Etaamb.openjustice.be
Programmadecreet van 16 juni 2008
gepubliceerd op 09 september 2008

Programmadecreet 2008

bron
ministerie van de duitstalige gemeenschap
numac
2008033072
pub.
09/09/2008
prom.
16/06/2008
ELI
eli/decreet/2008/06/16/2008033072/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

16 JUNI 2008. - Programmadecreet 2008 (1)


Het Parlement van de Duitstalige Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK I. - Persoonsgebonden aangelegenheden

Artikel 1.In artikel 4 van het decreet van 21 december 2005 betreffende de adoptie worden de woorden « van de artikelen 17 en 21 tot 25 » vervangen door de woorden « van artikel 17 ».

Art. 2.In artikel 7 van hetzelfde decreet wordt de eerste zin van het laatste lid vervangen door de volgende zin : « Het deelnemingsattest geldt voor één jaar vanaf de afgifte ervan in geval van een internationale adoptie en voor drie jaar in geval van een interne adoptie. »

Art. 3.In artikel 19, § 2, van hetzelfde decreet worden de woorden « of, met toepassing van de artikelen 21 tot 25, aan de centrale autoriteit » opgeheven.

Art. 4.In titel VI, hoofdstuk II, van hetzelfde decreet wordt de afdeling II, die de artikelen 21 tot 25 bevat, opgeheven.

Art. 5.In artikel 10 van het decreet van 4 juni 2007 betreffende de woon-, begeleidings- en verzorgingsstructuren voor bejaarden en de psychiatrische verzorgingstehuizen wordt het woord « , opschorting » ingevoegd tussen het woord « weigering » en de woorden « of intrekking ».

Art. 6.In artikel 14 van hetzelfde decreet wordt § 1 vervangen als volgt : « § 1. De Regering kan de toelating, voorlopige erkenning of erkenning opschorten of intrekken als de vereiste voorwaarden niet meer vervuld zijn. » In artikel 14, § 2, van hetzelfde decreet wordt vóór het eerste lid een lid toegevoegd, luidende : « De toelating, voorlopige erkenning of erkenning kan ten hoogste voor zes maanden worden opgeschort. Die opschorting kan, op met redenen omkleed verzoek van de inrichtende macht, één keer met dezelfde duur worden verlengd. Tijdens de opschorting mag het zorgaanbod worden voortgezet voor de bejaarden die, bij het begin van de opschorting, al de aanbiedingen gebruiken; er mogen echter geen nieuwe bejaarden worden opgenomen. Zijn de gestelde verplichtingen na afloop van de opschorting niet nageleefd, dan wordt de procedure met het oog op de intrekking van de toelating, voorlopige erkenning of erkenning ingesteld. »

Art. 7.In artikel 2, § 1, van het decreet van 9 mei 1994 houdende de erkenning van inrichtingen die personen in een noodtoestand voorlopig opnemen en begeleiden en houdende toekenning van toelagen met het oog op de onteigening, de aankoop, de bouw, de huur, de reparatie en de uitrusting van noodopvangwoningen worden de woorden « artikel 1, 4° » vervangen door « artikel 1, lid 2 ».

Art. 8.Artikel 4 van hetzelfde decreet wordt aangevuld met de bepaling onder 5°, luidende : « 5° de inrichting moet over een veiligheidsattest beschikken. De aanvraag erom wordt per aangetekende brief bij de burgemeester van de betrokken gemeente ingediend, die ze onverwijld aan de bevoegde brandweerdienst toestuurt. Binnen zes weken zendt deze een verslag over de naleving van de veiligheidsnormen aan de burgemeester. Binnen twee maanden na de ontvangst van de aanvraag reikt de burgemeester het veiligheidsattest uit op basis van het brandweerverslag. »

Art. 9.Artikel 5, lid 1, van hetzelfde decreet wordt aangevuld met de bepaling onder 5°, luidende : « 5° het veiligheidsattest vermeld in artikel 4, 5°. »

Art. 10.In artikel 22, lid 2, van hetzelfde decreet worden de woorden « van het niet-gedekte gedeelte » ingevoegd tussen de woorden « ten hoogste 60 % » en de woorden « van de huurprijs ».

Art. 11.Artikel 24 van hetzelfde decreet wordt vervangen als volgt : «

Art. 24.Ten laatste op 30 april van elk jaar zendt de inrichtende macht aan de bevoegde afdeling van het Ministerie een bericht over het voorafgaande jaar met uitleggingen over de door de Regering bepaalde aspecten. »

Art. 12.Artikel 6, § 4, van het decreet van 17 januari 2000 tot oprichting van een dienst voor arbeidsbemiddeling in de Duitstalige Gemeenschap wordt vervangen als volgt : « § 4. Niet meer dan twee derden van de leden opgenomen in § 1 onder de punten 2 tot 7 mogen van hetzelfde geslacht zijn. »

Art. 13.Artikel 7, § 4, van hetzelfde decreet wordt aangevuld met de volgende zin : « Op met redenen omkleed verzoek van de Dienst voor arbeidsbemiddeling kan de Regering een afwijking toekennen. » HOOFDSTUK II. - Culturele Aangelegenheden Afdeling 1. - Media

Art. 14.In artikel 117, lid 1, van het decreet van 27 juni 2005 over de radio-omroep en de filmvoorstellingen worden de woorden « ten belope van 17.500 euro » vervangen door de woorden « ten belope van 18.000 euro ».

Art. 15.Artikel 27 van het decreet van 27 juni 1986 betreffende het Belgisch Radio- en Televisiecentrum van de Duitstalige Gemeenschap, vervangen bij het decreet van 16 oktober 1995, waarvan de bestaande tekst van lid 1, § 1, zal vormen, wordt lid 2 vervangen door een § 2 luidende : « § 2. De raad organiseert een vergelijkend examen met het oog op de bezetting van de betrekking als directeur. Te dien einde bepaalt hij de doelstellingen van het centrum en stelt een functiebeschrijving voor de directeurbetrekking alsmede het vereiste profiel op. De doelstellingen, de functiebeschrijving en het profiel worden door de Regering goedgekeurd.

Op advies van de raad richt de Regering een college van deskundigen op dat ten hoogste vijf leden telt. Samen met het college van deskundigen werkt de raad de selectieprocedure uit en legt ze aan de Regering ter goedkeuring voor.

De selectieprocedure bevat tenminste : - een evaluatie, door het college van deskundigen, van de ingediende sollicitatiedocumenten; - een verhoor, door het college van deskundigen, van de kandidaten wier documenten aan het vereiste profiel beantwoorden. Tijdens dit verhoor zullen de kandidaten hun concept m.b.t. de verwezenlijking van de vastgelegde doelstellingen voorstellen; - een rangschikking van de kandidaten, resultaat van de selectieprocedure.

Op het einde van de selectieprocedure legt het college van deskundigen een lijst aan de raad voor met de rangschikking van de kandidaten.

Indien de raad, bij de indienstneming van de directeur, de bepaalde rangschikking niet naleeft, dan moet hij deze beslissing uitvoerig met redenen omkleden en ze aan de Regering ter goedkeuring voorleggen.

De raad stelt de directeur voor zes jaar aan; het mandaat kan meermaals, telkens voor zes jaar, verlengd worden.

Vóór het verstrijken van de bepaalde mandaatstermijn kan de directeur slechts om een geldige reden en door beslissing van de raad worden afgezet. De directeur moet worden gehoord voordat de afzetting wordt besloten. » Afdeling 2. - Kamperen en kampeerterreinen

Art. 16.Artikel 41 van het programmadecreet van 25 juni 2007 wordt ingetrokken. HOOFDSTUK III. - Gemeenschapscentra

Art. 17.In artikel 8ter van het decreet van 20 december 1999 tot wijziging van het decreet van 21 januari 1991 houdende afschaffing en reorganisatie van begrotingsfondsen en tot oprichting van een "Sport-, Freizeit- und Touristikzentrum Worriken" (Sport-, Vrijetijds- en Toerismecentrum van Worriken), dienst met autonoom beheer, ingevoegd bij het decreet van 3 februari 2003 en gewijzigd bij het decreet van 20 februari 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 1 wordt vervangen als volgt : « § 1.Elk centrum heeft een adviesraad die de directie en de Regering raad zal geven in alle vraagstukken m.b.t. het centrum. » 2° in § 2 wordt de bepaling onder het derde streepje vervangen als volgt : « - de adviesraden moeten ten minste één keer per jaar zitting houden; » 3° § 3 wordt aangevuld met een lid, luidende : « Bovendien adviseert het beheerscomité de directie in alle vraagstukken m.b.t. het beheer, o.a. inzake financiën, personeel en productontwikkeling. In zitting brengt het een advies uit over het activiteitenverslag, de rekening en verantwoording, de resultatenrekening, de balans en de begroting van de gemeenschapscentra. » HOOFDSTUK IV. - Toezicht op de gemeenten

Art. 18.Artikel 10, § 1, lid 2, van het decreet van 20 december 2004 houdende organisatie van het gewone administratieve toezicht op de gemeenten van het Duitse taalgebied wordt aangevuld met de woorden « of waarmee zij de ondergeschikte overheid ervan informeert dat zij een beroep heeft ontvangen en haar erom verzoekt haar standpunt mede te delen. »

Art. 19.In artikel 11, lid 2, van hetzelfde decreet, gewijzigd bij het decreet van 20 februari 2006, worden de woorden « of die in geheime zitting is genomen, » ingevoegd tussen de woorden « overeenkomstig de artikelen 7, 8 of 12, » en de woorden « dan loopt de termijn ». HOOFDSTUK V. - Slotbepaling

Art. 20.De artikelen 14 à 16 van voorliggend decreet treden in werking op de dag waarop het wordt aangenomen.

Wij kondigen dit decreet af en bevelen dat het door het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt wordt.

Eupen op 16 juni 2008.

Minister-President van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap, Minister van Lokale Besturen, K.-H. LAMBERTZ Vice-Minister-President van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap, Minister van Vorming en Werkgelegenheid, Sociale Aangelegenheden en Toerisme, B. GENTGES Minister van Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek, O. PAASCH Minister van Cultuur en Media, Monumentenzorg, Jeugd en Sport, I. WEYKMANS _______ Nota (1) Zitting 2007-2008. Parlementaire stukke n : 128 (2007-2008), nr. 1 Voorstel van decreet (+ erratum). 128 (2007-2008), nrs. 2-5 Voorstellen tot wijziging. 128 (2007-2008), nr. 6 Verslag. 128 (2007-2008), nr. 7 Voorstellen tot wijziging van de door de commissie aangenomen tekst.

Integraal verslag : Bespreking en aanneming - Zitting van 16 juni 2008.

^