens en informatie die verzameld werden in het kader van de bestrijding van illegale arbeid en sociale fraude om te evalueren of de betrokken persoon niet verdacht wordt van een misdrijf inzake illegale arbeid en/of sociale fraude. 5° de persoonsgegevens en informatie waarover het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle in het kader van zijn opdrachten beschikt, in het bijzonder de inspecties en de analyse van het risico op nucleaire proliferatie. Deze informatie kan aanvullende elementen verschaffen om te bepalen of de betrokken personen een risico vormen op nucleair gebied.

De gegevens bedoeld in 1°, 2° en 4° worden zowel geconsulteerd als verstrekt door de leden zelf van de Nationale Overheid bedoeld in artikel 21 van het koninklijk besluit van 24 maart 2000Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/03/2000 pub. 31/03/2000 numac 1999021596 bron diensten van de eerste minister, ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en internationale samenwerking, van binnenlandse zaken, van landsverdediging en van justitie Koninklijk besluit tot uitvoering van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen sluiten tot uitvoering van de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 03/02/1999 numac 1999009051 bron ministerie van justitie Wet tot omzetting van de richtlijn 95/46/EG van 24 oktober 1995 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrij verkeer van die gegevens type wet prom. 11/12/1998 pub. 07/05/1999 numac 1999007004 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen sluiten betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen.

Art. 4.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt, met uitzondering van artikel 3, 4°, dat in werking treedt op de dag die wordt bepaald door de minister bevoegd voor Buitenlandse zaken.

Art. 5.De Eerste minister, de Vice-eersteminister en minister bevoegd voor Buitenlandse Zaken en Europese Zaken, de Vicepremier en minister bevoegd voor Veiligheid en Binnenlandse Zaken, de minister bevoegd voor Justitie, de minister bevoegd voor Defensie, zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 8 mei 2018.

FILIP Van Koningswege : De Eerste Minister, Ch. MICHEL De Minister van Buitenlandse Zaken en Europese Zaken, D. REYNDERS De Minister van Justitie, K.GEENS De Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, J. JAMBON De Minister van Defensie, S. VANDEPUT

^