gepubliceerd op 31 mei 2017
Ordonnantie houdende de oprichting van het Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven
18 MEI 2017. - Ordonnantie houdende de oprichting van het Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven
Het Brusselse Hoofdstedelijke Parlement heeft aangenomen en Wij, Executieve, bekrachtigen, het geen volgt : TITEL I. - Algemene bepaling
Artikel 1.Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 39 van de Grondwet.
TITEL II. - Over het Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven HOOFDSTUK 1. - Definities
Art. 2.Voor de toepassing van deze ordonnantie, moet verstaan worden onder : 1° de Administratie : de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel ;2° het Agentschap : het Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven, verkort « BAOB », de naamloze vennootschap met een sociaal oogmerk opgericht krachtens deze ordonnantie ;3° de Minister : de leden van de Regering belast met economie en buitenlandse handel ;4° de Regering : de Brusselse Hoofdstedelijke Regering ;5° de ordonnantie : deze ordonnantie houdende oprichting van het Agentschap ;6° het Gewest : het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ;7° de Economische en Sociale Raad : de Economische en Sociale Raad van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. HOOFDSTUK II. - Oprichting van het Agentschap
Art. 3.§ 1. Om de doelstellingen bepaald in deze ordonnantie te verwezenlijken, is de Regering gemachtigd om een naamloze vennootschap van publiek recht met een sociaal oogmerk met rechtspersoonlijkheid op te richten, met de naam Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven, verkort « BAOB », waarvan het maatschappelijk doel omschreven wordt in artikel 7. § 2. Het Agentschap heeft zijn maatschappelijke zetel in het Gewest.
Art. 4.§ 1. Het Agentschap is onderworpen aan het Wetboek van vennootschappen en zijn uitvoeringsbesluiten, behoudens de afwijkingen voorzien in de ordonnantie. § 2. Artikelen 454, 4°, 634, 646, 661, § 1, 4°, 7° en 8°, 666 en 667 van het Wetboek van vennootschappen zijn niet van toepassing op het Agentschap. § 3. De daden van het Agentschap worden geacht daden van koophandel te zijn in de zin van artikelen 2 en 3 van het Wetboek van Koopdandel. § 4. Het Agentschap is niet onderworpen aan de bepalingen van de wet van 31 januari 2009Relevante gevonden documenten type wet prom. 31/01/2009 pub. 09/02/2009 numac 2009009047 bron federale overheidsdienst justitie Wet betreffende de continuïteit van de ondernemingen sluiten betreffende de continuïteit van de ondernemingen. § 5. Het Agentschap kan geval per geval door de Regering gemachtigd worden tot de onteigening ten algemene nutte van onroerende goederen over te gaan, zelfs door middel van de onteigeningsprocedure per zone.
Het algemeen nut kan enkel worden aangevoerd wanneer zij nodig is voor de verwezenlijking van de projecten van het Agentschap in het kader van de openbare opdrachten bepaald in artikel 7, § 2. Het Agentschap kan slechts overgaan tot de onteigeningsprocedure bij hoogdringendheid, indien ze uitdrukkelijk motiveert om welke redenen de onmiddellijke inbezitneming van het onroerend goed onontbeerlijk is voor het algemeen nut. § 6. Het Agentschap mag giften ontvangen en in het algemeen deelnemen aan iedere transactie, overdrachten van bestanddelen of algemeenheden of gedeeltelijke overdrachten van vermogen, die hem toelaten zijn maatschappelijk doel en zijn sociaal oogmerk te verwezenlijken. HOOFDSTUK III. - Sociaal oogmerk
Art. 5.§ 1. Het Agentschap heeft als sociaal oogmerk de uitvoering van het gewestelijk beleid op het gebied van advies en individuele en collectieve begeleiding aan ondernemingen in het kader van zijn openbare opdrachten zoals bepaald in artikel 7 van de ordonnantie en desgevallend verduidelijkt in de beheersovereenkomst afgesloten met de Regering. § 2. De aandeelhouder van het Agentschap streeft geen enkel vermogensvoordeel dat hem zou kunnen worden uitgekeerd na. HOOFDSTUK IV. - Statuten en maatschappelijk kapitaal
Art. 6.§ 1. De eerste statuten van het Agentschap worden onderworpen aan de voorafgaande goedkeuring van de Regering. § 2. Iedere latere wijziging van de statuten van het Agentschap door de algemene vergadering moet voorafgaand door de Regering worden goedgekeurd. § 3. Het maatschappelijk kapitaal van het Agentschap, vermeld in zijn statuten, is volledig geplaatst bij de oprichting van het Agentschap en blijft uitsluitend in handen van het Gewest. HOOFDSTUK V. - Maatschappelijk doel
Art. 7.§ 1. Het Agentschap heeft als maatschappelijk doel, in België of in het buitenland, elke openbare dienstverlening van advies en van individuele of collectieve begeleiding, zowel aan Brusselse ondernemingen en handelszaken met het oog op hun ontwikkeling als aan buitenlandse ondernemingen en handelszaken met het oog op hun investering in het Gewest. Het Agentschap mag eveneens verrichtingen uitvoeren die rechtstreeks of onrechtstreeks bijdragen tot de verwezenlijking van zijn maatschappelijk doel. § 2. Daartoe wordt het Agentschap belast met de volgende openbare opdrachten : - Brusselse economische projecten en hun initiatiefnemers adviseren, uitrusten en begeleiden om hun succes in het Gewest en in het buitenland te verzekeren ; - nieuwe economische, technologische en investeringsopportuniteiten ontdekken, opwekken, beginnen en aantrekken in het Gewest en in het buitenland ; - de overheid helpen om een ambitieus economisch beleid te formuleren en te verwezenlijken en een stimulerend ondernemersgezind klimaat te verzekeren met name via sensibiliseringsacties in het Gewest en in het buitenland. § 3. Naast deze opdrachten : - voorziet het Agentschap in het enig loket voor informatie en oriëntering (genaamd « 1819 »), een passend werkingskader dat hem toelaat zijn sensibiliserings-, informatie- en oriënteringsopdracht op zich te nemen voor al wie in het Gewest onderneemt ; - coördineert het Agentschap het netwerk van economische en handelsattachés van het Gewest ; - verzekert het Agentschap het secretariaat van de Raad voor Economische Coördinatie en de coördinatie van zijn werkgroepen zoals bepaald in het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 28 november 2002Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 28/11/2002 pub. 25/12/2002 numac 2002031630 bron ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 28 november 2002 houdende oprichting van een Raad voor Economische Coördinatie sluiten houdende de oprichting van een Raad voor Economische Coördinatie. § 4. Op gemotiveerd voorstel van de Minister worden de andere hierna omschreven openbare opdrachten exclusief aan het Agentschap toevertrouwd : 1° de uitvoering van verkennende studies met het oog op de identificatie van nieuwe programma's en projecten in het kader van het economisch en handlesbeleid ;2° de uitvoering van expertise- en evaluatieopdrachten met betrekking tot programma's en projecten in het kader van het economisch en handelsbeleid. § 5. Indien het Agentschap op uitdrukkelijk met redenen omklede gronden weigert om de opdrachten uit te voeren die hem in overeenstemming met § 4 werden voorgesteld, kan de Minister, in afwijking van deze bepaling, deze voorstellen aan derden, mits inachtneming van de wet van 15 juni 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/06/2006 pub. 15/02/2007 numac 2006021341 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten sluiten betreffende overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten. § 6. Het Agentschap heeft een resultaatverbintenis met betrekking tot zijn doelstellingen. De modaliteiten van deze resultaatverbintenis worden bepaald in de beheersovereenkomst in overeenstemming met artikel 17.
Art. 8.§ 1. Naast de openbare opdrachten die hem worden toegewezen, mag het Agentschap alle handelingen stellen of activiteit uitoefenen die hem zouden worden toevertrouwd door alle internationale instellingen of Belgische of buitenlandse rechtspersonen van publiek recht en rechtstreeks of onrechtstreeks bijdragen tot zijn maatschappelijk doel, voor zover deze verenigbaar zijn met de opdrachten die hem worden toevertrouwd en mits naleving van de wettelijke bepalingen inzake concurrentie. § 2. Het Agentschap mag opdrachten voor derden uitvoeren wanneer de volgende drie voorwaarden vervuld zijn : 1° deze opdrachten zijn verenigbaar met de openbare opdrachten van het Agentschap zoals omschreven in artikel 7, § 2 en 3 ;2° deze opdrachten mogen het hoge kwaliteitsniveau van de uitvoering van de opdrachten van het Agentschap niet in het gedrang brengen ;3° deze opdrachten kaderen in een gewestelijke of thematische strategie die door de Regering is goedgekeurd. Deze opdrachten worden vooraf ter goedkeuring aan de raad van bestuur van het Agentschap voorgelegd. HOOFDSTUK VI. - Algemene vergadering
Art. 9.§ 1. De algemene vergadering heeft de bevoegdheden die haar worden toegekend door het Wetboek van vennootschappen, in de mate dat hiervan niet wordt afgeweken door of krachtens een ordonnantie van het Gewest. § 2. De Minister of zijn afgevaardigde vertegenwoordigt het Gewest op de algemene vergadering. § 3. De gewone, bijzondere of buitengewone algemene vergadering wordt bijeengeroepen door de raad van bestuur. § 4. De algemene vergadering wordt voorgezeten door de voorzitter van de raad van bestuur of, bij zijn afwezigheid of verhindering, door de ondervoorzitter of door een bestuurder aangeduid door de raad van bestuur. § 5. De notulen van de algemene vergaderingen alsook de kopieën en uittreksels worden ondertekend door de voorzitter of door twee bestuurders. HOOFDSTUK VII. - Organen
Art. 10.§ 1. De organen van het Agentschap zijn : 1° de algemene vergadering ;2° de raad van bestuur ;3° de gedelegeerde tot het dagelijks bestuur ;4° het directiecomité. § 2. Bovendien wordt een raadgevende commissie in het Agentschap ingesteld met de naam « Strategische commissie voor begeleiding en advies aan ondernemingen », zoals voorzien in artikel 16 hieronder.
Art. 11.§ 1. Het Agentschap wordt bestuurd door een raad van bestuur bestaande uit negen leden, natuurlijke personen, die de bevoegdheid heeft om alle handelingen te verrichten die nodig of nuttig zijn voor de verwezenlijking van het maatschappelijk doel van het Agentschap, met uitzondering van de handelingen die door het Wetboek van vennootschappen aan de algemene vergadering zijn voorbehouden. § 2. De bestuurders worden benoemd en afgezet door de algemene vergadering op basis van lijsten van bestuurders die voorafgaand door de Regering werden goedgekeurd, met dien verstande dat : 1° zeven van hen benoemd worden door de algemene vergadering, waarvan vier behoren tot de grootste taalgroep in het Parlement van het Gewest en drie behoren tot de kleinste taalgroep hiervan ;2° twee van hen benoemd worden door de algemene vergadering op voorstel van de Economische en Sociale Raad en bepaald op paritaire basis. § 3. De raad van bestuur is samengesteld met inachtneming van de ordonnantie van 13 februari 2014 ertoe strekkende binnen de leden die door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering benoemd worden in de bestuursorganen van rechtspersonen, een evenwichtige aanwezigheid van vrouwen en mannen te waarborgen. § 4. De raad van bestuur duidt, op voorstel van de algemene vergadering, een voorzitter en een ondervoorzitter aan die uit zijn leden gekozen worden. Zij behoren tot verschillende taalgroepen. § 5. De algemene vergadering stelt het bedrag van de bezoldiging van de bestuurders vast. § 6. De algemeen directeur en de adjunct-algemeen directeur worden uitgenodigd op de vergaderingen van de raad van bestuur van het Agentschap en onderhouden het secretariaat. § 7. De raad van bestuur stelt een financieel raadgevend comité in dat hem moet bijstaan met name in het formuleren van adviezen en het opstellen van verslagen op financieel, budgettair, boekhoudkundig gebied en op het vlak van controle en audit. De statuten van het Agentschap bepalen de samenstelling en de werking van dit comité en verduidelijken de taken die haar kunnen worden toevertrouwd. § 8. Zonder afbreuk te doen aan de delegatie van het dagelijks bestuur voorzien in artikel 14, § 1, en de eventueel aan bijzondere lasthebbers gedelegeerde bevoegdheden, kan de raad van bestuur een deel van zijn bevoegdheden overdragen aan het directiecomité bedoeld in artikel 15, onder de voorwaarden en binnen de beperkingen voorzien in het Wetboek van vennootschappen, met uitzondering van : - de goedkeuring van de beheersovereenkomst bedoeld in artikel 17 evenals iedere wijziging hiervan ; - het vastleggen van de strategie en de goedkeuring van het jaarlijks ondernemingsplan evenals van het bijzonder verslag bedoeld in artikel 661, eerste alinea, 6°, van het Wetboek van vennootschappen ; - de goedkeuring van de inventaris en de jaarrekening, met inbegrip van de balans en de resultatenrekening ; - de bijeenroeping van de algemene vergadering ; - de organisatie van het financieel comité bedoeld in § 7.
Art. 12.§ 1. De bestuurders zijn woonachtig in het Gewest. § 2. Het mandaat van bestuurder is onverenigbaar met de volgende hoedanigheden : 1° lid van de Regering of staatssecretaris toegevoegd aan een van haar leden ;2° lid van het Parlement van het Gewest ;3° lid van het personeel van het Agentschap ;4° elke functie die de onafhankelijkheid van de titularis bij de uitvoering van zijn opdracht in het Agentschap of in de uitvoering van de beheersovereenkomst in het gedrang zou kunnen brengen. § 3. Elke bestuurder die niet langer beantwoordt aan de voorwaarden voorzien in §§ 1 en 2 wordt onmiddellijk als ontslagnemend beschouwd.
Art. 13.De raad van bestuur wordt vernieuwd binnen de zes maanden die volgen op de vernieuwing van het Parlement van het Gewest. De bestuurders blijven in functie tot ze vervangen zijn.
Art. 14.§ 1. Het dagelijks bestuur van het Agentschap wordt gedelegeerd aan de algemeen directeur en de adjunct-algemeen directeur, aangeduid door de Regering, die respectievelijk tot een verschillende taalrol behoren. § 2. De raad van bestuur bepaalt hun administratief statuut en de bezoldigingsregeling en verduidelijkt de bevoegdheden die hen worden gedelegeerd. § 3. Mits voorafgaande goedkeuring van de raad van bestuur, mogen de algemeen directeur en de adjunct-algemeen directeur bepaalde van hun bevoegdheden aan één of meerdere leden van het directiecomité bedoeld in artikel 15 of aan personeelsleden van het Agentschap delegeren. § 4. De algemeen directeur en de adjunct-algemeen directeur vertegenwoordigen het Agentschap binnen en buiten rechte en handelen rechtsgeldig in naam en voor rekening van het Agentschap binnen de grenzen van het dagelijks bestuur. § 5. De raad van bestuur mag de gevallen vastleggen waarin hun gezamenlijke handtekening niet vereist is.
Art. 15.§ 1. De raad van bestuur stelt het directiecomité samen uit het personeel van het Agentschap en bepaalt het aantal leden ervan. § 2. De raad van bestuur duidt bij absolute meerderheid de leden van het directiecomité aan. Hij kan op elk ogenblik bij absolute meerderheid een einde maken aan hun functie. § 3. De algemeen directeur en de adjunct-algemeen directeur maken van rechtswege deel uit van het directiecomité. § 4. Het directiecomité mag slechts handelen in het kader van de bevoegdheden die haar uitdrukkelijk door de raad van bestuur zijn gedelegeerd, met inachtneming van de toepasselijke bepalingen van het Wetboek van vennootschappen en de ordonnantie. § 5. De leden van het directiecomité die personeelsleden van het Agentschap zijn, vervullen een voltijdse functie.
Art. 16.§ 1. De raad van bestuur van het Agentschap stelt een « Strategische commissie voor begeleiding en advies aan ondernemingen » op, belast met het inlichten van de raad van bestuur van het Agentschap over de vooruitzichten en het eventueel te voeren beleid evenals het verzekeren dat de diensten die door het Agentschap worden aangeboden, beantwoorden aan de bezorgdheden van de begunstigden, met name de Brusselse handelszaken en ondernemingen evenals de buitenlandse ondernemingen die zich in Brussel zouden kunnen vestigen.
Zij brengt strategische adviezen uit, met name op het ogenblik van de uitwerking van de actieplannen van het Agentschap vooraleer deze aan de raad van bestuur worden voorgelegd, en ook op het ogenblik van de opvolging van de doelstellingen van het Agentschap. § 2. Deze commissie bestaat uit zes vertegenwoordigers van de representatieve organisaties van de werkgevers en zes vertegenwoordigers van de representatieve organisaties van de werknemers die deel uitmaken van de Economische en Sociale Raad.
Een vertegenwoordiger van de Minister-President, een vertegenwoordiger van de Minister belast met Economie en een vertegenwoordiger van de Minister belast met Buitenlandse Handel worden als waarnemers op alle vergaderingen van de commissie uitgenodigd. § 3. De rol, de bevoegdheden en de samenstelling van deze commissie zullen worden bepaald door de raad van bestuur van het Agentschap. HOOFDSTUK VIII. - Beheersovereenkomst
Art. 17.§ 1. De Regering en het Agentschap sluiten een beheersovereenkomst af die de bijzondere regels en voorwaarden voor de uitoefening van de opdrachten van het Agentschap vastlegt en zijn prioriteiten bepaalt. § 2. In dat opzicht bevat zij minstens : 1° de taken die het Agentschap op zich neemt ter uitvoering van zijn openbare opdrachten ;2° de gedragsregels voor de omgang met de begunstigden van de diensten ;3° de vaststelling, berekening en betalingsmodaliteiten van de eventuele toelagen ten laste van de algemene uitgavenbegroting van het Gewest die de Regering aanwendt tot dekking van de lasten die door de operator gedragen worden bij de uitvoering van zijn openbare opdrachten, rekening houdend met de kosten en ontvangsten eigen aan deze opdrachten en de exploitatievoorwaarden opgelegd door of krachtens de ordonnantie of door de beheersovereenkomst ;4° de nadere regeling inzake de financiering van de eventuele opdrachten bedoeld in artikel 7, § 4 ;5° de beginselen die gevolgd moeten worden bij de uitwerking van de verschillende documenten die jaarlijks overhandigd moeten worden ;6° de voorwaarden voor de controle, evaluatie en herziening van de overeenkomst ;7° de sancties bij niet naleving door een partij van haar verbintenissen uit hoofde van de beheersovereenkomst ;8° de elementen van het ondernemingsplan ;9° de financiële structuur van de onderneming ;10° de manier waarop de financiële belangen van het Gewest worden gewaarborgd. § 3. De beheersovereenkomst wordt afgesloten voor een duur van vijf jaar. § 4. Zij blijft echter van kracht tot dat zij door een andere beheersovereenkomst wordt vervangen. § 5. Na het derde jaar van toepassing wordt zij geëvalueerd om er in voorkomend geval de nodige wijzigingen in aan te brengen voor het tweede deel van haar geldigheidsduur. § 6. Zij wordt na goedkeuring door de Regering en het Agentschap ter informatie aan het Parlement van het Gewest meegedeeld. Zij wordt bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad. HOOFDSTUK IX. - Middelen
Art. 18.§ 1. De financiële middelen waarover het Agentschap beschikt, zijn de volgende : 1° een basisdotatie die bestaat uit kredieten die ingeschreven zijn op de begroting van het Gewest ;2° eventuele bijzondere dotaties ;3° giften en nalatenschappen ;4° occasionele toelagen en inkomsten ;en 5° afgesloten leningen die voorafgaand werden goedgekeurd door de Regering. § 2. De Regering draagt aan het Agentschap de goederen, rechten en plichten over met betrekking tot de opdrachten van de dienst Brussel Invest & Export (BI&E) van de Administratie. § 3. Het Agentschap gebruikt zijn middelen en de beschikbare fondsen om de krachtens de ordonnantie bepaalde opdrachten, overeenkomsten en investeringen uit te voeren. HOOFDSTUK X. - Personeel
Art. 19.§ 1. De raad van bestuur van het Agentschap stelt het personeelsplan en het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van het personeel vast. Mits inachtneming van de dwingende bepalingen van de wet van 3 juli 1978Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/07/1978 pub. 03/07/2008 numac 2008000527 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten type wet prom. 03/07/1978 pub. 12/03/2009 numac 2009000158 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten sluiten betreffende de arbeidsovereenkomsten, is de raad van bestuur van het Agentschap gemachtigd om het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de contractuele personeelsleden te regelen. § 2. De statutaire en contractuele personeelsleden van de administratie die toegewezen zijn aan de dienst Brussel Invest & Export (BI&E) worden aan het Agentschap overgedragen. § 3. Worden aan het Agentschap overgedragen, de personeelsleden : 1° van Atrium, Gewestelijk Agentschap voor de Handel VZW ; 2° van het Brussels Agentschap voor de Onderneming VZW (impulse.brussels). § 4. De modaliteiten van de overdracht van het personeel waarvan sprake in §§ 2 en 3 worden bepaald met inachtneming van het beginsel van het behoud van verworven rechten en van het behoud van de arbeidsvoorwaarden, voortvloeiend uit de individuele en collectieve arbeidsverhoudingen. HOOFDSTUK XI. - Controle, rekeningen en rekenschap
Art. 20.Ieder jaar brengt het Agentschap, binnen de maand na de datum van zijn statutaire algemene vergadering, verslag uit aan de Regering over de verwezenlijking van zijn openbare opdrachten.
Dit verslag bevat eveneens de elementen voorzien in artikel 661, eerste alinea, 6°, van het Wetboek van vennootschappen.
Art. 21.Het Agentschap, dat een autonome bestuursinstelling van tweede categorie is in de zin van artikel 85, 2°, van de organieke ordonnantie van 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de begroting, de boekhouding en de controle, is in deze hoedanigheid onderworpen aan de bepalingen van deze organieke ordonnantie.
Art. 22.§ 1. Het Agentschap is onderworpen aan de controlebevoegdheid van de Regering die uitgevoerd wordt door twee Regeringscommissarissen benoemd en afgezet door de Regering op voorstel van, respectievelijk, de Minister bevoegd voor Economie en de Minister van Financiën. § 2. Zij oefenen hun opdracht uit in overeenstemming met de artikelen 9 en 10 van de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut. § 3. De Regeringscommissarissen wonen de zittingen van de algemene vergaderingen en van de raad van bestuur van het Agentschap bij ; ze hebben er een raadgevende stem. § 4. De bezoldiging van de Regeringscommissarissen wordt vastgelegd door de algemene vergadering van het Agentschap. § 5. De Regeringscommissarissen behoren tot twee verschillende taalgroepen.
Art. 23.§ 1. De rekeningen van het Agentschap worden overgemaakt aan het Rekenhof. § 2. Het Rekenhof onderzoekt de wettelijkheid en de regelmatigheid van de uitgaven en van de ontvangsten van het Agentschap. § 3. Het Rekenhof is gemachtigd alle documenten en inlichtingen, van welke aard dan ook, over het beheer van het Agentschap op te vragen.
Het mag een controle ter plaatse organiseren.
Art. 24.Het toezicht op de vennootschap wordt toevertrouwd aan één of meer commissarissen benoemd door de algemene vergadering onder de bedrijfsrevisoren ingeschreven op het openbaar register van bedrijfsrevisoren. HOOFDSTUK XII. - Ontbinding
Art. 25.De ontbinding van het Agentschap kan enkel uitgesproken worden krachtens een ordonnantie die de wijze en voorwaarden van de vereffening regelt.
TITEL III. - Wijzigingsbepalingen
Art. 26.De titel van de ordonnantie van 13 januari 1994 betreffende de bevordering van de buitenlandse handel van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wordt als volgt gewijzigd : « ordonnantie van 13 januari 1994 betreffende de bevordering van de buitenlandse handel en de aantrekking van buitenlandse investeringen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ».
Art. 27.In artikel 1 van dezelfde ordonnantie wordt het woord « 107quater » vervangen door het woord « 39 ».
Art. 28.Artikel 2, 3°, van dezelfde ordonnantie wordt opgeheven.
Art. 29.Artikel 3 van dezelfde ordonnantie wordt als volgt gewijzigd : 1° het teken « § 1.» wordt geschrapt ; 2° paragrafen 2 en 3 worden opgeheven.
Art. 30.§ 1. In dezelfde ordonnantie wordt de titel van Hoofdstuk III als volgt vervangen : « Hoofdstuk III. - Beleid voor de aantrekking van buitenlandse investeringen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ». § 2. Artikel 4 van dezelfde ordonnantie wordt vervangen door de volgende bepaling : « De Regering voorziet rechtstreeks of onrechtstreeks in de steun aan de aantrekking van buitenlandse investeringen door : 1° de waardering en bevordering van de aantrekkelijkheid van het Gewest, zijn grondgebied en zijn ondernemingen ;2° de individuele en collectieve prospectie van potentiële buitenlandse investeerders ;3° het onthaal en de begeleiding van buitenlandse investeerders op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ;en dit in het kader van een specifieke strategie. ». § 3. Artikel 5 van dezelfde ordonnantie wordt opgeheven.
Art. 31.In artikel 6, § 1, van dezelfde ordonnantie worden de woorden « in artikel 3 » vervangen door de woorden « in artikelen 3 en 4 ».
Art. 32.Het Agentschap is een openbare instelling in de zin van artikel 161 van het Wetboek der registratie-, hypotheek-, en griffierechten. In artikel 161, 1° van het Wetboek der registratie-, hypotheek-, en griffierechten wordt een zevende alinea ingevoegd, die als volgt luidt : « De akten verleden ten name of ten bate van het « Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven », die betrekking hebben op onroerende goederen op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ».
Kondigen deze ordonnantie af, bevelen dat ze in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Brussel, 18 mei 2017.
R. VERVOORT, Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Territoriale Ontwikkeling, Stedelijk Beleid, Monumenten en Landschappen, Studentenaangelegenheden, Toerisme, Openbaar Ambt, Wetenschappelijk Onderzoek en Openbare Netheid G. VANHENGEL, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Externe Betrekkingen en Ontwikkelingssamenwerking D. GOSUIN, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Tewerkstelling, Economie en Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp P. SMET, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit en Openbare Werken C. FREMAULT, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Huisvesting, Levenskwaliteit, Leefmilieu en Energie _______ Nota Documenten van het Parlement : Gewone zitting 2016-2017 A-493/1 Ontwerp van ordonnantie.
A-493/2 Verslag.
Integraal verslag : Bespreking en aanneming : vergadering van vrijdag 5 mei 2017