Etaamb.openjustice.be
Wet van 22 december 2020
gepubliceerd op 31 december 2020

Wet tot instelling van verschillende maatregelen ten gunste van zelfstandigen in de context van de COVID-19-crisis

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2020044629
pub.
31/12/2020
prom.
22/12/2020
ELI
eli/wet/2020/12/22/2020044629/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)Kamer (parl. doc.)
Document Qrcode

22 DECEMBER 2020. - Wet tot instelling van verschillende maatregelen ten gunste van zelfstandigen in de context van de COVID-19-crisis (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtingen hetgeen volgt: TITEL 1. - Algemene - bepaling

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.

TITEL 2. - Bepalingen - tot instelling van een eenmalig voorschot op de beheerskosten van de sociale verzekeringsfondsen der zelfstandigen

Art. 2.§ 1. Ingevolge de impact van de maatregelen genomen naar aanleiding van de coronacrisis (COVID-19) op de inkomsten en uitgaven van de sociale verzekeringsfondsen voor zelfstandigen wordt bij deze wet een eenmalig voorschot op de beheerskosten van deze fondsen vastgesteld. § 2. Het in § 1 bedoelde voorschot omvat een bedrag van maximaal 35 miljoen euro.

Art. 3.§ 1. Het Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen is belast met de toekenning en de storting van het eenmalig voorschot op de beheerskosten betreffende bijdragen vervallen in 2020, aan elk sociaal verzekeringsfonds dat erom vraagt. § 2. Het eenmalig voorschot wordt opgedeeld in twee termijnen. De storting van het deel van het voorschot verbonden aan de sociale bijdragen die niet geïnd werden tijdens de eerste drie kwartalen van 2020 wordt uiterlijk op 15 décembre 2020 uitgevoerd. De storting van het deel van het voorschot verbonden aan de sociale bijdragen die niet geïnd werden tijdens het vierde kwartaal van 2020 wordt uiterlijk op 31 januari 2021 uitgevoerd. § 3. Voor beide in § 2 bedoelde termijnen wordt het bedrag van iedere storting aan een fonds berekend door het in § 1 genoemde Rijksinstituut. Deze berekening gebeurt in functie van enerzijds de bedragen van sociale bijdragen vervallen in 2020 die overeenkomstig de richtlijnen ter bestrijding van de impact van de coronacrisis het voorwerp hebben uitgemaakt van een aanvraag om vrijstelling of uitstel van betaling en anderzijds de percentages van de beheerskosten voor het desbetreffende fonds. De som van de voor elk fonds op die manier berekende bedragen mag niet hoger zijn dan het maximum bedoeld in artikel 2, § 2. Ingeval van overschrijding, wordt elk van de aan de fondsen toegekende voorschotten verminderd ten belope van het percentage waarmee het maximum wordt overschreden. § 4. Het in § 1 genoemde Rijksinstituut herziet in 2021 en 2022 trimestrieel het aan elk fonds overeenkomstig § 2 bezorgde voorschot.

Deze trimestriële aanpassing gebeurt in de loop van de eerste maand volgend op elk kwartaal van 2021 en 2022. Na het einde van elk kwartaal vermindert het Rijksinstituut het aan elk fonds bezorgde voorschot met het bedrag van sociale bijdragen vervallen in 2020 maar pas na 2020 geïnd door het fonds. Het Rijksinstituut vordert telkens van het fonds het deel van het voorschot dat op dat ogenblik gedekt is door effectieve betalingen van sociale bijdragen door de aangeslotenen in de loop van het desbetreffende kwartaal. Het fonds dient het aldus gevorderde bedrag terug te betalen aan het Rijksinstituut op de eerste werkdag binnen de 15 dagen die volgt op de dag van deze opvordering.

Op basis van de cijfergegevens van het laatste kwartaal van 2022 gaat het RSVZ in januari 2023 over tot een finale afrekening, waarbij uiteindelijk 85 % van het niet-terugbetaalde voorschot ten laste wordt gelegd van het globaal financieel beheer voor zelfstandigen. § 5. De sociale verzekeringsfondsen voor zelfstandigen die een beroep wensen te doen op het in dit artikel beschreven voorschot, vragen of delen dit uitdrukkelijk mee aan het Rijksinstituut. Zij bezorgen tevens het geheel van gegevens noodzakelijk om het voorschot en de trimestriële revaluatie van dat voorschot te berekenen, aan het Rijksinstituut. Tenslotte verbinden zij zich ertoe om de percentages van de beheerskosten in 2021 en 2022 niet te verhogen omwille van de impact van de coronacrisis.

Art. 4.Deze titel treedt in werking de dag waarop deze wet in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

TITEL 3. - Wijzigingen van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen en tot invoering van tijdelijke maatregelen in het kader van COVID-19 ten gunste van zelfstandigen en tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen, wat betreft de tijdelijke gelijkstelling van kwartalen ingevolge de toekenning van het overbruggingsrecht HOOFDSTUK 1. - Tijdelijke wijzigingen van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen, voor zelfstandigen getroffen door de COVID-19-crisis

Art. 5.In de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen, wordt een artikel 5/1 ingevoegd, luidende : "

Art. 5/1.§ 1. Om het in artikel 3 bedoelde overbruggingsrecht te genieten, moeten de in artikel 4 bedoelde zelfstandigen, helpers en meewerkende echtgenoten, in afwijking van artikel 5, aan de volgende cumulatieve voorwaarden voldoen : 1° hun verzekeringsplicht bewijzen in het kader van het koninklijk besluit nr.38 gedurende de twee kwartalen die onmiddellijk voorafgaan aan de eerste dag van het kwartaal dat volgt op het kwartaal waarin het feit zich voordoet; 2° voor de in 1° bedoelde periode, de in de artikelen 12, §§ 1, 1bis of 1ter, of 13bis, § 2, 1°, 1° bis of 2°, van het koninklijk besluit nr.38 bedoelde bijdragen verschuldigd zijn; 3° de in 2° bedoelde wettelijk verschuldigde voorlopige bijdragen voor minstens vier kwartalen tijdens het tijdvak van zestien kwartalen dat voorafgaat aan de eerste dag van het kwartaal dat volgt op het kwartaal waarin het feit zich voordoet effectief betaald hebben. Indien de zelfstandige, helper of meewerkende echtgenoot hun verzekeringsplicht in het kader van het koninklijk besluit nr. 38 slechts kunnen bewijzen gedurende de twaalf kwartalen die onmiddellijk voorafgaan aan de eerste dag van het kwartaal dat volgt op het kwartaal waarin het feit zich voordoet of minder, volstaat het dat zij de voormelde wettelijk verschuldigde voorlopige bijdragen voor minstens twee kwartalen effectief betaald hebben.; 4° geen beroepsactiviteit uitoefenen vanaf de eerste dag die volgt op de dag waarop het feit zich voordoet;5° geen recht kunnen laten gelden op een vervangingsinkomen vanaf de eerste dag die volgt op de dag waarop het feit zich voordoet. In afwijking op het voorgaande en op artikel 11, § 4, kan de financiële uitkering bedoeld in artikel 3, 1°, gecumuleerd worden met een of meerdere andere vervangingsinkomens op voorwaarde dat: - de som van het maandelijks bedrag bedoeld in artikel 10, § 1, eerste lid, en de andere vervangingsinkomens per maand niet meer bedraagt dan het bedrag bedoeld in artikel 10, § 1, eerste lid. Ingeval van overschrijding van dit plafond wordt het maandelijks bedrag bedoeld in artikel 10, § 1, eerste lid, verminderd ten belope van deze overschrijding; - de som van het maandelijks bedrag bedoeld in artikel 10, § 1, tweede lid, en de andere vervangingsinkomens per maand niet meer bedraagt dan het bedrag bedoeld in artikel 10, § 1, tweede lid. Ingeval van overschrijding van dit plafond wordt het maandelijks bedrag bedoeld in artikel 10, § 1, tweede lid verminderd ten belope van deze overschrijding; - de som van de bedragen bedoeld in artikel 10, § 3, en de andere vervangingsinkomens per maand niet meer bedraagt dan de bedragen bedoeld in artikel 10, § 3. Ingeval van overschrijding van dit plafond worden de bedragen bedoeld in artikel 10, § 3, verminderd ten belope van deze overschrijding. 6° in België hun hoofdverblijfplaats hebben, in de zin van artikel 3, eerste lid, 5°, van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen. § 2. Onder feit, bedoeld in paragraaf 1, wordt verstaan : 1° het vonnis van faillietverklaring in de gevallen bedoeld in artikel 4, 1° ;2° de stopzetting van de zelfstandige activiteit in de gevallen bedoeld in artikel 4, 2° en 4° ;3° het begin van de onderbreking van de zelfstandige activiteit in de gevallen bedoeld in artikel 4, 3°.Indien de onderbreking van de zelfstandige activiteit gevolgd wordt door een stopzetting van de zelfstandige activiteit, wordt deze stopzetting beschouwd als feit.".

Art. 6.Artikel 8, § 1, van dezelfde wet wordt aangevuld met een lid, luidende : "Indien het in artikel 5, § 2, bedoelde feit zich voordoet in de periode van 1 april 2020 tot en met 31 december 2020, wordt de aanvraagtermijn verlengd met twee kwartalen.".

Art. 7.In artikel 10, § 3, eerste lid, van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 23 maart 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 23/03/2020 pub. 24/03/2020 numac 2020030349 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet tot wijziging van de wet van 22 december 2016 houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen en tot invoering van tijdelijke maatregelen in het kader van COVID-19 ten gunste van zelfstandigen type wet prom. 23/03/2020 pub. 26/03/2020 numac 2020040685 bron federale overheidsdienst beleid en ondersteuning Wet tot opening van voorlopige kredieten voor de maanden april, mei en juni 2020 sluiten, worden de woorden "(met uitzondering van hetgeen bepaald is in artikel 5/1, § 1, 5° )" ingevoegd tussen de woorden "een vervangingsinkomen," en de woorden"gedurende deze kalendermaand'. HOOFDSTUK 2. - Tijdelijke wijzigingen van het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen

Art. 8.In artikel 28 van het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 juli 2006, wordt paragraaf 5 aangevuld met een lid, luidende: "In afwijking van het eerste lid, 2°, gaat de gelijkstelling bedoeld in artikel 37ter in vanaf de eerste dag van het kwartaal waarvoor de zelfstandige het behoud van sociale rechten, voorzien in artikel 3, 2°, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen verkregen heeft.".

Art. 9.In hetzelfde koninklijk besluit wordt een artikel 37ter ingevoegd, luidende : "Art. 37ter, § 1. Onverminderd de grens vastgesteld in artikel 28, § 8, wordt de periode tijdens welke de zelfstandige, bedoeld in artikel 4 van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen, het behoud van de sociale rechten inzake de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de zin van artikel 3, 2°, van de vermelde wet geniet, gelijkgesteld met een periode van bezigheid. § 2. De gelijkgestelde periode kan tijdens de gehele beroepsloopbaan van de zelfstandige maximaal vier kwartalen bedragen. § 3. De beslissing bedoeld in artikel 9 van de vermelde wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten, geldt als een beslissing tot gelijkstelling.".

Art. 10.Artikel 46ter, § 1, van hetzelfde besluit, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 28/06/2019 pub. 22/07/2019 numac 2019202715 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 maart 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van de non-ferro metalen, betreffende de tewerkstelling en de opleiding van risicogroepen type koninklijk besluit prom. 28/06/2019 pub. 22/07/2019 numac 2019202717 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 1 april 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek, tot vaststelling van het statuut van de vakbondsafvaardiging type koninklijk besluit prom. 28/06/2019 pub. 22/07/2019 numac 2019202448 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 februari 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de zeevisserij, tot toevoeging van een GDPR-bijlage aan het pensioenreglement (1) type koninklijk besluit prom. 28/06/2019 pub. 22/07/2019 numac 2019202716 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 maart 2019, gesloten in het Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf, betreffende de verduidelijking van het begrip taakloon in de sector type koninklijk besluit prom. 28/06/2019 pub. 22/07/2019 numac 2019202874 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 april 2019, gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, betreffende de invoering van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor sommige oudere werknemers met een lange loopbaan die worden ontslagen en betreffende de uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 134 en nr. 135 van de Nationale Arbeidsraad type koninklijk besluit prom. 28/06/2019 pub. 22/07/2019 numac 2019202873 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 mei 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, betreffende het tijdskrediet, de loopbaanvermindering en de landingsbanen type koninklijk besluit prom. 28/06/2019 pub. 22/07/2019 numac 2019202876 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 mei 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende het tijdskrediet en de landingsbanen sluiten, wordt aangevuld met de bepaling onder G, luidende : "G. Voor de kwartalen bedoeld in artikel 37ter is het fictief inkomen gelijk aan de bedrijfsinkomsten, bedoeld in artikel 12, § 1, tweede lid, van het koninklijk besluit nr. 38, voor het betrokken jaar, aangepast volgens de bepalingen van artikel 14, § 1 van het koninklijk besluit nr. 38".

Art. 11.In artikel 53quater, § 1, eerste lid, van hetzelfde besluit, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 december 2017Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 19/12/2017 pub. 29/12/2017 numac 2017032135 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen, wat de gelijkstelling van studieperiodes betreft type koninklijk besluit prom. 19/12/2017 pub. 06/02/2018 numac 2018010494 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen, wat de gelijkstelling van studieperiodes betreft. - Addendum type koninklijk besluit prom. 19/12/2017 pub. 29/12/2017 numac 2017032206 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 24bis en artikel 34 van het koninklijk besluit van 21 december 1967 tot vaststelling van het algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers sluiten, worden de woorden "en de artikelen 46bis en 46ter, § 1, A, B, C, E en F en § 2 van dit besluit" vervangen door de woorden "en de artikelen 46bis en 46ter, § 1, A, B, C, E, F en G en § 2 van dit besluit".

Art. 12.In artikel 154, 9°, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 7 februari 2018Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/02/2018 pub. 07/05/2018 numac 2018200874 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot vaststelling van de voorwaarden voor een pilootproject inzake preventie van burn-out gerelateerd aan het werk type koninklijk besluit prom. 07/02/2018 pub. 21/02/2018 numac 2018030506 bron federaal agentschap voor geneesmiddelen en gezondheidsproducten Koninklijk besluit tot erkenning van opdrachtgevers van niet-commerciële experimenten op grond van artikel 31, § 1, van de wet van 7 mei 2004 inzake experimenten op de menselijke persoon sluiten, worden de woorden "een beslissing genomen wordt inzake gelijkstelling, bedoeld in de artikelen 28, 29, 31, 32, 33, 37bis, 38 en 41" vervangen door de woorden "een beslissing genomen wordt inzake gelijkstelling, bedoeld in de artikelen 28, 29, 31, 32, 33, 37bis, 37ter, 38 en 41".". HOOFDSTUK 3. - Temporeel toepassingsgebied

Art. 13.De toepassing in de tijd van deze titel wordt als volgt geregeld : 1° de artikelen 5 en 7 zijn van toepassing op de in artikel 5, § 2, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten bedoelde feiten die zich voordoen in de periode van 1 april 2020 tot en met 31 maart 2021;2° artikel 6 is van toepassing op de in artikel 5, § 2, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten bedoelde feiten die zich voordoen in de periode van 1 april 2020 tot en met 31 december 2020;3° hoofdstuk 2 is van toepassing op de pensioenen die daadwerkelijk en voor de eerste maal ten vroegste ingaan op 1 januari 2021, voor de kwartalen gelegen vanaf het vierde kwartaal 2020 waarin de zelfstandige het behoud van de sociale rechten inzake de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de zin van artikel 3, 2°, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten geniet voor de in artikel 5, § 2, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten bedoelde feiten die zich voordoen in de periode van 1 april 2020 tot en met 31 maart 2021. HOOFDSTUK 4. - Slotbepaling

Art. 14.De Koning kan voor elke termijn bepaald bij deze wet, de uiterste vervaldag van deze termijn verlengen met hoogstens drie maanden bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad.

TITEL 4. - Wijzigingen van de wet van 23 maart 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 23/03/2020 pub. 24/03/2020 numac 2020030349 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet tot wijziging van de wet van 22 december 2016 houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen en tot invoering van tijdelijke maatregelen in het kader van COVID-19 ten gunste van zelfstandigen type wet prom. 23/03/2020 pub. 26/03/2020 numac 2020040685 bron federale overheidsdienst beleid en ondersteuning Wet tot opening van voorlopige kredieten voor de maanden april, mei en juni 2020 sluiten tot wijziging de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen en tot invoering van tijdelijke maatregelen in het kader van COVID-19 ten gunste van zelfstandigen, de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen en van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een uitkeringsverzekering en een moederschapsverzekering ten voordele van de zelfstandigen en van de meewerkende echtgenoten HOOFDSTUK 1. - Wijzigingen van de wet van 23 maart 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 23/03/2020 pub. 24/03/2020 numac 2020030349 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet tot wijziging van de wet van 22 december 2016 houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen en tot invoering van tijdelijke maatregelen in het kader van COVID-19 ten gunste van zelfstandigen type wet prom. 23/03/2020 pub. 26/03/2020 numac 2020040685 bron federale overheidsdienst beleid en ondersteuning Wet tot opening van voorlopige kredieten voor de maanden april, mei en juni 2020 sluiten tot wijziging van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen en tot invoering van tijdelijke maatregelen in het kader van COVID-19 ten gunste van zelfstandigen

Art. 15.In de wet van 23 maart 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 23/03/2020 pub. 24/03/2020 numac 2020030349 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet tot wijziging van de wet van 22 december 2016 houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen en tot invoering van tijdelijke maatregelen in het kader van COVID-19 ten gunste van zelfstandigen type wet prom. 23/03/2020 pub. 26/03/2020 numac 2020040685 bron federale overheidsdienst beleid en ondersteuning Wet tot opening van voorlopige kredieten voor de maanden april, mei en juni 2020 sluiten tot wijziging van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen en tot invoering van tijdelijke maatregelen in het kader van COVID-19 ten gunste van zelfstandigen, laatst gewijzigd bij de wet van 24 november 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 24/11/2020 pub. 30/11/2020 numac 2020043771 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet met het oog op steunmaatregelen in het kader van de COVID-19-pandemie sluiten, wordt een artikel 4quinquies ingevoegd, luidende : "

Art. 4quinquies.§ 1. De zelfstandigen, helpers en meewerkende echtgenoten, zoals bedoeld in artikel 3, die gedwongen worden hun zelfstandige activiteiten volledig te onderbreken omwille van beslissingen van de overheid genomen teneinde de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken, kunnen aanspraak maken op het volledige maandelijkse bedrag bedoeld in artikel 10, § 1, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen, voor de kalendermaand waarin een periode van volledige onderbreking van hun zelfstandige activiteit gelegen is, voor zover deze verplichte onderbreking minstens vijftien opeenvolgende kalenderdagen duurt. Indien de verplichte onderbreking minder dan vijftien opeenvolgende kalenderdagen duurt, kunnen zij aanspraak maken op de helft van hoger vernoemd bedrag. § 2. De zelfstandigen, helpers en meewerkende echtgenoten, zoals bedoeld in artikel 3, kunnen aanspraak maken het volledige maandelijkse bedrag bedoeld in artikel 10, § 1, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen, voor de kalendermaand waarin aan de volgende cumulatieve voorwaarden voldaan is : 1° de zelfstandige, helper of meewerkende echtgenoot kan aantonen dat voor de kalendermaand voorafgaand aan de kalendermaand waarop de aanvraag betrekking heeft, zijn activiteit een omzetverlies kent van minstens 40 % in vergelijking met dezelfde kalendermaand van het refertejaar 2019;2° de zelfstandige, helper of meewerkende echtgenoot moet zijn wettelijk verschuldigde voorlopige bijdragen voor minstens vier kwartalen tijdens het tijdvak van zestien kwartalen dat voorafgaat aan de eerste dag van het kwartaal dat volgt op het kwartaal van de kalendermaand waarop de aanvraag betrekking heeft effectief betaald hebben.Indien de zelfstandige, helper of meewerkende echtgenoot zijn verzekeringsplicht in het kader van het koninklijk besluit nr. 38 slechts kan bewijzen gedurende de twaalf kwartalen die onmiddellijk voorafgaan aan de eerste dag van het kwartaal dat volgt op het kwartaal van de kalendermaand waarop de aanvraag betrekking heeft of minder, volstaat het dat hij zijn wettelijk verschuldigde voorlopige bijdragen voor minstens twee kwartalen effectief betaald heeft.

De zelfstandige, helper of meewerkende echtgenoot mag voor dezelfde kalendermaand niet een financiële uitkering bedoeld in § 1 genieten. § 3. De zelfstandigen, helpers en meewerkende echtgenoten, zoals bedoeld in artikel 3, die gedwongen worden hun zelfstandige activiteiten volledig te onderbreken, kunnen aanspraak maken op het bedrag bedoeld in artikel 10, § 3, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen, voor de periode waarin zij hun zelfstandige activiteit onderbreken omwille van één van de volgende redenen: 1) De zelfstandige, helper of meewerkende echtgenoot bevindt zich gedurende minstens zeven opeenvolgende kalenderdagen in quarantaine of isolatie omwille van het coronavirus COVID-19;2) De zelfstandige, helper of meewerkende echtgenoot moet gedurende minstens zeven kalenderdagen tijdens een kalendermaand instaan voor de zorg van een kind van minder dan 18 jaar dat met hem samenwoont en niet naar het kinderdagverblijf of school kan gaan, omdat het kind zich in quarantaine of isolatie bevindt of omdat het kinderdagverblijf, de klas of de school waarvan het deel uitmaakt wordt gesloten als gevolg van een maatregel om de verspreiding van het COVID-19-virus te beperken of omdat het kind verplicht lessen onder de vorm van onderwijs op afstand volgt als gevolg van een beslissing van de bevoegde overheid om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken;3) De zelfstandige, helper of meewerkende echtgenoot moet gedurende minstens zeven kalenderdagen tijdens een kalendermaand instaan voor de zorg van een gehandicapt kind dat hij ten laste heeft, ongeacht de leeftijd van dat kind, omdat het kind niet naar een centrum voor opvang van gehandicapte personen kan gaan, omdat dit centrum wordt gesloten of bij de tijdelijke stopzetting van de intramurale of extramurale dienstverlening of behandeling georganiseerd of erkend door de Gemeenschappen als gevolg van een maatregel om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken. § 4. In afwijking van § 1 wordt voor de zelfstandigen en helpers zoals bedoeld in artikel 3, § 2, van deze wet, de helft van het bedrag bedoeld in § 1 toegekend en dit voor zover ze voldoen aan de overige voorwaarden van § 1.

In afwijking van § 2 wordt voor de zelfstandigen en helpers zoals bedoeld in artikel 3, § 2, van deze wet, de helft van het volledige maandelijkse bedrag bedoeld in artikel 10, § 1, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen toegekend en dit voor zover ze voldoen aan de overige voorwaarden van § 2.

In afwijking van § 3 wordt voor de zelfstandigen en helpers zoals bedoeld in artikel 3, § 2, van deze wet, de helft van het bedrag bedoeld in artikel 10 § 3, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen, toegekend en dit voor zover ze voldoen aan de overige voorwaarden van § 3. § 5. De zelfstandigen en helpers bedoeld in § 1 kunnen het aldaar bedoelde bedrag slechts cumuleren met een of meerdere andere vervangingsinkomens voor zover de som van het bedrag bedoeld in § 1 en de andere vervangingsinkomens niet meer bedraagt dan het bedrag bedoeld in § 1. Ingeval van overschrijding wordt het bedrag bedoeld in § 1 verminderd ten belope van deze overschrijding.

De zelfstandigen en helpers bedoeld in § 2 kunnen het aldaar bedoelde bedrag slechts cumuleren met een of meerdere andere vervangingsinkomens voor zover de som van het bedrag bedoeld in § 2 en de andere vervangingsinkomens niet meer bedraagt dan het bedrag bedoeld in artikel 10, § 1, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen.

Ingeval van overschrijding wordt het bedrag bedoeld in § 2 verminderd ten belope van deze overschrijding.

De zelfstandigen en helpers bedoeld in § 3 kunnen het aldaar bedoelde bedrag slechts cumuleren met een of meerdere andere vervangingsinkomens voor zover de som van het bedrag bedoeld in § 3 en de andere vervangingsinkomens niet meer bedraagt dan het bedrag bedoeld in artikel 10, § 3, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen.

Ingeval van overschrijding wordt het bedrag bedoeld in § 3 verminderd ten belope van deze overschrijding.

De zelfstandigen en helpers bedoeld in § 4 kunnen het aldaar bedoelde bedrag slechts cumuleren met een of meerdere andere vervangingsinkomens voor zover de som van het bedrag bedoeld in § 4 en de andere vervangingsinkomens niet meer bedraagt dan het bedrag bedoeld in § 4. Ingeval van overschrijding wordt het bedrag bedoeld in § 4 verminderd ten belope van deze overschrijding.

Art. 16.Artikel 5 van dezelfde wet, laatst gewijzigd bij de wet van 24 november 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 24/11/2020 pub. 30/11/2020 numac 2020043771 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet met het oog op steunmaatregelen in het kader van de COVID-19-pandemie sluiten, wordt vervangen als volgt : "

Art. 5.§ 1. Voor de toepassing van de artikelen 4, 4bis, 4ter, 4quater en 4quinquies en in afwijking van artikel 7, § 3, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen, wordt er geen rekening gehouden met de financiële uitkeringen die de zelfstandige, helper of meewerkende echtgenote bedoeld in artikel 3 reeds in het verleden heeft genoten krachtens het koninklijk besluit van 18 november 1996 houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen en zijn uitvoeringsbesluiten en krachtens de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen en haar uitvoeringsbesluit.

Bovendien zal de financiële uitkering die overeenkomstig de artikelen 4, 4bis, 4ter, 4quater en 4quinquies wordt toegekend, niet in rekening worden gebracht bij het bepalen van de maximale duur van het overbruggingsrecht in toepassing van artikel 7, § 3, van de voormelde wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten. § 2. Voor de toepassing van de artikelen 4, 4bis, 4ter, 4quater en 4quinquies zijn de voorwaarden bedoeld in de artikelen 5, § 1, en 5/1, § 1, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen, niet van toepassing op de zelfstandigen, helpers en meewerkende echtgenoten bedoeld in artikel 3. § 3. Het behoud van de sociale rechten, zoals bedoeld in artikel 3, 2°, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen, is niet van toepassing op de zelfstandigen, helpers en meewerkende echtgenotes bedoeld in artikel 3. § 4. In afwijking van artikel 8, § 1, tweede lid, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen, moet de aanvraag, op straffe van verval, ingediend worden ten laatste binnen het tweede kwartaal volgend op het kwartaal waarin de periode ligt waarvoor de aanvraag wordt gedaan.".

Art. 17.Artikel 6 van dezelfde wet, laatst gewijzigd bij de wet van 24 november 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 24/11/2020 pub. 30/11/2020 numac 2020043771 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet met het oog op steunmaatregelen in het kader van de COVID-19-pandemie sluiten, wordt vervangen als volgt : "

Art. 6.§ 1. De toepassing in de tijd van deze wet wordt als volgt geregeld : 1° Artikel 2 is van toepassing op alle feiten bedoeld in artikel 5, § 2, 3°, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen, die plaatsvinden vanaf 1 maart 2020.2° Artikel 3 is van toepassing op alle gedwongen onderbrekingen overeenkomstig artikel 4, 3°, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen, die plaatsvinden naar aanleiding van COVID-19 en zich situeren in de periode van 1 maart 2020 tot en met 31 januari 2021.3° Artikel 4 is van toepassing op alle gedwongen onderbrekingen overeenkomstig artikel 4, 3°, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen, die plaatsvinden naar aanleiding van COVID-19 en zich situeren in de periode van 1 maart 2020 tot en met 30 juni 2020.4° Artikel 5 is van toepassing op alle financiële uitkeringen toegekend naar aanleiding van gedwongen onderbrekingen overeenkomstig artikel 4, 3°, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen, die plaatsvinden naar aanleiding van COVID-19 en zich situeren in de periode van 1 maart 2020 tot en met 31 januari 2021.5° Artikel 4bis, § 1 is van toepassing op alle gedwongen onderbrekingen overeenkomstig artikel 4, 3°, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen, die plaatsvinden naar aanleiding van COVID-19 en zich situeren in de periode van 1 juli 2020 tot en met 31 augustus 2020. Artikel 4bis, §§ 2, 3, 4 en 5 is van toepassing op alle gedwongen onderbrekingen overeenkomstig artikel 4, 3°, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen, die plaatsvinden naar aanleiding van COVID-19 en zich situeren in de periode van 1 juli 2020 tot en met 31 december 2020. 6° Artikel 4ter is van toepassing op elke heropstart ten gevolge van de opheffing van de beperkingen of het verbod op hun activiteit in het kader van COVID-19 overeenkomstig het ministerieel besluit van 23 maart 2020Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 23/03/2020 pub. 23/03/2020 numac 2020030347 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Ministerieel besluit houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken sluiten en elk ander later ministerieel besluit houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken en die voldoet aan de cumulatieve voorwaarden in artikel 4ter gedurende de periode van 1 juni 2020 tot en met 31 december 2020.7° Artikel 4quater is van toepassing op alle gedwongen onderbrekingen overeenkomstig artikel 4, 3°, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen, die plaatsvinden naar aanleiding van COVID-19 en zich situeren in de periode van 1 oktober 2020 tot en met 31 januari 2021.8° Artikel 4quinquies, § 1, is van toepassing op alle gedwongen onderbrekingen overeenkomstig artikel 4, 3°, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen, die plaatsvinden naar aanleiding van COVID-19 en zich situeren in de periode van 1 februari 2021 tot en met 31 maart 2021.9° Artikel 4quinquies, § 2, is van toepassing in de periode van 1 januari 2021 tot en met 31 maart 2021.10° Artikel 4quinquies, § 3, is van toepassing op alle gedwongen onderbrekingen overeenkomstig artikel 4, 3°, van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen, die plaatsvinden naar aanleiding van COVID-19 en zich situeren in de periode van 1 januari 2021 tot en met 31 maart 2021. § 2. De Koning kan, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, de periode van de toepassing van de maatregelen bedoeld in de artikelen 4bis en 4ter verlengen tot uiterlijk 31 december 2020.

De Koning kan, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, de periode van de toepassing van de maatregelen bedoeld in artikel 4 verlengen tot uiterlijk 30 juni 2020.

De Koning kan, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, de periode van de toepassing van de maatregelen bedoeld in de artikelen 3, 4quater, 4quinquies en 5, verlengen. § 3. De Koning kan, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad: 1) het bedrag en de duurtijd van de vereiste onderbreking bedoeld in artikel 4quinquies, § 1, van deze wet aanpassen; 2) het percentage bedoeld in artikel 4quinquies, § 2, 1°, van deze wet aanpassen.". HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen

Art. 18.In artikel 7 van de wet van 22 december 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2016 pub. 06/01/2017 numac 2016022509 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen sluiten houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen wordt, gewijzigd bij de wet van 2 mei 2019, wordt paragraaf 2 vervangen als volgt : " § 2. De toekenningsperiode van de sociale rechten vangt aan op de eerste dag van het kwartaal dat volgt op het kwartaal waarin het in artikel 5, § 2, bedoelde feit zich voordoet, tenzij dit feit geen aanleiding geeft tot de onderbreking van de beroepsactiviteit gedurende een volledige kalendermaand.".

Art. 19.Artikel 10 van dezelfde wet, laatst gewijzigd door de wet van 23 maart 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 23/03/2020 pub. 24/03/2020 numac 2020030349 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet tot wijziging van de wet van 22 december 2016 houdende invoering van een overbruggingsrecht ten gunste van zelfstandigen en tot invoering van tijdelijke maatregelen in het kader van COVID-19 ten gunste van zelfstandigen type wet prom. 23/03/2020 pub. 26/03/2020 numac 2020040685 bron federale overheidsdienst beleid en ondersteuning Wet tot opening van voorlopige kredieten voor de maanden april, mei en juni 2020 sluiten, wordt vervangen als volgt : "

Art. 10.§ 1. Het maandelijks bedrag van de financiële uitkering is gelijk aan het maandelijks bedrag van het minimumpensioen van een zelfstandige, die voldoet aan de voorwaarden van artikel 9, § 1, eerste lid, 2°, van het koninklijk besluit nr. 72 van 10 november 1967 betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen, zoals bedoeld in titel IIbis van Boek III van de wet van 15 mei 1984Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/1984 pub. 21/02/2012 numac 2012201027 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen sluiten houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen.

De begunstigde kan echter aanspraak maken op het hoger maandelijks bedrag van het minimumpensioen van een zelfstandige, die voldoet aan de voorwaarden van artikel 9, § 1, eerste lid, 1°, van voornoemd koninklijk besluit nr. 72, zoals bedoeld in titel IIbis van Boek III van voornoemde wet van 15 mei 1984Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/1984 pub. 21/02/2012 numac 2012201027 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen sluiten, op voorwaarde dat hij een persoon ten laste heeft in de zin van 123 van het koninklijk besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994.

Het hebben van een persoon ten laste wordt bewezen aan de hand van een attest van de verzekeringsinstelling. Zolang het sociaal verzekeringsfonds niet over het vereiste attest beschikt, kan er slechts aanspraak gemaakt worden op het maandelijks bedrag van het minimumpensioen van een zelfstandige overeenkomstig artikel 9, § 1, eerste lid, 2°, van voornoemd koninklijk besluit nr. 72. Wanneer op grond van het vereiste attest blijkt dat de begunstigde een persoon ten laste heeft dient het sociaal verzekeringsfonds de vereiste regularisatie uit te voeren. § 2. Wanneer de begunstigde in de loop van de toekenningsperiode van het overbruggingsrecht een persoon ten laste in de zin van paragraaf 1 verkrijgt of ophoudt deze te hebben, wordt de wijziging in het maandelijks bedrag uitgevoerd vanaf de maand die op die gebeurtenis volgt. § 3. De begunstigden bedoeld in artikel 4, 3°, die in toepassing van de bepalingen in artikel 7, § 1, en artikel 11, § 4, voor een bepaalde kalendermaand geen aanspraak kunnen maken op het maandelijks bedrag bedoeld in § 1, hebben, voor zover ze geen aanspraak kunnen maken op een vervangingsinkomen, recht op de volgende financiële uitkering: 1° 100 procent van het maandelijks bedrag bepaald in § 1, wanneer de onderbreking van de beroepsactiviteit minstens 28 opeenvolgende kalenderdagen duurt;2° 75 procent van het maandelijks bedrag bepaald in § 1, wanneer de onderbreking van de beroepsactiviteit minstens 21 opeenvolgende kalenderdagen duurt;3° 50 procent van het maandelijks bedrag bepaald in § 1, wanneer de onderbreking van de beroepsactiviteit minstens 14 opeenvolgende kalenderdagen duurt;4° 25 procent van het bedrag bepaald in § 1, wanneer de onderbreking van de beroepsactiviteit minstens 7 opeenvolgende kalenderdagen duurt. In geval van een onderbreking van de beroepsactiviteit die minder dan 7 opeenvolgende kalenderdagen duurt, heeft betrokken zelfstandige geen recht op een financiële uitkering.". HOOFDSTUK 3. - Wijziging van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een uitkeringsverzekering en een moederschapsverzekering ten voordele van de zelfstandigen en van de meewerkende echtgenoten

Art. 20.Artikel 28, § 2, van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een uitkeringsverzekering en een moederschapsverzekering ten voordele van de zelfstandigen en van de meewerkende echtgenoten, ingevoegd bij het koninklijk besluit nr. 13 van 27 april 2020, wordt opgeheven. HOOFDSTUK 4. - Inwerkingtreding

Art. 21.Deze titel treedt in werking op 1 januari 2021, met uitzondering van de artikelen 18 en 19 die uitwerking hebben met ingang van 1 maart 2020 en het artikel 20 dat in werking treedt op 1 februari 2021.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met `s lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 22 december 2020.

FILIP Van Koningswege : De minister van Zelfstandigen, D. CLARINVAL Met `s Lands Zegel gezegeld: De minister van Justitie, V. VAN QUICKENBORNE _______ Nota (1) Kamer van volksvertegenwoordigers (www.dekamer.be) Stukken : 81 - 55 - 1667 Integraal verslag : 17/12/2020

^