Etaamb.openjustice.be
Wet van 25 september 2022
gepubliceerd op 24 oktober 2022

Wet houdende invoeging in boek XI van het Wetboek van economisch recht en in het Gerechtelijk Wetboek van diverse bepalingen betreffende intellectuele eigendom

bron
federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie
numac
2022033662
pub.
24/10/2022
prom.
25/09/2022
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

25 SEPTEMBER 2022. - Wet houdende invoeging in boek XI van het Wetboek van economisch recht en in het Gerechtelijk Wetboek van diverse bepalingen betreffende intellectuele eigendom (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt : HOOFDSTUK 1. - Inleidende bepaling

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.

Art. 2.Artikel XI.16, § 1, van het Wetboek van economisch recht, ingevoegd bij de wet van 19 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/04/2014 pub. 12/06/2014 numac 2014011298 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek XI, "Intellectuele eigendom" in het Wetboek van economisch recht, en houdende invoeging van bepalingen eigen aan boek XI in de boeken I, XV en XVII van hetzelfde Wetboek type wet prom. 19/04/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014011266 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek VII "Betalings- en kredietdiensten" in het Wetboek van economisch recht, houdende invoeging van de definities eigen aan boek VII en van de straffen voor de inbreuken op boek VII, in de boeken I en XV van het Wetboek van economisch recht en houdende diverse andere bepalingen sluiten, wordt aangevuld met twee leden, luidende: "De octrooiaanvraag wordt opgesteld in de nationale taal voorgeschreven door de regels inzake taalgebruik, met uitzondering van de onderdelen bedoeld in het eerste lid, 2°, 4°, en 5°, die ofwel in diezelfde nationale taal ofwel in het Engels zijn opgesteld.

Onverminderd het tweede lid, mogen de conclusies, op de datum van indiening van de octrooiaanvraag, opgesteld zijn in het Engels. De vertaling van de conclusies naar de nationale taal voorgeschreven door de regels inzake taalgebruik wordt ingediend binnen de termijn die de Koning bepaalt.".

Art. 3.In artikel XI.17, § 3, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 19 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/04/2014 pub. 12/06/2014 numac 2014011298 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek XI, "Intellectuele eigendom" in het Wetboek van economisch recht, en houdende invoeging van bepalingen eigen aan boek XI in de boeken I, XV en XVII van hetzelfde Wetboek type wet prom. 19/04/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014011266 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek VII "Betalings- en kredietdiensten" in het Wetboek van economisch recht, houdende invoeging van de definities eigen aan boek VII en van de straffen voor de inbreuken op boek VII, in de boeken I en XV van het Wetboek van economisch recht en houdende diverse andere bepalingen sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het eerste lid wordt opgeheven;2° in het huidige tweede lid, dat het enige lid wordt, worden de woorden "In afwijking op de op 18 juli 1966 gecoördineerde wetten op het gebruik van talen in bestuurszaken, kan het deel bedoeld in paragraaf 1, 3°, " vervangen door de woorden "Het deel bedoeld in paragraaf 1, 3°, kan".

Art. 4.In hetzelfde Wetboek wordt een artikel XI.20/1 ingevoegd, luidende: "Art. XI.20/1. De Dienst kan de eensluidend verklaarde Belgische octrooiaanvraag, vergezeld van een verklaring waarin de datum van indiening van de aanvraag wordt vermeld, beschikbaar stellen in een door de Koning aangewezen databank, overeenkomstig de voorwaarden en nadere regels die Hij bepaalt.".

Art. 5.In artikel XI.23, § 4, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 19 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/04/2014 pub. 12/06/2014 numac 2014011298 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek XI, "Intellectuele eigendom" in het Wetboek van economisch recht, en houdende invoeging van bepalingen eigen aan boek XI in de boeken I, XV en XVII van hetzelfde Wetboek type wet prom. 19/04/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014011266 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek VII "Betalings- en kredietdiensten" in het Wetboek van economisch recht, houdende invoeging van de definities eigen aan boek VII en van de straffen voor de inbreuken op boek VII, in de boeken I en XV van het Wetboek van economisch recht en houdende diverse andere bepalingen sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid worden de woorden "binnen de termijn en op de wijze door de Koning vastgesteld." vervangen door de woorden "waarbij de Koning het bedrag, de termijn en de wijze van betaling bepaalt. Om onder meer de draagkracht van het systeem van financiering door de Staat zoals bedoeld in het derde lid te vrijwaren, kan de Koning een hoger bedrag bepalen voor de aanvragen die niet voldoen aan de voorwaarden die Hij bepaalt."; 2° tussen het eerste en tweede lid wordt een lid ingevoegd, luidende: "Indien het hoger bedrag bedoeld in het eerste lid is bepaald, dient de aanvrager een schriftelijke verklaring in waarin hij aanduidt of de aanvraag voldoet aan de voorwaarden vastgesteld op grond van het eerste lid.Ongeacht of het octrooi nog in aanvraag is of al werd verleend, bezorgt de aanvrager de Dienst op zijn vraag alle inlichtingen ter staving van zijn verklaring binnen de termijn die de Koning bepaalt. Indien de Dienst vaststelt dat de aanvrager geen verklaring heeft afgelegd binnen de termijn die de Koning bepaalt, dat deze onjuist is of dat de aanvrager de Dienst op zijn vraag niet alle inlichtingen ter staving van zijn verklaring heeft bezorgd, is de taks voor opzoeking voor de aanvraag het hoger bedrag bedoeld in het eerste lid vermeerderd met een toeslag. De Koning bepaalt het bedrag van de toeslag alsook de termijn en de wijze van betaling ervan."; 3° in het huidige tweede lid, dat het derde lid wordt, worden de woorden ", als er een is," ingevoegd tussen de woorden "Het verschil" en de woorden "tussen de"; 4° het huidige derde lid, dat het vierde lid wordt, wordt vervangen als volgt: "De octrooiaanvraag of het octrooi houdt op uitwerking te hebben indien de onderzoekstaks en, in voorkomend geval, de toeslag niet binnen de in het eerste lid of, in voorkomend geval, tweede lid bedoelde termijn wordt gekweten.".

Art. 6.In artikel XI.24 van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 19 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/04/2014 pub. 12/06/2014 numac 2014011298 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek XI, "Intellectuele eigendom" in het Wetboek van economisch recht, en houdende invoeging van bepalingen eigen aan boek XI in de boeken I, XV en XVII van hetzelfde Wetboek type wet prom. 19/04/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014011266 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek VII "Betalings- en kredietdiensten" in het Wetboek van economisch recht, houdende invoeging van de definities eigen aan boek VII en van de straffen voor de inbreuken op boek VII, in de boeken I en XV van het Wetboek van economisch recht en houdende diverse andere bepalingen sluiten en gewijzigd bij de wet van 2 mei 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° paragraaf 3 wordt vervangen als volgt: " § 3.Onverminderd de paragrafen 3/1 en 3/2 en de wet van 10 januari 1955, maakt de Dienst de octrooiaanvraag toegankelijk voor het publiek bij het verstrijken van de termijn van achttien maanden bedoeld in paragraaf 2, eerste lid.

De vermelding volgens dewelke de aanvraag voor het publiek toegankelijk is gemaakt, wordt in het register opgenomen."; 2° de paragrafen 3/1 en 3/2 worden ingevoegd, luidende: " § 3/1.De aanvrager die niet wenst dat zijn octrooiaanvraag toegankelijk voor het publiek wordt gemaakt, dient bij de Dienst, binnen de in het tweede lid vastgestelde termijn, een verzoek tot intrekking van zijn aanvraag in. De Koning bepaalt de nadere regels van dit verzoek.

De octrooiaanvraag als bedoeld in het eerste lid, wordt niet voor het publiek toegankelijk gemaakt wanneer deze aanvraag werd ingetrokken of wordt geacht te zijn ingetrokken voor het einde van de zeventiende maand te rekenen vanaf de datum van indiening van de octrooiaanvraag of, indien een recht van voorrang wordt ingeroepen overeenkomstig de bepalingen van artikel XI.20, vanaf de oudste voorrang aangeduid in de verklaring van voorrang, of op een latere datum in zoverre het nog mogelijk is de publicatie van de octrooiaanvraag te verhinderen.

Indien rechten van vruchtgebruik, pand- of licentierechten ingeschreven zijn in het register, kan de aanvraag enkel met instemming van de houders van deze rechten worden ingetrokken. Een octrooiaanvraag die het voorwerp is van een opeising van eigendom of van een beslag kan niet worden ingetrokken. Elke intrekking uitgevoerd in overtreding van dit artikel is van rechtswege nietig. § 3/2. Op verzoek gericht aan de Dienst door de aanvrager, of desgevallend door de vruchtgebruiker, wordt de aanvraag voor het publiek toegankelijk gemaakt vóór het verstrijken van de termijn bedoeld in paragraaf 2, eerste lid.".

Art. 7.Artikel XI.25 van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 19 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/04/2014 pub. 12/06/2014 numac 2014011298 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek XI, "Intellectuele eigendom" in het Wetboek van economisch recht, en houdende invoeging van bepalingen eigen aan boek XI in de boeken I, XV en XVII van hetzelfde Wetboek type wet prom. 19/04/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014011266 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek VII "Betalings- en kredietdiensten" in het Wetboek van economisch recht, houdende invoeging van de definities eigen aan boek VII en van de straffen voor de inbreuken op boek VII, in de boeken I en XV van het Wetboek van economisch recht en houdende diverse andere bepalingen sluiten, wordt vervangen als volgt: "Art. XI.25. § 1. Onder de voorwaarden bedoeld in artikel XI.24, §§ 3 tot 5, maakt de Dienst de octrooiaanvraag toegankelijk voor het publiek via het register.

Zodra de octrooiaanvraag toegankelijk voor het publiek is gemaakt met toepassing van het eerste lid, wordt het aanvraagdossier onderworpen aan de inzage ten behoeve van het publiek via het register. § 2. Zodra het octrooi verleend is, wordt het octrooidossier, onder voorbehoud van de toepassing van de wet van 10 januari 1955, onderworpen aan de inzage ten behoeve van het publiek via het register.

Vanaf dat tijdstip kan hiervan, in de door de Koning vastgestelde voorwaarden en vormen, afschrift worden bekomen. § 3. De aanvraag- en octrooidossiers die op grond van de paragrafen 1 en 2 onderworpen zijn aan de inzage ten behoeve van het publiek bevatten alle informatie en stukken betreffende de octrooiverleningsprocedure, met name: 1° de octrooiaanvraag;2° het ministerieel besluit van octrooiverlening;3° de beschrijving der uitvinding, de conclusies, de eventuele oorspronkelijke versies van de conclusies, de tekeningen waarnaar de beschrijving verwijst, het verslag van nieuwheidsonderzoek aangaande de uitvinding, de schriftelijke opinie, alsook in voorkomend geval de commentaren, de nieuwe tekst der conclusies, en de gewijzigde beschrijving;4° de stukken die betrekking hebben op het in het Verdrag van Parijs bedoelde recht van voorrang; 5° de persoonsgegevens wanneer die vereist zijn voor de uitvoering van de opdrachten van algemeen belang toevertrouwd aan de Dienst door en krachtens de bepalingen van deze titel, overeenkomstig artikel XI.80/1, § 3.

De Koning bepaalt de nadere regels voor de verwerking van die gegevens. § 4. Zijn niet van ambtswege onderworpen aan de inzage ten behoeve van het publiek door de Dienst op grond van de paragrafen 1 en 2: 1° medische attesten; 2° de vermelding van de uitvinder indien deze hiertoe een verzoekschrift heeft ingediend met toepassing van artikel XI.13, evenals dit verzoekschrift. § 5. De Koning bepaalt welke andere stukken of gegevens, in afwijking van de paragrafen 1 en 2, niet onderworpen zijn aan de inzage ten behoeve van het publiek.".

Art. 8.Artikel XI.27 van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 19 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/04/2014 pub. 12/06/2014 numac 2014011298 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek XI, "Intellectuele eigendom" in het Wetboek van economisch recht, en houdende invoeging van bepalingen eigen aan boek XI in de boeken I, XV en XVII van hetzelfde Wetboek type wet prom. 19/04/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014011266 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek VII "Betalings- en kredietdiensten" in het Wetboek van economisch recht, houdende invoeging van de definities eigen aan boek VII en van de straffen voor de inbreuken op boek VII, in de boeken I en XV van het Wetboek van economisch recht en houdende diverse andere bepalingen sluiten, wordt vervangen als volgt: "Art. XI.27. § 1. De Dienst stelt het register en de Verzameling via elektronische weg ter beschikking van het publiek. De Koning bepaalt de nadere regels voor het bijhouden van het register en de Verzameling alsook de voorwaarden van beschikbaarstelling voor het publiek van het register en de Verzameling. § 2. De Dienst vermeldt in de Verzameling de inschrijvingen opgenomen in het register. De bibliografische gegevens van de gepubliceerde octrooiaanvragen, van de verleende octrooien en van de gepubliceerde octrooiaanvragen en verleende octrooien die zijn gewijzigd met toepassing van de artikelen XI.55, XI.56 en XI.57 worden vermeld in de Verzameling. § 3. Naast de inschrijvingen vermeld in dit Wetboek, somt de Koning de inschrijvingen in het register en in de Verzameling overeenkomstig artikelen XI.80/1 en XI.80/2 op. § 4. Behalve in gevallen die door de Koning zijn vastgesteld, blijven de inschrijvingen in het register en in de Verzameling voor onbeperkte duur onderworpen aan de inzage ten behoeve van het publiek.".

Art. 9.In artikel XI.34, § 2, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 19 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/04/2014 pub. 12/06/2014 numac 2014011298 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek XI, "Intellectuele eigendom" in het Wetboek van economisch recht, en houdende invoeging van bepalingen eigen aan boek XI in de boeken I, XV en XVII van hetzelfde Wetboek type wet prom. 19/04/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014011266 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek VII "Betalings- en kredietdiensten" in het Wetboek van economisch recht, houdende invoeging van de definities eigen aan boek VII en van de straffen voor de inbreuken op boek VII, in de boeken I en XV van het Wetboek van economisch recht en houdende diverse andere bepalingen sluiten, worden de woorden "in België" vervangen door de woorden "in een lidstaat".

Art. 10.Artikel XI.59, § 2, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 19 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/04/2014 pub. 12/06/2014 numac 2014011298 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek XI, "Intellectuele eigendom" in het Wetboek van economisch recht, en houdende invoeging van bepalingen eigen aan boek XI in de boeken I, XV en XVII van hetzelfde Wetboek type wet prom. 19/04/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014011266 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek VII "Betalings- en kredietdiensten" in het Wetboek van economisch recht, houdende invoeging van de definities eigen aan boek VII en van de straffen voor de inbreuken op boek VII, in de boeken I en XV van het Wetboek van economisch recht en houdende diverse andere bepalingen sluiten, wordt vervangen als volgt: " § 2. Ingeval van nietigverklaring van de octrooien hebben het beroep en de voorziening in cassatie schorsende werking.".

Art. 11.In artikel XI.62, § 8, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 19 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/04/2014 pub. 12/06/2014 numac 2014011298 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek XI, "Intellectuele eigendom" in het Wetboek van economisch recht, en houdende invoeging van bepalingen eigen aan boek XI in de boeken I, XV en XVII van hetzelfde Wetboek type wet prom. 19/04/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014011266 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek VII "Betalings- en kredietdiensten" in het Wetboek van economisch recht, houdende invoeging van de definities eigen aan boek VII en van de straffen voor de inbreuken op boek VII, in de boeken I en XV van het Wetboek van economisch recht en houdende diverse andere bepalingen sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° de woorden "op 18 juli 1966 gecoördineerde wetten op het gebruik van talen in bestuurszaken" worden vervangen door de woorden "regels inzake taalgebruik"; 2° de paragraaf wordt aangevuld met een lid, luidende: "Indien er meerdere octrooiaanvragers zijn, is de proceduretaal en de taal voor de correspondentie aan de Dienst de taal die de octrooiaanvragers gekozen hebben uit de talen die in principe door elk van hen, individueel beschouwd, moeten worden gebruikt op de datum van indiening van het verzoek tot verlening van het octrooi.".

Art. 12.In artikel XI.75/3, § 1, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 8 juli 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/2018 pub. 19/07/2018 numac 2018031478 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende bepalingen ter bescherming van de titel van octrooigemachtigde sluiten, wordt de zin "Het Instituut voorziet in zijn eigen financiering." opgeheven.

Art. 13.Artikel XI.75/4 van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 8 juli 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/2018 pub. 19/07/2018 numac 2018031478 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende bepalingen ter bescherming van de titel van octrooigemachtigde sluiten, waarvan de bestaande tekst paragraaf 1 zal vormen, wordt aangevuld met een paragraaf 2, luidende: " § 2. Het doel van de verwerking van persoonsgegevens door het Instituut, in zijn hoedanigheid van verwerkingsverantwoordelijke, is de goede interne werking, de bewaking van de toegang tot en de uitoefening van het beroep van octrooigemachtigde, met inbegrip van het goede verloop van de tuchtprocedures, de samenwerking tussen bevoegde autoriteiten in België of in andere landen, het beheer van het lidmaatschap, de coördinatie van permanente vorming en het verlenen van adviezen en informatie over materies die tot zijn bevoegdheid behoren.

Het Instituut verwerkt de volgende categorieën van persoonsgegevens: 1° identiteitsgegevens;2° contactgegevens;3° bankgegevens;4° attesten en bewijsstukken;5° alle persoonsgegevens die de betrokken persoon wenst te delen met het Instituut. De bewaartermijn van persoonsgegevens mag niet langer zijn dan één jaar na de verjaring van alle vorderingen die tot de bevoegdheid van het Instituut behoren en, in voorkomend geval, de definitieve beëindiging van de gerechtelijke, bestuurlijke en tuchtprocedures en rechtsmiddelen. Gegevens met betrekking tot gerechtelijke, bestuurlijke of tuchtprocedures mogen in geen geval door het Instituut worden bewaard wanneer zij het voorwerp hebben uitgemaakt van een uitwissing van de veroordeling of een herstel in eer en rechten in strafzaken zoals beschreven in boek II, titel VII, hoofdstuk IV, van het Wetboek van strafvordering.

De Koning kan de nadere regels voor de verwerking van persoonsgegevens door het Instituut bepalen.".

Art. 14.In artikel XI.75/7, § 2, eerste lid, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 8 juli 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/2018 pub. 19/07/2018 numac 2018031478 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende bepalingen ter bescherming van de titel van octrooigemachtigde sluiten, wordt de bepaling onder 5° /1 ingevoegd, luidende: "5° /1 binnen de grenzen vastgesteld op grond van de bescherming van bedrijfsgeheimen en van andere wettelijke verplichtingen, alle informatie te verstrekken, die een gerechtelijke, bestuurlijke of tuchtoverheid hem vraagt en die zij nodig heeft binnen het kader van een procedure tegen een lid van het Instituut die betrekking heeft op de uitoefening van het beroep van octrooigemachtigde en waarmee deze overheid door of krachtens de wet werd belast;".

Art. 15.In artikel XI.75/8 van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 8 juli 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/2018 pub. 19/07/2018 numac 2018031478 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende bepalingen ter bescherming van de titel van octrooigemachtigde sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: a) in paragraaf 1, vierde lid, worden de woorden "bij overlijden of ontslag van dit lid" opgeheven;b) paragraaf 2, derde lid, wordt vervangen als volgt: "De Koning bepaalt het tuchtreglement dat de tuchtprocedure voor de tuchtcommissie bevat.Onverminderd artikel XI.75/6, § 2, 9°, bepaalt de Koning in het tuchtreglement bijkomend het volgende: 1° de gedragsregels van toepassing op de leden van het Instituut, zoals onder meer een verplichting voor de leden om het Instituut kennis te geven van gerechtelijke, administratieve of tuchtprocedures die tegen hen lopen en betrekking hebben op de uitoefening van beroepen van gemachtigde inzake intellectuele eigendom, alsook van de beslissingen genomen in die procedures; 2° de vergoedingen die personen binnen het kader van een tuchtprocedure moeten voldoen aan het Instituut voor de compensatie van het geheel of een deel van de kosten van de tuchtprocedure."; c) paragraaf 6, eerste lid, wordt vervangen als volgt: "Tegen de eindbeslissing van de tuchtcommissie in een tuchtprocedure staat beroep open bij het Hof van beroep te Brussel, overeenkomstig deel IV, boek IV, hoofdstuk XIXbis, afdeling 4, van het Gerechtelijk Wetboek.Beroep tegen tussenbeslissingen van de tuchtcommissie moet worden ingesteld samen met het beroep tegen de eindbeslissing.".

Art. 16.In hetzelfde Wetboek wordt een artikel XI.75/9/1 ingevoegd, luidende: "Art. XI.75/9/1. § 1. De inkomsten van het Instituut bestaan uit: 1° de jaarbijdragen van de leden van het Instituut;2° de opbrengsten uit het vermogen van het Instituut;3° de toelagen, legaten en schenkingen; 4° de vergoedingen bedoeld in artikel XI.75/8, § 2, derde lid, 2° ; 5° de boetes bedoeld in artikel XI.75/8, § 5, 3°.

Het Instituut mag zijn beschikbare gelden enkel besteden aan de aankoop van effecten waarvan het kapitaal en de rente gewaarborgd zijn. In geen geval mag het Instituut ten kosteloze titel over zijn vermogen beschikken noch zijn vermogen geheel of gedeeltelijk verdelen onder zijn leden of hun rechthebbenden. § 2. De Koning kan bijkomende bronnen van inkomsten bepalen. De Koning bepaalt het model voor de opmaak van de rekeningen van het Instituut.".

Art. 17.In artikel XI.75/10, § 3, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 8 juli 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/2018 pub. 19/07/2018 numac 2018031478 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende bepalingen ter bescherming van de titel van octrooigemachtigde sluiten, wordt het eerste lid aangevuld met de woorden ", die de solvabiliteit van het Instituut in gevaar kan brengen of die strijdig is met de goedgekeurde begroting van het Instituut".

Art. 18.Artikel XI.77, § 1, vierde lid, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 19 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/04/2014 pub. 12/06/2014 numac 2014011298 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek XI, "Intellectuele eigendom" in het Wetboek van economisch recht, en houdende invoeging van bepalingen eigen aan boek XI in de boeken I, XV en XVII van hetzelfde Wetboek type wet prom. 19/04/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014011266 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek VII "Betalings- en kredietdiensten" in het Wetboek van economisch recht, houdende invoeging van de definities eigen aan boek VII en van de straffen voor de inbreuken op boek VII, in de boeken I en XV van het Wetboek van economisch recht en houdende diverse andere bepalingen sluiten, wordt vervangen als volgt: "Het verzoek tot herstel wordt pas behandeld nadat de voorgeschreven taks met betrekking tot dit verzoek is betaald. De betaling van deze taks wordt uitgevoerd binnen twee maanden na de indiening van het verzoek. Bij het niet in acht nemen van deze termijn is het verzoek tot herstel van rechtswege zonder gevolg.".

Art. 19.In hetzelfde Wetboek wordt een artikel XI.80/1 ingevoegd, luidende: "Art. XI.80/1. § 1. Behalve de verplichting een register en een Verzameling in de zin van artikel XI.27 te houden, heeft de Dienst de taak om alle gegevens te verzamelen en in een elektronische databank op te slaan die worden verstrekt in het kader van de aan hem toevertrouwde opdrachten van algemeen belang betreffende de intellectuele eigendom. § 2. De elektronische databank kan andere dan de in het register en de Verzameling opgenomen persoonsgegevens bevatten voor zover die gegevens noodzakelijk zijn in het kader van de opdrachten van algemeen belang betreffende de intellectuele eigendom die aan de Dienst zijn toevertrouwd. § 3. In het kader van zijn opdrachten voor het algemeen belang betreffende intellectuele eigendom, die hem zijn toevertrouwd door de wet, verwerkt de Dienst de volgende categorieën van persoonsgegevens: 1° identiteitsgegevens, met inbegrip van het rijksregisternummer;2° adressen;3° contactgegevens;4° bankgegevens;5° handtekeningen;6° geboortedata;7° attesten en bewijsstukken en;8° alle persoonsgegevens die de betrokken persoon wenst te delen met de Dienst. De Dienst verwerkt persoonsgegevens over de volgende categorieën van betrokken personen: 1° de ondernemingen die in België actief zijn;2° de octrooiaanvragers;3° de octrooihouders;4° de uitvinders;5° de vertegenwoordigers;6° de betalers;7° de personen die deelnemen aan een procedure om het statuut van een octrooiaanvraag of octrooi te wijzigen, zoals licentienemers, pandhouders, beslagleggende schuldeisers, vruchtgebruikers en naakte eigenaars;8° elke andere persoon die beschikt over of aanspraak maakt op het recht op een octrooi of een octrooiaanvraag;9° de derden die deelnemen aan een procedure die tot de bevoegdheden van de Dienst behoort en;10° de personen die rechtstreeks of onrechtstreeks contact opnemen met de Dienst. De Koning kan de lijsten met gegevenscategorieën en persoonscategorieën die zijn vastgelegd in het eerste en tweede lid, verduidelijken. § 4. Behoudens andersluidende bepaling is de toegang tot de in paragraaf 2 bedoelde persoonsgegevens beperkt tot de personen die op grond van hun functie die gegevens moeten verwerken, en alleen voor de gegevens die voor die verwerking noodzakelijk zijn. De categorieën van personen die op grond van hun functie die gegevens moeten verwerken, zijn de leden van de Dienst, de leden van de diensten die verantwoordelijk zijn voor de IT-infrastructuur, de leden van de diensten die verantwoordelijk zijn voor de boekhouding, de leden van de diensten die verantwoordelijk zijn voor de interne controles, met inbegrip van de controles betreffende persoonsgegevens, en de eventuele verwerkers van die diensten wier toegang noodzakelijk is voor de uitvoering van hun taken. Deze persoonsgegevens zijn slechts algemeen toegankelijk indien de betrokkene daarmee uitdrukkelijk heeft ingestemd. § 5. Met uitzondering van de in het tweede lid bedoelde gegevens, worden de gegevens in de databank voor onbeperkte duur bewaard.

De persoonsgegevens in de databank die niet voorkomen in het register en in de Verzameling en die niet onlosmakelijk verbonden zijn met gegevens die voorkomen in het register en in de Verzameling, worden bewaard gedurende een periode die wordt bepaald door de Koning, rekening houdend met de verjaringstermijn waaraan de Belgische Staat gebonden is en rekening houdend met de noodzaak om het doeltreffend beheer van de verwijdering van die gegevens te garanderen.

De Koning kan bepalen welke persoonsgegevens niet onlosmakelijk verbonden zijn met de gegevens die voorkomen in het register en in de Verzameling.".

Art. 20.In hetzelfde Wetboek wordt een artikel XI.80/2 ingevoegd, luidende: "Art. XI.80/2. De gegevens verwerkt door de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie in zijn hoedanigheid van verwerkingsverantwoordelijke, met inbegrip van de categorieën van persoonsgegevens, worden verwerkt met het oog op het vervullen van de opdrachten van algemeen belang betreffende de intellectuele eigendom die hem zijn toevertrouwd, en in het bijzonder: 1° het beheer van de procedures inzake octrooiaanvragen en verleende octrooien beschreven in de bepalingen van deze titel, en in de uitvoeringsbesluiten ervan;2° de verspreiding op zo ruim mogelijke schaal van de informatie vervat in de octrooiaanvragen en de octrooien;3° het houden van het register en de Verzameling met het oog op inspectie door de overheidsorganen en de economische operatoren en op het informeren ervan, zodat ze hun rechten kunnen uitoefenen die hen uit hoofde van dit Wetboek worden toegekend, en inlichtingen kunnen inwinnen over het bestaan van oudere rechten van derden;4° het beheer van de procedures in verband met de vertegenwoordiging voor de Dienst;5° het promoten van de intellectuele eigendom en de sensibilisering daarrond; 6° het opstellen van rapporten en statistieken aan de hand waarvan de Dienst zijn activiteiten kan optimaliseren en de werking van het systeem van intellectuele eigendom kan verbeteren.".

Art. 21.In artikel XI.82 van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 19 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/04/2014 pub. 12/06/2014 numac 2014011298 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek XI, "Intellectuele eigendom" in het Wetboek van economisch recht, en houdende invoeging van bepalingen eigen aan boek XI in de boeken I, XV en XVII van hetzelfde Wetboek type wet prom. 19/04/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014011266 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek VII "Betalings- en kredietdiensten" in het Wetboek van economisch recht, houdende invoeging van de definities eigen aan boek VII en van de straffen voor de inbreuken op boek VII, in de boeken I en XV van het Wetboek van economisch recht en houdende diverse andere bepalingen sluiten en gewijzigd bij de wet van 29 juni 2016, worden de paragrafen 1 en 2 vervangen als volgt: " § 1. De octrooiaanvraag, verricht volgens de bepalingen van het Europees Octrooiverdrag, wordt ingediend bij het Europees Octrooibureau. § 2. In afwijking van paragraaf 1 wordt de octrooiaanvraag, verricht volgens de bepalingen van het Europees Octrooiverdrag, door personen die de Belgische nationaliteit bezitten of hun woonplaats of hun zetel in België hebben en die de verdediging van het grondgebied of de veiligheid van de Staat kan aanbelangen, bij de Dienst ingediend. De bepalingen van de wet van 10 januari 1955 zijn hierop van toepassing.".

Art. 22.In hetzelfde Wetboek wordt een artikel XI.90/2 ingevoegd, luidende: "Art. XI.90/2. Tenzij er specifieke bepalingen gelden, zijn de bepalingen die gelden voor de Belgische octrooien eveneens van toepassing op de Europese octrooien zonder eenheidswerking met rechtsgevolgen in België.".

Art. 23.In artikel XI.91 van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 19 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/04/2014 pub. 12/06/2014 numac 2014011298 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek XI, "Intellectuele eigendom" in het Wetboek van economisch recht, en houdende invoeging van bepalingen eigen aan boek XI in de boeken I, XV en XVII van hetzelfde Wetboek type wet prom. 19/04/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014011266 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek VII "Betalings- en kredietdiensten" in het Wetboek van economisch recht, houdende invoeging van de definities eigen aan boek VII en van de straffen voor de inbreuken op boek VII, in de boeken I en XV van het Wetboek van economisch recht en houdende diverse andere bepalingen sluiten en gewijzigd bij de wet van 29 juni 2016, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 wordt de zin "De instantie belast met het internationaal nieuwheidsonderzoek en desgevallend, de instantie belast met de internationale voorlopige beoordeling worden door de Koning aangewezen." opgeheven; 2° paragraaf 2 wordt aangevuld met de volgende zin: "De bepalingen van de artikelen XI.80/1 en XI.80/2 zijn hierop eveneens van toepassing.".

Art. 24.Artikel XI.102, § 1, vierde lid, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 19 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/04/2014 pub. 12/06/2014 numac 2014011298 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek XI, "Intellectuele eigendom" in het Wetboek van economisch recht, en houdende invoeging van bepalingen eigen aan boek XI in de boeken I, XV en XVII van hetzelfde Wetboek type wet prom. 19/04/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014011266 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek VII "Betalings- en kredietdiensten" in het Wetboek van economisch recht, houdende invoeging van de definities eigen aan boek VII en van de straffen voor de inbreuken op boek VII, in de boeken I en XV van het Wetboek van economisch recht en houdende diverse andere bepalingen sluiten, wordt vervangen als volgt: "Het verzoek tot herstel wordt pas behandeld nadat de voorgeschreven taks met betrekking tot dit verzoek is betaald. De betaling van deze taks wordt uitgevoerd binnen twee maanden na de indiening van het verzoek. Bij het niet in acht nemen van deze termijn is het verzoek tot herstel van rechtswege zonder gevolg.".

Art. 25.In artikel XI.148, § 3, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 19 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/04/2014 pub. 12/06/2014 numac 2014011298 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek XI, "Intellectuele eigendom" in het Wetboek van economisch recht, en houdende invoeging van bepalingen eigen aan boek XI in de boeken I, XV en XVII van hetzelfde Wetboek type wet prom. 19/04/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014011266 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek VII "Betalings- en kredietdiensten" in het Wetboek van economisch recht, houdende invoeging van de definities eigen aan boek VII en van de straffen voor de inbreuken op boek VII, in de boeken I en XV van het Wetboek van economisch recht en houdende diverse andere bepalingen sluiten, wordt de zin "Het verzoek wordt slechts geacht te zijn ingediend nadat de vergoeding tot herstel in de rechten binnen de termijn voorzien in paragraaf 2, werd betaald." vervangen als volgt: "Het verzoek zal pas behandeld worden nadat de voorgeschreven taks met betrekking tot dit verzoek is betaald. De betaling van deze taks dient uiterlijk twee maanden na de indiening van het verzoek tot herstel te worden uitgevoerd. Bij het niet in acht nemen van deze termijn is het verzoek tot herstel van rechtswege zonder gevolg.".

Art. 26.In artikel XI.151, § 2, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 19 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/04/2014 pub. 12/06/2014 numac 2014011298 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek XI, "Intellectuele eigendom" in het Wetboek van economisch recht, en houdende invoeging van bepalingen eigen aan boek XI in de boeken I, XV en XVII van hetzelfde Wetboek type wet prom. 19/04/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014011266 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek VII "Betalings- en kredietdiensten" in het Wetboek van economisch recht, houdende invoeging van de definities eigen aan boek VII en van de straffen voor de inbreuken op boek VII, in de boeken I en XV van het Wetboek van economisch recht en houdende diverse andere bepalingen sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het eerste lid wordt aangevuld met de volgende zin: "De jaartaks kan niet geldig worden gekweten meer dan zes maanden vóór de vervaldatum."; 2° in het derde lid wordt het woord "twee" vervangen door het woord "zes".

Art. 27.In boek XI, titel 4 van hetzelfde Wetboek wordt een artikel XI.163/1 ingevoegd, luidende: "Art. XI.163/1. De minister bevoegd voor Buitenlandse Zaken is belast met de verificatie van de authenticiteit der stukken, die overgelegd worden met het oog op de tenuitvoerlegging in België van beslissingen tot vaststelling van de kosten van het Bureau voor Intellectuele Eigendom van de Europese Unie die een uitvoerbare titel uitmaken en genomen zijn op grond van Verordening (EG) nr. 6/2002 van de Raad van 12 december 2001 betreffende Gemeenschapsmodellen, of op grond van Verordening (EU) 2017/1001 van het Europees Parlement en de Raad van 14 juni 2017 inzake het Uniemerk.

De minister bevoegd voor Buitenlandse Zaken kan zijn bevoegdheid overdragen aan een ambtenaar, die hiertoe wordt aangewezen.

De gewaarmerkte stukken worden door tussenkomst van de minister bevoegd voor Justitie overgemaakt aan de hoofdgriffier van het Hof van beroep te Brussel, die het formulier van tenuitvoerlegging aanbrengt, en worden op dezelfde wijze teruggezonden naar de minister bevoegd voor Buitenlandse Zaken.".

Art. 28.In boek XI van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 19 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/04/2014 pub. 12/06/2014 numac 2014011298 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek XI, "Intellectuele eigendom" in het Wetboek van economisch recht, en houdende invoeging van bepalingen eigen aan boek XI in de boeken I, XV en XVII van hetzelfde Wetboek type wet prom. 19/04/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014011266 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende invoeging van boek VII "Betalings- en kredietdiensten" in het Wetboek van economisch recht, houdende invoeging van de definities eigen aan boek VII en van de straffen voor de inbreuken op boek VII, in de boeken I en XV van het Wetboek van economisch recht en houdende diverse andere bepalingen sluiten, wordt een titel 8/2 ingevoegd, luidende "Titel 8/2. - Gemeenschappelijke bepalingen voor de titels 1 tot 3".

Art. 29.In titel 8/2, ingevoegd bij artikel 28, wordt een artikel XI.332/6 ingevoegd, luidende: "Art. XI.332/6. In geval van een crisis betreffende de openbare veiligheid, met inbegrip van de volksgezondheid, kan de Koning de termijnen bepaald door of krachtens de titels 1 tot 3 die aflopen tijdens een periode die de Koning bepaalt en die met de crisis verband houdt, verlengen tot een datum die na deze periode kan liggen.

In de beslissing tot verlenging bedoeld in het eerste lid, bepaalt de Koning onder meer het volgende: 1° de begindatum en de einddatum van de periode bedoeld in het eerste lid;2° de datum tot dewelke de termijnen worden verlengd, die na de periode bedoeld in het eerste lid kan liggen;3° de termijnen die worden verlengd; 4° de personen in de procedure voor wie de termijnen worden verlengd.". HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen van het Gerechtelijk Wetboek

Art. 30.In deel IV, boek IV, hoofdstuk XIXbis, van het Gerechtelijk Wetboek, ingevoegd bij de wet van 10 mei 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 10/05/2007 pub. 10/05/2007 numac 2007011239 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet betreffende de aspecten van gerechtelijk recht van de bescherming van intellectuele eigendomsrechten type wet prom. 10/05/2007 pub. 21/06/2007 numac 2007009560 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot tenuitvoerlegging van Verordening nr. 2201/2003 van de Raad van 27 november 2003 betreffende de bevoegdheid en de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in huwelijkszaken en inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1347/2000, van het Europees Verdrag van Luxemburg van 20 mei 1980 betreffende de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen inzake het gezag over kinderen en betreffende het herstel van het gezag over kinderen, en van het Verdrag van 's-Gravenhage van 25 oktober 1980 betreffende de burgerrechtelijke aspecten van internationale ontvoering van kinderen (1) sluiten, wordt een afdeling 4 ingevoegd, luidende "Afdeling 4. - Beroep in tuchtzaken betreffende octrooigemachtigden".

Art. 31.In afdeling 4, ingevoegd bij artikel 30, wordt een artikel 1369octies ingevoegd, luidende: "

Art. 1369octies.Tegen de eindbeslissing van de tuchtcommissie van het Instituut voor Octrooigemachtigden bedoeld in artikel XI.75/3, § 1, van het Wetboek van economisch recht, in een tuchtprocedure, staat beroep open bij het Hof van beroep te Brussel. Beroep tegen tussenbeslissingen van de tuchtcommissie moet worden ingesteld samen met het beroep tegen de eindbeslissing. Het beroep heeft schorsende kracht.

Het beroep bedoeld in het eerste lid staat slechts open voor de volgende personen: 1° het lid van het Instituut voor Octrooigemachtigden dat het voorwerp uitmaakte van een tuchtprocedure voor een vermeende overtreding van artikel XI.75/11, § 1, van het Wetboek van economisch recht; 2° het Instituut voor Octrooigemachtigden; 3° de minister bevoegd voor Economie.".

Art. 32.In dezelfde afdeling 4 wordt een artikel 1369nonies ingevoegd, luidende: "

Art. 1369nonies.§ 1. De rechtspleging van het beroep bedoeld in artikel 1369octies wordt geregeld door de regels van het Gerechtelijk Wetboek, behalve wat de afwijkingen in de paragrafen 2 tot 4 betreft. § 2. Op straffe van verval, wordt het beroep ingesteld binnen een maand vanaf de kennisgeving van de eindbeslissing.

Het beroep wordt ingesteld per ondertekend verzoekschrift dat in drie exemplaren per aangetekende zending wordt verzonden naar de griffie van het hof of daar wordt neergelegd. Het verzoekschrift vermeldt, op straffe van nietigheid, de volgende elementen: 1° de dag, de maand en het jaar;2° de naam, de voorna(a)m(en) en de woonplaats van de verzoeker, alsook, in voorkomend geval, zijn rijksregisternummer of ondernemingsnummer;3° behalve indien het de verzoeker betreft, de naam, de voorna(a)m(en) en de woonplaats van het lid bedoeld in artikel 1369octies, tweede lid, 1°, alsook, in voorkomend geval, zijn rijksregisternummer of ondernemingsnummer;4° de beslissing waarop het beroep betrekking heeft;5° de uiteenzetting van de grieven en van de middelen ter staving;6° de rechter voor wie het beroep aanhangig wordt gemaakt;en 7° de handtekening van de verzoeker of van zijn advocaat. § 3. De personen bedoeld in artikel 1369octies, tweede lid, van wie het beroep niet uitgaat, worden door de griffier per gerechtsbrief opgeroepen om te verschijnen op de zitting die het hof bepaalt. Bij de oproeping wordt een kopie van het verzoek gevoegd. Eveneens wordt een kopie van het verzoek, ter informatie, gericht aan de voorzitter van de tuchtcommissie van het Instituut voor Octrooigemachtigden.

Tenzij het beroep van hen uitgaat, en onder voorbehoud van de toepassing van de artikelen 811 tot 814, worden de personen bedoeld in artikel 1369octies, tweede lid, 2° en 3°, geen partij in de zaak door de verschijning bedoeld in het eerste lid. De tuchtcommissie van het Instituut is geen partij in de zaak. Elke andere tussenkomst in de zaak is uitgesloten.

Het lid bedoeld in artikel 1369octies, tweede lid, 1°, besluit en wordt als laatste gehoord. § 4. De arresten gewezen betreffende beslissingen van de tuchtcommissie van het Instituut voor Octrooigemachtigden worden door de griffier van het hof bij gerechtsbrief ter kennis gebracht aan de personen bedoeld in artikel 1369octies, tweede lid, en aan de voorzitter van de tuchtcommissie van het Instituut.". HOOFDSTUK 4. - Opheffingsbepaling

Art. 33.Het koninklijk besluit van 24 oktober 1988 betreffende de samenstelling en werking van de Commissie tot erkenning van de gemachtigden inzake uitvindingsoctrooien en de inschrijving en doorhaling in het register van de erkende gemachtigden inzake uitvindingsoctrooien, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 30 september 1992, 15 september 1994, 17 september 2005, 4 september 2014 en 21 november 2017, wordt opgeheven. HOOFDSTUK 5. - Overgangsbepalingen

Art. 34.De artikelen 2 en 3 zijn van toepassing op de octrooiaanvragen die werden ingediend na de inwerkingtreding van die bepalingen.

Art. 35.De artikelen 6 tot 8, 19, 20 en 23, 2°, zijn van toepassing op de octrooiaanvragen en de aanvragen van aanvullende beschermingscertificaten die werden ingediend, alsook op de octrooien en de aanvullende beschermingscertificaten die werden verleend voor de inwerkingtreding van die bepalingen.

Art. 36.De artikelen 9, 10 en 21 zijn van toepassing op de octrooiaanvragen en de aanvragen van aanvullende beschermingscertificaten die werden ingediend, alsook op de octrooien en de aanvullende beschermingscertificaten die werden verleend voor de inwerkingtreding van deze wet.

Art. 37.Artikel 11 is van toepassing op de octrooiaanvragen en de aanvragen van aanvullende beschermingscertificaten die werden ingediend na de inwerkingtreding van deze wet.

Art. 38.De artikelen 18, 24 en 25 zijn van toepassing op verzoeken tot herstel als bedoeld in de artikelen XI.77, XI.102 en XI.148 van het Wetboek van economisch recht ingediend na de inwerkingtreding van deze wet.

Art. 39.Artikel 26 is van toepassing op alle jaartaksen bedoeld in artikel XI.151 van het Wetboek van economisch recht die na de inwerkingtreding van deze wet vervallen.

Art. 40.Artikel 27 is van toepassing op alle aanvragen tot verificatie van de authenticiteit der stukken die worden ingediend na de inwerkingtreding van deze wet. HOOFDSTUK 6. - Slotbepaling

Art. 41.Deze wet treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand na die waarin ze is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad, met uitzondering van de artikelen 2, 3, 6 tot 8, 12, 13, 16, 17, 19, 20, 22, 23, 2°, en 33.

Voor de artikelen 2, 3, 6 tot 8, 12, 13, 16, 17, 19, 20, 22, 23, 2°, en 33, bepaalt de Koning voor iedere bepaling een datum van inwerkingtreding.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 25 september 2022.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Economie, P.-Y. DERMAGNE De Minister van Justitie, V. VAN QUICKENBORNE De Minister van Buitenlandse Zaken, H. LAHBIB Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, V. VAN QUICKENBORNE _______ Nota (1) Kamer van volksvertegenwoordigers : (www.dekamer.be) Stukken : 55-2727 (2021/2022) Integraal Verslag : 20 juli 2022

^