gepubliceerd op 10 juni 2016
Ministerieel besluit tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 februari 2016 houdende vaststelling van de werking en het beheer van het FIVA en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen
VLAAMSE OVERHEID
Landbouw en Visserij
19 MEI 2016. - Ministerieel besluit tot uitvoering van het
besluit van de Vlaamse Regering van 5 februari 2016Relevante gevonden documenten
type
besluit van de vlaamse regering
prom.
05/02/2016
pub.
29/03/2016
numac
2016035330
bron
vlaamse overheid
Besluit van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van de werking en het beheer van het Financieringsinstrument voor de Vlaamse visserij- en aquacultuursector en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen
sluiten houdende vaststelling van de werking en het beheer van het FIVA en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen
De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, Gelet op verordening (EU) nr. 508/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 inzake het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 2328/2003, (EG) nr. 861/2006, (EG) nr. 1198/2006 en (EG) nr. 791/2007 van de Raad en Verordening (EU) nr. 1255/2011 van het Europees Parlement en de Raad;
Gelet op het decreet van 13 mei 1997Relevante gevonden documenten type decreet prom. 13/05/1997 pub. 17/06/1997 numac 1997035663 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende oprichting van een Financieringsinstrument voor de Vlaamse visserij- en aquicultuursector sluiten houdende oprichting van een financieringsinstrument voor de Vlaamse visserij- en aquacultuursector, artikel 4, gewijzigd bij de decreten van 19 december 2008, 9 juli 2010 en 28 juni 2013;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 5 februari 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 05/02/2016 pub. 29/03/2016 numac 2016035330 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van de werking en het beheer van het Financieringsinstrument voor de Vlaamse visserij- en aquacultuursector en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen sluiten houdende vaststelling van de werking en het beheer van het FIVA en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen, artikel 1, punt 16°, artikel 2, tweede en derde lid, artikel 4, derde lid, artikel 7, derde lid, artikel 8, § 1, derde lid, artikel 11, § 2 en artikel 14, tweede lid;
Gelet op het ministerieel besluit van 14 juli 1998Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 14/07/1998 pub. 02/02/1999 numac 1999035101 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Ministerieel besluit tot bepaling van het verband tussen het diploma van meester in muziek, optie instrument, uitgereikt door de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap, en het kunstvak instrument in het deeltijds kunstonderwijs sluiten betreffende de steun aan de investeringen en aan de installatie in de visserij- en de aquicultuursector;
Gelet op het ministerieel besluit van 11 februari 2004Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 11/02/2004 pub. 17/03/2004 numac 2004003127 bron federale overheidsdienst financien Ministerieel besluit houdende toelating tot voleindiging van het lopend mandaat van lid van het College van Censoren van de Nationale Bank van België sluiten tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 1993 betreffende de omkadering van de visserij en de aquacultuur;
Gelet op het ministerieel besluit van 2 juni 2009Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 02/06/2009 pub. 09/07/2009 numac 2009203018 bron waalse overheidsdienst Ministerieel besluit betreffende de nadere regels voor de uitvoering van artikel 72 van het besluit van de Waalse Regering van 5 juli 2007 houdende het algemeen reglement op de gemeentelijke comptabiliteit type ministerieel besluit prom. 02/06/2009 pub. 23/09/2009 numac 2009035903 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit houdende wijziging van het ministerieel besluit van 8 maart 2007 betreffende de herverdeling van de steunbedragen via de reserve sluiten tot toekenning van een beëindigingspremie voor de definitieve onttrekking van vissersvaartuigen aan de zeevisserijactiviteit in het kader van een vlootaanpassingsregeling;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 11 maart 2016;
Gelet op advies 59.143/3 van de Raad van State, gegeven op 19 april 2016, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, Besluit : HOOFDSTUK 1. - Definities
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder : 1° het besluit : het besluit van de Vlaamse Regering van 5 februari 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 05/02/2016 pub. 29/03/2016 numac 2016035330 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van de werking en het beheer van het Financieringsinstrument voor de Vlaamse visserij- en aquacultuursector en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen sluiten houdende vaststelling van de werking en het beheer van het FIVA en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen;2° micro- en kleine onderneming : een onderneming waar minder dan vijftig personen werken en waarvan de jaaromzet of het jaarlijkse balanstotaal niet meer bedraagt dan 10 miljoen euro;3° middelgrote onderneming : een onderneming waar minder dan tweehonderdvijftig personen werken en waarvan de jaaromzet niet meer bedraagt dan 50 miljoen euro of waarvan het jaarlijkse balanstotaal 43 miljoen euro niet overschrijdt, en die niet onder de definitie van micro- of kleine onderneming valt. HOOFDSTUK 2. - Steun voor de eerste verwerving van een vissersvaartuig
Art. 2.De vereiste van voldoende vakbekwaamheid, vermeld in artikel 1, 3°, a), van het besluit, wordt aangetoond door het verstrekken van een kopie van volgende drie documenten : 1° een diploma of een gehomologeerd of door een examencommissie van de overheid uitgereikt getuigschrift van hoger secundair onderwijs in een afdeling visserij;2° een door de FOD Mobiliteit en Vervoer uitgereikte vaarbevoegdheid van schipper of van motorist;3° een of meer documenten waaruit blijkt dat de aanvrager zich heeft toegelegd op de zeevisserij als schipper of motorist gedurende : a) ten minste achthonderd zeedagen bij overname van of investering in een vaartuig met een motorvermogen van meer dan 221 kW;b) ten minste vierhonderd zeedagen bij overname van of investering in een vaartuig met een motorvermogen van minder dan of gelijk aan 221 kW.
Art. 3.Om in aanmerking te komen voor de steun dient de reder de steunaanvraag, vermeld in artikel 4 van het besluit, in binnen twee jaar nadat hij zich gevestigd heeft als reder.
De steun wordt pro rata temporis terugbetaald als het vaartuig dat de begunstigde verworven heeft, overgedragen wordt of als het vaartuig binnen vijf jaar na de betaling van de premie definitief uit de vaart genomen wordt. HOOFDSTUK 3. - Steun voor investeringen door reders en vissers
Art. 4.§ 1. De reders tonen de vereiste van voldoende vakbekwaamheid, vermeld in artikel 1, 3°, a) en b) van het besluit, bij investeringen die gedaan zijn door reders, aan door het verstrekken van een kopie van de volgende drie documenten : 1° een diploma of een gehomologeerd of door een examencommissie van de overheid uitgereikt getuigschrift van hoger secundair onderwijs;2° een door de FOD Mobiliteit en Vervoer uitgereikte vaarbevoegdheid van schipper of van motorist;3° een of meer documenten waaruit blijkt dat de aanvrager zich heeft toegelegd op de zeevisserij als schipper of motorist gedurende : a) ten minste achthonderd zeedagen bij overname van of investering in een vaartuig met een motorvermogen van meer dan 221 kW;b) ten minste vierhonderd zeedagen bij overname van of investering in een vaartuig met een motorvermogen van minder dan of gelijk aan 221 kW. § 2. De reders tonen, bij gebreke aan de documenten, vermeld in paragraaf 1, de vereiste van voldoende vakbekwaamheid, vermeld in artikel 1, 3°, a) en b) van het besluit, aan door het verstrekken van een kopie van de documenten die vijf jaar beroepservaring aan boord van een vissersvaartuig of als bedrijfsleider in een rederij aantonen. HOOFDSTUK 4. - Steun voor investeringen door aquacultuurproducenten
Art. 5.De aanvrager toont de voldoende vakbekwaamheid, vermeld in artikel 1, 3°, c) en d), van het besluit, bij investeringen die gedaan zijn door aquacultuurproducenten, aan door een van de volgende documenten : 1° een diploma van een opleiding op bachelor niveau waar aquacultuur en economie een substantieel deel van uitmaken.Hiervan maakt aquacultuur minstens 6 studiepunten uit; 2° een master in de aquacultuur;3° documenten die vijf jaar beroepservaring in de aquacultuursector aantonen.
Art. 6.De aanvrager dient bij een eerste installatie en vervolginvesteringen in de aquacultuursector samen met de projectaanvraag een bedrijfsplan en een haalbaarheidsstudie in, alsook een milieubeoordeling van de operaties en een marktstudie die goede marktvooruitzichten voor het beoogde product aantoont. HOOFDSTUK 5. - Steun voor innovatie
Art. 7.Subsidiabele projectkosten in het kader van steun voor innovatie, vermeld in artikel 8 van het besluit, zijn onder meer : 1° de voorbereidende kosten van het project;2° de kosten die verbonden zijn aan de omkadering van het project door de promotor;3° de kosten die verbonden zijn aan de wetenschappelijke begeleiding van het project;4° de kosten die verbonden zijn aan de evaluatie en aan de bekendmaking van de resultaten van het project;5° de kosten voor de aankoop, de plaatsing en de aanpassing of de huur van het nodige materieel, met inbegrip van het vistuig en de visnetaanpassingen van de deelnemende vaartuigen, als die nodig zijn voor de uitvoering van het project en als ze worden uitgevoerd onder wetenschappelijke begeleiding;6° de kosten die gemaakt zijn door reders of andere ondernemingen of instellingen waarop een beroep wordt gedaan tijdens de uitvoering van het project vanwege hun deskundigheid en ervaring. De besommingen of andere opbrengsten van het project die tijdens de projectperiode geboekt zijn, worden van de projectkosten in mindering gebracht.
De resultaten van innovatieve projecten, vermeld in artikel 8, paragraaf 1, van het besluit, worden bekendgemaakt binnen de zes maanden na de validatie van deze resultaten.
In afwijking van het derde lid worden de resultaten van innovatieve projecten, vermeld in artikel 8, paragraaf 1, van het besluit, die voor 50% of meer met private middelen gefinancierd zijn, bekendgemaakt binnen de veertig maanden na de validatie ervan. In dit geval zijn de kosten verbonden aan de bekendmaking geen subsidiabele kosten. HOOFDSTUK 6. - Steun aan zeevisserijhavens, aanvoerplaatsen en visveilingen
Art. 8.Bij de toekenning van de steun, vermeld in artikel 11 van het besluit, wordt voorrang gegeven aan concrete acties die algemeen ten gunste komen van de visserijsector en die de maatregelen vervat in een goedgekeurd productie- en marketingplan als vermeld in artikel 15 van het besluit, ingediend door een erkende producentenorganisatie, ondersteunen. HOOFDSTUK 7. - Steun voor visverwerking
Art. 9.Om in aanmerking te komen voor steun voor visverwerking als vermeld in artikel 13 van het besluit, verwerkt de aanvrager minimaal de volgende percentages verse vis of aquacultuurproducten van oorsprong uit de Europese Unie : 1° micro- en kleine onderneming : 20% van de totale jaarlijks verwerkte hoeveelheden;2° middelgrote onderneming : 35% van de totale jaarlijks verwerkte hoeveelheden. Om in aanmerking te komen voor steun voor visverwerking, legt de aanvrager een bedrijfsplan voor waaruit blijkt dat : 1° hij voldoet aan de voorwaarde, vermeld in het eerste lid;2° de investeringen zullen resulteren in een door de aanvrager te bepalen groter aandeel aan verse vis en aquacultuurproducten van oorsprong uit de Europese Unie in de totale jaarlijks verwerkte hoeveelheden.Twee jaar na de betaling van de steun toont de begunstigde de verhoging van dat aandeel aan door middel van documenten die de verificatie van de EU oorsprong toelaten. Als de begunstigde niet aan die voorwaarde voldoet, wordt de steun teruggevorderd ten belope van de verhouding tussen enerzijds het verschil van de vooropgestelde verhoging met de werkelijke verhoging en anderzijds de vooropgestelde verhoging. Indien deze verhouding twee derde of meer is wordt de volledige steun teruggevorderd. HOOFDSTUK 8. - Algemene bepalingen
Art. 10.Het maximum percentage van de steun, toegekend vanuit het FIVA, voor investeringen is vastgelegd in bijlage 1 bij dit besluit.
Art. 11.De aanvrager vraagt de steun aan met een voor zijn project geschikt aanvraagformulier in de vorm zoals dit op het moment van de aanvraag op de website van het Departement Landbouw en Visserij ter beschikking staat.
De aanvraagformulieren zijn opgenomen in bijlage 2, die bij dit besluit is gevoegd. Het hoofd van het Departement Landbouw en Visserij krijgt delegatie om de aanvraagformulieren te wijzigen in functie van gewijzigde wetgeving en uit administratieve noodzaak.
Art. 12.De steun wordt betaald nadat de bewijsstukken van de verrichte uitgaven voorgelegd en goedgekeurd zijn, en, in voorkomend geval, na de indiening en aanvaarding van het eindverslag.
Met uitzondering van steun voor investeringsprojecten met een voorziene steun van minder dan 100.000 kunnen een of meer schijven van de steun voor in totaal maximaal 80% van de toegekende FIVA-steun op verzoek van de begunstigde als voorschot worden betaald vanaf de goedkeuring van het project en, in voorkomend geval, na de voorlegging van de overeenkomst, vermeld in artikel 14, derde lid. Het saldo wordt betaald conform het eerste lid van dit artikel.
Art. 13.De begunstigde van steun voor een project dat alleen uit investeringen bestaat, dient na het einde van het project de volgende documenten in : 1° de bewijsstukken met betrekking tot de verrichte uitgaven.Deze bewijsstukken omvatten een factuur of een equivalent boekhoudkundig document, een betalingsbewijs, alsook voldoende documentatie over deze uitgaven; 2° een verslag dat aantoont dat de doelstellingen en de indicatoren, vermeld in de aanvraag en in de beslissing tot het toekennen van de steun, bereikt werden. De begunstigde van steun voor een ander project dan het project, vermeld in het eerste lid, dient de volgende documenten in : 1° periodiek, in functie van de omvang en de duur van het project, een verslag over de uitgevoerde activiteiten;2° na het einde van het project : a) een eindverslag over het technische verloop en de resultaten van het project.De promotor van het project geeft aan dat eindverslag een ruime bekendheid in de visserij- of aquacultuursector; b) een verslag dat aantoont dat de doelstellingen en de indicatoren die in de aanvraag en in de beslissing tot het toekennen van de steun vermeld zijn, bereikt werden;c) de bewijsstukken over de verrichte uitgaven en de eventuele verrekening van de geboekte besommingen en andere opbrengsten.Die bewijsstukken omvatten een factuur of een equivalent boekhoudkundig document, een betalingsbewijs, alsook voldoende documentatie over deze uitgaven.
Art. 14.In functie van de aard van het project kan de managementautoriteit bijkomende steunvoorwaarden opleggen, waaronder : 1° de bepaling van de begin- en einddatum van het project;2° nadere bepalingen over de subsidiabele investerings- en uitvoeringskosten van het project. De FIVA-steun kan vastgelegd worden in functie van het bestaan van andere financieringsbronnen van het project, die opgenomen zijn in het bedrijfsplan en het financieringsplan.
In voorkomend geval maakt de promotor per project een overeenkomst op tussen alle deelnemers aan het project waarin de wijze van samenwerking en de inbreng van eigen middelen worden geregeld, alsook de verdeling van de subsidies tussen de verschillende begunstigden van het project.
Art. 15.Het hoofd van het Departement Landbouw en Visserij krijgt, met toepassing van het ministerieel besluit van 26 maart 2015Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 26/03/2015 pub. 16/04/2015 numac 2015035455 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 27 mei 2014 houdende de uitvoering van diverse besluiten met betrekking tot het woonbeleid in Vlaanderen type ministerieel besluit prom. 26/03/2015 pub. 04/05/2015 numac 2015014140 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Ministerieel besluit houdende benoeming van de ambtenaren bevoegd voor het opleggen van administratieve geldboetes in geval van inbreuken op de regelgeving inzake het vervoer van goederen en reizigers over de weg type ministerieel besluit prom. 26/03/2015 pub. 18/06/2015 numac 2015035742 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit tot wijziging van artikel 1 en 2 van het ministerieel besluit van 27 september 2011 tot erkenning van verenigingen, organisaties en ondernemingen ter uitvoering van artikelen 4, 5, 6, 7 en 59, § 1, van het Fokkerijbesluit van 19 maart 2010, wat betreft de erkenning van Vlaamse Piétrain Fokkerij vzw type ministerieel besluit prom. 26/03/2015 pub. 27/04/2015 numac 2015035520 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit betreffende de verdeling van de Gewestwaarborg toegestaan in de periode van 1 januari 2015 tot 30 juni 2015 aan de erkende kredietmaatschappijen voor de aflossing van de hoofdsom en de interesten van de kredieten bestemd voor de financiering van sociale leningen sluiten tot delegatie van specifieke bevoegdheden aan het hoofd van het Departement Landbouw en Visserij, delegatie van bevoegdheid met betrekking tot het toekennen, betalen, uitsluiten, herzien en terugvorderen van de FIVA-steun en de eraan gekoppelde EFMZV-steun. HOOFDSTUK 9. - Slotbepalingen
Art. 16.De volgende regelingen worden opgeheven : 1° het ministerieel besluit van 14 juli 1998Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 14/07/1998 pub. 02/02/1999 numac 1999035101 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Ministerieel besluit tot bepaling van het verband tussen het diploma van meester in muziek, optie instrument, uitgereikt door de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap, en het kunstvak instrument in het deeltijds kunstonderwijs sluiten betreffende de steun aan de investeringen en aan de installatie in de visserij- en de aquicultuursector;2° het ministerieel besluit van 11 februari 2004Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 11/02/2004 pub. 17/03/2004 numac 2004003127 bron federale overheidsdienst financien Ministerieel besluit houdende toelating tot voleindiging van het lopend mandaat van lid van het College van Censoren van de Nationale Bank van België sluiten tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 1993 betreffende de omkadering van de visserij en de aquicultuur, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 19 mei 2006, 2 juni 2009 en 27 september 2013;3° het ministerieel besluit van 2 juni 2009Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 02/06/2009 pub. 09/07/2009 numac 2009203018 bron waalse overheidsdienst Ministerieel besluit betreffende de nadere regels voor de uitvoering van artikel 72 van het besluit van de Waalse Regering van 5 juli 2007 houdende het algemeen reglement op de gemeentelijke comptabiliteit type ministerieel besluit prom. 02/06/2009 pub. 23/09/2009 numac 2009035903 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit houdende wijziging van het ministerieel besluit van 8 maart 2007 betreffende de herverdeling van de steunbedragen via de reserve sluiten tot toekenning van een beëindigingspremie voor de definitieve onttrekking van vissersvaartuigen aan de zeevisserijactiviteit in het kader van een vlootaanpassingsregeling, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 10 september 2009.
Art. 17.Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.
Brussel, 19 mei 2016.
De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, J. SCHAUVLIEGE
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij het ministerieel besluit van 19 mei 2016 tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 februari 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 05/02/2016 pub. 29/03/2016 numac 2016035330 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van de werking en het beheer van het Financieringsinstrument voor de Vlaamse visserij- en aquacultuursector en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen sluiten houdende vastelling van de werking en het beheer van het FIVA en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen.
De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, J. SCHAUVLIEGE
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij het ministerieel besluit van 19 mei 2016 tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 februari 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 05/02/2016 pub. 29/03/2016 numac 2016035330 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van de werking en het beheer van het Financieringsinstrument voor de Vlaamse visserij- en aquacultuursector en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen sluiten houdende vastelling van de werking en het beheer van het FIVA en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen.
De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, J. SCHAUVLIEGE