Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering
gepubliceerd op 11 augustus 2022

Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 23 december 2021 tot het nemen van dringende steunmaatregelen voor de jeugdsector naar aanleiding van de COVID-19-pandemie

bron
vlaamse overheid
numac
2022015538
pub.
11/08/2022
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

1 JULI 2022. - Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 23 december 2021Relevante gevonden documenten type decreet prom. 23/12/2021 pub. 07/01/2022 numac 2021022887 bron vlaamse overheid Decreet tot het nemen van dringende steunmaatregelen voor de jeugdsector naar aanleiding van de COVID-19-pandemie sluiten tot het nemen van dringende steunmaatregelen voor de jeugdsector naar aanleiding van de COVID-19-pandemie


Rechtsgrond Dit besluit is gebaseerd op: - Het decreet van 23 december 2021Relevante gevonden documenten type decreet prom. 23/12/2021 pub. 07/01/2022 numac 2021022887 bron vlaamse overheid Decreet tot het nemen van dringende steunmaatregelen voor de jeugdsector naar aanleiding van de COVID-19-pandemie sluiten tot het nemen van dringende steunmaatregelen voor de jeugdsector naar aanleiding van de COVID-19-pandemie, artikel 3, § 1, tweede lid, § 2, eerste zin, en § 3, eerste en derde lid.

Vormvereisten De volgende vormvereisten zijn vervuld: - De Vlaamse minister, bevoegd voor begroting, heeft zijn akkoord gegeven op 1 april 2022. - De Sectorraad Sociaal-Cultureel Werk van de Raad voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media heeft advies gegeven op 15 april 2022. - De Vlaamse Jeugdraad heeft advies gegeven op 12 april 2022. - De Vlaamse toezichtcommissie voor de verwerking van persoonsgegevens heeft advies nr. 2022/036 gegeven op 19 april 2022. - De Raad van State heeft advies 71.511/3 gegeven op 14 juni 2022, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.

Motivering Dit besluit is gebaseerd op het volgende motief: - De jeugdorganisaties worden geconfronteerd met beperkingen wegens de maatregelen om de verspreiding van de vierde golf van de COVID-19-pandemie te beperken. Daarom is bijkomende financiële steun noodzakelijk.

Initiatiefnemer Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Brussel, Jeugd, Media en Armoedebestrijding.

Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING BESLUIT: HOOFDSTUK 1. - Definities

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder: 1° administratie: het Departement Cultuur, Jeugd en Media, vermeld in artikel 24, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 03/06/2005 pub. 22/09/2005 numac 2005036144 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse Regering met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie sluiten met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie;2° begroting 2021: de begroting voor het jaar 2021, die het bestuursorgaan van de doelgroeporganisatie uiterlijk op 30 september 2021 heeft goedgekeurd;3° berekende financieringsbehoefte: het subsidiebedrag dat de administratie op basis van de aangeleverde informatie berekent en dat een doelgroeporganisatie kan helpen om: a) in het jaar 2021 een resultaat te boeken dat nul is, of een nettoverlies dat kleiner is dan begroot in de begroting 2021;b) in de periode van 1 januari 2022 tot en met 28 januari 2022 een geschat nettoverlies gedeeltelijk of volledig te compenseren;decreet van 20 januari 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/01/2012 pub. 07/03/2012 numac 2012035198 bron vlaamse overheid Decreet houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid sluiten: het decreet van 20 januari 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/01/2012 pub. 07/03/2012 numac 2012035198 bron vlaamse overheid Decreet houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid sluiten houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid;decreet van 22 december 2017Relevante gevonden documenten type decreet prom. 22/12/2017 pub. 09/02/2018 numac 2018010241 bron vlaamse overheid Decreet houdende de subsidiëring van bovenlokaal jeugdwerk, jeugdhuizen en jeugdwerk voor bijzondere doelgroepen type decreet prom. 22/12/2017 pub. 29/12/2017 numac 2017032267 bron vlaamse overheid Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2018 type decreet prom. 22/12/2017 pub. 25/04/2018 numac 2018040121 bron vlaamse overheid Decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2018 sluiten: het decreet van 22 december 2017Relevante gevonden documenten type decreet prom. 22/12/2017 pub. 09/02/2018 numac 2018010241 bron vlaamse overheid Decreet houdende de subsidiëring van bovenlokaal jeugdwerk, jeugdhuizen en jeugdwerk voor bijzondere doelgroepen type decreet prom. 22/12/2017 pub. 29/12/2017 numac 2017032267 bron vlaamse overheid Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2018 type decreet prom. 22/12/2017 pub. 25/04/2018 numac 2018040121 bron vlaamse overheid Decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2018 sluiten houdende de subsidiëring van bovenlokaal jeugdwerk, jeugdhuizen en jeugdwerk voor bijzondere doelgroepen;6° doelgroeporganisatie: een organisatie die voldoet aan al de voorwaarden, vermeld in artikel 2;7° jaarrekening 2021: de resultatenrekening en de balans voor het jaar 2021 die de algemene vergadering van de organisatie uiterlijk op 31 maart 2022 heeft goedgekeurd;8° nettoverlies: het negatieve verschil tussen alle opbrengsten en alle kosten in de resultatenrekening van de jaarrekening van een organisatie voor resultaatsverwerking;9° steunmaatregelen COVID-19: a) alle vormen van Europese, federale, gewestelijke, gemeenschaps- of lokale maatregelen die zijn bedoeld om de overlevingskans van een organisatie tijdens de periode van verbod op of beperking van publieke activiteiten te verhogen;b) vergoedingen uit overeenkomsten die het schrappen van publieke activiteiten verzekeren. HOOFDSTUK 2. - Bijkomende steunmaatregel

Art. 2.Dit besluit is van toepassing op organisaties die aan al de volgende voorwaarden voldoen: 1° ze bevinden zich niet in ontbinding, vereffening of faillissement;2° bij het sluiten van het boekjaar 2020 is de som van de rekeningen 10 (fondsen van de vereniging), 12 (herwaarderingsmeerwaarden), 13 (bestemde fondsen), 14 (overgedragen resultaat) en 15 (kapitaalsubsidies) op de balans positief;3° ze krijgen een werkingssubsidie op basis van de volgende bepalingen: a) artikel 9, 10 of 11 van het decreet van 20 januari 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/01/2012 pub. 07/03/2012 numac 2012035198 bron vlaamse overheid Decreet houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid sluiten;b) artikel 4, 5 of 6 van het decreet van 22 december 2017Relevante gevonden documenten type decreet prom. 22/12/2017 pub. 09/02/2018 numac 2018010241 bron vlaamse overheid Decreet houdende de subsidiëring van bovenlokaal jeugdwerk, jeugdhuizen en jeugdwerk voor bijzondere doelgroepen type decreet prom. 22/12/2017 pub. 29/12/2017 numac 2017032267 bron vlaamse overheid Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2018 type decreet prom. 22/12/2017 pub. 25/04/2018 numac 2018040121 bron vlaamse overheid Decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2018 sluiten;4° ze hebben in de jaarrekening 2021 een nettoverlies geboekt.

Art. 3.Het subsidiebedrag dat op basis van dit besluit wordt toegekend, wordt gebruikt voor de opdrachten, vermeld in de volgende bepalingen: 1° artikel 9, § 1, artikel 10, § 1, en artikel 11, § 1 van het decreet van 20 januari 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/01/2012 pub. 07/03/2012 numac 2012035198 bron vlaamse overheid Decreet houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid sluiten;2° artikel 4, § 2, artikel 5, § 1, en artikel 6, § 1, van het decreet van 22 december 2017Relevante gevonden documenten type decreet prom. 22/12/2017 pub. 09/02/2018 numac 2018010241 bron vlaamse overheid Decreet houdende de subsidiëring van bovenlokaal jeugdwerk, jeugdhuizen en jeugdwerk voor bijzondere doelgroepen type decreet prom. 22/12/2017 pub. 29/12/2017 numac 2017032267 bron vlaamse overheid Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2018 type decreet prom. 22/12/2017 pub. 25/04/2018 numac 2018040121 bron vlaamse overheid Decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2018 sluiten.

Art. 4.Elke doelgroeporganisatie kan een subsidieaanvraag indienen.

Art. 5.De webtoepassing, vermeld in artikel 3, § 2, van het decreet van 23 december 2021Relevante gevonden documenten type decreet prom. 23/12/2021 pub. 07/01/2022 numac 2021022887 bron vlaamse overheid Decreet tot het nemen van dringende steunmaatregelen voor de jeugdsector naar aanleiding van de COVID-19-pandemie sluiten tot het nemen van dringende steunmaatregelen voor de jeugdsector naar aanleiding van de COVID-19-pandemie, bevat instructies om die webtoepassing te kunnen gebruiken en bepaalt welke gegevens worden ingevuld en welke bijlagen worden opgeladen. De webtoepassing biedt ten minste al de volgende waarborgen: 1° het tijdstip van verzending, opvraging of aflevering van informatie wordt geregistreerd en is raadpleegbaar voor de aanvrager of de begunstigde van een subsidie;2° een authenticatie en autorisatie om de webtoepassing te gebruiken zorgen ervoor dat alleen personen die daartoe gemachtigd zijn door een aanvrager of door de begunstigde van een subsidie, de webtoepassing kunnen gebruiken.Bij elektronische ondertekening van de informatie wordt een gekwalificeerde elektronische handtekening gebruikt.

In het eerste lid, 2°, wordt verstaan onder gekwalificeerde elektronische handtekening: een gekwalificeerde elektronische handtekening in de zin van VERORDENING (EU) Nr. 910/2014 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 23 juli 2014 betreffende elektronische identificatie en vertrouwensdiensten voor elektronische transacties in de interne markt en tot intrekking van Richtlijn 1999/93/EG. Het gebruik van de webtoepassing is verplicht. De administratie neemt bij individuele dossiers alleen informatie in aanmerking die in het verplichte deel van de webtoepassing is ingevuld of opgeladen. De administratie communiceert uitsluitend via de webtoepassing met individuele aanvragers of begunstigden van een subsidie over al de volgende aspecten van een dossier: 1° de inhoud;2° de genomen procedurele stappen;3° de verwachte acties;4° elke genomen beslissing. De administratie stelt op de webtoepassing een gestandaardiseerd aanvraagformulier ter beschikking. In dat formulier vermeldt de doelgroeporganisatie al de volgende gegevens: 1° de gegevens om de aanvrager te identificeren;2° de gegevens om de persoon te identificeren die de webtoepassing gebruikt als vertegenwoordiger van de aanvrager;3° een typering van de aangevraagde ondersteuning;4° een begroting 2021 van de doelgroeporganisatie;5° als de doelgroeporganisatie een werkingssubsidie krijgt op basis van artikel 4, 5 of 6 van het decreet van 22 december 2017Relevante gevonden documenten type decreet prom. 22/12/2017 pub. 09/02/2018 numac 2018010241 bron vlaamse overheid Decreet houdende de subsidiëring van bovenlokaal jeugdwerk, jeugdhuizen en jeugdwerk voor bijzondere doelgroepen type decreet prom. 22/12/2017 pub. 29/12/2017 numac 2017032267 bron vlaamse overheid Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2018 type decreet prom. 22/12/2017 pub. 25/04/2018 numac 2018040121 bron vlaamse overheid Decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2018 sluiten: een jaarrekening 2020 en een jaarrekening 2021 van de doelgroeporganisatie;6° een toelichting bij het nettoverlies 2021 als dat bedrag meer dan 25% in negatieve zin afwijkt van de volgende resultaten: a) het resultaat 2020 dat aan de administratie is gerapporteerd conform artikel 10 van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 september 2012Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/09/2012 pub. 24/10/2012 numac 2012036107 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 20 januari 2012 houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid sluiten tot uitvoering van het decreet van 20 januari 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/01/2012 pub. 07/03/2012 numac 2012035198 bron vlaamse overheid Decreet houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid sluiten houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid, als de organisatie voldoet aan de voorwaarde, vermeld in artikel 2, 3°, a), van dit besluit;b) het resultaat 2020 zoals dat is opgenomen in de jaarrekening 2020 die aan de administratie is bezorgd conform punt 5° ;7° een verklaring op erewoord over het gebruik van steunmaatregelen COVID-19.

Art. 6.Een doelgroeporganisatie dient een aanvraag in met het gestandaardiseerde aanvraagformulier, vermeld in artikel 5, vierde lid. De aanvraag is volledig als al de volgende voorwaarden zijn vervuld: 1° alle verplichte onderdelen van het formulier zijn ingevuld;2° de sjablonen die de administratie ter beschikking stelt, zijn gebruikt;3° er zijn geen wijzigingen in de structuur van de sjablonen aangebracht;4° alle verplichte documenten zijn opgeladen in de webtoepassing, vermeld in artikel 5. Een doelgroeporganisatie kan uiterlijk op 30 september 2022 een aanvraag indienen.

De Vlaamse minister, bevoegd voor de jeugd, kan om gemotiveerde redenen afwijken van de uiterste indieningsdatum, vermeld in het tweede lid, en een algemene termijnverlenging toestaan.

Art. 7.Een aanvraag is ontvankelijk als al de volgende voorwaarden zijn vervuld: 1° de aanvrager is een doelgroeporganisatie;2° de aanvraag is ingediend via de webtoepassing, vermeld in artikel 5;3° de aanvraag is ingediend voor de uiterste indieningsdatum, vermeld in artikel 6, tweede lid;4° de aanvraag is volledig conform artikel 6, eerste lid. De administratie bevestigt de ontvankelijkheid van de aanvraag uiterlijk de zevende dag na de uiterste indieningsdatum, vermeld in artikel 6, tweede lid.

Art. 8.De administratie berekent voor elke ontvankelijke aanvraag de financieringsbehoefte van de doelgroeporganisatie op basis van de aangeleverde informatie.

De administratie berekent voor het jaar 2021 het negatieve verschil tussen alle opbrengsten en alle kosten van de doelgroeporganisatie.

De administratie berekent voor de periode van 1 januari 2022 tot en met 28 januari 2022 een geschat bedrag dat overeenkomt met 7,67% van het negatieve verschil tussen alle opbrengsten en alle kosten van de doelgroeporganisatie van het jaar 2021.

De administratie berekent de financieringsbehoefte door het nettoverlies voor het jaar 2021, verminderd met het begrote verlies voor het jaar 2021, op te tellen bij het geschatte verlies voor de periode van 1 januari 2022 tot en met 28 januari 2022, vermeld in het derde lid.

De financieringsbehoefte wordt geplafonneerd op 400.000 euro. Als er aan de doelgroeporganisatie op basis van artikel 10 van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 september 2021 tot bepaling van de regels voor de toekenning van bijkomende steun aan jeugdorganisaties wegens de maatregelen ter bestrijding van het coronavirus COVID-19, een subsidie is toegekend, wordt dat plafond verminderd met die subsidie.

De administratie hanteert de begroting 2021 en de jaarrekening 2021 van de doelgroeporganisatie om de financieringsbehoefte te berekenen.

Art. 9.In dit artikel wordt verstaan onder: 1° algemene schuldgraad: de verhouding van het vreemde vermogen tot de totale passiva op de balans van de jaarrekening van een organisatie;2° current ratio: de verhouding van de vlottende activa tot de kortlopende schulden op de balans van de jaarrekening van een organisatie. De administratie wijst elke ontvankelijke aanvraag op basis van de berekende financieringsbehoefte conform artikel 1, 3°, a), toe aan een van de volgende groepen: 1° groep 1: er is geen financieringsbehoefte of de financieringsbehoefte voor het jaar 2021 is lager dan 5% van de eigen opbrengsten voor 2021, zoals die opgenomen zijn in de jaarrekening 2021;2° groep 2: er wordt een financieringsbehoefte voor het jaar 2021 vastgesteld die minstens gelijk is aan 5% van de eigen opbrengsten voor 2021, zoals die opgenomen zijn in de jaarrekening 2021.De current ratio van de doelgroeporganisatie voor het jaar 2021 is lager dan 2% en de algemene schuldgraad van de doelgroeporganisatie voor het jaar 2021 is hoger dan 50%; 3° groep 3: er wordt een financieringsbehoefte voor het jaar 2021 vastgesteld die minstens gelijk is aan 5% van de eigen opbrengsten voor 2021, zoals die opgenomen zijn in de jaarrekening 2021.De current ratio van de doelgroeporganisatie voor het jaar 2021 is 2% of hoger dan 2%, en de algemene schuldgraad van de doelgroeporganisatie voor het jaar 2021 is hoger dan 50%; 4° groep 4: er wordt een financieringsbehoefte voor het jaar 2021 vastgesteld die minstens gelijk is aan 5% van de eigen opbrengsten voor 2021, zoals die opgenomen zijn in de jaarrekening 2021.De current ratio van de doelgroeporganisatie voor het jaar 2021 is lager dan 2% en de algemene schuldgraad van de doelgroeporganisatie voor het jaar 2021 is lager dan 50%; 5° groep 5: er wordt een financieringsbehoefte voor het jaar 2021 vastgesteld die minstens gelijk is aan 5% van de eigen opbrengsten voor 2021, zoals die opgenomen zijn in de jaarrekening 2021, en de doelgroeporganisatie behoort niet tot de groepen, vermeld in punt 2°, 3° of 4°. Als de organisatie voldoet aan de voorwaarde, vermeld in artikel 2, 3°, a), hanteert de administratie het financiële verslag over het jaar 2021 dat de organisaties uiterlijk op 31 maart 2021 bij de administratie indienen, conform artikel 10 van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 september 2012Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/09/2012 pub. 24/10/2012 numac 2012036107 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 20 januari 2012 houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid sluiten tot uitvoering van het decreet van 20 januari 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/01/2012 pub. 07/03/2012 numac 2012035198 bron vlaamse overheid Decreet houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid sluiten houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid, om de current ratio en de algemene schuldgraad, vermeld in het tweede lid, te berekenen.

Als de organisatie voldoet aan de voorwaarde, vermeld in artikel 2, 3°, b), hanteert de administratie de jaarrekening 2021, die de organisaties conform artikel 5 via de webtoepassing, vermeld in artikel 5, indienen om de current ratio en de algemene schuldgraad, vermeld in het tweede lid, te berekenen.

Uiterlijk de veertiende dag na de uiterste indieningsdatum, vermeld in artikel 6, tweede lid, telt de administratie: 1° de financieringsbehoeften van alle doelgroeporganisaties die behoren tot groep 2, vermeld in het tweede lid, 2°, op tot een totale financieringsbehoefte voor die groep 2;2° de financieringsbehoeften van alle doelgroeporganisaties die behoren tot groep 3, vermeld in het tweede lid, 3°, op tot een totale financieringsbehoefte voor die groep 3;3° de financieringsbehoeften van alle doelgroeporganisaties die behoren tot groep 4, vermeld in het tweede lid, 4°, op tot een totale financieringsbehoefte voor die groep 4;4° de financieringsbehoeften van alle doelgroeporganisaties die behoren tot groep 5, vermeld in het tweede lid, 5°, op tot een totale financieringsbehoefte voor groep 5.

Art. 10.De administratie beslist per doelgroeporganisatie over de maximale subsidie. Ze houdt daarbij rekening met al de volgende regels: 1° elke doelgroeporganisatie die bij groep 1, vermeld in artikel 9, tweede lid, 1°, is ingedeeld, ontvangt geen subsidie;2° als er voldoende budget beschikbaar is om de totale financieringsbehoefte van groep 2, vermeld in artikel 9, tweede lid, 2°, te compenseren, is het subsidiebedrag gelijk aan de berekende financieringsbehoefte van elke organisatie die bij die groep 2 is ingedeeld, rekening houdend met de plafonnering, vermeld in artikel 8, vijfde lid;3° als er onvoldoende budget beschikbaar is om de totale financieringsbehoefte van de voormelde groep 2 te compenseren, reduceert de administratie elke berekende financieringsbehoefte binnen de voormelde groep 2 tot een definitieve gedeeltelijke compensatie met dezelfde proportie als de verhouding tussen de totale financieringsbehoefte en het beschikbare budget, rekening houdend met de plafonnering, vermeld in artikel 8, vijfde lid;4° als er na de compensatie van elke organisatie die behoort tot de voormelde groep 2, voldoende budget beschikbaar is om de totale financieringsbehoefte van groep 3, vermeld in artikel 9, tweede lid, 3°, te compenseren, is het subsidiebedrag gelijk aan de berekende financieringsbehoefte van elke organisatie die bij die groep 3 is ingedeeld, rekening houdend met de plafonnering, vermeld in artikel 8, vijfde lid;5° als er na de compensatie van elke organisatie die behoort tot de voormelde groep 2, onvoldoende budget beschikbaar is om de totale financieringsbehoefte van de voormelde groep 3 te compenseren, reduceert de administratie elke berekende financieringsbehoefte binnen de voormelde groep 3 tot een definitieve gedeeltelijke compensatie met dezelfde proportie als de verhouding tussen de totale financieringsbehoefte en het resterende beschikbare budget voor de voormelde groep 3, rekening houdend met de plafonnering, vermeld in artikel 8, vijfde lid;6° als er na de compensatie van elke organisatie die behoort tot de voormelde groep 3, voldoende budget beschikbaar is om de totale financieringsbehoefte van groep 4, vermeld in artikel 9, tweede lid, 4°, te compenseren, is het subsidiebedrag gelijk aan de berekende financieringsbehoefte van elke organisatie die bij die groep 4 is ingedeeld, rekening houdend met de plafonnering, vermeld in artikel 8, vijfde lid;7° als er na de compensatie van elke organisatie die behoort tot de voormelde groep 3, onvoldoende budget beschikbaar is om de totale financieringsbehoefte van de voormelde groep 4 te compenseren, reduceert de administratie elke berekende financieringsbehoefte binnen de voormelde groep 4 tot een definitieve gedeeltelijke compensatie met dezelfde proportie als de verhouding tussen de totale financieringsbehoefte en het resterende beschikbare budget voor de voormelde groep 4, rekening houdend met de plafonnering, vermeld in artikel 8, vijfde lid;8° als er na de compensatie van elke organisatie die behoort tot de voormelde groep 4, voldoende budget beschikbaar is om de totale financieringsbehoefte van groep 5, vermeld in artikel 9, tweede lid, 5°, te compenseren, is het subsidiebedrag gelijk aan de berekende financieringsbehoefte van elke organisatie die bij die groep 5 is ingedeeld, rekening houdend met de plafonnering, vermeld in artikel 8, vijfde lid;9° als er na de compensatie van elke organisatie die behoort tot de voormelde groep 4, onvoldoende budget beschikbaar is om de totale financieringsbehoefte van de voormelde groep 5 te compenseren, reduceert de administratie elke berekende financieringsbehoefte binnen de voormelde groep 5 tot een definitieve gedeeltelijke compensatie met dezelfde proportie als de verhouding tussen de totale financieringsbehoefte en het resterende beschikbare budget voor de voormelde groep 5, rekening houdend met de plafonnering, vermeld in artikel 8, vijfde lid.

Art. 11.De administratie betaalt elke subsidie uit in één schijf van 100% na de ondertekening van het subsidiebesluit.

Art. 12.Een begunstigde van een subsidie heeft de volgende verplichtingen: 1° stappen zetten om activiteiten zo veel mogelijk te laten plaatsvinden, conform de maatregelen die de overheden ter bestrijding van het coronavirus COVID-19 hebben getroffen;2° stappen zetten om verliezen te beperken door solidariteit van gebruikers te vragen;3° het subsidiebedrag volledig besteden;4° eventuele eigen opbrengsten die hoger zijn dan het bedrag dat in de begroting voor het jaar 2021 is bepaald, effectief inzetten om de gevolgen van of beperkingen door de maatregelen die de overheden ter bestrijding van het coronavirus COVID-19 hebben getroffen, voor activiteiten in te perken.

Art. 13.Een subsidieontvanger verantwoordt via de webtoepassing, vermeld in artikel 5, met een gestandaardiseerd verantwoordingsdocument in die webtoepassing, de besteding van de subsidie die wordt toegekend met toepassing van dit besluit, uiterlijk op de datum waarop hij ook de werkingssubsidie voor het jaar 2021 verantwoordt.

Een subsidieontvanger houdt alle bewijsstukken ter beschikking van de administratie.

Een subsidieontvanger toont op verzoek van de administratie al de volgende elementen aan met relevante bewijsstukken: 1° er zijn stappen ondernomen om activiteiten zo veel mogelijk te laten plaatsvinden conform de maatregelen die de overheden ter bestrijding van het coronavirus COVID-19 hebben getroffen;2° er zijn stappen ondernomen om solidariteit van gebruikers te stimuleren;3° de subsidieontvanger heeft andere steunmaatregelen COVID-19 waarvoor hij in aanmerking komt, aangevraagd en verkregen, met inbegrip van het beroep op tijdelijke werkloosheid wegens overmacht.

Art. 14.Ter uitvoering van artikel 3, § 3, van het decreet van 23 december 2021Relevante gevonden documenten type decreet prom. 23/12/2021 pub. 07/01/2022 numac 2021022887 bron vlaamse overheid Decreet tot het nemen van dringende steunmaatregelen voor de jeugdsector naar aanleiding van de COVID-19-pandemie sluiten tot het nemen van dringende steunmaatregelen voor de jeugdsector naar aanleiding van de COVID-19-pandemie wordt de administratie aangewezen als verwerkingsverantwoordelijke van persoonsgegevens.

Art. 15.De Vlaamse minister, bevoegd voor de jeugd, kan de regels inzake de toekenningsvoorwaarden van de subsidie, de subsidieprocedure en het toezicht op de besteding van de subsidie, nader bepalen. HOOFDSTUK 3. - Slotbepalingen

Art. 16.Dit besluit treedt in werking op de dag die volgt op de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.

Art. 17.De Vlaamse minister, bevoegd voor jeugd, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 1 juli 2022.

De minister-president van de Vlaamse Regering, J. JAMBON De Vlaamse minister van Brussel, Jeugd, Media en Armoedebestrijding, B. DALLE

^