Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 28 april 2005
gepubliceerd op 31 mei 2005

Ministerieel besluit tot wijziging van de artikelen 60 en 61 van het ministerieel besluit van 26 november 1991 houdende de toepassingsregelen van de werkloosheidsreglementering

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2005201407
pub.
31/05/2005
prom.
28/04/2005
ELI
eli/besluit/2005/04/28/2005201407/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

28 APRIL 2005. - Ministerieel besluit tot wijziging van de artikelen 60 en 61 van het ministerieel besluit van 26 november 1991 houdende de toepassingsregelen van de werkloosheidsreglementering (1)


De Minister van Werk, Gelet op de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, inzonderheid op artikel 7, § 1, derde lid, i, vervangen bij de wet van 14 februari 1961;

Gelet op het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering, inzonderheid op artikel 110, § 5, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 augustus 1996;

Gelet op het koninklijk besluit van 26 maart 2003 tot invoering van artikel 7, § 1, derde lid, q, van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders betreffende de onthaalouders;

Gelet op het ministerieel besluit van 26 november 1991 houdende de toepassingsregelen van de werkloosheidsreglementering, inzonderheid op artikel 60, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 13 december 1996, 22 december 1997, 27 april 2001, 30 november 2001, 24 januari 2002 en 30 juli 2004 en artikel 61, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 30 november 2001;

Gelet op het advies nr. 1406 van de Nationale Arbeidsraad, gegeven op 12 juni 2002;

Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 13 februari 2003;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door het feit dat de toepassing van het koninklijk besluit van 26 maart 2003 tot uitvoering van artikel 7, § 1, derde lid, q, van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, betreffende de onthaalouders sedert 1 april 2003 uitgewezen heeft dat er dringend rechtszekerheid dient geschapen voor wat betreft de aard van sommige specifieke vergoedingen die in dit kader toegekend worden, Besluit :

Artikel 1.Artikel 60 van het ministerieel besluit van 26 november 1991 houdende de toepassingsregelen van de werkloosheidsreglementering, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 13 december 1996, 22 december 1997, 27 april 2001, 30 november 2001, 24 januari 2003 en 30 juli 2004 wordt aangevuld met het volgende lid : "Wordt voor de toepassing van artikel 110 van het koninklijk besluit niet als een beroepsinkomen beschouwd, de vergoeding die een gezinslid ontvangt voor de opvang in gezinsverband van kinderen die daar door hun ouders worden gebracht, indien dit gezinslid aangesloten is bij een dienst die door een Gemeenschap is erkend, zonder met deze dienst verbonden te zijn door een arbeidsovereenkomst. »

Art. 2.Artikel 61 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 30 november 2001, wordt aangevuld met een derde lid, luidend als volgt : "Wordt voor de toepassing van artikel 110 van het koninklijk besluit als een vervangingsinkomen beschouwd, de navermelde inkomsten die een gezinslid-onthaalouder ontvangt, die aangesloten is bij een dienst die door een Gemeenschap is erkend, zonder met deze dienst verbonden te zijn door een arbeidsovereenkomst : 1° de vergoeding ter gedeeltelijke compensatie van het inkomensverlies dat de onthaalouder door omstandigheden buiten zijn of haar wil lijdt ingevolge de tijdelijke afwezigheid van kinderen die hij of zij normaal opvangt, voor zover het bedrag 410,94 EUR voor de beschouwde maand overschrijdt;wordt dit bedrag overschreden dan wordt het inkomen geacht betrekking te hebben op de volledige kalendermaand; 2° de ziekte- of invaliditeitsuitkering en de moederschapsuitkering, voor zover het totaal bedrag 410,94 EUR voor de beschouwde maand overschrijdt;wordt dit bedrag overschreden, dan wordt het inkomen geacht betrekking te hebben op de kalenderperiode waarvoor deze uitkering werd toegekend; 3° de vergoeding wegens tijdelijke arbeidsongeschiktheid overeenkomstig de wetgeving die betrekking heeft op de schadeloosstelling voor arbeidsongevallen of beroepsziekten, indien deze vergoeding toegekend werd ingevolge een gebeurtenis overkomen in het kader van de activiteit als onthaalouder, voor zover het bedrag 410,94 EUR voor de beschouwde maand overschrijdt;wordt dit bedrag overschreden, dan wordt het inkomen geacht betrekking te hebben op de kalenderperiode waarvoor deze uitkering werd toegekend."

Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 april 2003.

Brussel, 28 april 2005.

Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE _______ Nota's (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Besluitwet van 28 december 1944, Belgisch Staatsblad van 30 december 1944; Wet van 14 februari 1961, Belgisch Staatsblad van 15 februari 1961;

Koninklijk besluit van 25 november 1991, Belgisch Staatsblad van 31 december 1991;

Koninklijk besluit van 4 augustus 1996, Belgisch Staatsblad van 14 augustus 1996;

Koninklijk besluit van 26 maart 2003, Belgisch Staatsblad van 8 april 2003;

Ministerieel besluit van 26 november 1991, Belgisch Staatsblad van 25 januari 1992;

Ministerieel besluit van 13 december 1996, Belgisch Staatsblad van 31 december 1996;

Ministerieel besluit van 22 december 1997, Belgisch Staatsblad van 20 januari 1998;

Ministerieel besluit van 27 april 2001, Belgisch Staatsblad van 28 april 2001;

Ministerieel besluit van 30 november 2001, Belgisch Staatsblad van 15 december 2001;

Ministerieel besluit van 24 januari 2002, Belgisch Staatsblad van 31 januari 2002.

^