gepubliceerd op 06 december 2005
Ministerieel besluit houdende de organisatie van de uitbouw van fokkerijstructuren in Vlaanderen
25 OKTOBER 2005. - Ministerieel besluit houdende de organisatie van de uitbouw van fokkerijstructuren in Vlaanderen
De Vlaamse minister van Institutionele Hervormingen, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid, Gelet op de wet van 20 juni 1956 betreffende de verbetering van de rassen van voor de landbouw nuttige huisdieren, gewijzigd bij de wetten van 24 maart 1987 en 23 maart 1998, en bij het koninklijk besluit nr. 426 van 5 augustus 1986;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 2 september 2005 betreffende de uitbouw van fokkerijstructuren in Vlaanderen;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 27 juli 2004 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 15 oktober 2004;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën van 26 september 2005;
Gelet op het overleg tussen de gewesten en de federale overheid op 21 februari 2005;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat het noodzakelijk is ter uitvoering van het fokkerijplan onmiddellijk de uitbouw van de fokkerijstructuren te organiseren door elke erkende vereniging of organisatie aan een fokkerijsector toe te wijzen, door een leidende vereniging aan te wijzen in sommige fokkerijsectoren en door een fokkerijcentrum te erkennen, Besluit :
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder het besluit van de Vlaamse Regering, het besluit van de Vlaamse Regering van 2 september 2005 betreffende de uitbouw van fokkerijstructuren in Vlaanderen.
Art. 2.§ 1. De v.z.w. Vlaamse Rundveeteeltvereniging, hierna de VRV te noemen, waarvan de erkenning vermeld is in artikel 6 van het ministerieel besluit van 27 februari 1991 betreffende de verbetering van het rundveeras, wordt toegewezen aan de fokkerijsector rundvee, vermeld in artikel 2, eerste lid, 5°, van het besluit van de Vlaamse Regering.
De VRV wordt aangewezen als de leidende vereniging voor de fokkerijsector rundvee. § 2. De v.z.w. Vlaams Varkensstamboek, hierna het VVS te noemen, waarvan de erkenning vermeld is in artikel 1 van het ministerieel besluit van 16 maart 2005 tot erkenning en subsidiëring van verenigingen van varkensfokkers, en Rattlerow Seghers N.V., waarvan de erkenning vermeld is in artikel 1 van het ministerieel besluit van 31 januari 2005 houdende erkenning van Rattlerow Seghers N.V. als fokkerijgroepering, worden toegewezen aan de fokkerijsector varkens, vermeld in artikel 2, eerste lid, 6°, van het besluit van de Vlaamse Regering.
Het VVS wordt aangewezen als de leidende vereniging voor de fokkerijsector varkens. § 3. De hiernavolgende organisatie en fokkersverenigingen worden toegewezen aan de fokkerijsector paarden en ezels, vermeld in artikel 2, eerste lid, 3°, van het besluit van de Vlaamse Regering: 1° de v.z.w. Vlaamse Confederatie van het Paard, hierna de VCP te noemen; 2° de v.z.w. Belgisch Warmbloedpaard; 3° de v.z.w. Belgisch Arabisch Paardenstamboek; 4° de v.z.w. Belgisch Haflinger Stamboek; 5° de v.z.w. Belgisch Welsh Pony Stamboek; 6° de v.z.w. Belgian New Forest pony studbook; 7° de v.z.w. Belgisch Studbook van de Shetland pony; 8° de v.z.w. Belgisch Stamboek voor IJslandse pony's; 9° de v.z.w. Belgisch Stamboek van de Lipizzaner; 10° de v.z.w. Belgian Highland Pony Society; 11° de v.z.w. Studbook Zangersheide; 12° de v.z.w. Belgisch Stamboek voor het Miniatuurpaard; 13° de v.z.w. Vlaamse Fokkers van het Belgisch Trekpaard; 14° de v.z.w. Vlaams Paard; 15° de v.z.w. Belgische Ezel Vrienden.
De erkenning van de organisatie, vermeld in het eerste lid, 1°, is vermeld in artikel 2 van het ministerieel besluit van 16 maart 2005 tot erkenning van verenigingen voor de paardenfokkerij.
De erkenningen van de fokkersverenigingen, vermeld in het eerste lid, 2° tot 13°, zijn vermeld in artikel 3 van het ministerieel besluit van 16 maart 2005 tot erkenning van verenigingen voor de paardenfokkerij. De erkenning van de fokkersvereniging, vermeld in het eerste lid, 14°, is vermeld in het enige artikel van het ministerieel besluit van 21 juni 2005 houdende de erkenning van de v.z.w. Vlaams Paard.
De erkenning van de fokkersvereniging, vermeld in het eerste lid, 15°, is vermeld in het enige artikel van het ministerieel besluit van 15 september 2005 houdende de erkenning van de v.z.w. Belgische Ezel Vrienden.
De VCP wordt aangewezen als de leidende vereniging voor de fokkerijsector paarden en ezels. § 4. De v.z.w. Kleine Herkauwers Vlaanderen, hierna de KHV te noemen, waarvan de erkenning is vermeld in artikel 2 van het ministerieel besluit van 21 maart 2005 betreffende de organisatie van de fokkerij van kleine herkauwers, wordt toegewezen aan de fokkerijsector kleine herkauwers, vermeld in artikel 2, eerste lid, 2°, van het besluit van de Vlaamse Regering.
De KHV wordt aangewezen als de leidende vereniging voor de fokkerijsector kleine herkauwers. § 5. De v.z.w. Vlaamse Bedrijfspluimvee- en Konijnenhouders, hierna de landsbond te noemen, waarvan de erkenning is vermeld in artikel 2 van het ministerieel besluit van 17 maart 2005 houdende de erkenning en subsidiëring van organisaties in het kader van de aanmoediging en de verbetering van de pluimvee- en konijnenfokkerij, wordt toegewezen aan de fokkerijsector pluimvee en konijnen, vermeld in artikel 2, eerste lid, 4°, van het besluit van de Vlaamse Regering.
De landsbond wordt aangewezen als de leidende vereniging voor de fokkerijsector pluimvee en konijnen. § 6. De hiernavolgende fokkersverenigingen worden toegewezen aan de fokkerijsector genetische diversiteit, vermeld in artikel 2, eerste lid, 1°, van het besluit van de Vlaamse Regering: 1° de v.z.w. Vlaams Interprovinciaal Verbond van Fokkers van Neerhofdieren, hierna het VIVFN te noemen, waarvan de erkenning is vermeld in artikel 3 van het ministerieel besluit van 17 maart 2005 houdende de erkenning en subsidiëring van organisaties in het kader van de aanmoediging en de verbetering van de pluimvee- en konijnenfokkerij; 2° de v.z.w. Stichting Levend Erfgoed, hierna de SLE te noemen, waarvan de erkenning is vermeld in artikel 3 van het ministerieel besluit van 21 maart 2005 betreffende de organisatie van de fokkerij van kleine herkauwers.
In de fokkerijsector genetische diversiteit wordt geen leidende vereniging aangewezen.
Art. 3.Met toepassing van artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering wordt de v.z.w. Vlaams Fokkerijcentrum, hierna het VFc te noemen, erkend.
Onverminderd de opdrachten, vermeld in het eerste lid van artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering, waarmee het VFc belast wordt, kan de dienst het VFc belasten met extra opdrachten.
Ter uitvoering van artikel 3, tweede lid, 8°, van het besluit van de Vlaamse Regering moet het VFc voor 30 april zijn activiteitenverslag van het voorbije jaar aan de dienst bezorgen. De dienst kan de voorwaarden vaststellen waaraan het verslag in kwestie moet voldoen.
Art. 4.Ter uitvoering van artikel 4, tweede lid, van het besluit van de Vlaamse Regering, wordt het VFc belast met de coördinatie van de fokwaardeschattingen in de fokkerijsectoren rundvee, varkens, paarden en ezels en kleine herkauwers.
De dienst kan afhankelijk van de noodwendigheden fokkerijsectoren toevoegen aan of schrappen uit de lijst van fokkerijsectoren, vermeld in het eerste lid. De dienst kan voorwaarden opstellen waaraan het programma, vermeld in het eerste lid, moet voldoen.
Brussel, 25 oktober 2005.
Y. LETERME