Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 23 december 2004
gepubliceerd op 11 januari 2005

Ministerieel besluit tot vaststelling van de procedure voor het uitvoeren van fytosanitaire controles bij invoer en de eisen met betrekking tot deze controles

bron
federale agentschap voor de veiligheid van de voedselketen
numac
2005022016
pub.
11/01/2005
prom.
23/12/2004
ELI
eli/besluit/2004/12/23/2005022016/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

23 DECEMBER 2004. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de procedure voor het uitvoeren van fytosanitaire controles bij invoer en de eisen met betrekking tot deze controles


De Minister van Volksgezondheid, Gelet op de wet van 2 april 1971 betreffende de bestrijding van voor planten en plantaardige producten schadelijke organismen, inzonderheid op artikel 2, § 1, gewijzigd bij koninklijk besluit van 22 februari 2001 houdende organisatie van de controles die worden verricht door het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen;

Gelet op het koninklijk besluit van 3 mei 1994 betreffende de bestrijding van voor planten en plantaardige producten schadelijke organismen, inzonderheid op artikel 17, punten 8 en 11;

Gelet op het ministerieel besluit van 19 januari 1999 houdende vaststelling van het model van fytosanitair invoercertificaat;

Gelet op het ministerieel besluit van 21 januari 1999 tot vaststelling van de communautaire controleposten voor fytosanitaire inspecties bij invoer;

Gelet op Richtlijn 2000/29/EG van de Raad van 8 mei 2000 betreffende de beschermende maatregelen tegen het binnenbrengen en de verspreiding in de Gemeenschap van voor planten en voor plantaardige producten schadelijke organismen;

Gelet op Richtlijn 2004/103/EG van de Commissie van 7 oktober 2004 betreffende de controles van de identiteit en de fytosanitaire controles van in deel B van bijlage V bij Richtlijn 2000/29/EG van de Raad opgenomen planten, plantaardige producten en andere materialen, die kunnen worden uitgevoerd op een andere plaats dan de plaats van binnenkomst in de Gemeenschap of op een dichtbijgelegen plaats en tot vaststelling van de eisen met betrekking tot deze controles;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat voornoemde Richtlijn 2004/103/EG, gepubliceerd op 12 oktober 2004, voorschrijft dat de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen om eraan te voldoen, uiterlijk op 31 december 2004 vastgesteld en bekendgemaakt moeten zijn.

Dat indien deze bepalingen op voornoemde datum niet zouden zijn vastgesteld, de Belgische invoerders van planten, plantaardige producten en ander materialen daardoor benadeeld zullen worden. Dat bovendien daaruit een ongerechtvaardigde belemmering zou voortvloeien voor de invoer in de andere lid-Staten, Besluit : HOOFDSTUK I. - Definities

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° het Agentschap : het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen;2° de producten : planten, plantaardige producten en andere materialen die zijn opgenomen in bijlage V, deel B bij het koninklijk besluit van 3 mei 1994 betreffende de bestrijding van voor planten en plantaardige producten schadelijke organismen;3° invoer : het fysisch binnenbrengen in de Gemeenschap van producten van oorsprong uit derde landen;4° de fysische controle : de controle van de identiteit en de fytosanitaire controle;5° de controles : de documentencontrole, de controle van de identiteit en de fytosanitaire controle;6° de aanvrager : de verantwoordelijke van een zending producten of een ander persoon die verantwoordelijk is voor de plaats waar de fysische controles worden uitgevoerd;7° de verantwoordelijke : de invoerder van een zending of zijn gemachtigde die de verantwoordelijkheid op zich neemt met betrekking tot de gevolgen van de controles;8° de zending : de zending van producten. HOOFDSTUK II. - Organisatie van de controles

Art. 2.De grensinspectieposten voor de invoer van producten die langs het Belgisch grondgebied worden ingevoerd in de Gemeenschap zijn vastgesteld in bijlage I.

Art. 3.§ 1. Elke zending, afkomstig uit een derde land, dient, alvorens zij tot het grondgebied van de Gemeenschap kan toegelaten worden, aangeboden te worden in een in artikel 2 bedoelde grensinspectiepost om aldaar de vereiste controles te ondergaan. § 2. De verantwoordelijke stelt het Agentschap in kennis van de juiste gegevens van de zending. Daartoe bezorgt hij aan het Agentschap een fytosanitair vervoersdocument volgens het model opgenomen in bijlage II, waarvan rubriek 3, 4, 5.1 en 6A zijn ingevuld, en het origineel fytosanitair certificaat of fytosanitair certificaat van wederuitvoer dat de zending vergezelt, evenals andere mogelijk vereiste documenten.

Op het fytosanitair vervoersdocument wordt onder rubriek 6A 'Goedgekeurde plaats van inspectie' de naam van de grensinspectiepost ingevuld. Het fytosanitair vervoersdocument wordt in ten minste een van de officiële talen van de Gemeenschap ingevuld met de typemachine of in met de hand geschreven leesbare hoofdletters, dan wel, in overleg met de bevoegde officiële instanties van de plaats van binnenkomst en van bestemming, elektronisch. § 3. Elke zending wordt, ongeacht de douanebestemming, in de grensinspectiepost onderworpen aan een documentencontrole. § 4. Onverminderd de eventuele invoering van een verlaagde frequentie van de fysische controle waartoe op communautair niveau kan besloten worden, wordt elke zending afkomstig uit een derde land, die bestemd is voor de invoer, in de grensinspectiepost aan een fysische controle onderworpen. De verantwoordelijke kan niet over de zending beschikken alvorens de controles zijn uitgevoerd. § 5. Nadat de vereiste controles zijn verricht, vervolledigt de agent van het Agentschap het fytosanitair vervoersdocument waarin het resultaat van de controles wordt vermeld. Het resultaat van de controles wordt vermeld in rubriek 10 'Besluit'. § 6. Indien het resultaat van de controles 'vrijgegeven' of 'officiële maatregel' luidt, worden de zending en het begeleidend fytosanitair vervoersdocument voorgelegd aan de douane, zodanig dat de zending onder de relevante douaneprocedure kan worden geplaatst. De verantwoordelijke kan over de zending beschikken indien het resultaat van de controles 'vrijgegeven' luidt en de relevante douaneprocedure werd toegestaan. Het fytosanitair vervoersdocument vergezelt de zending totdat ze in het vrije verkeer of onder een andere douanebestemming werd gebracht. Dit document of een kopie ervan wordt ten minste een jaar door het Agentschap bewaard. § 7. Indien de producten na de uitgevoerde controles naar een bestemming buiten de Gemeenschap moeten worden gebracht, blijven zij onder douanetoezicht totdat de wederuitvoer heeft plaatsgevonden.

Art. 4.§ 1. Als afwijking op de bepalingen van artikel 3, § 4, kan de fysische controle uitgevoerd worden op een andere plaats dan de grensinspectiepost wanneer : - het Agentschap en, in voorkomend geval, de officiële instantie van de plaats van bestemming besluit dat de fysische controle zorgvuldiger kan uitgevoerd worden op een andere plaats dan de grensinspectiepost, en; - de verantwoordelijke de toelating gekregen heeft om de fysische controle te laten uitvoeren op een erkende inspectieplaats, meerbepaald : - in het geval van transit van niet communautaire goederen : inspectieplaatsen van het Agentschap of van de officiële instantie van bestemming, of een dichtbijgelegen plaats, die is aangewezen of erkend door de douaneautoriteiten en de verantwoordelijke officiële instantie; - een plaats van bestemming erkend door de verantwoordelijke officiële instantie en door de douaneautoriteiten die bevoegd zijn voor het gebied waar de plaats van bestemming is gelegen; en dat; - er wordt voldaan aan de specifieke garanties en documenten met betrekking tot vervoer van de zending zoals omschreven in artikel 5. § 2. De verantwoordelijke moet het Agentschap verzoeken de fysische controle op een erkende inspectieplaats uit te voeren door op het fytosanitair vervoersdocument, volgens het model in bijlage II, de naam van de erkende inspectieplaats in te vullen onder rubriek 6A 'Goedgekeurde plaats van inspectie'. § 3. Wanneer de erkende inspectieplaats in een andere lidstaat gelegen is, kan de in § 1 bedoelde afwijking slechts toestaan worden indien het Agentschap met die lidstaat een overeenkomst heeft.

Art. 5.Wanneer de fysische controle op een erkende inspectieplaats wordt toegestaan, dienen volgende specifieke garanties en documenten met betrekking tot vervoer en opslag nageleefd te worden : - de verpakking van de zending of het vervoermiddel dat voor de zending wordt gebruikt, is op zodanige wijze gesloten of verzegeld dat tijdens het vervoer van de producten naar de erkende inspectieplaats hun identiteit ongewijzigd blijft en geen besmetting met een schadelijk organisme kan veroorzaakt worden. In naar behoren gemotiveerde gevallen kan het Agentschap zendingen toestaan die niet gesloten of verzegeld zijn, mits er geen risico is op het veroorzaken van een besmetting met een schadelijk organisme tijdens het vervoer van de producten naar de erkende inspectieplaats; - de zending wordt naar de erkende inspectieplaats gezonden en er opgeslagen. Verandering van de erkende inspectieplaats is niet toegestaan, tenzij na goedkeuring door de bevoegde officiële instanties van de plaats van binnenkomst en de verlangde bestemming en door de douaneautoriteiten die bevoegd zijn voor het gebied waar de plaats van bestemming is gelegen; - de zending gaat vergezeld van het origineel van het vereiste officiële 'fytosanitair certificaat' of 'fytosanitair certificaat voor wederuitvoer', of indien van toepassing, alternatieve documenten of merktekens als bepaald en toegestaan in de betreffende uitvoeringsbepalingen, en van een fytosanitair vervoersdocument dat de overeenkomstig het model in bijlage II vereiste informatie bevat; - de rubrieken bedoeld in artikel 3, § 2, van het fytosanitair vervoersdocument zijn onder toezicht van de bevoegde officiële instantie van de plaats van binnenkomst door de verantwoordelijke van de zending ingevuld en ondertekend; - indien de erkende inspectieplaats ook een productieplaats van planten of plantaardige producten is, wordt de zending zodanig opgeslagen dat deze afgescheiden is van zowel communautaire goederen als zendingen die door schadelijke organismen zijn aangetast of die van aantasting verdacht zijn; - de zending wordt afzonderlijk opgeslagen of van merktekens voorzien zodat ze op elk ogenblik vóór het uitvoeren van de fysische controles identificeerbaar en traceerbaar is.

Art. 6.§ 1. De verantwoordelijke van de zending waarvan besloten is dat de fysische controle op een erkende inspectieplaats kan worden uitgevoerd, moet behalve aan de in artikel 13 van het koninklijk besluit van 3 mei 1994 vermelde verplichtingen ook aan de volgende voorwaarden voldoen : - de bevoegde officiële instantie van bestemming minimum 24 uur van tevoren in kennis stellen van het binnenbrengen van de producten; - de bevoegde officiële instantie van bestemming alle wijzigingen van in het vorig streepje genoemde informatie meedelen. § 2. De in § 1, eerste streepje bedoelde kennisgeving omvat met name volgende gegevens : - de naam, het adres en de ligging van de erkende inspectieplaats; - de datum en het tijdstip waarop de desbetreffende producten volgens de planning op de erkende inspectieplaats aankomen; - indien beschikbaar, het specifieke volgnummer van het in artikel 4, § 2 bedoelde fytosanitair vervoersdocument; - de naam, het adres en het officiële registratienummer van de verantwoordelijke; - het referentienummer van het fytosanitair certificaat en/of het fytosanitaire certificaat voor wederuitvoer, dan wel van enig ander fytosanitair document dat wordt verlangd. HOOFDSTUK III. - Erkende inspectieplaatsen

Art. 7.Om erkend te kunnen worden moeten de inspectieplaatsen aan volgende voorwaarden voldoen : - de ruimtes moeten geschikt zijn voor het uitvoeren van controles en voorzien zijn van adequate verlichting; - beschikbaarheid van een afgescheiden quarantaineruimte, en indien van toepassing, een volledige en permanente afscheiding tussen productieruimtes en de ruimtes van de erkende inspectieplaats; - aanwezigheid van inspectietafel(s) waarop de fysische controle kan uitgevoerd worden; - aanwezigheid van ontsmettingsmiddel; - onder douanetoezicht staan.

Art. 8.§ 1. De aanvrager dient bij de bevoegde provinciale controle-eenheid van het Agentschap een schriftelijke aanvraag tot erkenning in die een technisch dossier omvat met de nodige informatie om te beoordelen of de voorgestelde plaats geschikt is als erkende inspectieplaats, met name : - de naam en de adresgegevens van de aanvrager; - de adresgegevens van de voorgestelde inspectieplaats; - informatie over de aard en de hoeveelheid producten die vermoedelijk zullen ingevoerd worden; - de aanwezige inspectievoorzieningen; - een plan en een beschrijving van de ruimtes waarop de aanvraag betrekking heeft; - de wijze waarop de in artikel 5, vijfde streepje bedoelde afscheiding wordt gegarandeerd; - bewijs dat aan de betrokken douanevoorschriften is voldaan en, indien van toepassing, aan de aanvrager de status van toegelaten geadresseerde' is verleend. § 2. Het Agentschap verifieert de verstrekte informatie en beoordeelt of voldaan is aan de voorwaarden van artikel 7. § 3. Indien de voorgestelde inspectieplaats geschikt wordt bevonden, ontvangt de aanvrager van het Agentschap binnen redelijke termijn schriftelijk het erkenningsnummer voor de betrokken inspectieplaats.

Indien de voorgestelde inspectieplaats niet geschikt wordt bevonden, ontvangt de aanvrager van het Agentschap binnen redelijke termijn schriftelijk de reden van de weigering. § 4. De erkenning kan door het Agentschap ingetrokken worden indien niet meer voldaan is aan de voorwaarden van artikel 7 of indien overtredingen van de bepalingen van artikel 3 of 4 worden vastgesteld.

Het voornemen tot intrekking wordt per aangetekende brief aan de betrokkene meegedeeld. De betrokkene beschikt over tien werkdagen na ontvangst van deze brief om zijn bezwaren bij een ter post aangetekende brief in te dienen. Het Agentschap beschikt over zestig dagen na ontvangst van deze opmerkingen om zijn definitieve beslissing bij een ter post aangetekende brief aan de aanvrager te melden. § 5. Indien wijzigingen worden aangebracht aan de erkende inspectieplaats die invloed hebben op het naleven van de voorwaarden bedoeld in artikel 7, stelt de aanvrager het Agentschap hiervan onmiddellijk schriftelijk op de hoogte. HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen

Art. 9.Overtredingen van de bepalingen van dit besluit worden opgespoord en vastgesteld overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 22 februari 2001 houdende organisatie van de controles die worden verricht door het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen en tot wijziging van diverse bepalingen en bestraft overeenkomstig de wet van 2 april 1971 betreffende de bestrijding van voor planten en plantaardige producten schadelijke organismen.

Art. 10.Worden opgeheven : - Het ministerieel besluit van 19 januari 1999 houdende vaststelling van het model van fytosanitair invoercertificaat; - Het ministerieel besluit van 21 januari 1999 tot vaststelling van de communautaire controleposten voor fytosanitaire inspecties bij invoer.

Art. 11.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2005.

Brussel, 23 december 2004.

R. DEMOTTE

Bijlage I Grensinspectieposten Voor het zeeverkeer : Antwerpen, Gent, Oostende, Zeebrugge Voor het luchtverkeer : Bierset, Deurne, Gosselies, Oostende, Zaventem Voor het postverkeer : Brussel-X Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 23 december 2004.

R. DEMOTTE

Bijlage II Model van fytosanitair vervoersdocument Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 23 december 2004.

R. DEMOTTE

^