gepubliceerd op 18 september 2013
Decreet betreffende het onthaaltraject voor nieuwkomers in het Brussels Hoofdstelijk Gewest
18 JULI 2013. - Decreet betreffende het onthaaltraject voor nieuwkomers in het Brussels Hoofdstelijk Gewest
Het College van de Franse Gemeenschapscommissie, Op voordracht van het Collegelid bevoegd voor Sociale Samenhang;
Na beraadslaging Besluit : Het Collegelid bevoegd voor Sociale Samenhang wordt ermee belast om aan de Vergadering het decreet voor te leggen waarvan de inhoud volgt : HOOFDSTUK 1. - « Algemene bepalingen »
Artikel 1.Dit decreet regelt, in toepassing van artikel 138 van de Grondwet, een aangelegenheid als bedoeld in artikel 128 van de Grondwet.
Art. 2.Voor de toepassing van dit decreet wordt verstaan onder : 1° het College : het College van de Franse Gemeenschapscommissie;2° de nieuwkomer : de buitenlandse persoon die sinds minder dan drie jaar wettelijk in België verblijft, ingeschreven is in het vreemdelingenregister van een gemeente van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en beschikt over een verblijfsvergunning van meer dan drie maanden;3° het vreemdelingenregister : het register bedoeld in artikel 2 van het koninklijk besluit van 16 juli 1992 betreffende de bevolkingsregisters en het vreemdelingenregister;4° het CRACS : het Gewestelijk Ondersteuningscentrum voor Sociale Samenhang bedoeld in artikel 15 van het decreet van 13 mei 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 13/05/2004 pub. 23/03/2005 numac 2005031083 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet met betrekking tot de sociale samenhang sluiten met betrekking tot de sociale samenhang;5° de administratie : de diensten van het College van de Franse Gemeenschapscommissie.6° de opleidingsoperatoren : het Brussels Franstalig Instituut voor Beroepsopleiding, de door de Franse Gemeenschapscommissie erkende instellingen voor socio-professionele inschakeling, de Brusselse inrichtingen voor sociale promotie, die vallen onder de bevoegdheid van de Franse Gemeenschap, de verenigingen die een contract voor « sociale samenhang » hebben gesloten, de door de Franse Gemeenschap of de Franse Gemeenschapscommissie erkende Brusselse operatoren voor « permanente opleiding ». HOOFDSTUK 2. - De begunstigden
Art. 3.De begunstigden van het onthaaltraject zijn de nieuwkomers ouder dan 18 jaar die omschreven zijn in artikel 2, 2°. Zij hebben recht op het onthaaltraject.
Het College kan prioritaire categorieën van begunstigden van het onthaaltraject bepalen.
De Franse Gemeenschapscommissie stelt de gemeenten, de O.C.M.W.'s en ACTIRIS informatie ter beschikking die bedoeld is om de nieuwkomer in te lichten over het bestaan van het onthaaltraject en over het feit dat hij verzocht wordt zich te begeven naar een onthaalkantoor. HOOFDSTUK 3. - Het onthaaltraject
Art. 4.Het onthaaltraject heeft tot doel om de begunstigden individueel te begeleiden, zodat zij een zelfstandig leven kunnen leiden en hun sociale, economische en culturele participatie verhogen.
Het omvat een eerste luik en een tweede luik. Het is gratis.
Art. 5.§ 1. Het eerste luik van het onthaaltraject omvat het onthaal, een sociale balans en een taalbalans.
Het onthaal komt erop neer dat de begunstigde informatie krijgt over het onthaaltraject en de operatoren die hiervoor instaan. Verder wordt ook relevante informatie verstrekt over de rechten en plichten die gelden voor alle inwoners van België.
De sociale balans heeft tot doel te peilen naar de sociale en economische noden en verworvenheden van de begunstigde alsook naar zijn kennis van het onhaalland. Het gaat meer bepaald om de noden op het vlak van huisvesting, bestaansmiddelen, gezondheidszorg, socio-professionele inschakeling, kinderopvang en school. De begunstigde krijgt eveneens informatie over de beschikbare steunmaatregelen.
De taalbalans heeft tot doel te peilen naar de noden en verworvenheden van de begunstigde op het vlak van lezen en schrijven en de kennis van de Franse taal. § 2. Het College bepaalt de inhoud en de organisatie van het eerste luik van het onthaaltraject, met inbegrip van de modaliteiten voor de uitwerking van de sociale en de taalbalans en de kwaliteitscriteria.
Art. 6.§ 1. Het tweede luik van het onthaaltraject omvat een geïndividualiseerd project dat in een onthaalovereenkomst wordt gegoten.
Wanneer uit de sociale balans of de taalbalans gebleken is dat er specifieke noden zijn op het vlak van begeleiding of opleiding, dan moet het onthaalkantoor aan de begunstigde een onthaal- en begeleidingsovereenkomst voorstellen.
In de onthaalovereenkomst wordt met de begunstigde een geïndividualiseerd begeleidings- en opleidingsprogramma vastgelegd, samen met te bereiken doelstellingen. Zij legt tevens de rechten en plichten van de partijen vast.
Het begeleidingsprogramma beoogt de nieuwkomer te ondersteunen en op te volgen bij het vervullen van administratieve formaliteiten, indien de sociale balans heeft uitgewezen dat op dit vlak noden bestaan, en hem door te verwijzen naar de actoren die actief zijn op het gebied van opleiding en tewerkstelling.
De geïndividualiseerde opleidingen omvatten een taalopleiding en een opleiding over burgerschap.
De taalopleidingen zijn gericht op het aanleren va de Franse taal en eventueel op het leren lezen en schrijven.
De opleidingen over burgerschap bieden onder meer basisinformatie over de werking van de overheidsinstellingen, de sociale verhoudingen in België en de onthaalmaatschappij. Deze informatie kan volledig of deels verwerkt worden in de taalopleidingen. § 2. Het College bepaalt de inhoud en de organisatie van het tweede luik van het onthaaltraject, met inbegrip van de kwaliteitscriteria voor de taalopleidingen en de opleidingen over burgerschap. Het College bepaalt ook het kennisniveau dat de taalopleidingen moeten opleveren. Het bepaalt het model van onthaalovereenkomst evenals de voorwaarden voor het eventueel verbreken van deze overeenkomst.
Art. 7.De begunstigde krijgt een opvolgingsattest voor het eerste en desgevallend tweede luik van het onthaaltraject.
De uitreikingsvoorwaarden worden bij het onthaal meegedeeld aan de begunstigden.
Het College bepaalt de uitreikingsvoorwaarden alsook de inhoud van het opvolgingsattest. HOOFDSTUK 4. - De onthaalkantoren
Art. 8.§ 1. De onthaalkantoren staan in voor de uitvoering van het eerste en het tweede luik van het onthaaltraject. Zij reiken het opvolgingsattest uit dat bedoeld wordt in artikel 7. § 2. De onthaalkantoren stellen, met het oog op de uitvoering van het tweede luik van het onthaaltraject, een onthaalovereenkomst voor, sluiten die af en begeleiden de begunstigde bij de uitvoering ervan.
De onthaalkantoren kunnen de organisatie van de opleidingen over burgerschap toevertrouwen aan een derde, waarmee ze een partnerschapsovereenkomst sluiten.
Het College bepaalt de modaliteiten en de voorwaarden voor dit partnerschap, waaronder de pedagogische competenties van het personeel dat instaat voor de organisatie van de opleiding over burgerschap, ook voor de nieuwkomers die het Frans niet beheersen.
De onthaalkantoren delegeren de organisatie van de taalopleidingen aan een opleidingsoperator zoals bepaald in artikel 2.
Art. 9.De onthaalkantoren worden door het College erkend en gesubsidieerd op basis van een programmering. Deze bepaalt het maximale aantal onthaalkantoren en de geografische spreiding ervan.
Voor de opmaak van de programmering wordt uitgegaan van het aantal begunstigden, een in kaart gebracht overzicht van de woonplaatsen van de begunstigden en het optimale werkterrein van elk van de onthaalkantoren.
Art. 10.§ 1. Het College erkent de onthaalkantoren.
Het bepaalt de procedures voor het toekennen en intrekken van de erkenning en organiseert een beroepsmogelijkheid. Het voorziet in de uitreiking van een tijdelijke erkenning en organiseert een procedure tot opschorting van de erkenning.
De erkenning wordt verleend voor een onbepaalde duur. § 2. Om erkend te worden, moeten de onthaalkantoren voldoen aan de volgende voorwaarden : 1° opgericht zijn als vereniging zonder winstoogmerk, waarvan de raad van bestuur vertegenwoordigers van de gemeenten en O.C.M.W.'s kan bevatten; 2° hun activiteiten uitoefenen op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;3° uitsluitend in het Frans georganiseerd zijn;4° via een arbeidsovereenkomst minstens een voltijds equivalent administratief directeur en een voltijds equivalent maatschappelijk werker in dienst hebben.Het College kan bijkomende personeelsnormen vastleggen al naargelang van het aantal begunstigden, het aantal gesloten onthaalovereenkomsten en het aantal begeleidingsopdrachten; 5° beschikken over personeel dat in het bezit is van het geschikte diploma en de nodige ervaring heeft opgedaan.Het College bepaalt welke diploma's vereist zijn voor de functie van administratief directeur en voor de andere functies, evenals de competenties en ervaring die eventueel nodig zijn voor het uitvoeren van de in dit decreet bepaalde opdrachten ten aanzien van nieuwkomers die de Franse taal niet beheersen. 6° het onthaaltraject organiseren conform de bepalingen van dit decreet;7° beschikken over de nodige lokalen en voorzieningen, zodat het onthaaltraject kan verlopen in gunstige omstandigheden en overeenkomstig de criteria die vastgelegd zijn in de in artikel 9 van dit decreet bedoelde programmering.Het College bepaalt de minimumnormen; 8° zich onderwerpen aan de controles die door de inspectie worden gehouden;9° beantwoorden aan iedere andere erkenningsvoorwaarde die door het College wordt bepaald. § 3. Deze voorwaarden moeten vervuld zijn bij het verlenen van de erkenning of tijdelijke erkenning en tijdens de volledige duur van de erkenning.
Art. 11.§ 1. Binnen de perken van de beschikbare begrotingskredieten kent het College een subsidie toe aan de erkende onthaalkantoren.
Het bepaalt de procedure voor het toekennen, opschorten en terugbetalen van de subsidie en organiseert een beroepsmogelijkheid. § 2. De subsidie wordt uitbetaald op grond van een tijdschema en modaliteiten die door het College zijn vastgelegd.
De subsidie wordt bepaald op grond van het aantal begunstigden waarover het onthaalkantoor zich tijdens de eerste en de tweede fase van het onthaaltraject ontfermt.
De subsidie omvat een deel voor personeelskosten en een deel voor werkingskosten. Het College zal het deel voor de werkingskosten bepalen als een percentage van de subsidie voor de personeelskosten. § 3. De subsidie wordt geïndexeerd op grond van de door het College bepaalde modaliteiten.
Art. 12.De onthaalkantoren stellen jaarlijks een activiteitenverslag op, waarvan de modaliteiten, de criteria en de inhoud bepaald worden door het College.
Dit activiteitenverslag wordt verstuurd naar het College, de administratie en het CRACS. HOOFDSTUK 5. - De taalopleidingen
Art. 13.De taalopleidingen waarin voorzien is in het tweede luik van het onthaaltraject, worden in modules verstrekt door de in artikel 2 bepaalde opleidingsoperatoren.
Het College bepaalt de inhoud en de kwaliteitscriteria van de opleidingen.
Art. 14.De in artikel 2 bepaalde opleidingsoperatoren sluiten een overeenkomst met het College voor de acties die kaderen in het tweede luik van dit decreet.
Het College bepaalt de voorwaarden, de procedures en de criteria voor het sluiten van een dergelijke overeenkomst.
Art. 15.§ 1. Binnen de perken van de beschikbare begrotingskredieten kent het College subsidies toe aan de in artikel 2 bepaalde opleidingsoperatoren voor het organiseren van de acties die kaderen in het tweede luik van dit decreet.
Het bepaalt de procedure voor het toekennen, opschorten en terugbetalen van de subsidie en organiseert een beroepsmogelijkheid. § 2. De subsidie wordt uitbetaald op grond van een tijdschema en modaliteiten die door het College zijn vastgelegd.
De subsidie hangt af van het aantal verstrekte opleidingsmodules en van het aantal begunstigden die aan de opleidingsmodules deelnemen. § 3. De subsidie wordt geïndexeerd op grond van de door het College bepaalde modaliteiten in functie van de beschikbare middelen. HOOFDSTUK 6. - Inspectie en controle
Art. 16.Het College stelt de personeelsleden van de administratie aan die belast worden met de controle op de toepassing van de bepalingen van dit decreet en de besluiten die in uitvoering hiervan worden genomen.
De onthaalkantoren en de opleidingsoperatoren dienen hen vrije toegang te waarborgen tot hun lokalen en tot de documenten die noodzakelijk zijn opdat zij hun opdracht kunnen vervullen.
Art. 17.De in artikel 16 bedoelde personeelsleden stellen de tekortkomingen vast en brengen de overtreder hiervan binnen de 15 werkdagen na de vaststelling van de tekortkoming in kennis.
Art. 18.De toekenning van subsidies wordt opgeschort zolang het onthaalkantoor of de opleidingsoperator voor voorheen ontvangen subsidies niet de vereiste verantwoordingsstukken voorleggen, zich verzetten tegen de uitoefening van de controle of de oneigenlijk gebruikte subsidie niet voor een deel of in haar geheel terugbetalen. HOOFDSTUK 7. - Diverse bepalingen
Art. 19.Alle personeelsleden van de algemene vergadering en van de raad van bestuur van de onthaalkantoren, alsook de inspecteurs die belast worden met de controle, zijn verplicht tot geheimhouding.
Art. 20.Het College waarborgt de logistieke ondersteuning van de onthaalkantoren door hen een eenvormige informaticatoepassing ter beschikking te stellen voor de opvolging van de begunstigden.
Art. 21.Het Gewestelijk Ondersteuningscentrum voor Sociale Samenhang brengt op basis van de in artikel 12 van dit decreet bedoelde jaarverslagen, jaarlijks verslag uit aan het College over de toepassing van het decreet en stelt eventueel nieuwe krachtlijnen voor met betrekking tot dit beleidsinitiatief. Dit verslag wordt bezorgd aan de Vergadering van de Franse Gemeenschapscommissie.
Het Gewestelijk Ondersteuningscentrum voor Sociale Samenhang kan door het College belast worden met het organiseren van een methodologische begeleiding van de onthaalkantoren of van andere opdrachten die aansluiten bij het decreet en de daarbij horende uitvoeringsbesluiten.
Art. 22.Dit decreet wordt van kracht op de datum die door het College wordt vastgesteld op 18 juli 2013.
Ch. PICQUE, Collegelid bevoegd voor Sociale Samenhang