16 MAART 2023. - Decreet houdende diverse aanvullende bepalingen inzake de hervorming van het schoolritme (1)

Het Parlement van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt: TITEL I. - BEPALING BETREFFENDE DE ALGEMENE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS

Artikel 1.Artikel 1.9.1-2, § 3, eerste lid, van het Wetboek van basis- en secundair onderwijs wordt vervangen door: "De Regering kan afwijkingen toestaan van artikel 1.9.1-1 alsook van het tweede lid om uitzonderlijke redenen, naar behoren met redenen omkleed door de betrokken inrichtende macht, en wanneer de bij deze macht bekende toestand omstandigheden vertoont die reeds vóór dit decreet bestonden en door de regeringsdiensten werden erkend, waarbij het jaarlijkse schoolritme, bestaande uit een afwisseling van zeven of acht lesweken en twee weken vakantie, zoveel mogelijk wordt in acht genomen.".

TITEL II. - BEPALINGEN BETREFFENDE HET ONDERWIJSPERSONEEL HOOFDSTUK 1. - Bepaling tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 december 1967 genomen met toepassing van artikel 3 van het koninklijk besluit van 28 februari 1967 houdende vaststelling van de administratieve stand van de leden van het administratief personeel en van het meesters-, vak- en dienstpersoneel van de rijksinrichtingen voor kleuteronderwijs, voor lager, gespecialiseerd, secundair, technisch, kunst- en normaal rijksonderwijs

Art. 2.In artikel 2, 2°, van het koninklijk besluit van 8 december 1967 genomen met toepassing van artikel 3 van het koninklijk besluit van 28 februari 1967 houdende vaststelling van de administratieve stand van de leden van het administratief personeel en van het meesters-, vak- en dienstpersoneel van de rijksinrichtingen voor kleuteronderwijs, voor lager, gespecialiseerd, secundair, technisch, kunst- en normaalonderwijs, worden de woorden "tussen de dag na de laatste dag van het school- of academiejaar en de dag vóór het begin van het volgende school- of academiejaar" vervangen door de woorden "tussen de eerste zaterdag van juli of de tweede zaterdag van juli indien de eerste zaterdag op 1 juli valt en de dag vóór de eerste dag van het volgende school- of academiejaar". In de hogescholen en de Hogere kunstscholen vindt deze datum evenwel plaats tussen 14 juli en de vooravond van het volgende academiejaar". HOOFDSTUK 2. - Bepalingen tot wijziging van het koninklijk besluit van 15 januari 1974 genomen met toepassing van artikel 160 van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen voor kleuter-, lager, gespecialiseerd, secundair, technisch onderwijs, kunst- en normaal rijksonderwijs, van de internaten die van deze inrichtingen afhangen en van de personeelsleden van de inspectiedienst die met het toezicht op deze inrichtingen is belast

Art. 3.In artikel 1bis, § 2, tweede lid, van het koninklijk besluit van 15 januari 1974 genomen met toepassing van artikel 160 van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen voor kleuter-, lager, gespecialiseerd, secundair, technisch onderwijs, kunst- en normaal rijksonderwijs, van de internaten die van deze inrichtingen afhangen en van de personeelsleden van de inspectiedienst die met het toezicht op deze inrichtingen is belast, worden de woorden " de werkmeesters en werkleiders " vervangen door de woorden " de werkmeesters en werkleiders van een technisch en pedagogisch centrum, werkleiders en coördinatoren van een centrum voor onderwijs en alternerende opleiding".

Art. 4.In hetzelfde koninklijk besluit wordt een artikel 4ter ingevoegd dat als volgt luidt: "

Artikel 4ter.In het onderwijs voor sociale promotie doen de bepalingen van artikel 1 betreffende het directeur- en onderwijspersoneel en het opvoedend hulppersoneel geenszins afbreuk aan de mogelijkheid voor de inrichtingen om leer- en evaluatieactiviteiten te organiseren tijdens sommige vakantieperiodes, zoals vermeld in het besluit van de Executieve van 22 maart 1984 tot vaststelling van de vakantie- en verlofregeling in het onderwijs dat in de Franse Gemeenschap wordt georganiseerd.".

Art. 5.Artikel 31, lid 3, van hetzelfde besluit wordt als volgt aangevuld: "Voor de berekening van deze tien jaar wordt het verlof dat voor de gehele duur van een schooljaar, inclusief de zomervakantie, wordt opgenomen, geacht voor één jaar te zijn opgenomen.". HOOFDSTUK 3. - Bepaling tot wijziging van de wet van 24 december 1976 betreffende de begrotingsvoorstellen voor 1976-1977

Art. 6.In artikel 76, tweede lid, 1°, van de wet van 24 december 1976 betreffende de begrotingsvoorstellen 1976-1977 worden de woorden "na de laatste dag van de maand die het schooljaar afsluit" vervangen door de woorden "voorbij het einde van het schooljaar". HOOFDSTUK 4. - Bepaling tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 297 van 31 maart 1984 betreffende de lasten, de wedden, de weddetoelagen en de verloven voor verminderde prestatie in het onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra

Art. 7.In artikel 10quatuordecies/1, tweede lid, van het koninklijk besluit nr. 297 van 31 maart 1984 betreffende de lasten, de wedden, de weddetoelagen en de verloven voor verminderde prestatie in het onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra, worden de woorden "tot het einde van het lopende schooljaar" vervangen door de woorden "tot de laatste dag van de maand die het lopende schooljaar afsluit". HOOFDSTUK 5. - Bepaling tot wijziging van het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 22 juni 1989 betreffende het verlof voor verminderde prestaties wegens persoonlijke aangelegenheid, toegekend aan het personeelslid van het onderwijs van de Franse Gemeenschap, dat 50 jaar is of ten minste twee kinderen heeft die niet ouder zijn dan 14 jaar, en betreffende de terbeschikkingstelling wegens persoonlijke aangelegenheid vóór het rustpensioen

Art. 8.Artikel 5 van het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 22 juni 1989 betreffende het verlof voor verminderde prestaties wegens persoonlijke aangelegenheid, toegekend aan het personeelslid van het onderwijs van de Franse Gemeenschap, dat 50 jaar is of ten minste twee kinderen heeft die niet ouder zijn dan 14 jaar, en betreffende de terbeschikkingstelling wegens persoonlijke aangelegenheid vóór het rustpensioen, wordt aangevuld met een tweede lid dat luidt als volgt: "Voor de toepassing van het vorige lid wordt verlof wegens verminderde prestaties dat gedurende een volledig schooljaar, met inbegrip van de zomervakantie, wordt opgenomen, geacht voor één jaar te zijn opgenomen.". HOOFDSTUK 6. - Bepaling tot wijziging van het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 16 februari 1990 betreffende het verlof voor verminderde prestaties toegekend aan de personeelsleden van het door de Franse Gemeenschap gesubsidieerd onderwijs, die 50 jaar zijn of ten minste twee kinderen hebben die niet ouder zijn dan 14 jaar en betreffende de terbeschikkingstelling wegens persoonlijke aangelegenheden vóór het rustpensioen

Art. 9.Artikel 5 van het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 16 februari 1990 betreffende het verlof voor verminderde prestaties toegekend aan de personeelsleden van het door de Franse Gemeenschap gesubsidieerd onderwijs, die 50 jaar zijn of ten minste twee kinderen hebben die niet ouder zijn dan 14 jaar en betreffende de terbeschikkingstelling wegens persoonlijke aangelegenheden vóór het rustpensioen, wordt aangevuld met een tweede lid dat als volgt luidt: "Voor de toepassing van het vorige lid wordt verlof wegens verminderde prestaties dat gedurende een volledig schooljaar, met inbegrip van de zomervakantie, wordt opgenomen, geacht voor één jaar te zijn opgenomen. HOOFDSTUK 7. - Bepaling tot wijziging van het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 11 september 1990 tot regeling van de toekenning van een toelage aan de personeelsleden van het door de Franse Gemeenschap georganiseerd of gesubsidieerd onderwijs en aan de leden van het technisch personeel van de psycho-medisch-sociale centra georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap, die tijdelijk aangesteld worden in een beter bezoldigd ambt dan dat waarin zij vast benoemd zijn

Art. 10.In artikel 3 van het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 11 september 1990 tot regeling van de toekenning van een toelage aan de personeelsleden van het door de Franse Gemeenschap georganiseerd of gesubsidieerd onderwijs en aan de leden van het technisch personeel van de psycho-medisch-sociale centra georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap, die tijdelijk aangesteld worden in een beter bezoldigd ambt dan dat waarin zij vast benoemd zijn, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° paragraaf 2 wordt vervangen door de volgende tekst: " § 2.Het dagelijkse bedrag van de toelage die aan het in artikel 1 bedoelde personeelslid wordt toegekend, wordt verkregen door het overeenkomstig § 1 vastgestelde bedrag te delen door: a) 309 voor personeelsleden die voorlopig een beter betaald ambt uitoefenen in het leerplichtonderwijs, het kunstonderwijs met beperkt leerplan en het onderwijs voor sociale promotie;b) 300 voor personeelsleden die voorlopig een beter betaald ambt uitoefenen aan hogescholen, hogere kunstscholen en internaten voor hoger onderwijs; c) 360 voor personeelsleden die tijdelijk een beter betaald ambt uitoefenen als technisch personeelslid in psycho-medisch-sociale centra."; 2° paragraaf 3 wordt vervangen door de volgende tekst: "De vergoeding wordt maandelijks op vervallen termijn betaald.Het jaarlijkse bedrag mag niet hoger zijn dan: a) 309/309 per schooljaar voor personeelsleden die voorlopig een beter betaald ambt uitoefenen in het leerplichtonderwijs, het kunstonderwijs met beperkt leerplan en het onderwijs voor sociale promotie;b) 300/300 per academiejaar voor personeelsleden die voorlopig een beter betaald ambt uitoefenen aan hogescholen, hogere kunstscholen en internaten voor hoger onderwijs; c) 360/360 per begrotingsjaar voor personeelsleden die tijdelijk een beter betaald ambt uitoefenen als technisch personeelslid in psycho-medisch-sociale centra.". HOOFDSTUK 8. - Bepalingen tot wijziging van het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 3 december 1992 betreffende de onderbreking van de beroepsloopbaan in het onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra

Art. 11.Artikel 4, § 3, van het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 3 december 1992 betreffende de onderbreking van de beroepsloopbaan in het onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra wordt aangevuld met een tweede lid dat luidt als volgt: "Aan het personeelslid kan evenwel een loopbaanonderbreking worden toegestaan voor de in artikel 4, § 1, eerste lid, bepaalde periode, indien hij als gevolg van een loopbaanonderbreking tijdens een schooljaar, met inbegrip van de zomervakantie, van 371 dagen, niet meer over een voldoend quotum beschikt om het einde van het schooljaar, met inbegrip van de zomervakantie, te dekken, krachtens de in het vorige lid bedoelde bepalingen. In dat geval blijft het personeelslid, wanneer het genoemde quotum is uitgeput, in loopbaanonderbreking zonder vergoeding tot de laatste dag van het schooljaar, met inbegrip van de zomervakantie.". HOOFDSTUK 9. - Bepalingen tot wijziging van het decreet van 1 februari 1993 tot vaststelling van het statuut van het gesubsidieerde personeel van het gesubsidieerd vrij onderwijs

Art. 12.Artikel 34bis van het decreet van 1 februari 1993 tot vaststelling van het statuut van het gesubsidieerde personeel van het gesubsidieerd vrij onderwijs wordt als volgt gewijzigd: 1° in § 1 worden tussen de woorden "bij aangetekende brief" en de woorden "aan zijn inrichtende macht" de woorden "of langs elektronische weg overeenkomstig de procedures die zijn vastgesteld binnen de plaatselijke sociale overlegorganen" ingevoegd;2° in § 1 worden de woorden "15 mei" vervangen door de woorden "29 mei";3° in § 2, derde lid, worden de woorden "tot 31 augustus" vervangen door de woorden "tot de dag vóór de laatste dag van het academiejaar";4° in § 3, eerste lid, worden de woorden "de eerste werkdag na 30 april" vervangen door de woorden "de eerste schoolwerkdag na 30 april";5° in dezelfde § 3, eerste lid, worden na de woorden "per aanplakking" de woorden "en langs elektronische weg overeenkomstig de procedures die in de lokale sociale overlegorganen zijn vastgesteld" toegevoegd;6° in § 4, eerste lid, worden de woorden "Tussen 1 en 15 mei" vervangen door de woorden "Tussen de eerste schoolwerkdag volgend op 30 april en 29 mei";7° in § 4, tweede lid, worden tussen de woorden "bij aanplakking" en de woorden ", aan afwezige personeelsleden" de woorden "of langs elektronische weg overeenkomstig de in de plaatselijke sociale overlegorganen vastgestelde procedures" ingevoegd;8° in § 4, tweede lid, worden na de woorden "per aangetekende brief" de woorden "of langs elektronische weg overeenkomstig de procedures die zijn vastgesteld binnen de lokale sociale overlegorganen" ingevoegd;9° in § 5 worden de woorden "Tussen 15 mei en 1 juni" vervangen door de woorden "Tussen 1 juni en 15 juni";10° in § 6 worden de woorden "Tussen 1 en 15 juni" vervangen door de woorden "Tussen 15 juni en 30 juni".

Art. 13.In artikel 34ter van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in § 1, eerste lid, worden de woorden "Uiterlijk op 15 mei" vervangen door de woorden "Uiterlijk op 29 mei";2° in § 1, eerste lid, worden de woorden "of langs elektronische weg overeenkomstig de procedures die zijn vastgesteld in de lokale sociale overlegorganen" ingevoegd tussen de woorden "bij aangetekende brief" en de woorden "aan de voorzitter van de raad van de entiteit".

Art. 14.In artikel 34quater, § 5, vierde lid, van voormeld decreet worden de woorden "vóór 10 juni" vervangen door de woorden "vóór 20 juni" en worden de woorden "vóór 15 juni" vervangen door de woorden "vóór 30 juni".

Art. 15.In artikel 35, § 2, van hetzelfde decreet worden de woorden "bij aangetekende brief vóór 15 mei" vervangen door de woorden "bij aangetekende brief of langs elektronische weg volgens de nadere regels die binnen de plaatselijke sociale overlegorganen zijn vastgesteld, vóór 29 mei". HOOFDSTUK 1 0. - Bepalingen tot wijziging van het decreet van 6 juni 1994 tot vaststelling van het statuut van het gesubsidieerd personeel in het officieel gesubsidieerd onderwijs

Art. 16.In § 6 van artikel 24 van het decreet van 6 juni 1994 tot vaststelling van het statuut van het gesubsidieerd personeel in het officieel gesubsidieerd onderwijs worden na de woorden "bij aangetekende brief" de woorden "of langs elektronische weg volgens de in de plaatselijke paritaire commissie vastgestelde procedures" toegevoegd.

Art. 17.In § 2 van artikel 27ter van hetzelfde decreet worden na de woorden "bij aangetekende brief" de woorden "of langs elektronische weg volgens de plaatselijke paritaire commissie vastgestelde procedures" toegevoegd. HOOFDSTUK 1 1. - Bepalingen betreffende de aanstelling of aanwerving van een personeelslid voor een tijdelijke betrekking in een selectieambt om de houder van een bevorderingsambt die deeltijds afwezig is, bij te staan Afdeling 1. - Bepaling tot wijziging van de wet van 1 april 1960

betreffende de psycho-medisch-sociale centra

Art. 18.In artikel 4bis van de wet van 1 april 1960 betreffende de psycho-medisch-sociale centra worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° er wordt een punt f ingevoegd, dat als volgt luidt: "f) van artikel 10duodecies, § 8, van voornoemd Koninklijk Besluit nr. 297,"; 2° de woorden "(toestanden c en d)" worden vervangen door de woorden "(toestanden c, d en f)";3° de woorden "wordt hij geschrapt zodra de betrokken bepaling niet meer van toepassing is" worden voorafgegaan door de woorden "Met uitzondering van de toestand waarin de onder f toegekende uitzendarbeid wordt gehandhaafd onder d,". Afdeling 2. - Bepaling tot wijziging van het koninklijk besluit nr.

456 van 10 september 1986 houdende rationalisatie en programmatie van de internaten van het door de Staat georganiseerde of gesubsidieerde onderwijs

Art. 19.De volgende wijzigingen worden aangebracht in artikel 8, § 1, lid 2, van het koninklijk besluit nr. 456 van 10 september 1986 houdende rationalisatie en programmatie van de internaten van het door de Staat georganiseerde of gesubsidieerde onderwijs: 1° er wordt een punt f ingevoegd, dat als volgt luidt: "f) van artikel 10duodecies, § 8, van voornoemd Koninklijk Besluit nr. 297,"; 2° de woorden "(toestanden c en d)" worden vervangen door de woorden "(toestanden c, d en f)";3° de woorden "wordt hij geschrapt zodra de betrokken bepaling niet meer van toepassing is" worden voorafgegaan door de woorden "Met uitzondering van de toestand waarin de onder f toegekende uitzendarbeid wordt gehandhaafd onder d,". Afdeling 3. - Bepaling tot wijziging van het decreet van 16 april 1991

tot organisatie van het onderwijs voor sociale promotie

Art. 20.In artikel 112, tweede lid, van het decreet van 16 april 1991 tot organisatie van het onderwijs voor sociale promotie worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° er wordt een punt f ingevoegd, dat als volgt luidt: "f) van artikel 10duodecies, § 8, van voornoemd Koninklijk Besluit nr. 297,"; 2° de woorden "(toestanden c en d)" worden vervangen door de woorden "(toestanden c, d en f)";3° de woorden "wordt hij geschrapt zodra de betrokken bepaling niet meer van toepassing is" worden voorafgegaan door de woorden "Met uitzondering van de toestand waarin de onder f toegekende uitzendarbeid wordt gehandhaafd onder d,". Afdeling 4. - Bepalingen tot wijziging van het decreet van 29 juli

1992 houdende organisatie van het secundair onderwijs met volledig leerplan

Art. 21.In artikel 21ter/1, tweede lid, van het decreet van 29 juli 1992 houdende organisatie van het secundair onderwijs met volledig leerplan worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° er wordt een punt f ingevoegd, luidend als volgt : « f) van artikel 10duodecies, § 8, van voornoemd koninklijk besluit nr.297, »; 2° de woorden « (situaties c en d) » worden vervangen door de woorden « (situaties c, d en f) »;3° de woorden "Zij wordt afgeschaft zodra de bedoelde bepaling niet meer van toepassing is" worden voorafgegaan door de woorden "Met uitzondering van de situatie waarin de tijdelijke betrekking verleend onder punt f wordt gehandhaafd onder punt d, ».

Art. 22.In artikel 21quinquies, § 6, van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° er wordt een punt f ingevoegd, luidend als volgt : « f) van artikel 10duodecies, § 8, van voornoemd koninklijk besluit nr.297, »; 2° de woorden « (situaties c en d) » worden vervangen door de woorden « (situaties c, d en f) »;3° de woorden « Zij wordt afgeschaft zodra de bedoelde bepaling niet meer van toepassing is" worden voorafgegaan door de woorden "Met uitzondering van de situatie waarin de tijdelijke betrekking verleend onder punt f wordt gehandhaafd onder punt d, ». Afdeling 5. - Bepaling tot wijziging van het besluit van de Regering

van de Franse Gemeenschap van 30 augustus 1996 tot oprichting van recreatie- en openluchtcentra van de Franse Gemeenschap

Art. 23.In artikel 21bis, tweede lid, van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 30 augustus 1996 tot oprichting van recreatie- en openluchtcentra van de Franse Gemeenschap worden de volgende wijzigingen aangebracht : Er wordt een punt f ingevoegd, luidend als volgt : « f) van artikel 10duodecies, § 8, van voornoemd koninklijk besluit nr. 297, »; 2° de woorden « (situaties c en d) » worden vervangen door de woorden « (situaties c, d en f) »;3° de woorden « Zij wordt afgeschaft zodra de bedoelde bepaling niet meer van toepassing is.» worden voorafgegaan door de woorden « Met uitzondering van de situatie waarin de tijdelijke betrekking verleend onder punt f wordt gehandhaafd onder punt d, ». Afdeling 6. - Bepaling tot wijziging van het decreet van 2 juni 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 02/06/1998 pub. 29/08/1998 numac 1998029331 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende organisatie van het secundair kunstonderwijs met beperkt leerplan gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap sluiten

houdende organisatie van het secundair kunstonderwijs met beperkt leerplan gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap

Art. 24.In artikel 54bis, tweede lid, van het decreet van 2 juni 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 02/06/1998 pub. 29/08/1998 numac 1998029331 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende organisatie van het secundair kunstonderwijs met beperkt leerplan gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap sluiten houdende organisatie van het secundair kunstonderwijs met beperkt leerplan gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° er wordt een punt f ingevoegd, luidend als volgt : « f) van artikel 10duodecies, § 8, van voornoemd koninklijk besluit nr.297, »; 2° de woorden « (situaties c en d) » worden vervangen door de woorden « (situaties c, d en f) »;3° de woorden « Zij wordt afgeschaft zodra de bedoelde bepaling niet meer van toepassing is.» worden voorafgegaan door de woorden « Met uitzondering van de situatie waarin de tijdelijke betrekking verleend onder punt f wordt gehandhaafd onder punt d, ». Afdeling 7. - Bepaling tot wijziging van het decreet van 13 juli 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 13/07/1998 pub. 28/08/1998 numac 1998029358 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de organisatie van het gewoon kleuteronderwijs en lager onderwijs en de wijziging van de onderwijswetgeving sluiten

betreffende de organisatie van het gewoon kleuteronderwijs en lager onderwijs en de wijziging van de onderwijswetgeving

Art. 25.In artikel 51quater van het decreet van 13 juli 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 13/07/1998 pub. 28/08/1998 numac 1998029358 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de organisatie van het gewoon kleuteronderwijs en lager onderwijs en de wijziging van de onderwijswetgeving sluiten betreffende de organisatie van het gewoon kleuteronderwijs en lager onderwijs en de wijziging van de onderwijswetgeving worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 2, eerste lid, wordt een punt f ingevoegd, luidend als volgt : « f) van artikel 10duodecies, § 8, van voornoemd koninklijk besluit nr.297, »; 2° in dezelfde § 2, eerste lid, worden de woorden « (situaties c en d) » vervangen door woorden « (situaties c, d en f) »;3° in dezelfde § 2, eerste lid, worden de woorden « Zij wordt afgeschaft zodra de bedoelde bepaling niet meer van toepassing is.» worden voorafgegaan door de woorden « Met uitzondering van de situatie waarin de tijdelijke betrekking verleend onder punt f wordt gehandhaafd onder punt d, ». 4° in § 3, eerste lid, wordt een punt f ingevoegd, luidend als volgt : « f) van artikel 10duodecies, § 8, van voornoemd koninklijk besluit nr.297, »; 5° in § 3, derde lid, worden de woorden « Zij worden afgeschaft zodra de bedoelde bepaling niet meer van toepassing is.» worden voorafgegaan door de woorden « Met uitzondering van de situatie waarin de tijdelijke lestijden verleend onder punt f worden gehandhaafd onder punt d, ». Afdeling 8. - Bepalingen tot wijziging van het decreet van 3 maart

2004 houdende organisatie van het gespecialiseerd onderwijs

Art. 26.In artikel 40 van het decreet van 3 maart 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 03/03/2004 pub. 03/06/2004 numac 2004029137 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende organisatie van het gespecialiseerd onderwijs sluiten houdende organisatie van het gespecialiseerd onderwijs worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 2, tweede lid, wordt een punt f ingevoegd, luidend als volgt : « f) van artikel 10duodecies, § 8, van voornoemd koninklijk besluit nr.297, »; 2° in hetzelfde tweede lid worden de woorden « (situaties c en d) » vervangen door de woorden « (situaties c, d en f) »;3° in dezelfde § 2, tweede lid, worden de woorden « Zij wordt afgeschaft zodra de bedoelde bepaling niet meer van toepassing is.» worden voorafgegaan door de woorden « Met uitzondering van de situatie waarin de tijdelijke betrekking verleend onder punt f wordt gehandhaafd onder punt d, »; 4° in § 3, derde lid, worden de woorden « Zij worden afgeschaft zodra de bedoelde bepaling niet meer van toepassing is.» worden voorafgegaan door de woorden « Met uitzondering van de situatie waarin de tijdelijke lestijden verleend onder punt f van vorige paragraaf worden gehandhaafd onder punt d van dezelfde paragraaf, ».

Art. 27.In artikel 74 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 3, eerste lid wordt een punt f ingevoegd, luidend als volgt : « f) van artikel 10duodecies, § 8, van voornoemd koninklijk besluit nr.297, »; 2° in dezelfde § 3, eerste lid, worden de woorden « (situaties c en d) » vervangen door de woorden « (situaties c, d en f) »;3° in dezelfde § 3, eerste lid, worden de woorden « Zij wordt afgeschaft zodra de bedoelde bepaling niet meer van toepassing is.» worden voorafgegaan door de woorden « Met uitzondering van de situatie waarin de tijdelijke betrekking verleend onder punt f wordt gehandhaafd onder punt d, »; 4° in § 4, derde lid, worden de woorden « Zij worden afgeschaft zodra de bedoelde bepaling niet meer van toepassing is.» worden voorafgegaan door de woorden « Met uitzondering van de situatie waarin de tijdelijke lestijden verleend onder punt f van vorige paragraaf worden gehandhaafd onder punt d van dezelfde paragraaf, » ; 5° in § 5 wordt een punt f ingevoegd, luidend als volgt : « f) van artikel 10duodecies, § 8, van voornoemd koninklijk besluit nr.297, »; 6° in dezelfde § 5 worden de woorden « (situaties c en d) » vervangen door de woorden « (situaties c, d en f) »;7° in dezelfde § 5 worden de woorden « Zij wordt afgeschaft zodra de bedoelde bepaling niet meer van toepassing is.» worden voorafgegaan door de woorden « Met uitzondering van de situatie waarin de tijdelijke betrekking verleend onder punt f wordt gehandhaafd onder punt d, ». HOOFDSTUK 1 2. - Bepalingen betreffende het jaarlijkse vakantieverlof van de leden van de Algemene Inspectiedienst Afdeling 1. - Wijziging van het decreet van 10 januari 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 10/01/2019 pub. 26/02/2019 numac 2019040370 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de algemene inspectiedienst sluiten

betreffende de algemene inspectiedienst

Art. 28.Artikel 98 van het decreet van 10 januari 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 10/01/2019 pub. 26/02/2019 numac 2019040370 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de algemene inspectiedienst sluiten betreffende de algemene inspectiedienst wordt vervangen als volgt : «

Art. 98.§ 1. Het personeelslid, in vast of in tijdelijk verband, komt in aanmerking voor het hieronder omschreven jaarlijkse vakantieverlof : - herfstvakantie (Allerheiligen ) : één week; - wintervakantie (Kerstmis) twee weken; - ontspanningsvakantie ( Carnaval) : één week; - lentevakantie (Pasen) : twee weken; - zomervakantie : van 6 juli tot 15 augustus.

Wanneer het schooljaar echter eindigt na 5 juli, begint de zomervakantie op de eerste dag na het einde van het schooljaar. In dit geval worden de gewerkte dagen na 5 juli onmiddellijk na 15 augustus overgedragen.

De winter- (Kerstmis)- en de lentevakantie (Pasen) komen overeen met de vakantiedagen vastgelegd door de Regering overeenkomstig artikel 1.9.1-2, § 2, eerste lid, van het Wetboek voor het basis- en secundair onderwijs of vastgelegd door artikel 223 van het decreet van 31 maart 2022Relevante gevonden documenten type decreet prom. 31/03/2022 pub. 07/06/2022 numac 2022040888 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de aanpassing van het jaarritme van de scholen voor gewoon, gespecialiseerd basis- en secundair onderwijs, secundair kunstonderwijs met beperkt leerplan en voor sociale promotie en betreffende de begeleidingsmaatregelen voor de vrijetijdsopvang sluiten betreffende de aanpassing van het jaarritme van de scholen voor gewoon, gespecialiseerd basis- en secundair onderwijs, secundair kunstonderwijs met beperkt leerplan en voor sociale promotie en betreffende de begeleidingsmaatregelen voor de vrijetijdsopvang.

De herfstvakantie (Allerheiligen) komt overeen met de tweede week van de vakantie die vastgesteld of bepaald worden overeenkomstig het vorige lid.

De ontspanningsvakantie (Carnaval) komt overeen met de eerste week van de vakantie die vastgesteld of bepaald wordt overeenkomstig het tweede lid. § 2. Indien deze dagen niet op een zaterdag of zondag vallen of in een vakantieperiode bedoeld in § 1, komt het personeelslid, in vast of in tijdelijk verband, ook in aanmerking voor de volgende : 1° 27 september (Feest van de Franse Gemeenschap);2° 1 november (Allerheiligen);3° 11 november (Herdenking van 11 november);4° Paasmaandag;5° 1 mei (Feest van de Arbeid);6° Hemelvaartsdag;7° Pinkstermaandag. § 3. In afwijking van §§ 1 en 2 genieten de inspecteurs-generaal en de coördinerend inspecteur-generaal tijdens hun mandaat het jaarlijks vakantieverlof en de feestdagen die de ambtenaren van de diensten van de Regering genieten. ».

Art. 29.In hetzelfde decreet wordt een artikel 98/1 toegevoegd, luidend als volgt : «

Art. 98/1.Het personeelslid van de Algemene Inspectiedienst heeft recht op een wedde, op een bevordering tot een hogere wedde of op het verkrijgen van een verlof andere dan deze vermeld in artikel 98, onder dezelfde voorwaarden als deze voorzien voor de directies van de onderwijsinrichtingen of de psych-medisch-sociale centra van de Franse Gemeenschap die zij inspecteert. ». Afdeling 2. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 15 januari

1974 genomen ter toepassing van artikel 160 van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen van kleuter-, lager, gespecialiseerd, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs van de Staat, alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen en van de leden van de inspectiedienst die belast is met het toezicht op deze inrichtingen

Art. 30.In het koninklijk besluit van 15 januari 1974 genomen ter toepassing van artikel 160 van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen van kleuter-, lager, [gespecialiseerd], middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs van de Staat, alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen en van de leden van de inspectiedienst die belast is met het toezicht op deze inrichtingen wordt artikel 1 quater opgeheven.

TITEL III. - Overgangs- en slotbepalingen HOOFDSTUK 1. - Overgangsbepalingen

Art. 31.Voor het schooljaar 2022-2023, in afwijking van artikel 3, § 2, a), van het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 11 september 1990 tot regeling van de toekenning van een toelage aan de personeelsleden van het door de Franse Gemeenschap georganiseerd of gesubsidieerd onderwijs en aan de leden van het technisch personeel van de psycho-medisch-sociale centra georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap, die tijdelijk aangesteld worden in een beter bezoldigd ambt dan dat waarin zij vast benoemd zijn, zoals gewijzigd bij artikel 10 van dit decreet, wordt het dagelijks bedrag van de toegekende toelage verkregen door het bedrag dat wordt bepaald met toepassing van § 1 te delen door 310 voor personeelsleden die tijdelijk een beter betaalde functie uitoefenen in het leerplichtonderwijs, in het kunstonderwijs met beperkt leerplan en in het onderwijs voor sociale promotie.

Voor het schooljaar 2022-2023 mag, in afwijking van artikel 3, § 3, a), van hetzelfde besluit, zoals gewijzigd bij artikel 10 van dit decreet, het jaarlijkse bedrag niet hoger zijn dan 310/310 per schooljaar voor de personeelsleden tijdelijk een beter betaalde functie uitoefenen in het leerplichtonderwijs, in het kunstonderwijs met beperkt leerplan en in het onderwijs voor sociale promotie.

Art. 32.In afwijking van artikel 4, § 2quater, van het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 3 december 1992 betreffende de onderbreking van de beroepsloopbaan in het onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra, kunnen de personeelsleden die een wervingsfunctie uitoefenen en die, door een onderbreking van de beroepsloopbaan gekregen in het kader van een ouderschapsverlof, hun prestaties hebben verminderd met 1/5de van een voltijdse betrekking van 1 november 2021 tot 30 juni 2023 of hun prestaties hebben verminderd met 1/10de van een voltijdse betrekking van 1 maart 2021 tot 30 juni 2024, op hun verzoek, behouden blijven in loopbaanonderbreking in het kader van het ouderschapsverlof zonder uitkering, respectievelijk tot 7 juli 2023 of tot 5 juli 2024.

Dit artikel is niet van toepassing op de personeelsleden die onderworpen zijn aan : - het decreet van 24 juli 1997Relevante gevonden documenten type decreet prom. 24/07/1997 pub. 06/11/1997 numac 1997029343 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet dat het statuut bepaalt van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de hogescholen ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap sluiten dat het statuut bepaalt van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de hogescholen ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap; - het decreet van 20 december 2001Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/12/2001 pub. 03/05/2002 numac 2002029138 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot vaststelling van de regels die specifiek zijn voor het hoger kunstonderwijs georganiseerd in de hogere kunstscholen (1) sluiten tot vaststelling van de regels die specifiek zijn voor het hoger kunstonderwijs georganiseerd in de hogere kunstscholen (organisatie, financiering, omkadering, statuut van het personeel, rechten en plichten van studenten); - het decreet van 12 mei 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 12/05/2004 pub. 24/08/2004 numac 2004029246 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot bepaling van het statuut van de leden van het administratief personeel, het meester-, vak- en dienstpersoneel van de onderwijsinrichtingen ingericht door de Franse Gemeenschap sluiten tot bepaling van het statuut van de leden van het administratief personeel, het meester-, vak- en dienstpersoneel van de onderwijsinrichtingen ingericht door de Franse Gemeenschap; - het decreet van 20 juni 2008Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/06/2008 pub. 04/09/2008 numac 2008029389 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de administratieve personeelsleden van de door de Franse Gemeenschap georganiseerde of gesubsidieerde hogescholen sluiten betreffende de administratieve personeelsleden van de door de Franse Gemeenschap georganiseerde of gesubsidieerde Hogescholen, Hogere Kunstscholen en Hogere Instituten voor architectuur. HOOFDSTUK 2. - Slotbepaling

Art. 33.Dit decreet heeft uitwerking met ingang van 29 augustus 2022.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 16 maart 2023.

De Minister-President, P.-Y. JEHOLET De Vice-Minister-President en Minister van Begroting, Ambtenarenzaken, Gelijke kansen en het toezicht op Wallonie-Bruxelles Enseignement, Fr. DAERDEN De Vice-Minister-President en Minister van Kind, Gezondheid, Cultuur, Media en Vrouwenrechten, B. LINARD De Minister van Hoger Onderwijs, Onderwijs voor sociale promotie, Universitaire ziekenhuizen, Hulpverlening aan de jeugd, Justitiehuizen, Jeugd, Sport en de Promotie van Brussel, V. GLATIGNY De Minister van Onderwijs, C. DESIR _______ Nota (1) Zitting 2022-2023 Stukken van het Parlement.Voorstel tot decreet, nr. 508-1. - Amendement(en) tijdens de commissie, nr. 508-2 - Amendement(en) tijdens de zitting, nr. 508-3 - Tekst aangenomen tijdens de plenaire vergadering, nr. 508-4.

Integraal verslag. - Bespreking en aanneming. - Vergadering van 15 maart 2023.