Etaamb.openjustice.be
Wet van 07 mei 1999
gepubliceerd op 02 juli 1999

Wet tot wijziging, wat de aanplakbiljetten bij uitvoerend beslag op roerend goed betreft, van de artikelen 1516, 1517, 1518 en 1519 van het Gerechtelijk Wetboek

bron
ministerie van justitie
numac
1999009632
pub.
02/07/1999
prom.
07/05/1999
ELI
eli/wet/1999/05/07/1999009632/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

7 MEI 1999. - Wet tot wijziging, wat de aanplakbiljetten bij uitvoerend beslag op roerend goed betreft, van de artikelen 1516, 1517, 1518 en 1519 van het Gerechtelijk Wetboek (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Art. 2.Artikel 1516, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek, wordt vervangen als volgt : « De verkoop wordt ten minste drie werkdagen tevoren bekendgemaakt door middel van een aanplakbiljet, zo aangeslagen dat het van buiten zichtbaar is, op de plaats waar de verkoop zal worden gehouden. Een bijkomend exemplaar ervan wordt, met inachtneming van dezelfde termijn, afgegeven door de gerechtsdeurwaarder aan de persoon van de schuldenaar, of, indien dit niet mogelijk blijkt, aan diens woonplaats achtergelaten onder gesloten omslag, met de vermeldingen bepaald in artikel 44, eerste lid. Dit bijkomend exemplaar mag aan de schuldenaar evenwel niet worden betekend. ».

Art. 3.In artikel 1517 van hetzelfde Wetboek worden de volgende wijzigingen aangebracht : A) in het eerste lid worden de woorden « De aanplakbiljetten vermelden » vervangen door de woorden « Het aanplakbiljet vermeldt »;

B) het tweede lid wordt vervangen door het volgende lid : « Noch het aanplakbiljet, noch de bekendmaking vermelden de identiteit van de schuldenaar tegen wie het beslag geschiedt. »

Art. 4.Artikel 1518 van hetzelfde Wetboek wordt vervangen als volgt : «

Art. 1518.De aanslag van het biljet en de afgifte of de achterlating van het bijkomend exemplaar ervan worden in één enkel proces-verbaal vastgesteld, wanneer deze aanslag en deze afgifte of deze achterlating in hetzelfde gerechtelijk arrondissement gebeuren. »

Art. 5.In artikel 1519 van hetzelfde Wetboek worden de woorden « de biljetten » vervangen door de woorden « het biljet ».

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 7 mei 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, T. VAN PARYS Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, T. VAN PARYS _______ Nota (1) Gewone zitting 1997-1998. Kamer van volksvertegenwoordigers : Parlementaire stukken. - Wetsvoorstel, nr. 1624/1 van 24 juni 1998.

Gewone zitting 1998-1999.

Kamer van volksvertegenwoordigers : Parlementaire stukken. - Amendementen, nrs. 1624/2 en 1624/3. - Verslag, nr. 1624/4 (zie nr. 1969/5) van 31 maart 1999 van de heer Vandenbossche. - Tekst aangenomen door de commissie, nr. 1624/5. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan de Senaat, nr. 1624/6.

Parlementaire handelingen. - Bespreking en aanneming. Vergadering van 1 april 1999.

Senaat : Parlementaire stukken. - Ontwerp overgezonden door de Kamer van volksvertegenwoordigers, nr. 1-1356/1 van 1 april 1999. - Ontwerp niet geëvoceerd door de Senaat, nr. 1-1356/2.

^