gepubliceerd op 13 maart 2002
Wet tot wijziging van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders
5 MAART 2002. - Wet tot wijziging van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.
Art. 2.Artikel 8, § 2, vijfde lid, van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, vervangen bij de wet van 7 april 1999, wordt aangevuld als volgt : « Hij kan tevens bepalen op welke wijze dit bedrag van de PWA-cheques wordt aangewend. »
Art. 3.Artikel 8, § 6, van dezelfde besluitwet, gewijzigd bij de wet van 7 april 1999, wordt aangevuld met het volgende lid : « De Koning kan, volgens de voorwaarden en de nadere regels die Hij bepaalt, de Rijksdienst voor arbeidsvoorziening belasten met de controle op de inkomsten en de uitgaven van de plaatselijke werkgelegenheidsagentschappen en voorzien in een vermindering ten belope van ten hoogste 75 % van de financiële middelen die aan deze agentschappen worden toebedeeld in geval van verhindering van de controle, het niet opmaken of het niet ter beschikking stellen van voorgeschreven documenten of onjuiste besteding van de ontvangsten. »
Art. 4.Artikel 8 van dezelfde besluitwet, gewijzigd bij de wetten van 7 april 1999 en 2 januari 2001, wordt aangevuld met de volgende paragrafen : « § 8. De Koning kan bepalen dat de werknemer recht heeft op een tegemoetkoming in zijn verplaatsingskosten en ten laste van wie deze verplichting geldt. Hij kan tevens de nadere regelen vastleggen met betrekking tot het minimum en maximum bedrag van deze tegemoetkoming en de voorwaarden waaronder deze tegemoetkoming wordt toegekend. § 9. Bij elk PWA wordt een overlegcomité opgericht. Dit comité is samengesteld uit vertegenwoordigers van het PWA en vertegenwoordigers van de werknemers die verbonden zijn door een PWA-arbeidsovereenkomst.
Het overlegcomité is bevoegd om inlichtingen te ontvangen en adviezen te geven omtrent de arbeidsvoorwaarden en het welzijn op het werk van de PWA-werknemers.
De Koning kan deze opdrachten nader omschrijven en andere, meer specifieke opdrachten aan het comité toevertrouwen.
Hij bepaalt de samenstelling van dit comité, de wijze van aanduiding of verkiezing van zijn leden en de nadere regelen inzake zijn werking. § 10. De PWA's zijn vrijgesteld van het oprichten van een ondernemingsraad, bedoeld in artikel 14 van de wet van 20 september 1948 houdende organisatie van het bedrijfsleven en van een Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk, bedoeld in artikel 48 van de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk. »
Art. 5.Deze wet treedt in werking de dag waarop zij in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 5 maart 2002.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX Met 's lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, M. VERWILGHEN _______ Nota (1) Zitting 2001-2002. Kamer van Volksvertegenwoordigers Parlementaire documenten. - Wetsontwerp, nr. 50-1431/001. - Verslag, nr. 50-1431/002. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan de Senaat, nr. 50-1431/003.
Parlementaire Handelingen. -Integraal verslag. Vergaderingen van 5 en 6 december 2001.
Senaat Parlementaire documenten. - Ontwerp geëvoceerd door de Senaat, nr. 2-978/1. - Verslag , nr. 2-978/2. - Beslissing om niet te amenderen, nr. 2-978/3.