gepubliceerd op 13 december 2006
Koninklijk besluit tot vaststelling van bepaalde ontvangsten en uitgaven van de Pensioendienst voor de overheidssector
3 DECEMBER 2006. - Koninklijk besluit tot vaststelling van bepaalde ontvangsten en uitgaven van de Pensioendienst voor de overheidssector
VERSLAG AAN DE KONING Sire, De wet van 12 januari 2006 tot oprichting van de « Pensioendienst voor de overheidssector » (PDOS) bevat een aantal bepalingen waardoor deze nieuwe instelling vanaf 1 januari 2006 een aantal eigen ontvangsten kan innen.
Deze ontvangsten kunnen slechts aangewend worden voor de financiering van de pensioenen ten laste van de Staatskas.
In principe werd deze bestemming in wettelijke bepalingen vastgelegd.
Voor sommige ontvangsten werd zij evenwel vastgelegd in een aantal koninklijke besluiten.
Door de artikelen 1 tot 5, 9 en 13 van dit besluit worden deze teksten aangepast zodat de ontvangsten in kwestie kunnen worden geïnd door de PDOS, zonder dat hun bestemming wordt gewijzigd.
In een aantal koninklijke besluiten wordt nog melding gemaakt van uitgaven die ten laste waren van de Staatskas of van een van de gewezen fondsen waarvan het beheer werd overgenomen door de PDOS op basis van voormelde wet van 12 januari 2006. Door de artikelen 6 tot 8, 10 tot 12, 14 en 15 van dit besluit worden deze teksten aangepast zodat de uitgaven in kwestie worden verricht door de PDOS ten laste van de middelen waarover deze dienst beschikt.
Overeenkomstig artikel 3, tweede lid, van het koninklijk besluit van 19 mei 1998 betaalt de federale Staat voorschotten aan Belgacom met betrekking tot van de bedragen die verschuldigd zijn in het kader van het verlof voorafgaand aan het rustpensioen. Deze voorschotten werden tot 2005 ingeschreven in de vaste kredieten van de begroting van de Administratie der Pensioenen en werden door deze administratie uitbetaald. Deze uitgaven zijn vanaf 2006 vervat in de dotatie van de PDOS voor de uitoefening van zijn wettelijke opdrachten inzake de pensioenen van de overheidssector. Op basis van artikel 6 van dit besluit worden deze uitgaven voortaan verricht door de PDOS. De pensioenwaarborg bedoeld in Hoofdstuk III van het koninklijk besluit van 27 maart 2003 houdende uitvoering van de artikelen 34 en 35 van de wet betreffende de afschaffing of de herstructurering van instellingen van openbaar nut en andere overheidsdiensten, was tot 2005 ingeschreven in de vaste kredieten van de begroting van de Administratie der Pensioenen en werd door deze administratie beheerd en uitbetaald. De op deze pensioenwaarborg betrekking hebbende uitgaven zijn vanaf 2006 vervat in de dotatie van de PDOS voor de uitoefening van zijn wettelijke opdrachten inzake de pensioenen van de overheidssector. Op basis van artikel 7 van dit besluit worden deze uitgaven voortaan verricht door de PDOS. Door artikel 58 van voormelde wet van 12 januari 2006 wordt de PDOS gemachtigd om alle in het kader van de wet van 11 december 2003 bedoelde ontvangsten ten voordele en uitgaven ten laste van het gewezen Fonds voor Overlevingspensioenen over te nemen. Op basis van de artikelen 8, 10 en 11 van dit besluit worden de uitgaven die vermeld staan in het koninklijk besluit van 18 december 2003 dat de wet van 11 december 2003 uitvoert, eveneens beheerd door de PDOS. Door artikel 47 van de voormelde wet van 12 januari 2006 wordt de PDOS gemachtigd om alle in het kader van artikel 176 van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven bedoelde ontvangsten ten voordele en uitgaven ten laste van het gewezen Fonds voor Overlevingspensioenen over te nemen.
Op grond van de artikelen 12, 14 en 15 van dit besluit worden de uitgaven die vermeld staan in het koninklijk besluit van 27 december 2004 dat de wet van 21 maart 1991 uitvoert, eveneens beheerd door de PDOS. De wet van 12 januari 2006 is in werking getreden op 1 januari 2006.
Daar dit besluit een aanvulling is op de in deze wet bepaalde opdrachten van de PDOS, is het logisch dat dit besluit op dezelfde datum als de wet in werking treedt. Dit is het voorwerp van artikel 16 van dit besluit.
Er werd rekening gehouden met alle door de Raad van State geformuleerde opmerkingen.
Wij hebben de eer te zijn, Sire, van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedwaardige en zeer getrouwe dienaar, De Minister van Pensioenen, B. TOBBACK
3 DECEMBER 2006. - Koninklijk besluit tot vaststelling van bepaalde ontvangsten en uitgaven van de Pensioendienst voor de overheidssector ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 92bis, § 4quater, zesde lid, ingevoegd door de bijzondere wet van 28 december 1994;
Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse Instellingen, inzonderheid op artikel 56, zevende lid;
Gelet op de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige overheidsbedrijven, inzonderheid op artikel 176, § 5, vervangen door het koninklijk besluit van 27 december 2004 tot herstructurering van de wettelijke pensioenverplichtingen van Belgocontrol;
Gelet op de wet van 26 juli 1996 betreffende het realiseren van de budgettaire voorwaarden van de deelname van België aan de Europese Economische en Monetaire Unie, inzonderheid op artikel 3, § 1, 6°;
Gelet op de wet van 11 december 2003 houdende overname door de Belgische Staat van de wettelijke pensioenverplichtingen van de naamloze vennootschap van publiek recht Belgacom ten opzichte van haar statutair personeel, inzonderheid op artikel 10;
Gelet op de wet van 12 januari 2006 tot oprichting van de « Pensioendienst voor de overheidssector », inzonderheid op de artikelen 7, 14, 5°, 27 en 30;
Gelet op het koninklijk besluit van 3 april 1997 houdende maatregelen betreffende de overdracht van sommige personeelsleden van Belgacom aan de federale overheid met toepassing van artikel 3, § 1, 6°, van de wet van 26 juli 1996 betreffende het realiseren van de budgettaire voorwaarden van de deelname van België aan de Europese Economische en Monetaire Unie, inzonderheid op artikel 5, tweede lid;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 21 maart 2006;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 29 mei 2006;
Gelet op het advies nr. 41.337/2 van de Raad van State, gegeven op 11 oktober 2006, in toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de samengeordende wetten op de Raad van State;
Op voordracht van onze Minister van Pensioenen en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel 2, eerste lid van het koninklijk besluit van 29 april 1965 betreffende de valorisatie van de voordelen in natura toegekend aan de conciërges van de federale overheidsdiensten, van de programmatorische federale overheidsdiensten en van de diensten die ervan afhangen, worden de woorden « het Fonds voor Overlevingspensioenen » vervangen door de woorden « de Pensioendienst voor de overheidssector ».
Art. 2.In artikel 8 van het koninklijk besluit van 27 februari 1997 houdende uitvoering van artikel 56, zevende lid van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse Instellingen, worden de woorden « de Openbare Schatkist » en « die Schatkist » vervangen door de woorden « de Pensioendienst voor de overheidssector ».
Art. 3.In artikel 9 van hetzelfde koninklijk besluit worden de woorden « de Openbare Schatkist » vervangen door de woorden « de Pensioendienst voor de overheidssector ».
Art. 4.In artikel 10 van het koninklijk besluit van 17 september 1997 houdende uitvoering van artikel 92bis, § 4quater, zesde lid, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, worden de woorden « de Openbare Schatkist » en « die Schatkist » vervangen door de woorden « de Pensioendienst voor de overheidssector ».
Art. 5.In artikel 11 van hetzelfde koninklijk besluit worden de woorden « de Openbare Schatkist » vervangen door de woorden « de Pensioendienst voor de overheidssector ».
Art. 6.In artikel 3 van het koninklijk besluit van 19 mei 1998 tot gedeeltelijke uitvoering van het koninklijk besluit van 3 april 1997 houdende maatregelen betreffende de overdracht van sommige personeelsleden van Belgacom aan de federale overheid met toepassing van artikel 3, § 1, 6°, van de wet van 26 juli 1996 betreffende het realiseren van de budgettaire voorwaarden van de deelname van België aan de Europese Economische en Monetaire Unie, worden de woorden « de Federale Staat » vervangen door de woorden « de Pensioendienst voor de overheidssector ».
Art. 7.In artikel 9, § 2, van het koninklijk besluit van 27 maart 2003 houdende uitvoering van de artikelen 34 en 35 van de wet betreffende de afschaffing of de herstructurering van instellingen van openbaar nut en andere overheidsdiensten, gecoördineerd op 13 maart 1991, worden de woorden « de kredieten ingeschreven op de federale begroting van pensioenen » vervangen door de woorden « de dotatie ingeschreven in de algemene uitgavenbegroting van de federale Staat, die bestemd is voor de pensioenen van de overheidssector. »
Art. 8.Aan artikel 1 van het koninklijk besluit van 18 december 2003 houdende uitvoering van artikel 10 van de wet van 11 december 2003 houdende overname door de Belgische Staat van de wettelijke pensioenverplichtingen van de naamloze vennootschap van publiek recht Belgacom ten opzichte van haar statutair personeel, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1°) 3° wordt vervangen door de volgende bepaling : « « de Pensioendienst » : de Pensioendienst voor de overheidssector »; 2°) in 4° worden de woorden « het Fonds voor Overlevingspensioenen » vervangen door de woorden « de Pensioendienst ».
Art. 9.In artikel 3 van het hetzelfde koninklijk besluit worden de woorden « het Fonds voor Overlevingspensioenen » vervangen door de woorden « de Pensioendienst ».
Art. 10.In artikel 4 van hetzelfde koninklijk besluit worden de woorden « het Fonds voor Overlevingspensioenen » vervangen door de woorden « de Pensioendienst ».
Art. 11.In artikel 5 van hetzelfde koninklijk besluit worden de woorden « het Fonds voor Overlevingspensioenen » vervangen door de woorden « de Pensioendienst ».
Art. 12.Artikel 1, 2°, van het koninklijk besluit van 27 december 2004 houdende uitvoering van artikel 176, § 5, van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven, wordt vervangen door de volgende bepaling : « 2° « de Pensioendienst » : de Pensioendienst voor de overheidssector »; ».
Art. 13.In artikel 3 van hetzelfde koninklijk besluit, worden de woorden « het Fonds voor Overlevingspensioen » vervangen door de woorden « de Pensioendienst ».
Art. 14.In artikel 4 van hetzelfde koninklijk besluit, worden de woorden « het Fonds voor Overlevingspensioen » vervangen door de woorden « de Pensioendienst ».
Art. 15.In artikel 5 van hetzelfde koninklijk besluit, worden de woorden « het Fonds voor Overlevingspensioen » vervangen door de woorden « de Pensioendienst ».
Art. 16.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2006.
Art. 17.Onze Minister van Pensioenen is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 3 december 2006.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Pensioenen, B. TOBBACK