Etaamb.openjustice.be
Decreet van 06 mei 1999
gepubliceerd op 03 juli 1999

Decreet betreffende de uitoefening door de Duitstalige Gemeenschap van de bevoegdheden van het Waalse Gewest inzake Tewerkstelling en Opgravingen

bron
ministerie van het waalse gewest
numac
1999027517
pub.
03/07/1999
prom.
06/05/1999
ELI
eli/decreet/1999/05/06/1999027517/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

6 MEI 1999. - Decreet betreffende de uitoefening door de Duitstalige Gemeenschap van de bevoegdheden van het Waalse Gewest inzake Tewerkstelling en Opgravingen (1)


De Waalse Gewestraad heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK I. - Tewerkstelling

Artikel 1.Op het grondgebied van het Duitse taalgebied, oefent de Duitstalige Gemeenschap alle bevoegdheden van het Waalse Gewest uit in de aangelegenheid tewerkstelling, bedoeld in artikel 6, § 1, IX, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen.

Deze bevoegdheden worden door de Raad en de Regering van de Duitstalige Gemeenschap uitgeoefend.

Art. 2.De roerende en onroerende goederen van de « Office communautaire et régional de la Formation professionnelle et de l'Emploi » (Gemeenschaps- en Gewestdienst voor beroepsopleiding en arbeidsbemiddeling), gelegen op het grondgebied van het Duitse taalgebied, die onontbeerlijk zijn voor de uitoefening van de in artikel 1 bedoelde bevoegdheden, worden zonder vergoeding aan de Duitstalige Gemeenschap overgedragen.

De voorwaarden voor deze overdracht worden bij besluit van de Waalse Regering vastgesteld, op eensluidend advies van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap.

De overdrachten worden van rechtswege uitgevoerd. Ze kunnen zonder verdere vormen aan derden tegengeworpen worden vanaf de inwerkingtreding van het in het tweede lid bedoelde besluit.

Art. 3.§ 1. Met het oog op de uitoefening van de in artikel 1 bedoelde bevoegdheden worden personeelsleden van de « Office communautaire et régional de la Formation professionnelle et de l'Emploi » aan de Duitstalige Gemeenschap overgedragen bij besluit van de Waalse Regering op eensluidend advies van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap.

Van de personeelsleden die volgens het statuut in dienst zijn, kunnen alleen degenen die de voorwaarde vervullen bedoeld in artikel 69, § 2, van de wet van 31 december 1983 tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap overgedragen worden.

Voor de personeelsleden die in het Duitse taalgebied aangesteld zijn, alsook voor de Duitstalige taaladjunct kunnen de overdrachten van ambtswege plaatsvinden. § 2. De Waalse Regering bepaalt, in samenspraak met de representatieve organisaties van het personeel, de datum en de voorwaarden voor de overdracht van de in § 1 bedoelde personeelsleden.

De personeelsleden worden in hun graad of in een gelijkwaardige graad en in hun hoedanigheid overgedragen.

Ze bewaren ten minste de bezoldiging en de anciënniteit die ze hadden of zouden hebben gehad als ze het ambt verder uitgevoerd hadden die ze bij de overdracht bekleedden.

Art. 4.In verband met de overdracht van de uitoefening van de in artikel 1 bedoelde bevoegdheid wordt een dotatie die vanaf het jaar 2000 op de begroting van het Waalse Gewest ingeschreven wordt, aan de Duitstalige Gemeenschap toegekend.

Art. 5.§ 1. Het bedrag van de in artikel 4 bedoelde jaarlijkse dotatie komt overeen met het bedrag van 322,4 miljoen frank dat aangepast is aan de schommeling van de middelen van het Gewest, bedoeld in artikel 33 van de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten, hierna de bijzondere wet genoemd, en aangevuld met het bedrag van 78,8 miljoen betreffende de in artikel 7 bedoelde financiële tegemoetkoming. § 2. De jaarlijkse dotatie wordt gestort op de eerste werkdag van de maand mei van het betrokken jaar. § 3. In geval van overschrijding van de in § 2 bedoelde termijn en na kennisgeving daarvan aan het Waalse Gewest, mag de Duitstalige Gemeenschap een lening aangaan bij een kredietinstelling die van tevoren met de instemming van het Waalse Gewest aangewezen is.

Voor deze lening geldt van rechtswege de waarborg van het Waalse Gewest. Het financiële stelsel van deze lening maakt het voorwerp uit van een algemene overeenkomst die van tevoren tussen de betrokken Regeringen en de kredietinstelling gesloten is.

De financiële dienst van deze lening komt rechtstreeks ten laste van het Waalse Gewest.

Art. 6.Een dotatie van een bedrag van 14,2 miljoen frank wordt door de « Office communautaire et régional de la Formation professionnelle et de l'Emploi » aan de Duitstalige Gemeenschap gestort voor de eerste werkdag van de maand februari van het jaar 2000.

Art. 7.De Waalse Regering vermindert met 78,8 miljoen frank het in artikel 5, § 1, bedoelde bedrag van de dotatie indien de in artikel 35 van de bijzondere wet bedoelde financiële tegemoetkoming vereffend wordt ten gunste van de Duitstalige Gemeenschap wat haar betreft.

De Waalse Regering past het in artikel 5, § 1, bedoelde bedrag van de dotatie aan, tot het vereiste bedrag, aan de evolutie van de in artikel 35 van de bijzondere wet bedoelde financiële tegemoetkoming indien deze financiële tegemoetkoming door het Waalse Gewest ontvangen wordt wat de Duitstalige Gemeenschap betreft.

In het geval dat in het tweede lid bedoeld wordt, stelt de Waalse Regering de voorwaarden vast voor de bewijzen die door de Duitstalige Gemeenschap aan het Waalse Gewest verstrekt moeten worden.

Art. 8.De Duitstalige Gemeenschap erft de rechten en verbintenissen van het Waalse Gewest en van de « Office communautaire et régional de la Formation professionnelle et de l'Emploi » betreffende de in artikel 1 bedoelde aangelegenheid alsook de krachtens artikel 2 overgedragen goederen, met inbegrip van de rechten en verbintenissen die uit lopende en toekomstige gerechtelijke procedures voortvloeien.

De volgende verbintenissen blijven echter ten laste van het Waalse Gewest : 1. de verbintenissen die het aangegaan heeft vóór de inwerkingtreding van dit decreet en die toe te rekenen zijn op niet-gesplitste kredieten; 2. de verbintenissen i.v.m. de bezoldiging en de werkingskosten van het krachtens artikel 3 overgedragen personeel, die het aangegaan heeft vóór de inwerkingtreding van de overdrachten; 3. de verbintenissen waarvan de betaling of de uitvoering opeisbaar waren vóór de overdrachten van eigendom van de in artikel 2 bedoelde goederen. In geval van betwisting mag het Waalse Gewest, de « Office communautaire et régional de la Formation professionnelle et de l'Emploi » of de Duitstalige Gemeenschap, naar gelang het geval, in de zaak tussenkomen of de overheid oproepen die het/hem/haar opvolgt of waarop het/hij/ze volgt.

Art. 9.Tot een datum die vastgesteld moet worden bij overeenstemmende besluiten van de Waalse Regering en van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap, vervult de « Office communautaire et régional de la Formation professionnelle et de l'Emploi » zijn opdracht bij wijze van overgangsmaatregel op het grondgebied van het Duitse taalgebied voor de Duitstalige Gemeenschap. HOOFDSTUK II. - Opgravingen

Art. 10.In artikel 1 van het decreet van 23 december 1993 betreffende de uitoefening door de Duitstalige Gemeenschap van de bevoegdheden van het Waalse Gewest in de aangelegenheid « Monumenten en Landschappen » worden de woorden « met uitzondering van de opgravingen » geschrapt.

Art. 11.In artikel 3, § 2, van hetzelfde decreet worden de termen « aangevuld met een bedrag van 5,3 miljoen frank » ingevoegd tussen de termen « 36 miljoen frank » en de woorden « vermenigvuldigd met het bedrag ».

Art. 12.De Duitstalige Gemeenschap erft de rechten en verbintenissen van het Waalse Gewest betreffende de opgravingen met inbegrip van de rechten en verbintenissen die uit lopende en toekomstige gerechtelijke procedures voortvloeien.

De verbintenissen die het Waalse Gewest aangegaan heeft vóór de inwerkingtreding van dit decreet en die toe te rekenen zijn op niet-gesplitste kredieten blijven echter ten laste van het Waalse Gewest.

In geval van betwisting mag het Waalse Gewest of de Duitstalige Gemeenschap, naar gelang het geval, in de zaak tussenkomen of de overheid oproepen die het/haar opvolgt of waarop het/ze volgt. HOOFDSTUK III. - Slotbepaling

Art. 13.Dit decreet treedt in werking op 1 januari 2000 voor zover een door de Raad van de Duitstalige Gemeenschap goedgekeurd identiek decreet ook op die datum in werking treedt.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Namen, 6 mei 1999.

De Minister-President van de Waalse Regering, belast met Economie, Buitenlandse Handel, K.M.O.'s, Toerisme en Patrimonium, R. COLLIGNON De Minister van Ruimtelijke Ordening, Uitrusting en Vervoer, M. LEBRUN De Minister van Binnenlandse Aangelegenheden en Ambtenarenzaken, B. ANSELME De Minister van Begroting en Financiën, Tewerkstelling en Vorming, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Leefmilieu, Natuurlijke Hulpbronnen en Landbouw, G. LUTGEN De Minister van Sociale Actie, Huisvesting en Gezondheid, W. TAMINIAUX De Minister van Onderzoek, Technologische Ontwikkeling, Sport en Internationale Betrekkingen, W. ANCION _______ Nota (1) Zitting 1998-1999. Stukken van de Raad 514 (1998-1999) nrs. 1 à 3.

Volledig verslag, openbare vergadering van 4 mei 1999.

Bespreking. - Stemming.

^