gepubliceerd op 09 maart 2017
Decreet houdende diverse maatregelen inzake onderwijs voor sociale promotie
9 FEBRUARI 2017. - Decreet houdende diverse maatregelen inzake onderwijs voor sociale promotie (1)
Het Parlement van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen, en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK I. - Wijziging van de wet van 29 mei 1959 tot wijziging van sommige bepalingen van de onderwijswetgeving
Artikel 1.In artikel 12, § 3, negende lid, van de wet van 29 mei 1959 tot wijziging van sommige bepalingen van de onderwijswetgeving, wordt het vijfde streepje vervangen door : "de personen die het leefloon of gelijkwaardige financiële sociale bijstand genieten".
Art. 2.In artikel 24, § 4, van dezelfde wet, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1. de woorden "opleidingseenheden" worden vervangend door de woorden "onderwijseenheden";2. de woorden "van stelsel 2 of van stelsel 1" worden geschrapt;3. de woorden "van de Overlegcommissie bedoeld bij artikel 15 van het decreet van 16 april 1991 houdende organisatie van het onderwijs voor sociale promotie" worden vervangen door de woorden "van de Algemene raad bedoeld bij artikel 78 van het decreet van 16 april 1991 houdende organisatie van het onderwijs voor sociale promotie". HOOFDSTUK II. - Wijziging van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen voor kleuter-, lager, gespecialiseerd, middelbaar, technisch onderwijs, onderwijs voor sociale promotie en kunstonderwijs van de Staat, alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen en van de leden van de inspectiedienst die belast is met het toezicht op deze inrichtingen
Art. 3.§ 1. In artikel 1 van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen voor kleuter-, lager, gespecialiseerd, middelbaar, technisch onderwijs, onderwijs voor sociale promotie en kunstonderwijs van de Staat, alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen en van de leden van de inspectiedienst die belast is met het toezicht op deze inrichtingen, wordt een bijkomend lid toegevoegd, luidend als volgt : "In afwijking van het eerste lid, zijn de artikelen 79, 82, 83, 84, 86, 87, 88, 89, 90 en 91 niet van toepassing op het onderwijs voor sociale promotie.". § 2. In hetzelfde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° artikel 83, eerste lid, 3° bis wordt geschrapt; 2° in artikel 83, eerste lid, 4°, worden de woorden "in het onderwijs voor sociale promotie, is de vereiste ambtsanciënniteit van minstens 600 dagen;" geschrapt; 3° artikel 83, eerste lid, 7°, wordt geschrapt;4° artikel 84, tweede lid, wordt geschrapt. HOOFDSTUK III. - Wijziging van het koninklijk besluit van 22 juli 1969 tot vaststelling van de wervingsambten waarvan de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, het opvoedend hulppersoneel en het paramedisch personeel van de rijksonderwijsinrichtingen titularis moeten zijn om in een selectieambt te kunnen worden benoemd
Art. 4.§ 1. Artikel 1bis van het koninklijk besluit van 22 juli 1969 tot vaststelling van de wervingsambten waarvan de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, het opvoedend hulppersoneel en het paramedisch personeel van de rijksonderwijsinrichtingen titularis moeten zijn om in een selectieambt te kunnen worden benoemd, wordt geschrapt. § 2. In hetzelfde besluit, wordt bijlage 1 afgeschaft. HOOFDSTUK IV. - Wijziging van het decreet van 16 april 1991 houdende organisatie van het onderwijs voor sociale promotie
Art. 5.In artikel 5bis van het decreet van 16 april 1991 houdende organisatie van het onderwijs voor sociale promotie, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° bij punt 2°, wordt punt g) vervangen door "g) de lestijden voor pedagogische begeleiding"; 2° punt 5° wordt vervangen door hetgeen volgt : "5° activiteiten voor beroepsontwikkeling : leeractiviteiten bedoeld bij artikel 76, 2°, van het decreet van 7 november 2013Relevante gevonden documenten type decreet prom. 07/11/2013 pub. 18/12/2013 numac 2013029625 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot bepaling van het hogeronderwijslandschap en de academische organisatie van de studies sluiten tot bepaling van het hogeronderwijslandschap en de academische organisatie van de studies;"; 3° punt 6° wordt vervangen door : "6° bijkomende lestijden : lestijden georganiseerd in het kader van de toegang tot of de bekrachtiging van een onderwijseenheid ten gunste van één of meerdere studenten die moeilijkheden ervaren om bepaalde bekwaamheden te bemeesteren die vooraf vereist worden of sommige leerresultaten van een onderwijseenheid;"; 4° punt 13° wordt vervangen door "13° pedagogische of technische deskundigheid : onderwijsactiviteiten die statutair verbonden zijn met een ambt van een onderwijseenheid.Deze activiteiten hebben tot doel het onderhoud, de ontwikkeling van pedagogische ondersteuningsmiddelen, de ontwikkeling van administratieve ondersteuningsmiddelen, de creatie en de ontwikkeling van onderzoeksactiviteiten, pedagogische projecten, de coördinatie van studieraden en de pedagogische begeleiding van studenten of kandidaat-studenten;"; 5° punt 15° wordt vervangen door hetgeen volgt : "15° e-learning : online leeractiviteiten gericht op de ontwikkeling van bevoegdheden door de lerende en gestructureerd via de interactie met de voogd en gelijken;"; 6° een punt 25° wordt toegevoegd, luidend als volgt : "25° lestijden pedagogische begeleiding : lestijden georganiseerd ten bate van één of meerdere studenten die het toelaten voor de pedagogische begeleiding te zorgen;"; 7° een punt 26° wordt toegevoegd, luidend als volgt : "26° opleidingsactiviteiten : activiteiten voor de ontwikkeling van competenties die beantwoorden aan bepaalde aanvragen van openbare, private instellingen en die rusten op een structuur van pedagogische doelstellingen zonder dat deze geformaliseerd worden in een pedagogisch dossier, en die niet het voorwerp uitmaken van een evaluatie door de Studieraad.".
Art. 6.In artikel 8 van hetzelfde decreet, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het tweede lid, wordt het woord "erkenning" vervangen door het woord "valorisatie"; 2° er wordt een bijkomend lid toegevoegd, luidend als volgt : "De valorisatie is het proces voor de analyse van de formeel, niet-formeel en informeel verworven competenties van de student, tegenover de vooraf bij de toegang vereiste bekwaamheden of de leerresultaten in het kader van de vrijstelling van sommige onderwijsactiviteiten van een onderwijseenheid of van de bekrachtiging van een onderwijseenheid.".
Art. 7.Artikel 36 van hetzelfde decreet wordt vervangen door hetgeen volgt : "
Art. 36.- § 1. De pedagogische begeleiding is een individuele of collectieve onderwijsactiviteit voor betere slaagkansen met als doel de identificatie, de steun of het remediëren van de mogelijke leermoeilijkheden van één of meerdere studenten ingeschreven in één onderwijseenheid ertoe strekkend de ontwikkeling en het verwerven van leerresultaten met beteren kansen op slagen, te bevorderen.
Onverminderd artikel 91/6, beslist de Studieraad over het nut, de inhoud en de duur van deze onderwijsactiviteiten. § 2. Elke inrichtende macht van het onderwijs voor sociale promotie bepaalt het pedagogische project van de inrichting/instelling alsook het begeleidingsplan voor de studenten.
De Regering bepaalt de criteria voor de evaluatie van het begeleidingsplan voor de studenten.
De inspectiedienst van het onderwijs voor sociale promotie wordt belast met de evaluatie van het begeleidingsplan voor de studenten. § 3. Er wordt een referentiepersoon aangewezen binnen het pedagogisch personeel en het opvoedend hulppersoneel van elke inrichting/instelling om het geheel van de onderwijsactiviteiten te coördineren die betrekking hebben op de omkadering, de bijkomende lestijden, de valorisatie van formele, niet-formele en informele leerresultaten, de pedagogische begeleiding bij de studieraad en de pedagogische en technische expertise.
De referentiepersoon wordt aangewezen door de inrichtende macht waaronder de inrichting/instelling voor sociale promotie ressorteert.
Indien genoemde inrichting/instelling onder het net van de Franse Gemeenschap ressorteert, wordt de referentiepersoon door de directie van de inrichting/instelling aangewezen.".
Art. 8.In artikel 48 van hetzelfde decreet, wordt een § 9 toegevoegd, luidend als volgt : " § 9. In afwijking van § 2, is de leeftijd van diploma-uitreiking bedoeld bij punt 3° niet van toepassing in het geval een co-diplomering met een universiteit, een hogeschool of een hogere kunstschool.".
Art. 9.In artikel 51 van hetzelfde decreet, worden de woorden "Het getuigschrift voor pedagogische bekwaamheden (GPB) bedoeld in artikel 16 van het koninklijk besluit van 22 april 1969 betreffende de bekwaamheidsbewijzen vereist van de leden van het bestuurspersoneel en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel en van het paramedisch personeel der rijksinrichtingen voor kleuteronderwijs, lager, buitengewoon, middelbaar, technisch onderwijs, kunstonderwijs en normaalonderwijs, alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen;" vervangen door de woorden "Het getuigschrift voor pedagogische bekwaamheden (GPB) bedoeld in artikel 17 van het decreet van 11 april 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 11/04/2014 pub. 10/10/2014 numac 2014029467 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot regeling van de bekwaamheidsbewijzen en ambten in het door de Franse Gemeenschap georganiseerde en gesubsidieerde basis- en secundair onderwijs sluiten tot regeling van de bekwaamheidsbewijzen en ambten in het door de Franse Gemeenschap georganiseerde en gesubsidieerde basis- en secundair onderwijs en in artikel 16 van het koninklijk besluit van 22 april 1969 betreffende de bekwaamheidsbewijzen vereist van de leden van het bestuurspersoneel en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel en van het paramedisch personeel der rijksinrichtingen voor kleuteronderwijs, lager, buitengewoon, middelbaar, technisch onderwijs, kunstonderwijs en normaalonderwijs, alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen;" .
Art. 10.In artikel 91/6 van hetzelfde decreet, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid, wordt een 5° toegevoegd, luidend als volgt : "5° opleidingsactiviteiten";2° in het tweede lid, worden de woorden "8 %" vervangen door de woorden "10 %"; 3° een derde lid wordt toegevoegd, luidend als volgt : "Behoudens afwijking toegekend door de Regering voor een bepaalde duur en met uitzondering van de lestijden gefinancierd op basis van de overeenkomsten bedoeld bij artikel 114, kan het geheel van de lestijden bestemd voor de opleidingsactiviteiten niet het maximum van 1 % van de organieke lestijdendotatie bedoeld bij artikel 82, overschrijden.".
Art. 11.In artikel 96ter van hetzelfde decreet, worden de woorden "Onder herstructurering verstaat men het overnemen door een zelfstandige instelling van een of meerdere vestigingen die afhangen van een andere instelling of een herstructurering van het aanbod inzake onderwijs wat betreft het onderwijsniveau".
Art. 12.Er wordt een artikel 120bis ingevoegd in hetzelfde decreet, luidend als volgt : "
Art. 120.- § 1. De inrichtingen voor onderwijs voor sociale promotie kunnen alternerende opleidingen in het secundair onderwijs organiseren. § 2. Het alternerend secundair onderwijs voor sociale promotie is een onderwijs waarin het verwerven van de nuttige competenties voor het verkrijgen van een getuigschrift, geschiedt in ondernemingen ten belope van 40 % van de onderwijsactiviteiten van de afdeling.
De Regering bepaalt de nadere regels voor de verdeling van het overblijvende 60 %.
Het woord" onderneming" omhelst de non-profit sector alsook de overheidsdiensten, binnen en buiten de Franse Gemeenschap.".
Art. 13.Er wordt een artikel 120ter in hetzelfde decreet ingevoegd, luidend als volgt : "
Art. 120ter.- § 1. Het aantal lestijden voorgedragen in het pedagogisch dossier dat werkelijk wordt georganiseerd door de inrichtingen voor alternerend onderwijs voor sociale promotie wordt opgenomen op de lestijdendotatie van de betrokken inrichtingen, overeenkomstig de artikelen 82 tot 93 en 102. § 2. Het feit dat een student eenheden van alternerend onderwijs volgt houdt geen wijziging in van de bedragen van het inschrijvingsgeld alsook van de vrijstellingen ervan die in het door de Franse Gemeenschap georganiseerd of gesubsidieerd onderwijs voor sociale promotie geldig zijn.".
Art. 14.Er wordt een artikel 120quater in hetzelfde decreet ingevoegd, luidend als volgt : "
Art. 120quater.- De leeractiviteiten bevatten activiteiten voor het verwerven van competenties in een onderneming die geëvalueerd worden.
De onderneming neemt deelt aan de evaluatie van de verwerving van competenties volgens de nadere regels bepaald in de overeenkomst voor alternerend onderwijs.
De Regering bepaalt de plaatsen waar de leeractiviteiten van de opleiding plaatsvinden".
Art. 15.Er wordt een artikel 120quinquies in hetzelfde decreet ingevoegd, luidend als volgt : "
Art. 120quinquies.- Het alternerend secundair onderwijs voor sociale promotie kan georganiseerd worden in de sectoren die leiden tot schaarsteberoepen, nieuwe beroepen, evoluerende beroepen, beroepen in verband met de duurzame ontwikkeling of beroepen die verband houden met het herstel van de economie.".
Art. 16.Er wordt een artikel 120sexties in hetzelfde decreet ingevoegd, luidend als volgt : "
Art. 120sexties.- De opleidingen van het alternerend onderwijs kunnen toegang verlenen tot overeenstemmende getuigschriften zoals bedoeld bij het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de gelijkwaardigheid van de diploma's uitgereikt in het onderwijs voor sociale promotie van 1 oktober 1991.".
Art. 17.Er wordt een artikel 120septies in hetzelfde decreet ingevoegd, luidend als volgt : "
Art. 120septies.- De aldus uitgereikte getuigschriften leiden tot niveaus van kwalificatie erkend in het Franstalig kwalificatiekader.".
Art. 18.Er wordt een artikel 120octies in hetzelfde decreet ingevoegd, luidend als volgt : "
Art. 120octies.- Iedere student die ingeschreven is voor een opleiding georganiseerd in het alternerend onderwijs sluit een overeenkomst voor alternerend onderwijs.
De Regering bepaalt de nadere regels en het model van de overeenkomst voor alternerend onderwijs.".
Art. 19.Er wordt een artikel 120nonies in hetzelfde decreet ingevoegd, luidend als volgt : "
Art. 120nonies.- Er wordt jaarlijks vanaf hun inwerkingtreding een verslag over de evaluatie van de toepassing van de artikelen 120bis tot 120octis gemaakt dat aan de Regering en het Parlement wordt overgezonden.".
Art. 20.Artikel 123bis van hetzelfde decreet wordt vervangen door hetgeen volgt : "
Art. 123bis.- § 1. Er wordt een subregionale commissie opgericht die overeenstemt met elke KOVA-regio (Kwalificerend Onderwijs - Vorming Arbeidsmarkt - "Enseignement qualifiant - Formation Emploi - EFE") bepaald bij § 2. § 2. De KOVA-regio's bedoeld bij § 1 zijn de geografische zones die bepaald zijn bij artikel 3 van het samenwerkingsakkoord van 20 maart 2014Relevante gevonden documenten type samenwerkingsakkoord prom. 20/03/2014 pub. 20/05/2014 numac 2014203286 bron waalse overheidsdienst Samenwerkingsakkoord tussen het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschap betreffende het bestuur in de uitvoering van de openbare mandaten in de overheidsinstellingen en in de van de overheid afgeleide entiteiten sluiten tussen de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie betreffende de uitvoering van regio's voor Kwalificerend Onderwijs - Vorming - Arbeidsmarkt. Deze zijn de volgende : 1. de KOVA-regio Brussel omvat de volgende gemeenten : Anderlecht, Oudergem, Sint-Agatha-Berchem, Brussel, Etterbeek, Evere, Vorst, Ganshoren, Elsene, Jette, Koekelberg, Sint-Jans-Molenbeek, Sint-Gillis, Sint-Joost-ten-Noode, Schaarbeek, Ukkel, Watermaal-Bosvoorde, Sint-Lambrechts-Woluwe, Sint-Pieters-Woluwe;2. de KOVA-regio Waals-Brabant omvat de volgende gemeenten : Bevekom, Eigenbrakel, Kasteelbrakel, Court-Saint-Etienne, Chastre, Chaumont-Gistoux, Genappe, Grez-Doiceau, Hélécine, Incourt, Ittre, Geldenaken, Terhulpen, Lasne, Mont-Saint-Guibert, Nijvel, Orp-Jauche, Ottignies-Louvain-la-Neuve, Perwez, Ramillies, Rebecq, Rixensart, Tubeke, Walhain, Waterloo, Waver, Villers-la-Ville;3. de KOVA-regio "Wallonie Picarde" omvat de volgende gemeenten : Antoing, Aat, Beloeil, Bernissart, Brugelette, Brunehaut, Celles, Chièvres, Komen-Waasten, Elzele, Edingen, Estaimpuis, Vloesberg, Frasnes-lez-Anvaing, Lessen, Leuze-en-Hainaut, Mont-de-l'Enclus, Moeskroen, Pecq, Peruwelz, Rumes, Silly, Doornik;4. De KOVA-regio "Hainaut Centre" omvat de volgende gemeenten : Binche, Boussu, 's-Gravenbrakel, Chapelle lez Herlaimont, Colfontaine, Dour, Ecaussines, Estinnes, Frameries, Hensies, Honnelles, Jurbise, La Louvière, Lens, Le Roeulx, Manage, Bergen, Morlanwelz, Quaregnon, Quévy, Quiévrain, Saint-Ghislain, Seneffe, Zinnik;5. De KOVA-regio "Hainaut Sud" omvat de volgende gemeenten : Aiseau-Presles, Anderlues, Beaumont, Cerfontaine, Charleroi, Châtelet, Chimay, Courcelles, Couvin, Erquelinnes, Farciennes, Fleurus, Fontaine-l'Evêque, Froidchapelle, Gerpinnes, Ham-sur-Heure, Les Bons Villers, Lobbes, Merbes-le-Château, Momignies, Montigny-le-Tilleul, Philippeville, Pont-à-Celles, Sivry-Rance, Thuin, Viroinval en Walcourt;6. De KOVA-regio Namen omvat de volgende gemeenten : Andenne, Anhée, Assesse, Beauraing Bièvre, Ciney, Dinant, Doische, Eghezée, Fernelmont, Floreffe, Florennes, Fosses-la-Ville, Gedinne, Gembloux, Gesves, Hamois, Hastière, Havelange, Houyet, Jemeppe-sur-Sambre, La Bruyère, Mettet, Namen, Ohey, Onhaye, Profondeville, Rochefort, Sambreville, Sombreffe, Somme-Leuze, Vresse-sur-Semois, Yvoir;7. de KOVA-regio Luxemburg omvat de volgende gemeenten : Aarlen, Attert, Aubange, Bastenaken, Bertogne, Bertrix, Bouillon, Chiny, Daverdisse, Durbuy, Erezée, Etalle, Fauvillers, Florenville, Gouvy, Habay, Herbeumont, Hotton, Houffalize, La-Roche-en-Ardenne, Léglise, Libin, Libramont-Chevigny, Manhay, Marche-en-Famenne, Martelange, Messancy, Meix-devant-Virton, Musson, Nassogne, Neufchâteau, Paliseul, Rendeux, Rouvroy, Saint-Léger, Tellin, Tenneville, Tintigny, Saint-Hubert, Sainte-Ode, Vaux-sur-Sûre, Vielsalm, Virton, Wellin;8. de KOVA-regio Luik omvat de volgende gemeenten : Ans, Awans, Aywaille, Bassenge, Beyne-Heusay, Blegny, Chaudfontaine, Comblain-au-Pont, Dalhem, Esneux, Flémalle, Fléron, Grâce-Hollogne, Herstal, Juprelle, Luik, Neupré, Oupeye, Saint-Nicolas, Seraing, Soumagne, Sprimont, Trooz, Wezet;9. de KOVA-regio Hoei-Borgworm omvat de volgende gemeenten : Amay, Anthisnes, Berloz, Braives, Burdinne, Clavier, Crisnée, Donceel, Engis, Faimes, Ferrières, Fexhe-le-Haut-Clocher, Geer, Hamoir, Hannut, Héron, Hoei, Lincent, Marchin, Modave, Nandrin, Oreye, Ouffet, Remicourt, Saint-Georges-sur-Meuse, Tinlot, Verlaine, Villers-le-Bouillet, Wanze, Borgworm, Wasseiges;10. de KOVA-regio Verviers omvat de volgende gemeenten : Aubel, Baelen, Dison, Herve, Jalhay, Lierneux, Limbourg, Malmedy, Olne, Pepinster, Plombières, Spa, Stavelot, Stoumont, Theux, Thimister-Clermont, Trois-Ponts, Verviers, Waimes, Welkenraedt. § 3. De subregionale commissies hebben tot opdracht : - elke aangelegenheid te onderzoeken die betrekking heeft op het aanbod van onderwijs voor sociale promotie in het kader van de bevoegdheden van de KOVA-regio's; - voor de samenhang zorgen van het aanbod van onderwijs met de vastgestelde sociaal-economische behoeften door een verband te leggen met de structuren die de sociaal-economische deelnemers samen brengen in de KOVA-regio's en in samenwerking met elke instantie die verband houdt met het onderwijs; - voor de algemene raad bedoeld bij artikel 78 adviezen uit te brengen, op eigen initiatief of op verzoek van deze; - adviezen uit te brengen zoals bedoeld bij artikel 13, § 1, 4°, van het samenwerkingsakkoord van 20 maart 2014Relevante gevonden documenten type samenwerkingsakkoord prom. 20/03/2014 pub. 20/05/2014 numac 2014203286 bron waalse overheidsdienst Samenwerkingsakkoord tussen het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschap betreffende het bestuur in de uitvoering van de openbare mandaten in de overheidsinstellingen en in de van de overheid afgeleide entiteiten sluiten tussen de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie betreffende de uitvoering van regio's voor Kwalificerend Onderwijs - Vorming - Arbeidsmarkt. § 4. Iedere commissie bedoeld bij § 1 bestaat uit één lid per inrichting/instelling waarvan de zetel of een vestiging gelegen is in de KOVA-regio, en één vertegenwoordiger van elke representatieve vakvereniging krachtens de wet van 19 december 1974Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/12/1974 pub. 05/10/2012 numac 2012000586 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel.
In afwijking van het eerste lid, indien de regio meer dan 30 inrichtingen of vestigingen bedraagt, wordt de vakbondsvertegenwoordiging op 3 vertegenwoordigers gebracht voor elke vakvereniging bedoeld bij het eerste lid.
Het lid dat de inrichtingen vertegenwoordigt is het inrichtingshoofd.
Bij gebreke daaraan wordt een afgevaardigde aangewezen : - door het inrichtingshoofd voor het door de Franse Gemeenschap georganiseerd onderwijs; - door de inrichtende macht van de inrichting voor het door de Franse Gemeenschap gesubsidieerd onderwijs.
De mandaten worden niet bezoldigd. De leden hebben nochtans recht op de terugbetaling van hun verplaatsingskosten.". HOOFDSTUK V. - Wijziging van het decreet van 24 juli 1997Relevante gevonden documenten type decreet prom. 24/07/1997 pub. 23/09/1997 numac 1997029337 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet dat de prioritaire taken bepaalt van het basisonderwijs en van het secundair onderwijs en de structuren organiseert die het mogelijk maken ze uit te voeren sluiten dat de prioritaire taken bepaalt van het basisonderwijs en van het secundair onderwijs en de structuren organiseert die het mogelijk maken ze uit te voeren
Art. 21.In artikel 33 van het decreet van 24 juli 1997Relevante gevonden documenten type decreet prom. 24/07/1997 pub. 23/09/1997 numac 1997029337 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet dat de prioritaire taken bepaalt van het basisonderwijs en van het secundair onderwijs en de structuren organiseert die het mogelijk maken ze uit te voeren sluiten dat de prioritaire taken bepaalt van het basisonderwijs en van het secundair onderwijs en de structuren organiseert die het mogelijk maken ze uit te voeren, worden de woorden "van de Overlegcommissie voor het onderwijs voor sociale promotie opgericht" vervangen door de woorden "van de Algemene raad voor het onderwijs voor sociale promotie opgericht".
Art. 22.In artikel 58 van hetzelfde decreet, worden de woorden "en de Overlegcommissie van het onderwijs voor sociale promotie" vervangen door de woorden "en de Algemene raad voor het onderwijs voor sociale promotie bedoeld bij artikel 33". HOOFDSTUK VI. - Wijziging van het decreet van 30 juni 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/06/1998 pub. 22/08/1998 numac 1998029332 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet dat erop gericht is alle leerlingen gelijke kansen op sociale emancipatie te geven, inzonderheid door de invoering van maatregelen voor positieve discriminatie type decreet prom. 30/06/1998 pub. 01/09/1998 numac 1998029350 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet met betrekking tot de bijscholing van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en het opvoedend hulppersoneel in het onderwijs voor sociale promotie sluiten dat erop gericht is alle leerlingen gelijke kansen op sociale emancipatie te geven, inzonderheid door de invoering van maatregelen voor positieve discriminatie
Art. 23.In artikel 53 van het decreet van 30 juni 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/06/1998 pub. 22/08/1998 numac 1998029332 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet dat erop gericht is alle leerlingen gelijke kansen op sociale emancipatie te geven, inzonderheid door de invoering van maatregelen voor positieve discriminatie type decreet prom. 30/06/1998 pub. 01/09/1998 numac 1998029350 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet met betrekking tot de bijscholing van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en het opvoedend hulppersoneel in het onderwijs voor sociale promotie sluiten dat erop gericht is alle leerlingen gelijke kansen op sociale emancipatie te geven, inzonderheid door de invoering van maatregelen voor positieve discriminatie, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° bij punt 4., worden de woorden "Hoge Raad » : de Hoge Raad voor het Onderwijs voor Sociale Promotie die wordt bedoeld door artikel 78 van het bovenvermelde decreet van 16 april 1991;" vervangen door de woorden "Algemene Raad" : de Algemene Raad voor het Onderwijs voor Sociale Promotie die wordt bedoeld bij artikel 78 van het bovenvermelde decreet van 16 april 1991;"; 2° bij punt 6., worden de woorden "eenheid voor aanpassings- of remediëringsopleidingen » : een opleidingseenheid gedefinieerd in artikel 13 van het bovenvermelde decreet van 16 april 1991 en dat de cursisten in staat stelt de voorbereidende vaardigheden te verwerven die vereist zijn voor toelating tot een voorbereidende of kwalificerende opleiding;" vervangen door de woorden "onderwijseenheid voor aanpassings of remediëring » : een onderwijseenheid gedefinieerd in artikel 13 van het bovenvermelde decreet van 16 april 1991 en die de cursisten in staat stelt de voorbereidende vaardigheden te verwerven die vereist zijn voor de toelating tot een voorbereidende of kwalificerende opleiding;".
Art. 24.In artikel 54 van hetzelfde decreet, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° bij § 1, worden de woorden "van de Hoge raad" vervangen door de woorden "van de Algemene raad";2° bij § 2, worden de woorden "de Hoge raad" vervangen door de woorden "de Algemene raad" en de woorden "Worden niet in aanmerking genomen voor de berekening van het in het eerste lid bedoelde percentage of aantal, zijn de cursisten die zijn ingeschreven : 1.ofwel in een opleidingsafdeling of -eenheid die het voorwerp is van de overeenkomsten die worden bedoeld in de artikelen 114 en 115 van het bovenvermelde decreet van 16 april 1991 en die wordt gefinancierd door de externe partner, ten belope van ten minste 50 %; 2. ofwel in een opleidingsafdeling of -eenheid die geklasseerd is op het niveau van het hoger onderwijs voor sociale promotie." door de woorden "Worden niet in aanmerking genomen voor de berekening van het in lid 1 bedoelde percentage of aantal, de cursisten die zijn ingeschreven : 1. ofwel in een onderwijsafdeling of -eenheid die het voorwerp maakt van de overeenkomsten die worden bedoeld in de artikelen 114 en 115 van het bovenvermelde decreet van 16 april 1991 en die wordt gefinancierd door de externe partner, ten belope van ten minste 50 %; 2. ofwel in een onderwijsafdeling of -eenheid die gerangschikt wordt op het niveau van het hoger onderwijs voor sociale promotie."; 3° bij § 3, worden de woorden "de Hoge raad" vervangen door de woorden "de Algemene raad";4° § 5 wordt afgeschaft en vervangen door hetgeen volgt : "Vanaf 2003 houdt de verhouding of het aantal bedoeld in § 2 eveneens rekening met de cursisten die het leefloon of gelijkwaardige financiële sociale bijstand genieten", bedoeld in artikel 12, § 3, negende lid, vijfde streepje, van voormelde wet van 29 mei 1959".
Art. 25.In artikel 58 van hetzelfde decreet worden de woorden "Hoge Raad" telkens vervangen door de woorden "Algemene Raad" en de woorden "die de organisatie inhouden van eenheden voor aanpassings- of remediëringseenheden" door de woorden "die de organisatie inhouden van onderwijseenheden voor aanpassing of remediëring".
Art. 26.In artikel 59 van hetzelfde decreet, worden de woorden "Hoge Raad" telkens door de woorden "Algemene Raad" vervangen.
Art. 27.In artikel 60 van hetzelfde decreet, worden de woorden "Hoge Raad" door de woorden "Algemene Raad" vervangen. HOOFDSTUK VII. - Wijziging van het decreet van 30 juni 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/06/1998 pub. 22/08/1998 numac 1998029332 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet dat erop gericht is alle leerlingen gelijke kansen op sociale emancipatie te geven, inzonderheid door de invoering van maatregelen voor positieve discriminatie type decreet prom. 30/06/1998 pub. 01/09/1998 numac 1998029350 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet met betrekking tot de bijscholing van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en het opvoedend hulppersoneel in het onderwijs voor sociale promotie sluiten met betrekking tot de bijscholing van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en het opvoedend hulppersoneel in het onderwijs voor sociale promotie
Art. 28.In artikel 10, tweede lid, van het decreet van 30 juni 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/06/1998 pub. 22/08/1998 numac 1998029332 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet dat erop gericht is alle leerlingen gelijke kansen op sociale emancipatie te geven, inzonderheid door de invoering van maatregelen voor positieve discriminatie type decreet prom. 30/06/1998 pub. 01/09/1998 numac 1998029350 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet met betrekking tot de bijscholing van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en het opvoedend hulppersoneel in het onderwijs voor sociale promotie sluiten met betrekking tot de bijscholing van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en het opvoedend hulppersoneel in het onderwijs voor sociale promotie, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in 2° worden de woorden "de verantwoordelijke van de inspectiedienst voor het onderwijs voor sociale promotie" vervangen door de woorden "de inspecteur belast met de coördinatie voor het onderwijs voor sociale promotie en het afstandsonderwijs"; 2° 3° wordt vervangen als volgt : "3° leden van het Bureau van de Algemene Raad voor het onderwijs voor sociale promotie, zoals bedoeld in artikel 6 van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 23 januari 2014 tot bepaling van de nadere regels voor de organisatie en de werking van de Algemene raad voor het onderwijs voor sociale promotie en van zijn vast secretariaat.".
Art. 29.In artikel 13, tweede lid, van hetzelfde decreet worden de woorden "Hoge Raad" vervangen door de woorden "Algemene Raad". HOOFDSTUK VIII. - Wijziging van het decreet van 4 januari 1999Relevante gevonden documenten type decreet prom. 04/01/1999 pub. 25/02/1999 numac 1999029087 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de bevorderingsambten en de selectieambten sluiten betreffende de bevorderingsambten en de selectieambten
Art. 30.In artikel 1, § 1, 1°, van het decreet van 4 januari 1999Relevante gevonden documenten type decreet prom. 04/01/1999 pub. 25/02/1999 numac 1999029087 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de bevorderingsambten en de selectieambten sluiten betreffende de bevorderingsambten en de selectieambten, worden de woorden "voor sociale promotie" ingevoegd tussen de woorden "onderwijs" en "georganiseerd".
Art. 31.In artikel 1 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° In § 2 wordt 2° geschrapt;2° Er wordt een § 4 toegevoegd, luidend als volgt : "Voor het onderwijs voor sociale promotie zijn de artikelen 23, 24 en 26 slechts van toepassing op de personeelsleden die hun ambt uitoefenen in de inrichtingen voor het onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschap".
Art. 32.Onder de titel van hoofdstuk II van hetzelfde decreet worden de woorden "voor sociale promotie" toegevoegd na de woorden "secundair onderwijs".
Art. 33.In artikel 4 van hetzelfde decreet wordt een § 2 toegevoegd, luidend als volgt : " § 2. Het bevorderingsambt dat de leden van het onderwijzend personeel mogen uitoefenen in het onderwijs voor sociale promotie is het ambt van directeur.".
Art. 34.In artikel 5 van hetzelfde decreet wordt een § 2 toegevoegd, luidend als volgt : " § 2. De selectieambten die de personeelsleden mogen uitoefenen in het onderwijs voor sociale promotie zijn de volgende : 1° onderdirecteur;2° werkmeester; 3° directiesecretaris.".
Art. 35.In hetzelfde decreet, wordt een hoofdstuk IIIbis ingevoegd tussen hoofdstuk III en hoofdstuk IV, luidend als volgt : "Hoofdstuik IIIbis. - De ambten die toegang geven tot de selectieambten en de bevorderingsambten die de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het bestuurs- en opvoedend hulppersoneel mogen uitoefenen in het onderwijs voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap, alsook bepaalde voorwaarden die vereist zijn om erin benoemd te worden.".
Art. 36.In hetzelfde decreet wordt een artikel 17bis toegevoegd, luidend als volgt : "
Art. 17bis.Elk lid van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel dat vast benoemd is in het onderwijs voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap in een ambt dat toegang geeft tot een selectieambt, kan in dat ambt benoemd worden onder de volgende voorwaarden : 1° één of meer ambten uitoefenen met in totaal ten minste een halve opdracht in vast verband;2° een dienstanciënniteit van ten minste 1800 dagen en een ambtsanciënniteit van ten minste 600 dagen tellen voor de toegang tot een selectieambt;3° geen tuchtstraf opgelopen hebben of geen intrekking van de hogere functies hebben gekregen tijdens de vorige vijf jaar;4° ten minste de vermelding « goed » hebben gekregen op de laatste beoordelingsstaat;5° houder zijn van een bekwaamheidsbewijs voor de uitoefening van een ambt dat toegang geeft tot het betrokken selectieambt, alsook van het specifieke bekwaamheidsbewijs indien vereist voor het betrokken selectieambt;6° titularis zijn van het brevet dat verband houdt met het te begeven ambt;7° geen ongunstig verslag hebben gekregen in het betrokken ambt tijdens de twee laatste schooljaren, zoals bedoeld in artikel 75ter van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 voor een selectieambt. Onverminderd de voorwaarde bepaald in het eerste lid, 5°, in afwijking van de artikelen 17quater, 17quinquies en 17sexties, en bij gebrek aan kandidatuur van een personeelslid van het onderwijs voor sociale promotie waarbij het geheel van de voorwaarden opgesomd in het eerste lid vervuld zijn, kan de Regering een personeelslid in vast verband benoemen in het onderwijs met volledig leerplan in één van de wervingsambten met de opschriften die overeenstemmen met de wervingsambten die toegang geven tot de selectieambten in het onderwijs voor sociale promotie of, wat betreft het ambt van onderdirecteur, een personeelslid in vast verband in een ambt van rang 1 of rang 2 in de Hogescholen georganiseerd door de Franse Gemeenschap bedoeld in het decreet van 25 juli 1996 betreffende de opdrachten en betrekkingen in de door de Franse Gemeenschap ingerichte of gesubsidieerde Hogescholen.".
Art. 37.In hetzelfde decreet wordt een artikel 17ter toegevoegd, luidend als volgt : "
Art. 17ter.De onderdirecteurs die toegang hebben gekregen tot het bevorderingsambt van directeur in tijdelijk verband vanuit één van de ambten van het opvoedend hulppersoneel, mogen geen toegang hebben tot het ambt van directeur in vast verband.".
Art. 38.In hetzelfde decreet wordt een artikel 17quater toegevoegd, luidend als volgt : "
Art. 17quater.Om benoemd te worden in het ambt van onderdirecteur in het onderwijs voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap moeten de personeelsleden : 1° benoemd zijn in het ambt van leraar algemene vakken, bijzondere vakken, technische vakken of technische vakken en beroepspraktijk;van leraar psychologie, pedagogie, methodologie; adviseur bij de opleiding, kwaliteitscoördinator; van het ambt opvoeder-secretaris, opvoeder-huismeester of directiesecretaris; 2° houder zijn van een bekwaamheidsbewijs vereist voor de uitoefening van het ambt bedoeld in 1° ; 3° houder zijn van een bekwaamheidsbewijs van het hoger niveau.".
Art. 39.In hetzelfde decreet wordt een artikel 17quinquies toegevoegd, luidend als volgt : "
Art. 17quinquies.Om benoemd te worden in het selectieambt van werkmeester in het onderwijs voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap moeten de personeelsleden : 1° benoemd zijn in het wervingsambt van leraar technische vakken, leraar beroepspraktijk, leraar technische vakken en beroepspraktijk in het secundair onderwijs;2° houder zijn van een bekwaamheidsbewijs vereist voor de uitoefening van het ambt bedoeld in 1° ; 3° houder zijn van een bekwaamheidsbewijs van het hoger secundair niveau of van het hoger niveau.".
Art. 40.In hetzelfde decreet wordt een artikel 17sexties toegevoegd, luidend als volgt : "
Art. 17sexties.Om benoemd te worden in het selectieambt van directiesecretaris in het onderwijs voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap moeten de personeelsleden : 1° benoemd zijn in het wervingsambt van opvoeder-secretaris;2° houder zijn van een bekwaamheidsbewijs voor de uitoefening van het ambt bedoeld in 1° ; 3° houder zijn van een bekwaamheidsbewijs van het hoger niveau.".
Art. 41.In hetzelfde decreet wordt een artikel 17septies toegevoegd, luidend als volgt : "
Art. 17septies.Voor de berekening van de dienstanciënniteit bedoeld in artikel 17bis komen de werkelijke diensten geleverd als hoofdambt in het onderwijs voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap vanaf 1 september 1998 in aanmerking en worden berekend volgens de volgende regels : 1° de werkelijke diensten geleverd in een ambt tellen voor een anciënniteit gelijk aan 300 dagen indien de diensten geleverd per schooljaar ten minste 50 % van het aantal lestijden per jaar vertegenwoordigen dat nodig is om een opdracht in dit ambt te vormen;2° de werkelijke diensten geleverd in een ambt tellen voor een anciënniteit gelijk aan 150 dagen per schooljaar indien de diensten geleverd per schooljaar ten minste 50 % van het aantal lestijden per jaar vertegenwoordigen dat nodig is om een volledige opdracht in dit ambt te vormen;3° de duur van de diensten geleverd in twee of meer ambten met volledige of onvolledige prestaties die simultaan werden uitgeoefend, mag niet de duur van de diensten overschrijden die geleverd werden in een ambt met volledige prestaties uitgeoefend tijdens dezelfde periode;4° dertig dagen vormen één maand;5° de duur van de diensten die in aanmerking komen en die het personeelslid telt, mag niet twaalf maanden per kalenderjaar overschrijden. De werkelijke diensten die het personeelslid geleverd heeft als hoofdambt in het onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschap vóór 1 september 1998 komen ook in aanmerking.".
Art. 42.In hetzelfde decreet wordt een artikel 17octies toegevoegd, luidend als volgt : "
Art. 17octies.Voor de berekening van de ambtsanciënniteit bedoeld in artikel 17bis, komen de werkelijke diensten geleverd als hoofdambt in het onderwijs voor sociale promotie georganiseerd door de Franse Gemeenschap vanaf 1 september 1998 in het of de ambten die toegang geven tot het gevraagde selectieambt in aanmerking en worden berekend volgens de volgende regels : 1° de werkelijke diensten geleverd in een ambt tellen voor een anciënniteit gelijk aan 300 dagen indien de diensten geleverd per schooljaar ten minste 50 % van het aantal lestijden per jaar vertegenwoordigen dat nodig is om een opdracht in dit ambt te vormen;2° de werkelijke diensten geleverd in een ambt tellen voor een anciënniteit gelijk aan 150 dagen per schooljaar indien de diensten geleverd per schooljaar ten minste 50 % van het aantal lestijden per jaar vertegenwoordigen dat nodig is om een volledige opdracht in dit ambt te vormen;3° de duur van de diensten geleverd in twee of meer ambten met volledige of onvolledige prestaties, die simultaan uitgeoefend werden, mag niet de duur van de diensten overschrijden die geleverd werden in een ambt met volledige prestaties uitgeoefend tijdens dezelfde periode;4° dertig dagen vormen één maand; 5° de duur van de diensten die in aanmerking komen en die het personeelslid telt, mag niet twaalf maanden per kalenderjaar overschrijden.".
Art. 43.In hetzelfde decreet wordt een artikel 19ter toegevoegd, luidend als volgt : "
Art. 19ter.Het brevet van onderdirecteur van het onderwijs voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap wordt uitgereikt na twee vormingssessies; elke sessie wordt afgesloten met een afzonderlijke proef.
De eerste vormingssessie heeft als doel de volgende eigenschappen bij de kandidaat te ontwikkelen : 1° relationele bekwaamheden, in het bijzonder human-resources-management : interne en externe communicatie, in het openbaar het woord durven voeren, besluitvorming, animatie van de overleg- en participatieraden, het beheersen van conflicten, onderhandelingstechnieken, technieken om het personeel te evalueren, leiding en motivatie van groepen, integratie van het opvoedend optreden van de buitenschoolse partners;2° het aanleren van een methode om zijn eigen optreden te evalueren. De tweede sessie heeft als doel bij de kandidaten de bekwaamheid te ontwikkelen de materies inzake wetgeving en reglementering te beheersen evenals de ontwikkeling van de capaciteiten inzake administratief beheer en pedagogisch beheer van een inrichting die verbonden zijn aan de algemene doelstellingen van het onderwijs voor sociale promotie, de uitvoering van pedagogische dossiers, de vormings- en kwalificatieprofielen, de plaats van het onderwijs voor sociale promotie in de regio's en in het landschap van het hoger onderwijs en de overeenkomsten".
Art. 44.In hetzelfde decreet wordt een artikel 20bis toegevoegd, luidend als volgt : "
Art. 20bis.Het brevet van werkmeester in het onderwijs voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap wordt uitgereikt na twee vormingssessies; elke sessie wordt afgesloten met een afzonderlijke proef.
De eerste vormingssessie heeft als doel de volgende eigenschapen bij de kandidaat te ontwikkelen : 1° relationele bekwaamheden, in het bijzonder human-resources-management : interne en externe communicatie, in het openbaar het woord durven voeren, besluitvorming, animatie van de overleg- en participatieraden, het beheersen van conflicten, onderhandelingstechnieken, technieken om het personeel te evalueren, leiding en motivatie van groepen, integratie van het opvoedend optreden van de buitenschoolse partners;2° het aanleren van een methode om zijn eigen optreden te evalueren. De tweede sessie heeft als doel bij de kandidaten pedagogische bekwaamheden en bekwaamheden inzake opvoedingsactie te ontwikkelen bij de opdrachthouders technische vakken en vakken beroepspraktijk en heeft onder meer betrekking op de algemene doelstellingen inzake onderwijs voor sociale promotie, de uitvoering van pedagogische dossiers, de vormings- en kwalificatieprofielen, de plaats van het onderwijs voor sociale promotie in de regio's en in het landschap van het hoger onderwijs, de overeenkomsten, het beheer van de werkplaats met inachtneming van de wets-, decreet of verordeningsbepalingen.".
Art. 45.In hetzelfde decreet wordt een artikel 21ter toegevoegd, luidend als volgt : "
Art. 21ter.Het brevet van directiesecretaris in het onderwijs voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap wordt uitgereikt na twee vormingssessies; elke sessie wordt afgesloten met een afzonderlijke proef.
De eerste vormingssessie heeft als doel de volgende eigenschapen bij de kandidaat te ontwikkelen : 1° relationele bekwaamheden, in het bijzonder human-resources-management : interne en externe communicatie, in het openbaar het woord durven voeren, besluitvorming, animatie van de overleg- en participatieorganen, het beheersen van conflicten, onderhandelingstechnieken, technieken om het personeel te evalueren, leiding en motivatie van groepen, integratie van het opvoedend optreden van de buitenschoolse partners;2° het aanleren van een methode om zijn eigen optreden te evalueren. De tweede sessie heeft als doel bij de kandidaten de bekwaamheid inzake wetgeving en reglementering, hun capaciteiten inzake administratief en informatica-beheer te ontwikkelen voor de uitoefening van hun ambt.
Art. 46.In artikel 22 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 2 wordt het woord "19ter" ingevoegd tussen de woorden "19" en "20";2° in § 2 worden de woorden "20bis, 21ter" toegevoegd na het woord "20";3° in § 3 wordt 2° vervangen door "2° vier inrichtingshoofden van het onderwijs van de Franse Gemeenschap waaronder één uit het onderwijs voor sociale promotie".
Art. 47.In artikel 23 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid wordt het woord "19ter" ingevoegd tussen de woorden "19" en "20";2° in het eerste lid worden de woorden "20bis, 21ter" toegevoegd na het woord "20";3° er wordt een lid ingevoegd tussen het vierde en vijfde lid, luidend als volgt : "In het onderwijs voor sociale promotie komt elk personeelslid in aanmerking voor de opleiding waarvoor het zich wenst in te schrijven, behalve als de betrokkene op de datum van zijn aanvraag om deelneming niet of niet meer voldoet aan alle voorwaarden bedoeld in artikel 17bis, eerste lid, met uitzondering van punt 6.Nochtans is de vereiste dienstanciënniteit bedoeld in artikel 17bis, eerste lid, 2°, voor de toelating tot de opleiding, 1200 dagen voor de opleidingen die toegang geven tot een selectieambt.".
Art. 48.In artikel 24 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het eerste lid wordt vervangen als volgt : "Op de voordracht van de Vaste Commissie kan de Regering de volgende vormingsoperatoren erkennen : 1.De Algemene Administratie onderwijs; 2. De Universiteiten;3. De Hogescholen; 4. De inrichtingen voor het onderwijs voor sociale promotie."; 2° het tweede lid wordt vervangen als volgt : "De vormingen georganiseerd door de vormingsoperatoren bedoeld in het eerste lid, punt 2 tot 4, worden met een getuigschrift bekrachtigd door de betrokken vormingsoperatoren."; 3° het derde lid wordt vervangen als volgt : "Voor de vormingen georganiseerd door de vormingsoperator bedoeld in het eerste lid, punt 1, worden de proeven met een getuigschrift bekrachtigd door de examencommissies waarvan de Regering de samenstelling vaststelt en de nadere regels voor de werking bepaalt."; 4° in het negende lid worden de volgende wijzigingen aangebracht : - het woord "19ter" wordt ingevoegd tussen de woorden "19" en "20"; - het woord "20bis" wordt toegevoegd na het woord "20"; - het woord "21ter" wordt toegevoegd na het woord "21".
Art. 49.In artikel 26 van hetzelfde decreet wordt het woord "drie" geschrapt.
Art. 50.In artikel 28 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 1, eerste lid, wordt het woord "27" vervangen door het woord "17ter";2° in § 1, tweede lid, worden de woorden "of, voor het onderwijs voor sociale promotie, de andere voorwaarden bedoeld in artikel 17bis" toegevoegd; 3° in § 2 worden de woorden "of, voor het onderwijs voor sociale promotie, op vorige februari." ingevoegd tussen de woorden "op vorige januari" en "de titularis van het brevet".
Art. 51.In hetzelfde decreet wordt een artikel 45bis toegevoegd, luidend als volgt : "De personeelsleden die vast benoemd worden in het onderwijs voor sociale promotie in een ambt van onderdirecteur of in een ambt van werkmeester of in een ambt van directiesecretaris overeenkomstig de bepalingen die op hen werden toegepast voor de inwerkingtreding van het decreet, worden geacht vast benoemd te zijn in het onderwijs voor sociale promotie respectievelijk in het ambt van onderdirecteur of in het ambt van werkmeester of in het ambt van directiesecretaris.
De personeelsleden die tijdelijk aangesteld worden op de datum van de inwerkingtreding van dit decreet in het onderwijs voor sociale promotie, in het ambt van onderdirecteur of in het ambt van werkmeester of in het ambt van directiesecretaris, worden geacht op de datum van de inwerkingtreding van dit besluit tijdelijk aangesteld te zijn in het ambt van onderdirecteur of werkmeester of in het ambt van directiesecretaris." HOOFDSTUK IX. - Wijziging van het decreet van 17 juli 2002Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/07/2002 pub. 24/08/2002 numac 2002029414 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot bepaling van het Getuigschrift van Pedagogische Bekwaamheid voor het Hoger Onderwijs (CAPAES) in de hogescholen en van de voorwaarden voor het verkrijgen ervan (1) sluiten tot bepaling van het Getuigschrift van Pedagogische Bekwaamheid voor het Hoger Onderwijs (GPBHO) (CAPAES) in de hogescholen en van de voorwaarden voor het verkrijgen ervan
Art. 52.In artikel 8, § 2, vijfde streepje, van het decreet van 17 juli 2002Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/07/2002 pub. 24/08/2002 numac 2002029414 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot bepaling van het Getuigschrift van Pedagogische Bekwaamheid voor het Hoger Onderwijs (CAPAES) in de hogescholen en van de voorwaarden voor het verkrijgen ervan (1) sluiten tot bepaling van het Getuigschrift van Pedagogische Bekwaamheid voor het Hoger Onderwijs (GPBHO) (CAPAES) in de hogescholen en van de voorwaarden voor het verkrijgen ervan, worden de woorden "de Overlegcommissie voor het onderwijs voor sociale promotie" vervangen door de woorden "De Algemene Raad voor het onderwijs voor sociale promotie". HOOFDSTUK X. - Wijziging van het decreet van 22 februari 2008Relevante gevonden documenten type decreet prom. 22/02/2008 pub. 23/04/2008 numac 2008029225 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende verschillende maatregelen betreffende de organisatie en de werking van het Agentschap voor de evaluatie van de kwaliteit van het door de Franse Gemeenschap georganiseerde of gesubsidieerde onderwijs sluiten houdende verschillende maatregelen betreffende de organisatie en de werking van het Agentschap voor de evaluatie van de kwaliteit van het door de Franse Gemeenschap georganiseerde of gesubsidieerde onderwijs
Art. 53.In artikel 5, tweede lid, 5°, van het decreet van 22 februari 2008Relevante gevonden documenten type decreet prom. 22/02/2008 pub. 23/04/2008 numac 2008029225 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende verschillende maatregelen betreffende de organisatie en de werking van het Agentschap voor de evaluatie van de kwaliteit van het door de Franse Gemeenschap georganiseerde of gesubsidieerde onderwijs sluiten houdende verschillende maatregelen betreffende de organisatie en de werking van het Agentschap voor de evaluatie van de kwaliteit van het door de Franse Gemeenschap georganiseerde of gesubsidieerde onderwijs, worden de woorden "de Hoge Raad" vervangen door de woorden "de Algemene Raad". HOOFDSTUK XI. - Wijziging van het programmadecreet van 10 december 2015Relevante gevonden documenten type programmadecreet prom. 10/12/2015 pub. 27/01/2016 numac 2016029013 bron ministerie van de franse gemeenschap Programmadecreet houdende verschillende maatregelen inzake gespecialiseerd onderwijs, schoolgebouwen, kind, cultuur, hoger onderwijs, financiering van het universitair en niet-universitair hoger onderwijs en onderwijs voor sociale promotie sluiten houdende verschillende maatregelen inzake gespecialiseerd onderwijs, schoolgebouwen, kind, cultuur, hoger onderwijs, financiering van het universitair en niet-universitair hoger onderwijs en onderwijs voor sociale promotie
Art. 54.In artikel 37 van het programmadecreet van 10 december 2015Relevante gevonden documenten type programmadecreet prom. 10/12/2015 pub. 27/01/2016 numac 2016029013 bron ministerie van de franse gemeenschap Programmadecreet houdende verschillende maatregelen inzake gespecialiseerd onderwijs, schoolgebouwen, kind, cultuur, hoger onderwijs, financiering van het universitair en niet-universitair hoger onderwijs en onderwijs voor sociale promotie sluiten houdende verschillende maatregelen inzake gespecialiseerd onderwijs, schoolgebouwen, kind, cultuur, hoger onderwijs, financiering van het universitair en niet-universitair hoger onderwijs en onderwijs voor sociale promotie, wordt het aantal " 36" vervangen het aantal "38".
Art. 55.In artikel 38, § 2, van hetzelfde decreet wordt het aantal "37" vervangen door het aantal "39".
Art. 56.In artikel 39, § 1, van hetzelfde decreet wordt het aantal "36" vervangen door het aantal "38".
Art. 57.In artikel 40 van hetzelfde decreet wordt het aantal "36" vervangen door het aantal " 38" en wordt het aantal "35" vervangen door het aantal "37".
Art. 58.In artikel 45 van hetzelfde decreet wordt het aantal "36" vervangen door het aantal "38".
Art. 59.In artikel 47 van hetzelfde decreet wordt een § 3 toegevoegd, luidend als volgt : "Naast de voorwaarden opgesomd in artikel 39, §§ 2 en 3, kan de Regering aanvullende voorwaarden bepalen voor de toegang tot de vormingsmodule bedoeld in artikel 37, 3°. " HOOFDSTUK XII. - Slotbepaling
Art. 60.Dit decreet treedt in werking op 1 januari 2017.
In afwijking van het eerste lid treden de artikelen 5, 6, 7, 10, 11 en 12 tot 19 op 1 september 2017 in werking.
Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Brussel, 9 februari 2017.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Vice-Presidente en Minister van Cultuur en Kind, A. GREOLI De Vice-President, Minister van Hoger Onderwijs, Onderzoek en Media, J.-Cl. MARCOURT De Minister van Hulpverlening aan de Jeugd, Justitiehuizen, Sport en Promotie van Brussel, belast met het toezicht op de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest R. MADRANE De Minister van Onderwijs, M.-M. SCHYNS De Minister van Begroting, Ambtenarenzaken en Administratieve Vereenvoudiging, A. FLAHAUT De Minister van Onderwijs voor sociale promotie, Jeugd, Vrouwenrechten en Gelijke Kansen I. SIMONIS _______ Nota (1) Zitting 2016-2017 Stukken van het Parlement.Ontwerp van decreet, nr. 392-1. Verslag nr. 392-2.
Integraal verslag. Bespreking en aanneming. Vergadering van 8 februari 2017.