gepubliceerd op 25 juni 2002
Wet tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek naar aanleiding van de wet van 11 juni 2002 betreffende de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk
17 JUNI 2002. - Wet tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek naar aanleiding van de wet van 11 juni 2002 betreffende de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK I. - Algemene bepaling
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet. HOOFDSTUK II. - Wijziging van de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk en van het Gerechtelijk Wetboek
Art. 2.Artikel 79, § 1, van de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, vervangen bij de wet van 28 februari 1999, wordt vervangen als volgt : « Onverminderd de bepalingen van artikel 32duodecies , kunnen de werkgevers, de werknemers en de representatieve werknemersorganisaties bij de arbeidsgerechten een vordering instellen tot beslechting van alle geschillen in verband met deze wet en haar uitvoeringsbesluiten. »
Art. 3.Artikel 81, vijfde lid, van het Gerechtelijk Wetboek, vervangen bij de wet van 7 mei 1999, wordt vervangen als volgt : « In de geschillen betreffende de aangelegenheden bedoeld in de artikelen 578, 4°, 5°, 6°, 8°, 10° en 11°, 579, 580, 582, 3° en 4°, en voor de toepassing op de werkgevers van de administratieve sancties bedoeld in artikel 583, moet één van de rechters in sociale zaken benoemd zijn als werkgever, de andere als werknemer. »
Art. 4.Artikel 104, vierde lid, van het Gerechtelijk Wetboek, vervangen bij de wet van 7 mei 1999, wordt vervangen door het volgende lid : « De kamers die kennis nemen van hoger beroep tegen een vonnis, gewezen in een geschil betreffende de aangelegenheden bedoeld in de artikelen 578, 4°, 5°, 6°, 8°, 10° en 11°, 579, 580, 582, 3° en 4°, of betreffende de toepassing op werkgevers van administratieve sancties bedoeld in artikel 583, bestaan, buiten de voorzitters, uit twee raadsheren in sociale zaken, respectievelijk benoemd als werkgever en werknemer. »
Art. 5.Artikel 578 van het Gerechtelijk Wetboek, gewijzigd bij de wetten van 5 december 1968, 4 augustus 1968, 4 augustus 1978, 17 juli 1997, 13 februari 1998 en 7 mei 1999, wordt aangevuld als volgt : « 11° van de geschillen betreffende geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk, die hun oorzaak vinden in hoofdstuk Vbis van de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk. »
Art. 6.Artikel 764, eerste lid, 10° van het Gerechtelijk Wetboek, vervangen bij de wet van 23 april 1998 wordt vervangen als volgt : « 10° de vorderingen bepaald in de artikelen 578, 11°, 580, 581, 582, 1°, 2° en 6° en 583;»
Art. 7.Deze wet treedt in werking op de eerste dag van de eerste maand na die waarin ze is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad .
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 17 juni 2002.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, M. VERWILGHEN _______ Nota's (1) Gewone zitting 2001-2002. Kamer van Volksvertegenwoordigers : Parlementaire stukken. - Wetsontwerp nr. 1584/001. - Verslag nr. 1584/002. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan de Senaat nr. 1584/002.
Handelingen van de Kamer. - 28 februari 2002.
Senaat : Parlementaire stukken. - Ontwerp overgezonden door de Kamer van Volksvertegenwoordigers nr. 2-1064/1. - Verslag nr. 2-1064/2. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering en aan de Koning ter bekrachtiging voorgelegd nr. 2-1064/3.
Handelingen van de Senaat. - 23 mei 2002.